BESLUITENLIJST VAN DE GEMEENTERAAD

 

Gemeente Bertem

 

Zitting van 15 december 2020

Van 20.30 uur tot 21 uur

 

Aanwezig:

Voorzitter:

Albert Mees

Burgemeester:

Joël Vander Elst

Schepenen:

Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven en Tom Philips

Raadsleden:

Yvette Laes, Jan De Keyzer, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Pieter Sempels, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Peter Persyn en Jimmy Geyns

Algemeen directeur:

Dirk Stoffelen

 


Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

ZITTINGEN GR. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.

 

Juridische gronden

  • Artikel 32 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad keurt, mits eventuele aanpassingen, de notulen en het zittingsverslag van de vorige raadszitting goed.
  • Artikel 33, §2 van het huishoudelijk reglement
    De gemeenteraad beslist om het zittingsverslag, zoals vermeld in artikel 278 van het decreet lokaal bestuur, te vervangen door een audio-opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
  • Artikel 34, §3 van het huishoudelijk reglement
    Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering van de gemeenteraad opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige raadsvergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast. Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige raadsvergadering, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.

 

 

Bijlagen

  • Notulen van de zitting van 24 november 2020.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De raad keurt de notulen van de zitting van 24 november 2020 goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

INSTALLATIE SCHEPEN. AKTENAME VERKIEZING SCHEPEN YVETTE LAES.

 

Voorgeschiedenis

  • Gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018.
  • Brief van 10 december 2018, waarin de Raad voor Verkiezingsbetwistingen Vlaams-Brabant meedeelt dat hij de resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 in Bertem geldig heeft verklaard op 5 december 2018.
  • Raadsbesluit van 24 november 2020 over de kennisname van het ontslag van schepen Greet Goossens en over de invulling van het opengevallen schepenmandaat.
  • Akte van voordracht van kandidaat-schepen Yvette Laes, ingediend bij de algemeen directeur op 1 december 2020.

 

Feiten en context

  • Gemeenteraadslid Yvette Laes, op 14 oktober 2018 verkozen, wordt voorgedragen als schepen ter vervanging van schepen Greet Goossens, die met ingang van 1 januari 2021 ontslag neemt uit haar mandaten.
  • De akte van voordracht is ondertekend door de volgende personen, op 14 oktober 2018 verkozen als gemeenteraadslid:
    • Voor de lijst GEMBELANGEN OPEN VLD:
      • Joël Vander Elst
      • Greet Goossens
      • Tom Philips
      • Albert Mees
      • Yvette Laes
      • Diane Vander Elst
      • Roland Gustin
      • Jimmy Geyns
    • Voor de lijst CD&V:
      • Marc Morris
      • Joery Verhoeven
      • Eddy Vranckx
      • Jan De Keyzer
      • Jenne Van Cortenberg
      • Iris De Smet.
  • De algemeen directeur heeft de akte van voordracht van de kandidaat-schepen overhandigd aan de voorzitter van de gemeenteraad.
  • De gezamenlijke akte van voordracht van de kandidaat-schepenen maakt geen melding van de einddatum van het schepenmandaat en er worden dus geen opvolgers aangeduid.

 

Juridische gronden

  • Artikel 42, §5 van het decreet lokaal bestuur
    Iedereen die het mandaat van burgemeester, schepen of voorzitter van de raad uitoefent of waarneemt, moet beschikken over de kennis van de bestuurstaal die vereist is voor de uitoefening van het mandaat. Door hun verkiezing of benoeming bestaat het vermoeden dat de mandatarissen, vermeld in het eerste lid, de vereiste taalkennis bezitten. Dat vermoeden kan worden weerlegd op verzoek van een gemeenteraadslid op basis van ernstige aanwijzingen, een bekentenis van de mandataris of de wijze waarop de betrokkene het mandaat uitoefent.
  • Artikel 43, §4 van het decreet lokaal bestuur
    In geval van afzonderlijke verkiezing van de schepenen wordt de rang van de schepenen bepaald door de volgorde van de stemmingen. De schepenen die op grond van paragraaf 1, tweede lid, paragraaf 3, tweede lid, of op grond van artikel 42, § 3, tweede en derde lid, een schepen opvolgen, nemen de rang in de volgorde van hun verkiezing of benoeming in. De schepen, vermeld in artikel 42, § 1, derde lid, is altijd de laatste schepen in rang. De burgemeester wordt geacht een hogere rang in te nemen dan de schepenen.
  • Artikel 49 van het decreet lokaal bestuur
    Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat in te vullen, wordt tot een nieuwe verkiezing van een schepen overgegaan binnen twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat. De schepen wordt verkozen op basis van een akte van voordracht van de kandidaat-schepen, ondertekend door meer dan de helft van de verkozen gemeenteraadsleden. Om ontvankelijk te zijn, moet die akte van voordracht voor de kandidaat-schepenen ook ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaat zijn verkozen.
    De voorzitter van de gemeenteraad gaat na of de akte van voordracht ontvankelijk is. In voorkomend geval wordt de voorgedragen kandidaat-schepen verkozen verklaard op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad.
    Er kan op de akte van voordracht worden bepaald, in afwijking van artikel 43, § 4, dat een nieuw verkozen schepen de rang inneemt van degene die hij vervangt.
  • Omzendbrief KB/ABB 2018/3 van 26 oktober 2018 "De start van de lokale en provinciale bestuursperiode".

 

Argumentatie

Een akte van voordracht van de kandidaat-schepen Yvette Laes werd tijdig overhandigd aan de algemeen directeur. De algemeen directeur heeft op 1 december 2020 de akte van voordracht aan de voorzitter van de gemeenteraad bezorgd.

 

De voorzitter van de gemeenteraad bevestigt dat de akte van voordracht ontvankelijk is:

  • de kandidaat-schepen heeft de eed als gemeenteraadslid afgelegd
  • beide geslachten blijven vertegenwoordigd in het college
  • de akte van voordracht telt een dubbele meerderheid:
    • meer dan de helft van de geïnstalleerde raadsleden (14/21)
    • meerderheid van de geïnstalleerde raadsleden op dezelfde lijst als de kandidaat-schepen (8/8 voor GEMBELANGEN OPEN VLD).

 

De kandidaat-schepen bevindt zich niet in een situatie van onverenigbaarheid.

 

 

Bijlagen

  • Voordrachtakte kandidaat-schepen

 

Besluit

Mededeling

 

Artikel 1:

De raad neemt kennis van de ontvankelijke akte van voordracht van de kandidaat-schepen Yvette Laes.

 

Artikel 2:

De voorgedragen kandidaat-schepen wordt verkozen verklaard met ingang van 1 januari 2021.

 

Artikel 3:

De nieuwe rangorde van de leden van het college van burgemeester en schepen is als volgt:

  • burgemeester: Joël Vander Elst
  • eerste schepen: Marc Morris
  • tweede schepen: Yvette Laes
  • derde schepen: Joery Verhoeven
  • vierde schepen: Tom Philips.

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

INSTALLATIE SCHEPEN. EEDAFLEGGING SCHEPEN YVETTE LAES.

 

Voorgeschiedenis

  • Verkiezing van schepen Yvette Laes op 15 december 2020.

 

Juridische gronden

  • Artikel 44 van het decreet lokaal bestuur
    Voor ze hun mandaat aanvaarden, leggen de schepenen in openbare vergadering van de gemeenteraad de volgende eed af in handen van de burgemeester: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen."
    De schepen die de eed na twee achtereenvolgende uitnodigingen niet aflegt, wordt geacht zijn schepenmandaat niet te aanvaarden.

 

Besluit

Mededeling

De gemeenteraad neemt kennis van de eedaflegging van schepen Yvette Laes in handen van de burgemeester.

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

GEMEENTERAADSLEDEN. ONDERZOEK GELOOFSBRIEVEN HANS NECKEBROUCK.

 

Voorgeschiedenis

  • Proces-verbaal van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018.
  • Brief van 10 december 2018, waarin de Raad voor Verkiezingsbetwistingen Vlaams-Brabant meedeelt dat hij de resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 in Bertem geldig heeft verklaard op 5 december 2018.
  • Brief van Greet Goossens van 8 juni 2020 waarin zij haar ontslag als lokaal mandataris meedeelt vanaf 1 januari 2021.
  • E-mail van Hans Neckebrouck van 17 november 2020 waarin hij laat weten dat hij bereid is om het mandaat van raadslid Greet Goossens over te nemen.
  • Kennisname door de gemeenteraad van het ontslag van Greet Goossens als gemeenteraadslid op 24 november 2020.

 

Juridische gronden

  • Artikel 8 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011
    Om gemeenteraadskiezer te zijn, moet men :
    1° Belg zijn;
    2° de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt;
    3° in de bevolkingsregisters van de gemeente ingeschreven zijn;
    4° zich niet bevinden in één van de gevallen van uitsluiting of schorsing, vermeld in Titel 3, hoofdstuk 4 van het decreet.
  • Artikel 58 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011
    Om tot gemeenteraadslid verkozen te kunnen worden en blijven, moet men kiezer zijn en moet men de kiesvoorwaarden, vermeld in artikel 8, behouden en mag men zich niet in een geval van schorsing of uitsluiting, als vermeld in artikel 15, §1 en §2 van het decreet, bevinden.
  • Artikelen 6 en 14 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad onderzoekt de geloofsbrieven van de opvolger van het raadslid dat ontslag genomen heeft.
  • Artikel 10 van het decreet lokaal bestuur
    Dit artikel omschrijft de diverse onverenigbaarheden met het mandaat van gemeenteraadslid.
  • Omzendbrief KB/ABB 2018/3 van 26 oktober 2018 "De start van de lokale en provinciale bestuursperiode"

 

Argumentatie

De geloofsbrieven omvatten de schriftelijke bewijsstukken die de opvolger, opgeroepen om de eed af te leggen, moet voorleggen en waaruit blijkt dat er tegen zijn installatie als raadslid geen bezwaren zijn. De opvolger moet volgende stukken voorleggen:

  • een recent uittreksel uit het bevolkings- of rijksregister
  • een recent uittreksel uit het strafregister
  • een verklaring op eer dat men zich niet bevindt in een van de gevallen van onverenigbaarheid zoals voorzien in artikel 10 van het decreet lokaal bestuur.

 

De geloofsbrieven werden behoorlijk en tijdig ingediend en werden ter inzage gelegd met respect voor de decretale bepalingen.

 

Het doel van het onderzoek is om na te gaan of men nog aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden voldoet en zich niet in een van de gevallen van onverenigbaarheid bevindt.

 

Uit het onderzoek van de geloofsbrieven door de gemeenteraad, blijkt dat Hans Neckebrouck voldoet aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden .Hij heeft verklaard zich niet in een van de gevallen van onverenigbaarheid te bevinden. Er zijn geen elementen waaruit zou blijken dat de opvolger zich in een situatie van onverenigbaarheid bevindt.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De geloofsbrieven van Hans Neckebrouck worden goedgekeurd.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

GEMEENTERAADSLEDEN. ONDERZOEK GELOOFSBRIEVEN SONIA STIASTENY.

 

Voorgeschiedenis

  • Proces-verbaal van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018
  • Brief van 10 december 2018, waarin de Raad voor Verkiezingsbetwistingen Vlaams-Brabant meedeelt dat hij de resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 in Bertem geldig heeft verklaard op 5 december 2018.
  • E-mail van Albert Mees van 7 november 2020 waarin hij zijn ontslag als raadslid indient met ingang van 1 januari 2021.
  • E-mail van Thomas Goossens van 18 november 2020 waarin hij laat weten dat hij verzaakt aan zijn recht om het mandaat van raadslid Albert Mees over te nemen.
  • E-mail van Sonia Stiasteny van 18 november 2020 waarin zij laat weten dat zij het mandaat aanvaardt.
  • Kennisname door de gemeenteraad van het ontslag van Albert Mees als gemeenteraadslid op 24 november 2020.

 

Juridische gronden

  • Artikel 8 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011
    Om gemeenteraadskiezer te zijn, moet men :
    1° Belg zijn;
    2° de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt;
    3° in de bevolkingsregisters van de gemeente ingeschreven zijn;
    4° zich niet bevinden in één van de gevallen van uitsluiting of schorsing, vermeld in Titel 3, hoofdstuk 4 van het decreet.
  • Artikel 58 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011
    Om tot gemeenteraadslid verkozen te kunnen worden en blijven, moet men kiezer zijn en moet men de kiesvoorwaarden, vermeld in artikel 8, behouden en mag men zich niet in een geval van schorsing of uitsluiting, als vermeld in artikel 15, §1 en §2 van het decreet, bevinden.
  • Artikelen 6 en 14 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad onderzoekt de geloofsbrieven van de opvolger van het raadslid dat ontslag genomen heeft.
  • Artikel 10 van het decreet lokaal bestuur
    Dit artikel omschrijft de diverse onverenigbaarheden met het mandaat van gemeenteraadslid.
  • Omzendbrief KB/ABB 2018/3 van 26 oktober 2018 "De start van de lokale en provinciale bestuursperiode"

 

Argumentatie

De geloofsbrieven omvatten de schriftelijke bewijsstukken die de opvolger, opgeroepen om de eed af te leggen, moet voorleggen en waaruit blijkt dat er tegen zijn installatie als raadslid geen bezwaren zijn. De opvolger moet volgende stukken voorleggen:

  • een recent uittreksel uit het bevolkings- of rijksregister
  • een recent uittreksel uit het strafregister
  • een verklaring op eer dat men zich niet bevindt in een van de gevallen van onverenigbaarheid zoals voorzien in artikel 10 van het decreet lokaal bestuur.

 

De geloofsbrieven werden behoorlijk en tijdig ingediend en werden ter inzage gelegd met respect voor de decretale bepalingen.

 

Het doel van het onderzoek is om na te gaan of men nog aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden voldoet en zich niet in een van de gevallen van onverenigbaarheid bevindt.

 

Uit het onderzoek van de geloofsbrieven door de gemeenteraad, blijkt dat Sonia Stiasteny voldoet aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden .Zij heeft verklaard zich niet in een van de gevallen van onverenigbaarheid te bevinden. Er zijn geen elementen waaruit zou blijken dat de opvolger zich in een situatie van onverenigbaarheid bevindt.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De geloofsbrieven van Sonia Stiasteny worden goedgekeurd.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

GEMEENTERAADSLEDEN. EEDAFLEGGING HANS NECKEBROUCK.

 

Voorgeschiedenis

  • Proces-verbaal van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018.
  • Brief van 10 december 2018, waarin de Raad voor Verkiezingsbetwistingen Vlaams-Brabant meedeelt dat hij de resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 in Bertem geldig heeft verklaard op 5 december 2018.
  • Raadsbesluit van 15 december 2020 over de goedkeuring van de geloofsbrieven van Hans Neckebrouck.

 

Juridische gronden

  • Artikel 14 van het decreet lokaal bestuur
    De vervanger legt de eed af in openbare vergadering in de handen van de voorzitter van de gemeenteraad.

 

Mededeling

De gemeenteraad neemt kennis van de eedaflegging van Hans Neckebrouck in handen van de voorzitter van de gemeenteraad.

Het mandaat van gemeenteraadslid gaat in op 1 januari 2021.

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

GEMEENTERAADSLEDEN. EEDAFLEGGING SONIA STIASTENY.

 

Voorgeschiedenis

  • Proces-verbaal van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018.
  • Brief van 10 december 2018, waarin de Raad voor Verkiezingsbetwistingen Vlaams-Brabant meedeelt dat hij de resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 in Bertem geldig heeft verklaard op 5 december 2018.
  • Raadsbesluit van 15 december 2020 over de goedkeuring van de geloofsbrieven van Sonia Stiasteny.

 

Juridische gronden

  • Artikel 14 van het decreet lokaal bestuur
    De vervanger legt de eed af in openbare vergadering in de handen van de voorzitter van de gemeenteraad.

 

Mededeling

De gemeenteraad neemt kennis van de eedaflegging van Sonia Stiasteny in handen van de voorzitter van de gemeenteraad.

Het mandaat van gemeenteraadslid gaat in op 1 januari 2021.

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

INSTALLATIE GEMEENTERAADSLEDEN. VASTSTELLING RANGORDE GEMEENTERAADSLEDEN.

 

Voorgeschiedenis

  • Eedaflegging van de gemeenteraadsleden Hans Neckebrouck en Sonia Stiasteny op 15 december 2020.

 

Feiten en context

  • De rangorde wordt bepaald als volgt:
    • Anciënniteit als gemeenteraadslid (eventueel onderbroken)
    • In ondergeschikte orde (bij gelijke anciënniteit): het aantal naamstemmen bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen
    • Bij gelijke anciënniteit en gelijk aantal naamstemmen: voorrang voor de kandidaat op de lijst die de meeste stemmen behaalde.
  • De mandaatperiodes als gemeenteraadslid en het aantal naamstemmen van de gemeenteraadsleden bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen zijn als volgt:
    Raadslid             Periodes GR-lid             Naamstemmen
    • Marc Morris03/01/1977-nu641
    • Maria Andries1/01/2001-31/12/2006135

1/01/2007-31/12/2012

1/01/2013-8/09/2014
2/01/2019-nu

  • Yvette Laes02/01/2007-nu315
  • Joël Vander Elst02/01/2013-nu1361
  • Joery Verhoeven02/01/2013-nu639
  • Tom Philips02/01/2013-nu566
  • Jan De Keyzer02/01/2013-nu368
  • Joris Fonteyn02/01/2013-nu356
  • Karin Baudemprez02/01/2013-nu210
  • Griet Verhenneman02/01/2013-16/12/2013279
    30/03/2014-25/01/2016
    2/07/2016-nu
  • Wouter Fock30/09/2014-nu190
  • Diane Vander Elst   28/06/2016-nu308
  • Eddy Vranckx27/10/1998-31/12/2000405
    2/01/2013-14/01/2013
    2/01/2019-nu
  • Jenne Van Cortenberg2/01/2019-5/02/2019326
    4/05/2019-30/07/2020
    23/11/2020-nu
  • Iris De Smet2/01/2019-nu314
  • Roland Gustin2/01/2019-nu303
  • Jimmy Geyns2/01/2019-nu300
  • Peter Persyn2/01/2019-nu247
  • Pieter Sempels2/01/2019-nu152
  • Hans Neckebrouckvanaf 1/01/2021290
  • Sonia Stiasteny29/09/2009-31/12/2018263
    vanaf 1/01/2021

 

Juridische gronden

  • Artikel 6, §7 van het decreet lokaal bestuur
    De rangorde van de gemeenteraadsleden wordt tijdens de installatievergadering van de nieuwe gemeenteraad onmiddellijk na de eedaflegging van de gemeenteraadsleden vastgesteld. Het gemeenteraadslid met de hoogste anciënniteit neemt de hoogste rang in. Bij gelijke anciënniteit neemt het gemeenteraadslid dat bij de laatste volledige vernieuwing van de gemeenteraad het hoogste aantal naamstemmen heeft behaald, de hoogste rang in. Bij een gelijk aantal naamstemmen neemt het gemeenteraadslid van wie de lijst bij de laatste volledige vernieuwing van de gemeenteraad de meeste stemmen heeft behaald de hoogste rang in. De opvolgers die na de installatievergadering als gemeenteraadslid worden geïnstalleerd, nemen in volgorde van hun eedaflegging een rang in.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De rangorde van gemeenteraadsleden vanaf 1 januari 2021 wordt als volgt vastgesteld:

1.     Marc Morris

2.     Maria Andries

3.     Yvette Laes

4.     Joël Vander Elst

5.     Joery Verhoeven

6.     Tom Philips

7.     Jan De Keyzer

8.     Joris Fonteyn

9.     Karin Baudemprez

10.Griet Verhenneman

11.Wouter Fock

12.Diane Vander Elst

13.Eddy Vranckx

14.Jenne Van Cortenberg

15.Iris De Smet

16.Roland Gustin

17.Jimmy Geyns

18.Peter Persyn

19.Pieter Sempels

20.Hans Neckebrouck

21.Sonia Stiasteny

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

POLITIEVERORDENINGEN. BEKRACHTIGING BESLUITEN BURGEMEESTER.

 

Voorgeschiedenis

  • Besluiten van de burgemeester van 2 december 2020:

o        Tijdelijke politieverordening digitaal vergaderen. Goedkeuring digitaal vergaderen BCSD 14 december 2020.

o        Tijdelijke politieverordening. Digitaal vergaderen gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn 15 december 2020.

 

Juridische gronden

  • Artikel 134 van de Nieuwe Gemeentewet
    In geval van oproer, kwaadwillige samenscholing, ernstige stoornis van de openbare rust of andere onvoorziene gebeurtenissen, waarbij het geringste uitstel gevaar of schade zou kunnen opleveren voor de inwoners, kan de burgemeester politieverordeningen maken, onder verplichting om daarvan onverwijld aan de gemeenteraad kennis te geven, met opgave van de redenen waarom hij heeft gemeend zich niet tot de raad te moeten wenden. Die verordeningen vervallen dadelijk, indien zij door de raad in de eerstvolgende vergadering niet worden bekrachtigd.

 

 

Bijlagen

         Verordening digitaal vergaderen BCSD 2 december 2020

         Verordening digitaal vergaderen GR-RMW 2 december 2020

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De gemeenteraad bekrachtigt de besluiten van de burgemeester van 2 december 2020:

  • Tijdelijke politieverordening digitaal vergaderen. Goedkeuring digitaal vergaderen BCSD 14 december 2020.
  • Tijdelijke politieverordening. Digitaal vergaderen gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn 15 december 2020.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

FLITSPALEN VOOR ONBEMANDE CAMERA'S. GOEDKEURING VAN HET ONTWERP PROTOCOLAKKOORD MET HET PARKET VAN DE PROCUREUR DES KONINGS VAN LEUVEN EN MET DE LOKALE POLITIE VOER EN DIJLE OVER DE BEPALING VAN DE PLAATSING EN DE GEBRUIKSOMSTANDIGHEDEN VAN VASTE AUTOMATISCH WERKENDE INSTALLATIES IN AFWEZIGHEID VAN EEN BEVOEGD PERSOON (ONBEMANDE DIGITALE SNELHEIDSMETER).

 

Voorgeschiedenis

  • Collegebesluit van 5 oktober 2020 over de goedkeuring van de gunning voor het leveren, plaatsen en aansluiten van flitspalen met camerabehuizing in Bertem.

 

Feiten en context

  • De plaatsing van snelheidscamera's in samenwerking met de politiezone is één van de acties in het strategisch meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente Bertem (actie 2.12.42).
  • De gemeente wil drie kantelpalen en de omkasting voor de onbemande camera plaatsen in de Bosstraat ter hoogte van huisnummer 107 te Bertem, de Stationsstraat ter hoogte van de brug over de Dijle te Korbeek-Dijle en in de Dorpstraat ter hoogte van huisnummer 589 te Leefdaal.
  • De betrokken plaatsen werden gekozen in overleg tussen de lokale politie Voer en Dijle en de gemeente Bertem. Hierbij werd rekening gehouden met het aantal verkeersongevallen waar het negeren van de maximum toegelaten snelheid een belangrijke oorzaak is, de geldende snelheidsbeperkingen en de homogene snelheid binnen eenzelfde traject.
  • De digitale snelheidsmeter zal de snelheid meten in beide rijrichtingen.
  • De gemeente moet instaan voor de kosten van
    • de eerste conformiteitskeuring, de eerste ijking, alsook de herijking;
    • het onderhoud en de herstellingen na waarborgtermijn.
  • Alvorens de palen zijn geplaatst en een conformiteitskeuring positief geattesteerd is (ijking), moet de gemeente hiervoor met het parket en de lokale politie Voer en Dijle een protocolakkoord afsluiten.

 

Juridische gronden

  • Artikelen 119, 119bis en 135, §2 van de Nieuwe Gemeentewet van 24 juni 1988
  • Artikel 62, 7e lid van de wet betreffende de politie op het wegverkeer gecoördineerd bij het KB van 16 maart 1968
    Wanneer de toestellen bestemd zijn om te worden gebruikt als vaste uitrusting op de openbare weg, in afwezigheid van een bevoegd persoon, worden de plaatsing en de gebruiksomstandigheden bepaald tijdens overleg, georganiseerd door de bevoegde gerechtelijke, politionele en administratieve overheden, waaronder de wegbeheerders. De Koning bepaalt de bijzondere modaliteiten van dit overleg. De plaatsing op de openbare weg van vaste uitrustingen voor onbemand automatisch werkende toestellen, wordt uitgevoerd met instemming van de wegbeheerder.
  • KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg.
  • KB van 11 oktober 1997 betreffende de bijzondere modaliteiten van het overleg voor de bepaling van de plaatsing en de gebruiksomstandigheden van vaste automatisch werkende installaties in afwezigheid van een bevoegd persoon, bestemd om op de openbare weg toezicht te houden op de naleving van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en haar uitvoeringsbesluiten.
  • KB van 18 december 2002, tot aanwijzing van de overtredingen waarvan de vaststelling gesteund op materiële bewijsmiddelen die door onbemande automatisch werkende toestellen worden opgeleverd, bewijskracht heeft zolang het tegendeel niet bewezen is.
  • KB van 12 oktober 2010, betreffende de goedkeuring, de ijking en de installatie van de meettoestellen gebruikt om toezicht te houden op de naleving van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en haar uitvoeringsbesluiten.

 

Adviezen

  • Gunstig advies van de mobiliteitscel van 19 februari 2020
  • Gunstig advies van Bart Stroobants, hoofdinspecteur Verkeersdienst van de politiezone Voer en Dijle.
  • De plaatsing van de digitale snelheidsmeter werd meermaals besproken in de mobiliteitsraad.

 

 

Bijlagen

  • Protocol digitale camera Bertem.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De raad hecht zijn goedkeuring aan het bijgevoegde ontwerp protocolakkoord met het parket van de Procureur des Konings van Leuven en politiezone Voer en Dijle voor de bepaling van de plaatsing en de gebruiksomstandigheden van vaste automatisch werkende installaties in afwezigheid van een bevoegd persoon zoals bedoeld in artikel 62, zevende lid, Wegverkeerswet van 16 maart 1968, het K.B. van 11 oktober 1997, het K.B. van 18 december 2002 tot aanwijzing van de overtredingen waarvan de vaststelling gesteund op materiële bewijsmiddelen die door onbemande automatisch werkende toestellen worden opgeleverd, bewijskracht heeft zolang het tegendeel niet bewezen is, en het K.B. van 12 oktober 2010, betreffende de goedkeuring, de ijking en de installatie van de meettoestellen gebruikt om toezicht te houden op de naleving van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en haar uitvoeringsbesluiten.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

PERSONEELSFORMATIE. AANPASSING PERSONEELSFORMATIE EN ORGANOGRAM.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluiten van 30 juni 2020 over de aanpassing van de personeelsformatie en het organogram.

 

Feiten en context

  • De personeelsformatie bevat de opsomming van het aantal en de soorten betrekkingen die nodig zijn voor de permanente personeelsbehoeften.
  • Het organogram geeft de organisatiestructuur van de gemeentelijke diensten weer en geeft de gezagsverhoudingen aan.

 

Juridische gronden

  • Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel
  • Koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel
  • Artikel 161 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stellen het gezamenlijk organogram van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vast.
    Het organogram geeft de organisatiestructuur van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn weer, duidt de gezagsverhoudingen en de functies aan waaraan het lidmaatschap van het managementteam is verbonden.

 

Adviezen

  • Gunstig advies van het managementteam van 2 december 2020
  • Gunstig advies van het hoog overlegcomité van 4 december 2020
  • Gunstig advies van het bijzonder comité voor de sociale dienst van 14 december 2020

 

Argumentatie

In het najaar 2018 kende ons bestuur een grondige aanpassing van de formatie. Deze was enerzijds ingegeven door de integratie van OCMW en gemeente, anderzijds werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om de totale organisatie te hertekenen. Uitgangspunten hierbij waren: het inzetten op leiding geven, het logisch onderbrengen van opdrachten en activiteiten en het zoveel mogelijk inzetten van medewerkers op hun sterktes.

 

Sindsdien volgden er nog 2 beperkte aanpassingen, voornamelijk in functie van nieuwe aanwervingen.

 

Nu ligt opnieuw een grotere formatiewijziging voor. De belangrijkste uitgangspunten voor deze aanpassing zijn:

1)     Bijsturen van de reorganisatie van najaar 2018 op basis van de ondertussen verworven ervaringen en inzichten.

2)     Vertalen van het toekomstig beleid inzake statutaire vs. contractuele functies in het organogram.

 

In dit voorstel worden een aantal functies die momenteel statutair zijn ingevuld, uitdovend geplaatst. In de toekomst zullen deze contractueel worden ingevuld. Bij elke functie werd volgende afweging gemaakt:

  • Kent deze functie een belangrijke leidinggevende invulling
  • en/of kan de functie mogelijk onderhevig zijn aan politieke of sterke externe druk?

Indien dit zo wordt ingeschat, dan blijft de functie ook in de toekomst statutair voorzien.

 

Uiteraard is dit beleid ingegeven vanuit de hoge loonkost van statutaire medewerkers. Ons bestuur heeft historisch een hoog percentage aan statutairen in dienst. Dit neemt niet weg dat ons bestuur streeft naar een gelijke behandeling van alle personeelsleden. De fondsen die vrijkomen door het verminderen van het aantal statutaire medewerkers worden aangewend om het aanvullend pensioen (de 2de pensioenpijler) voor de contractuele collega’s fors te verhogen. Een jaarlijkse verhoging van de bijdragevoet van de tweede pensioenpijler met 1% is opgenomen in het ontwerp van aanpassing meerjarenplan 2020-2025, dat eveneens ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad van 15 december 2020. Hierdoor zal deze bijdragevoet in 2025 reeds 7% bedragen, waarmee het lokaal bestuur Bertem bij de koplopers van de Vlaamse gemeenten zal behoren.

 

De voornaamste andere wijzigingen zijn:

  • bevorderingen voor enkele diensthoofden naar B4-B5
  • bevordering voor de hoofddeskundige investeringsprojecten A1a-A2a
  • nieuwe functie van projectleider wegen B1-B3
  • nieuwe functie van expert omgeving A1a-A2a
  • nieuwe functie van administratieve medewerker voor de aankoopdienst
  • uitbreiding kader van de cel toezicht en onderhoud met het oog op de ingebruikname van de sporthal
  • uitbreiding kader dienst HRM met 1/2 VTE administratief medewerker C1-C3
  • 2 extra VTE maatschappelijk werkers voor de dienst zorg en welzijn

 

Financiële gevolgen

De minkost voor de wijzigingen in de nieuwe structuur bedraagt 190 955 euro.

Bij deze berekening werd geen rekening gehouden met de verhoging van de tweede pensioenpijler voor het contractuele personeel naar 7% in 2025 (jaarlijkse verhoging van 1%). Dit betekent een extra jaarlijkse meerkost van 79 465 euro vanaf 2025.

 

 

Bijlagen

  • brtg-pbp-globaal-20201204-o

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt het gewijzigde organogram en de gewijzigde personeelsformatie, zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit, goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

STRAATNAMEN. DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE NIEUWE STRAATNAAM "RAPIDPARK" VOOR DE WEG ONTSTAAN DOOR EEN BOUWPROJECT TUSSEN TERVUURSESTEENWEG EN SINT-MEDARDUSSTRAAT TE BERTEM.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 26 maart 2019 over de opzeg van de huurovereenkomst met VC Bertem-Leefdaal voor site Rapid.
  • Collegebesluit van 1 juli 2019 waarbij kandidaat-koper GML Estate nv uit Sint-Martens-Latem wordt aangeduid als voorkeursbieder.
  • Raadsbesluit van 26 november 2019 over de goedkeuring van de overeenkomsten tot vestiging van een recht van opstal en optieovereenkomst voor de sites Rapid Bertem en 't Blok.
  • Op 6 juli 2020 heeft Maxime Dumarey een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend.
  • Het openbaar onderzoek in het kader van de omgevingsvergunningsaanvraag liep van 20 augustus 2020 tot en met 19 september 2020.
  • Gemeenteraadsbesluit van 29 september 2020 over de principiële vaststelling van een nieuwe straatnaam "Rapidpark".

 

Feiten en context

  • Het nieuwe woonproject wordt gerealiseerd op het voetbalterrein 'Rapid Bertem' tussen Tervuursesteenweg en Sint-Medardusstraat te Bertem, kadastraal gekend als afdeling 1 sectie C nrs. 223E2 en 223D2.
  • Deze nieuwe weg vormt de zachte verbinding tussen Tervuursesteenweg en Sint-Medardusstraat en verschaft toegang tot de verschillende wooneenheden.

 

Juridische gronden

  • Decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van openbare wegen en pleinen.
    Dit decreet bepaalt de bevoegdheden, voorwaarden en procedures voor de naamgeving van openbare wegen en pleinen.
  • Ministerieel besluit van 20 april 2007 houdende reglementering van de particuliere brievenbussen.
  • Algemene onderrichtingen betreffende het houden van de bevolkingsregisters (versie 31 maart 2019) van de FOD Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Instellingen en Bevolking, Rijksregister.
  • Omzendbrief van 4 november 2020 van de FOD Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Instellingen en Bevolking, Rijksregister: Best Address: richtlijnen en aanbevelingen voor het vaststellen en toekennen van een adres en huisnummer.

 

Adviezen

  • Openbaar onderzoek van 14 november 2020 tot en met 14 december 2020 waarbij geen opmerkingen of klachten zijn ontvangen.

 

Besluit

 

19 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven, Tom Philips, Yvette Laes, Jan De Keyzer, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Pieter Sempels, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Jimmy Geyns en Albert Mees

2 onthoudingen: Joris Fonteyn en Peter Persyn

 

Artikel 1:

De raad stelt de straatnaam 'Rapidpark' definitief vast voor het nieuwe woonproject gelegen tussen Tervuursesteenweg en Sint-Medardusstraat.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

STRAATNAMEN. DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE NIEUWE STRAATNAAM "STROOBANTSHOF", VOOR DE WEG ONTSTAAN DOOR EEN VERKAVELING LANGS DE SINT-FRANCISCUSBERG TE BERTEM.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail van 19 augustus 2020 aan de Erfgoedkamer Bertem met verzoek tot gemotiveerd voorstel van naamgeving voor de nieuwe verkavelingsweg aan de St.-Franciscusberg.
  • E-mail van 9 september 2020 van Rob Parisis namens Erfgoedkamer Bertem met voorstel van naamgeving.
  • Gemeenteraadsbesluit van 29 september 2020 over de principiële vaststelling van een nieuwe straatnaam "Stroobantshof".

 

Feiten en context

  • De verkavelingsaanvraag van Willems voor Land-Expert bv op de percelen afdeling 1 sectie C nr 182n3, 182f3, 182c3, 182g3, 182k3 en 182l3 voorziet in de aanleg van een weg om de ontsluiting van de loten mogelijk te maken.
  • Deze weg zal worden aangelegd door de verkavelaar en zal na de voorlopige oplevering kosteloos aan de gemeente overgedragen worden. Op dat ogenblik wordt de weg voor het verkeer opengesteld.
  • De raad van bestuur van de Erfgoedkamer Bertem stelt de naam 'Stroobantshof' voor.

 

Juridische gronden

  • Decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van openbare wegen en pleinen.
    Dit decreet bepaalt de bevoegdheden, voorwaarden en procedures voor de naamgeving van openbare wegen en pleinen.
  • Ministerieel besluit van 20 april 2007 houdende reglementering van de particuliere brievenbussen.
  • Algemene onderrichtingen betreffende het houden van de bevolkingsregisters (versie 31 maart 2019) van de FOD Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Instellingen en Bevolking, Rijksregister.
  • Omzendbrief van 4 november 2020 van de FOD Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Instellingen en Bevolking, Rijksregister: Best Address: richtlijnen en aanbevelingen voor het vaststellen en toekennen van een adres en huisnummer.

 

Adviezen

  • Openbaar onderzoek van 14 november 2020 tot en met 14 december 2020 waarbij geen opmerkingen of klachten zijn ontvangen.

 

Besluit

 

19 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven, Tom Philips, Yvette Laes, Jan De Keyzer, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Pieter Sempels, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Jimmy Geyns en Albert Mees

2 onthoudingen: Joris Fonteyn en Peter Persyn

 

Artikel 1:

De raad stelt de straatnaam 'Stroobantshof' definitief vast voor de nieuwe zijstraat van de Sint-Franciscusberg, ter hoogte van huisnummer 30.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

BELASTINGEN. GOEDKEURING CONTANTBELASTINGREGLEMENT VOOR DE INZAMELING EN VERWERKING VAN HET HUISHOUDELIJK AFVAL EN DAARMEE VERGELIJKBAAR BEDRIJFSAFVAL VOOR DE HUIS-AAN-HUIS INZAMELING, INZAMELING OP AFROEP, VIA SORTEERSTRATEN EN DE INZAMELING OP HET RECYCLAGEPARK.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 18 februari 2020 over het contantbelastingreglement voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval voor de huis-aan-huisinzameling, inzameling op afroep, via sorteerstraten en de inzameling op het recyclagepark.
  • E-mail van Niels Van Eygen, bedrijfsjurist van EcoWerf, van 5 oktober 2020 over het nieuw contantbelastingreglement
  • E-mail van Niels Van Eygen, bedrijfsjurist van EcoWerf, van 26 november 2020 over aanvaardingsplicht voor matrassen en de gevolgen voor het contantbelastingreglement

 

feiten en context

  • De gemeente Bertem maakt deel uit van EcoWerf, intergemeentelijk milieubedrijf Oost-Brabant;
  • De gemeente is toegetreden tot het DifTar-systeem van huis-aan-huisinzameling in containers alsook voor de brengmethode naar het recyclagepark.
  • De kosten voor inzameling van afval wegen zwaar door op de gemeentelijke financiën. De kosten voor de huis-aan-huis inzameling en de inzameling op het recyclagepark zullen verhaald worden op de aanbieders via een contantbelasting.
  • De invoering van een gedifferentieerde contantbelasting laat de gemeente toe om het principe van “de vervuiler betaalt” toe te passen, om alzo prioriteit te verlenen aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie het hergebruik en tenslotte de recyclage van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen te stimuleren.

 

Juridische gronden

  • Artikel 170, §4 van de grondwet
    Geen last of belasting kan door de agglomeratie, de federatie van gemeenten en de gemeente worden ingevoerd dan door een beslissing van hun raad.
  • Artikelen 40 §3 en 41 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. De reglementen kunnen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de gemeentebelastingen is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.
  • Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen
  • Artikel 26 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen
    De gemeenten verhalen de kosten van het beheer van huishoudelijk afval op de afvalproducenten. De gemeente kan haar verzelfstandigde entiteiten of intergemeentelijke samenwerkingsverbanden ertoe machtigen die kosten te innen, ook als ze in de vorm van belastingen en retributies worden verhaald.
  • Artikel 3.4.8.1 van het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)

Voor afgedankte matrassen wordt de uitgebreide producenten-verantwoordelijkheid ingevuld door middel van de aanvaardingsplicht, vermeld in afdeling 3.2. De aanvaardingsplicht is van toepassing vanaf 1 januari 2021.

  • Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval, alsook het verslag van de advies- en inspraakreacties bij dit plan, zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering op 16 september 2016.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgaven

649700

649701

€ 538 270

€ 256 319

€ 538 270

€ 256 319

€ 538 270

€ 256 319

 

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Geraamde inkomsten

733220

733250

€ 402 649

€ 69 062

€ 402 649

€ 69 062

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

§ 1. Er wordt een contantbelasting gevestigd voor:

1° de huis-aan-huis inzameling van het gewoon huisvuil, het pmd-afval, het gft-afval, de zachte plastics en grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval);

2° de inzameling van op het recyclagepark aangeboden afvalstoffen;

3° de inzameling van het gewoon huisvuil, het pmd-afval, het gft-afval en papier en karton via sorteerstraten;

4° de huis-aan-huis-inzameling van snoeihout;

5° de verkoop van geventileerde keukenafvalbakjes en composteerbare zakken.

 

§ 2. Definities algemeen

 

1° Aansluitpunt (ASP):

 

1) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van inschrijving in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden,

 

2) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden, en

 

3) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente waarin een instelling van openbaar nut, een school, een vereniging die deel uitmaakt van de gemeentelijke cultuur-, sport- of jeugd-, senioren- of milieuraad, gevestigd is, die op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.

 

2° Aansluitpunt commercieel:

Iedere entiteit, met een maximale oppervlakte van 200 m² (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een commerciële functie, waarin beroepsactiviteiten worden ontplooid (vrij beroep, handel, zorgactiviteiten…) die op basis van de inschrijving in het bevolkingsregister/handelsregister van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.

 

De juiste oppervlakte van het commercieel aansluitpunt wordt vastgelegd hetzij op basis van de goedgekeurde bouwvergunning, hetzij op basis van de afgesloten huurovereenkomst.

 

3° Aorta: de databank waarin EcoWerf per gezin of per onderneming registreert:

  • de relevante identificatiegegevens van het gezin of de onderneming en de referentiepersoon van het betrokken gezin of onderneming
  • de relevante DifTar-gegevens inzake inzameling en verwerking van huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval, individueel en gedifferentieerd per afvalstroom, zodat ze afzonderlijk kunnen getarifeerd worden. De relevante gegevens zijn onder meer de aard van de aangeboden afvalstof, het gewicht ervan en het aantal afvalbewegingen.

 

Om gebruik te kunnen maken van de dienstverlening voor de inzameling en de verwijdering van de aangeboden huishoudelijke afvalstoffen en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval en/of toegang te krijgen tot de recyclageparken, moeten de gezinnen of ondernemingen op het grondgebied van de gemeente zich laten registreren in Aorta. De registratie kan gebeuren bij de bevoegde gemeentedienst. Voor zover de gegevens van het gezin zijn opgenomen in het rijksregister (via het bevolkings- of vreemdelingenregister) en het gezin niet geregistreerd werd door de gemeente, voert EcoWerf de registratie zelf uit op basis van deze gegevens.

Voor elk gezin of elke onderneming zoals omschreven in dit reglement is een registratie verplicht en is er maximaal één registratie mogelijk.

 

Per gezin of per onderneming in het bedieningsgebied wordt er in Aorta een formulier aangemaakt. Het formulier omvat voor het gezin of de onderneming de vermelding van de referentiepersoon, het adres, een bankrekeningnummer, een detail van de diensten waarvan gebruik kan worden gemaakt, een rekenstaat, het rijksregisternummer of nummer van het vreemdelingenregister van de referentiepersoon, het ondernemingsnummer, en het EcoWerf-klantennummer. Er wordt geregistreerd of het formulier wordt aangemaakt voor een gezin, een tweede verblijf, een gemeenschap of voor een onderneming, vereniging, school, gemeentelijke overheid of andere overheid. Indien de referentiepersoon bereid is deze gegevens te verstrekken, vermeldt het formulier ook een telefoonnummer en een e-mailadres van het gezin of de onderneming.

 

Op basis van het bedrag van de rekenstaat in de databank en in functie van de beschikbare diensten wordt bepaald of er aan de belastingplichtige betalingsuitnodigingen verstuurd worden en of de belastingplichtige in de voorwaarden verkeert om dienstverlening inzake inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval te ontvangen.

 

De gegevens van Aorta kunnen door EcoWerf worden aangewend voor het versturen van betalingsuitnodigingen.

 

Wanneer er niet langer een beroep wordt gedaan op enige dienst inzake verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval wegens verhuis of overlijden, en dit door de gemeente gemeld wordt aan EcoWerf, zal EcoWerf de toegangskaart blokkeren of niet langer een toegangsmachtiging aan de identiteitskaart verlenen. Op vraag van de burger kan het eventuele onbestede tegoed op het rekeningnummer van de referentiepersoon terug betaald worden. 

 

4° DifTar-rekening: de individuele rekening die per gezin of per onderneming in de databank wordt bijgehouden en waarop afzonderlijk worden ingeschreven :

  • de volgens dit reglement verschuldigde contantbelasting;
  • de volgens dit reglement verschuldigde kohierbelasting;

De rekenstaat geeft op elk ogenblik getrouw weer wat de schuld of het tegoed is van het gezin of de onderneming.

 

5° Gebruikersgroep: een selectie van aansluitpunten die op basis van het domicilieadres geselecteerd worden, een elektronische toegangsbadge toegewezen krijgen en op deze wijze toegang krijgen tot een sorteerstraat en/of recyclagepark(en).

 

6° Ondergrondse afvalcontainer: een ondergronds inzamelrecipiënt, voorzien van een inwerpzuil met, afhankelijk van de aangeboden fractie een aangepaste inwerpopening. De container is voorzien van een elektronisch te openen deksel, enkel te openen bij aanbieding van een door EcoWerf gevalideerde toegangsbadge.

 

7° Referentiepersoon: de meerderjarige persoon die in Aorta als referentiepersoon voor het gezin of de onderneming wordt vermeld. Als de registratie gebeurt :

  • voor een gezin, wordt van rechtswege de persoon die, volgens de opgave van het rijksregister, als referentiepersoon van het gezin, vermeld staat in het bevolkingsregister of vreemdelingenregister, ook geregistreerd als referentiepersoon in de databank
  • voor een onderneming is het een meerderjarige natuurlijke persoon die geacht wordt de onderneming rechtsgeldig te vertegenwoordigen.

 

8° Recyclagepark: een bij toepassing van VLAREMA vergunde inrichting waar particulieren en eventueel ook bedrijven onder toezicht van op vastgestelde dagen en uren bepaalde gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en eventueel met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen kunnen deponeren.

 

9° Sorteerstraat: een combinatie van (ondergrondse afvalcontainers) ten behoeve van de inzameling van de fracties restafval, pmd, gft en papier & karton.

 

10° Toegangskaart: elektronische badge op naam van de referentiepersoon die bij aanbieding toegang verleent tot de ondergrondse containerterminal (OCT) en/of recyclagepark(en). De badge registreert de gebruiker en het volume of het gewicht van de aangeboden fractie. Elke gebruiker en bij uitbreiding ook de badge maakt deel uit van een door EcoWerf gedefinieerde gebruikersgroep.

 

§ 3 Definities afvalfracties

 

1° Afgedankte elektrische en elektronische apparaten: Apparaten die elektrische stromen of elektronische velden nodig hebben om naar behoren te kunnen werken, en apparaten voor het opwekken, overbrengen en meten van die stromen en velden, die onder een van de categorieën, vermeld in artikel 3.4.4.2 van het VLAREMA, vallen en die bedoeld zijn voor gebruik met een spanning van maximaal 1000 volt bij wisselstroom en 1500 volt bij gelijkstroom. Daarin zijn ook alle onderdelen, subeenheden en verbruiksmaterialen begrepen die deel uitmaken van het product op het moment dat het wordt afgedankt. De volgende apparaten vallen niet onder deze definitie: apparaten die deel zijn van andere elektrische apparatuur, apparatuur die verband houdt met de bescherming van de wezenlijke belangen van de veiligheid van lidstaten, wapens, munitie en oorlogsmateriaal, tenzij het gaat om producten die niet specifiek voor militaire doeleinden zijn bestemd, en grote, niet-verplaatsbare industriële installaties van elektrische en elektronische gereedschappen en tuingereedschappen.

 

2° Asbestcement: Alle voorwerpen uit gebonden asbest zoals eternieten golfplaten, schaliën, vlakke eterniet… ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van losse asbest, plastic golfplaten…

 

3° Boomstronken: Alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik.

 

4° Bouwafval: Zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit), cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde.

 

5° Cellenbeton: Alle schuimbeton ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

6° E.P.S.: Zuiver witte piepschuim ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit met uitzondering van gekleurd piepschuim, verpakkingschips, verpakkingspiepschuim afkomstig van voedingsmiddelen, vervuild piepschuim, styrofoamplaten…

 

7° Frituurolie en afgelaten motorolie: Alle soorten smeerolie en/of industriële olie, op minerale of synthetische basis ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit in het bijzonder afgewerkte motorolie, frituurolie, met uitzondering van grote hoeveelheden motorolie, olie met pcb’s of andere giftige stoffen.

 

8° Gips en kalk: Bouwafval uit gips en kalk zoals gipsplaten, kalk, gips, bezetsel … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van cement, stenen, asfalt…

 

9° Glas: Hol glas en vlak glas ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteiten, ontdaan van dopsels, deksels en sluitingen, met uitzondering van vuurvaste voorwerpen en hittebestendig glas, gewapend glas, kristal, opaal glas, rookglas, autoruiten, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, tl-lampen, stenen, tegels, porselein, aardewerk, beeldbuizen van tv’s…

  • Hol glas  betreft alle lege glazen flessen en bokalen van dranken, fruit en groenten, voedingswaren, confituren, sausen...
  • Vlak glas betreft vlak glas uit de bouwsector, zoals venster- en deurglas en glas van gevelelementen. Hieronder valt niet het gelaagd glas (bijv. van voertuigen), loodglas, hittebestendig glas (bijv. pyrex, glas van kacheltjes), glas van zonnepanelen…

 

10° Gras- en bladafval: Alle vers gazonmaaisel en bladeren afkomstig van normaal tuinonderhoud, met uitzondering van oud en rot gazonmaaisel en gras vermengd met grond.

 

11° Groenafval: Organisch composteerbaar afval zoals plantenresten, haagscheersel, snoeihout, bladeren, organisch afval uit parken en plantsoenen, boomstronken, gazon - en wegbermmaaisel en kerstbomen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

12° Groente-, fruit- en tuinafval (gft): Organisch composteerbaar afval zoals schillen en resten van fruit (ook citrusvruchten), groenten en aardappelen; dierlijk en plantaardig keukenafval en etensresten; broodresten; koffiedik en papieren koffiefilters; papier van keukenrol; noten en pitten; vlees- en visresten, schaaldierresten (uitgezonderd mosselschelpen, oesterschelpen …); vaste zuivelproducten (kaasresten); eieren en eierschalen; fijn tuin- en snoeiafval (bladeren, gras, onkruid, haagscheersel, versnipperd snoeihout …); kamer- en tuinplanten; schaafkrullen en zaagmeel van onbehandeld hout; mest van kleine huisdieren (cavia, konijn). Dit alles ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of uit een bedrijfsactiviteit die vergelijkbaar is met een huishouden.

 

13° Grofvuil: Alle huishoudelijke afvalstoffen en voorwerpen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en die omwille van de omvang, de aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen worden aangeboden, met uitzondering van: papier en karton, textiel, glas, kga (Klein Gevaarlijk Afval), gft (groenten, tuin– en fruitafval) en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, pmd, oude metalen, houtafval, snoeihout en groenafval, afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA), autobanden, steenachtige fracties van bouw - en sloopafval en andere selectief ingezamelde afvalstoffen.

 

14° Harde plastics: Alle zuivere harde plastics zoals deuren, rolluiken, buizen, dakgoten, tuinmeubelen, bloempotten, plastic kleerhangers, speelgoed, wasmanden, emmers ... ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van plastic flessen en flacons (pmd), verpakkingen van gevaarlijke producten (kga), bouw- en isolatiematerialen, tuinslang, verpakkingen van voedings- waren, plastic blisters en straps, cd’s, dvd’s en videobanden (restafval)...

 

15° Herbruikbare goederen: Alle door de normale werking van een particuliere huishouding ontstane afvalstoffen die worden aanvaard door het erkend Kringloopcentrum en geschikt kunnen worden gemaakt voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed…

 

16° Huishoudelijk afval: Alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van de particuliere huishouding en/of afvalstoffen ontstaan door een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

17° Keramiek: Alle keramiek ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit zoals wc-potten, lavabo’s, tegels, stenen borden en tassen, porselein… met uitzondering van steenafval.

 

18° Klein Gevaarlijk Afval (KGA): De afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1. van het VLAREMA. 

 

19° Kurk: Alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking…

 

20° Oude Metalen: Alle ferro- en non-ferro metalen voorwerpen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van ferro- en non-ferroverpakkingen, kga en elektrische en elektronische toestellen.

 

21° Papier en karton: Alle dag-, week-, en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoon- en faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee gelijkgestelde bedrijfsafvalstoffen, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeizakken…

 

22° Plastic flessen en flacons, Metalen verpakkingen en Drankkartons (PMD): Plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen (inclusief kroonkurken) en drankkartons, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit. De aangeboden plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons mogen geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.

 

23° Sloophout: Alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van  geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.

 

24° Snoeihout: Alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin (met een diameter van minder dan 10 cm), haagscheersel.

 

25° Steenafval: Zuivere steenslag, (gewapend) beton, versteende cement, betonnen palen… ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vervuilde steenslag (bv. met grond), asfalt, keramiek, gips en kalk, cellenbeton, asbest…

 

26° Textiel: Alle niet verontreinigde kleding, huishoudlinnen, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), beddengoed, schoeisel, handtassen en lederwaren ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

27° Zachte plastics: Alle zuiver zachte plastics zoals zakjes, draagtassen, blisters (zonder aluminiumfolie), (noppen)folies, kuipjes, vlootjes, (yoghurt)potjes, bloempotjes, plantentrays, speelgoed (zonder batterijen of elektronica) en harde plastics kleiner dan een emmer van 10 liter, met uitzondering van plastic flessen en flacons (pmd), klein gevaarlijk afval (siliconentubes, bussen van detergenten, olievaten, verfpotten), piepschuim, (schuim)rubber, zwembandjes, zilverkleurige folies, pvc, touwen en netten.

 

Artikel 2:

De contantbelasting is verschuldigd door de gebruiker op basis van de kostprijs van de specifieke dienstverlening en wordt aangerekend naargelang van de soort en de hoeveelheid of het gewicht van het afval bij de huis-aan-huis-inzameling, de inzameling via het recyclagepark en de sorteerstraten.

 

Artikel 3:

 

§ 1. Huis-aan-huis inzameling

 

De contantbelasting voor de huis-aan-huis inzameling in functie van de fractie en het gewicht van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen wordt hieronder weergegeven. De gewichtsmeting is tot op 0,5 kg nauwkeurig.

 

a) Huisvuil

De contantbelasting bestaat uit een bedrag per kg huisvuil vermeerderd met een vergoeding per aanbieding en een gebruiksrecht van de container per maand. De bedragen zijn uitgedrukt in euro.

 

Inzameling en verwerking

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

per kg gewogen huisvuil

0,28

0,28

per aanbieding 40 liter container

0,55

-

per aanbieding 120 liter container

0,55

0,55

per aanbieding 240 liter container

1,10

1,10

per aanbieding 360 liter container

1,65

1,65

per aanbieding 1100 liter container

5,59

5,59

voorrijkost per afroep

75

75

 

Gebruiksrecht container per maand

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

container 40 liter

0,84

-

container 120 liter

0,84

1,84

container 240 liter

1,66

2,47

container 360 liter

2,47

2,64

container 1100 liter

4,58

7,07

aankoop slot (optioneel)

25

25

 

b) GFT-afval

 

Inzameling en verwerking

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

per kg gewogen GFT

0,18

0,18

 

Gebruiksrecht container

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

container 40 liter

0,84

-

container 120 liter

0,84

1,84

container 240 liter

1,66

2,47

container 1100 liter

4,58

7,07

aankoop slot (optioneel)

25

25

 

 

c) PMD

 

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

per zak van 60 liter

0,15

0,15

 

d) Zachte plastic

 

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

per zak van 60 liter

0,25

0,25

 

e) Grofvuil

 

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

voorrijkost op afroep

25

25

verwerking per begonnen 0,5 m³

7,50

7,50

 

of

 

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

1-persoonsbed

7,50

7,50

2-persoonsbed

15

15

zetel: 1-zit

7,50

7,50

zetel: 2-zit

15

15

zetel: 3-zit

22,50

22,50

stoel (2 stuks)

7,50

7,50

(tuin)tafel

7,50

7,50

 

f) Snoeihout

 

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

per bussel

2,50

2,50

 

g) Papier en karton

 

Gebruiksrecht container

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

container 40 liter

0,84

-

container 120 liter

0,84

1,84

container 240 liter

0,84

2,47

container 1100 liter

4,58

7,07

aankoop slot (optioneel)

25

25

 

 

§ 2. Inzameling via sorteerstraat op gewicht

 

De contantbelasting in functie van het gewicht van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen in een sorteerstraat wordt hieronder weergegeven. De gewichtsmeting is tot op 0,5 kg nauwkeurig.

 

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

Huisvuil (kg)

0,28

0,28

GFT (kg)

0,18

0,18

Beheerskost (maand)

3,53

7,06

 

§ 3. Inzameling via DifTar recyclagepark op volume

 

De contantbelasting in functie van volume van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen op het recyclagepark wordt hieronder weergegeven.

 

 

Particulieren (euro)

KMO (euro)

Bezoek aan het recyclagepark

- auto, voetganger, fiets

3,00

6,00

- aanhangwagen

9,00

18,00

- bestelwagen

24,00

36,00

Asbestcement, kga, aeea, papier en karton en zachte plastics, afgedankte matras

Een voertuig dat enkel asbestcement, kga, aeea en papier en karton en zachte plastics of een afgedankte matras aanvoert, heeft gratis toegang tot het recyclagepark

-

Gratis toegangsbeurten per jaar

- 4 toegangsbeurten per aansluitpunt

- Een personenwagen, fietser of voetganger wordt verrekend als 1 gratis toegangsbeurt.

Een particulier die enkel over een bestelwagen beschikt, kan toelating vragen aan het college om gelijkgesteld te worden met de gebruiker van een wagen.

- Een aanhangwagen wordt geteld als 3 toegangsbeurten.

-

Tarief grote hoeveelheden

Vanaf het 19e bezoek binnen hetzelfde kalenderjaar worden de KMO-tarieven van toepassing op de betrokken particulier.

-

 

 

§ 4. Verkoop van geventileerde keukenafvalbakjes en composteerbare zakken

 

Het bedrag van de contantbelasting voor de verkoop van geventileerde keukenafvalbakjes en composteerbare zakken wordt hieronder weergegeven. Het bedrag dient contant te worden betaald bij afhaling van de bakjes of zakjes aan de onthaalbalie van het gemeentehuis.

 

 

euro

Keukenafvalbakje

2,50

Rol van 50 composteerbare zakjes van 80 liter

3,00

Rol van 10 zakken van 40 liter

3,00

Rol van 10 zakken van 120 liter

5,00

 

Artikel 4:

Indien het afval wordt aangeboden door een gezin dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon van het gezin en alle meerderjarige leden van het gezin die in de woongelegenheid van de referentiepersoon verblijven.

 

Indien het afval wordt aangeboden door een onderneming of vereniging dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon en de onderneming, zijnde iedere natuurlijke– of rechtspersoon die de onderneming uitmaakt of de leden van de vereniging, indien deze geen rechtspersoonlijkheid heeft.

 

Artikel 5:

§ 1. De personen die gebruik maken van de door de gemeente voorgeschreven containers zijn de contantbelasting betreffende de inzameling en verwerking verschuldigd op het ogenblik dat de kiepbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven afval door de ophaalwagen wordt geregistreerd. De contantbelasting betreffende het gebruik van de container is maandelijks verschuldigd.

 

§ 2. De gebruiker van de sorteerstraat is de contantbelasting betreffende de inzameling en verwerking van afvalstoffen verschuldigd op het ogenblik dat de gebruiker afvalstoffen aanbiedt aan de ondergrondse afvalcontainer en de elektronische toegangskaart van de gebruiker deze beweging registreert. De contantbelasting betreffende het gebruik van de sorteerstraat is maandelijks verschuldigd.

 

§ 3. Iedere gebruiker van een container/sorteerstraat dient vooraf een bedrag te storten op de DifTar-rekening en dit in functie van de gebruikte containers:

 

Aantal en type containers

Voorschot (euro)

1 of meerdere 40 L-. of 120 L-containers of een particuliere gebruiker van een sorteerstraat en een 240L papier en karton-container

50

per container van 240 L of een niet-particuliere gebruiker van een sorteerstraat

100

per container van 1.100 L of per set van 3 360 L containers

500

per 240L papier en karton-container indien dit de enige container op het aansluitpunt is

25

per 1100L papier en karton-container indien dit de enige container op het aansluitpunt is

75

 

§ 4. Bij elke registratie van een kiepbeweging en het gewicht van het meegegeven afval of in geval van sorteerstraat bij een gewichtsmeting, zal de contantbelasting zoals bepaald in artikel 3, in mindering worden gebracht van het vooraf betaald bedrag. De contantbelasting zal worden afgerond tot op 2 cijfers na de decimaal.

 

Artikel 6:

§ 1. Iedere referentiepersoon die geregistreerd staat in Aorta beschikt over een DifTar-rekening waarmee voor bepaalde dienstverleningen van EcoWerf betaald kan worden.

 

Zodra het beschikbare bedrag lager is dan 10,00 euro wordt een betalingsuitnodiging gestuurd naar de referentiepersoon. Het aanzuiveren van de DifTar-rekening is mogelijk door betaling via overschrijving of door betaling met Bancontact in het recyclagepark.

 

De containers zullen niet meer geledigd worden of de sorteerstraat zal niet meer toegankelijk zijn van zodra de vervaldatum van de herinnering is verlopen en het beschikbare bedrag lager is dan 0 euro.

 

Indien de niet geledigde container niet tijdig wordt binnengehaald, kan die door of in opdracht van de gemeente worden geledigd aan het tarief vastgelegd in het gemeentelijk belastingreglement betreffende ambtshalve opruimen van sluikstorten.

 

Bij afmelding (verhuis, overlijden…) wordt de DifTar-rekening gesloten en wordt het nog beschikbare bedrag teruggestort op rekeningnummer van de begunstigde, tenzij de begunstigde nog een openstaande schuld heeft aan de gemeente. Een eindafrekening wordt afgeleverd aan de begunstigde.

 

§ 2. De personen die gebruik maken van de voorgeschreven pmd-zakken en zakken voor de inzameling van zachte plastics zijn de contantbelasting verschuldigd bij de aankoop ervan op de door de gemeente vastgestelde plaats(en).

 

§ 3. Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering nog niet verlopen is, zal de bezoeker van het recyclagepark hierop attent gemaakt worden en nog slechts één maal de mogelijkheid hebben om het tarief voor betalende fracties via de DifTar-rekening te betalen. In dit geval zal ook steeds gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld.

 

Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering is verlopen, zal bij de ingang gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld. Indien het saldo niet wordt aangezuiverd zal hij/zij geen toegang krijgen tot het betalend gedeelte en zal de uitgang geweigerd worden met de vraag om het openstaande saldo aan te zuiveren. Men zal ook geen gebruik meer kunnen maken van de inzameling op afroep tot het saldo werd aangezuiverd.

 

§ 4. Voor de vervanging van een verloren, beschadigde en/of gestolen toegangskaart of een extra toegangskaart wordt een contantbelasting gevraagd van 5,00 euro. Dit bedrag zal aangerekend worden via de DifTar-rekening.

 

§ 5. Niet-inwoners of toekomstige inwoners van de gemeenten kunnen, voor het aanbrengen van afval afkomstig vanuit de gemeente, een kaart voor het recyclagepark aanvragen bij het gemeentebestuur. De kaart wordt uitgeleend voor een periode van maximum 6 maanden tegen een waarborg van 100 euro.

Verwanten van overleden inwoners kunnen voor het aanbrengen van afval afkomstig vanuit de gemeente een kaart voor het recyclagepark aanvragen bij het gemeentebestuur. De kaart wordt uitgeleend voor een periode van maximum twee weken tegen een waarborg van 100 euro.

 

Artikel 7:

Bij ontstentenis van betaling wordt de contantbelasting conform artikel 4, § 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen omgezet in een kohierbelasting.

 

Door de opname in een kohier verkrijgt de belasting vanaf dan alle kenmerken van een kohierbelasting, met inbegrip van een betalingstermijn van twee maanden en een bezwaartermijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.

 

De belasting is persoonsgebonden waardoor de gemeente de mogelijkheid heeft om gebruik te maken van het positief saldo op een ander particulier ASP betreffende dezelfde persoon/referentiepersoon om het negatief saldo aan te zuiveren, alvorens over te gaan tot inkohiering.

 

Artikel 8:

De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar op afgiftebewijs indienen tegen deze contantbelasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van de contante inning/aanrekening op de DifTar-rekening.

 

Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding gestuurd, binnen vijftien kalenderdagen na indiening ervan.

 

Het bezwaar wordt behandeld volgens de bepalingen van artikel 9, § 4 en 5 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De kennisgeving van de beslissing zal de instantie vermelden waarbij, en de termijn waarbinnen, er tegen de beslissing beroep kan aangetekend worden conform artikel 10 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

 

Een afschrift van de beslissing zal meegedeeld worden aan EcoWerf.

 

Artikel 9:

Deze belasting zal definitief zijn indien geen tijdige dan wel ontvankelijke bezwaren ingediend werden.

 

Artikel 10:

§ 1. Voor de gezinnen met fiscaal minimum drie kinderen ten laste (toestand op 1 januari van het dienstjaar) zal de DifTar-rekening éénmaal per jaar worden gecrediteerd met een bedrag van 18 euro.

 

§ 2. Voor de inwoner van de gemeente Bertem die deelneemt aan het DifTarsysteem en die voor zijn persoonlijk welzijn gebruik dient te maken van wegwerp incontinentiemateriaal en/of stomamateriaal, zal de DifTar-rekening éénmaal per jaar worden gecrediteerd met een bedrag van 18 euro en mits te voldoen aan volgende voorwaarden:

  • Het indienen van een aanvraag waarvan het model wordt opgesteld en ter beschikking gesteld door het college van burgemeester en schepenen en in te dienen uiterlijk op 1 juli van het jaar waarvoor de aanvraag geldt.
  • Een attest van de behandelende arts waarbij de noodzakelijkheid van het gebruik van incontinentiemateriaal wordt bevestigd.

 

§ 3. Voor de inwoner van de gemeente Bertem die deelneemt aan het DifTarsysteem en die op 1 juli van het kalenderjaar waarop de toelage betrekking heeft, erkend is als onthaalouder door Kind & Gezin (Agentschap Opgroeien), zal de DifTar-rekening éénmaal in dat kalenderjaar worden gecrediteerd met een bedrag van 18 euro.

 

Artikel 11:

Het raadsbesluit van 18 februari 2020 over de aanpassing van het contantbelastingsreglement voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval voor de huis-aan-huisinzameling, inzameling op afroep, via sorteerstraten en de inzameling op het recyclagepark wordt opgeheven op 1 januari 2021.

 

Artikel 12:

§ 1. Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2021.

§ 2. De bepalingen (art. 1, § 1 ,1°, art. 1, § 3, 27°, art. 3, § 1, d) en art. 6, § 2) inzake de zachte plastics hebben slechts werking tot en met 28 februari 2021.

Vanaf 1 maart 2021 wordt de definitie in art. 1, § 3, 22° uitgebreid met de volgende afvalsoorten: schaaltjes, vlootjes en bakjes, potjes en tubes, folies, zakjes, drank- en conservenblikken, spuitbussen voor voedingsmiddelen of cosmetica, bakjes en schaaltjes, deksels en doppen.

 

Artikel 13:

Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

AFVALINZAMELING. POLITIEVERORDENING BETREFFENDE HET BEHEER VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN EN VERGELIJKBARE BEDRIJFSAFVALSTOFFEN.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 25 november 2003 over de oprichting van een opdrachthoudende vereniging 'EcoWerf'.
    De gemeente doet beheersoverdracht voor de inzameling en verwerking van bepaalde afvalstoffen.
  • Raadsbesluit van 26 juni 2007 over de beheersoverdracht van de ophaling en verwerking van snoeihout naar EcoWerf.
  • Raadsbesluit van 29 augustus 2017 over de beheersoverdracht van plastics.
  • Raadsbesluit van 30 maart 2018 over de algemene politieverordening met gemeentelijke administratieve sancties van 20 maart 2018.
  • Raadsbesluit van 30 april 2019 over de aanpassing van het politiereglement over het beheer van huishoudelijk afval en vergelijkbaar bedrijfsafval.
  • Brief van EcoWerf van 26 oktober 2020 over de wijziging van het politiereglement huishoudelijk afval.

 

Feiten en context

  • De inwerkingtreding van dit reglement is voorzien voor 1 januari 2021 en bevat een aantal nieuwigheden zoals:
    • de opheffing van de bepalingen inzake de zachte plastics op 28 februari 2021
    • de inwerkingtreding van de nieuwe pmd-definitie op 1 maart 2021
    • gebruik van containers voor papier en karton
    • aangepaste bepalingen i.v.m. het soort van recyclagepark.

 

Juridische gronden

  • Artikels 119, 119bis en 135, §2 van de nieuwe gemeentewet
    De gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen. De gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013.
    De gemeenten hebben ook tot taak te voorzien, ten behoeve van de inwoners, in goede politie met name over de zindelijkheid, gezondheid, veiligheid en rust op de openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
  • Samenwerkingsakkoord van 4 november 2008 over de preventie en het beheer van verpakkingsafval
  • Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (hierna het Materialendecreet genoemd), inzonderheid afdeling 3 van hoofdstuk 3 huishoudelijke afvalstoffen, artikel 26 tot en met artikel 28
  • Besluit van 17 februari 2012 van de Vlaamse regering tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen (hierna het VLAREMA genoemd)
  • Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties van 24 juni 2013.
  • Artikelen 40, §3 en 41 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. De reglementen kunnen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de gemeentebelastingen is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 9 september 2016 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Huishoudelijk Afval en Gelijkaardig Bedrijfsafval
  • Besluit van de Interregionale verpakkingscommissie van 20 december 2018 tot erkenning van de vzw Fostplus als organisme voor verpakkingsafval

 

Argumentatie

Er bestaat een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor een aantal afvalstoffen, zoals gedefinieerd in het VLAREMA, artikel 3.1.1.

Er bestaat een terugnameplicht voor verpakkingsafval van huishoudelijke oorsprong; minstens papier en karton, hol glas en pmd en restplastics van verpakkingen van huishoudelijke oorsprong moeten selectief worden ingezameld.

Het is noodzakelijk ter bescherming van het leefmilieu om het huishoudelijk afval tot een minimum te beperken en het afval maximaal selectief in te zamelen conform het Vlarema.

De prioriteit dient verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen. Het huishoudelijk afval dient in tweede instantie maximaal selectief ingezameld te worden met het oog op optimale verwerking.

Er wordt naar gestreefd om de inzameling van het huishoudelijk afval in de gemeenten zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen. De gemeente wenst in overeenstemming met haar gemeentelijke zorgplicht zoals bepaald in artikel 26 van het Materialendecreet, het niet aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via de inzamelkanalen en bijgevolg ontwijkgedrag (zoals sluikstorten, sluikstoken, afvaltoerisme naar buurgemeenten, afvaltoerisme naar de werkgever…) maximaal te voorkomen.

Inwoners mogen een herbruikbaar inzamelrecipiënt voor huisvuil of de toegang tot het ondergrondse of bovengrondse brengsysteem voor huisvuil niet weigeren aangezien elke inwoner en elk gezin huisvuil produceert, hoe goed ze ook aan preventie doen of selectief inzamelen.

Door de invoering van de nieuwe blauwe pmd-zak vanaf 1 maart 2021 zal de definitie van pmd uitgebreid worden en de aparte inzameling van de zachte plastics in de roze zak opgeheven worden. De overgang wordt geregeld door artikel 111 van dit reglement;

 

Besluit

eenparig

 

HOOFDSTUK I – ALGEMENE BEPALINGEN

 

Afdeling 1 – Definities en toepassingsgebied

 

Artikel 1:

§ 1. De definities opgenomen in het Materialendecreet, het VLAREMA en de bijhorende uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing op deze politieverordening.

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder huishoudelijke afvalstoffen verstaan: afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld worden, zoals gedefinieerd in artikel 3, §1, 17° van het Materialendecreet en bepaald in artikel 4.1.1 van het VLAREMA.

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, hierna vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen genoemd, verstaan: bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen, die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activiteiten van de normale werking van een particuliere huishouding, zoals gedefinieerd in artikel 1.2.1, 54° van het VLAREMA.

 

§ 2. Deze politieverordening is van toepassing op de inzameling en het beheer van alle huishoudelijke afvalstoffen.

Deze politieverordening is tevens van toepassing op de inzameling en het beheer van alle met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen die via een gemeentelijke inzameling worden opgehaald, ingezameld of aangeboden.

 

Artikel 2:

§ 1. De volgende afvalstoffen mogen niet worden aangeboden bij om het even welke selectieve inzameling aan huis (exclusief het recyclagepark):

         huisvuil;

         grofvuil;

         gashouders, munitie en/of andere ontplofbare voorwerpen;

         krengen van dieren en slachtafval;

         geneesmiddelen;

         niet-vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen.

 

§ 2. De volgende afvalstoffen mogen niet worden aangeboden op het recyclagepark:

         huisvuil;

         groente- en fruitafval;

         gasflessen, met uitzondering van niet geperforeerde gasflessen voor éénmalig gebruik;

         grond en zand;

         krengen van dieren en slachtafval;

         geneesmiddelen;

         niet-hechtgebonden asbesthoudend afval;

         asbestcement afkomstig van bedrijven;

         munitie;

         radioactieve afvalstoffen;

         niet-vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen.

 

§ 3. Het is verboden afvalstoffen afkomstig uit andere gemeenten met om het even welke (selectieve) inzameling van huishoudelijke of hiermee gelijkgestelde afvalstoffen of recycleerbare producten mee te geven.

 

§ 4. De visuele controle op de aanbieding van afvalstoffen bij een gemeentelijke inzameling wordt uitgevoerd door het personeel van de gemeente, door haar intergemeentelijk samenwerkingsverband, door de inzamelaars, afvalstoffenhandelaars of -makelaars die zijn aangesteld door de gemeente of haar intergemeentelijk samenwerkingsverband en door de parkwachter op het recyclagepark ingeval van inzameling op het recyclagepark. Degene die de visuele controle uitoefent mag de aangeboden afvalstoffen controleren en de aanbieders wijzen op foutieve aanbiedingen en de nodige richtlijnen verstrekken.

 

Artikel 3:

§ 1. Alleen de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars, daartoe aangewezen door het college van burgemeester en schepenen of het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf ingeval van beheersoverdracht, zijn gerechtigd om huishoudelijke afvalstoffen te aanvaarden of in te zamelen.

 

§ 2. Het is voor iedereen verboden om het even welke huishoudelijke afvalstof af te geven of voor inzameling aan te bieden aan andere geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars dan deze daartoe aangewezen bij dit reglement of door het college van burgemeester en schepenen.

 

§3. Dit geldt evenzeer voor inzameling ervan op privaat terrein.

 

Afdeling 2 – Verbranden en sluikstorten van afvalstoffen

 

Artikel 4:

Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om afvalstoffen te verbranden, zowel in open lucht als in gebouwen.

 

Artikel 5:

§ 1. Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om het even welke afvalstof te sluikstorten. Onder sluikstorten wordt verstaan het achterlaten, opslaan of storten van om het even welke afvalstof op niet-reglementaire plaatsen, op niet-reglementaire tijdstippen of in niet-reglementaire recipiënten en elke handeling strijdig met deze politieverordening en andere toepasselijke wettelijke bepalingen.

 

§ 2. Het is verboden modder, zand of afvalstoffen die zich voor of nabij de woning bevinden op de straten, in de greppels of in de rioolputten te vegen. Het is tevens verboden via de rioolputten of op enige andere wijze om het even welke afvalstoffen in de riolering te deponeren.

 

§ 3. Met het oog op thuiscomposteren is het voor particulieren toegestaan op eigen privéterrein een stapelplaats aan te leggen voor het composteren van eigen groente-, fruit- en tuinafval. Deze composteerruimte van minder dan 10 m³, niet zichtbaar van op straat, mag geen hinder veroorzaken voor de buurtbewoners.

 

Afdeling 3 – Aanbieding van afvalstoffen

 

Artikel 6:

§ 1. De huishoudelijke afvalstoffen (en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen)1 dienen aangeboden te worden zoals voorzien in deze verordening. Afvalstoffen die worden aangeboden op een wijze die niet voldoet aan de voorwaarden van deze verordening worden niet aanvaard. Bij de huis-aan-huis-inzameling dient de aanbieder de niet-aanvaarde afvalstoffen dezelfde dag nog terug te nemen. De niet terugname conform dit reglement wordt beschouwd als sluikstorten zoals vermeld in artikel 5.

 

§ 2. Het toezicht op de aanbieding van afvalstoffen wordt uitgevoerd door de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars die van het college van burgemeester en schepenen of van het intergemeentelijke samenwerking EcoWerf ingeval van beheersoverdracht de toelating kregen afvalstoffen in te zamelen en door de parkwachter in geval van inzameling via het recyclagepark. Deze geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars en de parkwachter mogen de aangeboden afvalstoffen controleren en de aanbieders wijzen op de foutieve aanbieding en de nodige richtlijnen verstrekken. Indien wordt vastgesteld dat de wijze van aanbieding niet conform de bepalingen van dit reglement geschiedt, worden de afvalstoffen aanvaard noch meegenomen.

 

Artikel 7:

§ 1. De afvalstoffen mogen slechts na 20.00 uur van de dag voorafgaand aan de dag waarop de ophaling van de afvalstoffen zal plaatsvinden buiten geplaatst worden, en moeten ten laatste om 07.00 uur op de dag van de ophaling buiten geplaatst worden. In juli en augustus dient dit om 06.00 te gebeuren.

 

§ 2. De huishoudelijke afvalstoffen (en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen) worden in de voorgeschreven recipiënten of wijze aangeboden aan de rand van de openbare weg en vóór het betrokken perceel waar de aanbieder gevestigd is, zonder evenwel het verkeer van voertuigen, fietsers en voetgangers te hinderen. De aanbieder die afgelegen van de openbare weg gevestigd is of die langs wegen, plaatsen of stegen gevestigd is die niet door de wagens van de ophaaldienst bereikbaar zijn, dienen de voorgeschreven recipiënten te plaatsen langs het dichtstbijzijnde perceel grenzende aan de openbare weg.

 

§ 3. De inwoners die het recipiënt buitenzetten zijn verantwoordelijk voor het eventueel zwerfvuil dat hiervan afkomstig is en staan zelf in voor het opruimen ervan.

 

§ 4. Afval dat wordt aangeboden in door de gemeente of door de intergemeentelijke samenwerking EcoWerf ter beschikking gestelde containers dient met een gesloten deksel te worden aangeboden. De inzamelaar heeft het recht de container te weigeren indien het deksel niet gesloten is.

 

§ 5. Het is verboden de langs de openbare weg staande recipiënten te openen, geheel of gedeeltelijk te ledigen en/of te doorzoeken, met uitzondering van het bevoegde personeel in de uitoefening van hun functie.

 

§ 6. De geledigde recipiënten alsook de geweigerde recipiënten dienen door de aanbieder op de dag van lediging terug te worden verwijderd van de openbare weg.

 

Artikel 8:

§ 1. Het college van burgemeester en schepenen kan beslissen om een selectie van aansluitpunten die op basis van het domicilieadres geselecteerd worden, hun afval te laten verwijderen via een sorteerstraat. Een sorteerstraat is een combinatie van (ondergrondse) afvalcontainers ten behoeve van de inzameling van de fracties restafval, gft, pmd, papier en karton en eventueel glas.

 

§ 2. De sorteerstraat is alleen toegankelijk met een door de gemeente of intergemeentelijke samenwerking EcoWerf ter beschikking gestelde toegangskaart of eID. Inwoners die door het college toegewezen zijn aan een bepaalde sorteerstraat, mogen hun fracties die worden ingezameld in de sorteerstraat, niet meer aanbieden via de reguliere huis-aan-huis inzameling. Inwoners die niet door het college toegewezen zijn aan een bepaalde sorteerstraat, mogen hun afval niet in deze sorteerstraat deponeren met uitzondering van de fractie glas.

 

§ 3. De sorteerstraten zijn 24u per dag beschikbaar. De fractie glas mag niet worden aangeboden tussen 22.00 uur en 07.00 uur

 

§ 4. Het deponeren in sorteerstraten van andere afvalstoffen dan de aangeduide fracties is verboden. Het is verboden om naast de sorteerstraten afvalstoffen achter te laten.

 

Afdeling 4 – Afval op standplaatsen

 

Artikel 9:

De uitbater van een private of openbare vaste of verplaatsbare inrichting aan of langs de openbare weg die voedingswaren of dranken verkoopt of aanbiedt die buiten de inrichting worden verbruikt (drankautomaat, snackbar, frituur, ijssalon, e.d.) dient op een behoorlijke wijze, voldoende duidelijk zichtbare en goed bereikbare afvalrecipiënten te voorzien en in te staan voor een correcte verwijdering en verwerking van het afval.

 

Artikel 10:

De diverse vrijkomende afvalstoffen dienen gescheiden te worden ingezameld in hun respectievelijke recipiënten. Deze recipiënten dienen voorzien te zijn van een duidelijk leesbaar opschrift dat aangeeft welke afvalstoffen het betreft.

 

Artikel 11:

De opstellingsplaats en het aantal inzamelrecipiënten, alsook de aard van de in te zamelen fracties kunnen door het gemeentebestuur worden bepaald.

 

Artikel 12:

De ambulante uitbater dient de recipiënten zelf tijdig te ledigen en het recipiënt, de standplaats en de onmiddellijke omgeving van de inrichting rein te houden.

 

Afdeling 5 – Afval van huisdieren

 

Artikel 13:

§ 1. De eigenaars en houders van (huis)dieren zijn verplicht te beletten dat de voetpaden en aanpalende huizen, groene bermen tussen voetpad en rijweg, begraafplaatsen, openbare parken, bossen, tuinen, speelpleinen en andere voor het publiek toegankelijke zones alsmede de fiets- en rijwegen bevuild worden door hun dieren. Enkel op voorziene locaties mogen de dieren zich ontlasten indien deze voorzien zijn op het gemeentelijk grondgebied.

 

§ 2. Indien toch uitwerpselen terecht komen op voornoemde plaatsen, zijn de eigenaar of houders van de (huis)dieren verplicht deze uitwerpselen te verwijderen en te deponeren in een straatvuilcontainer of een speciaal voorzien recipiënt voor hondenpoep of moeten zij er voor zorgen dat deze uitwerpselen verwijderd worden en voldoende verpakt en gemengd met huisvuil meegegeven met de gewone huisvuilinzameling.

De voormelde verplichtingen ontslaan de aangelanden echter niet van hun eigen verplichtingen inzake het rein houden van de openbare weg.

 

§ 3. De begeleiders van honden zijn verplicht een zakje voor het verwijderen van de uitwerpselen van hun dier in bezit te hebben. Het zakje dient op verzoek van de politie te worden getoond.

 

§ 4. De bepalingen van artikel 13, § 1, 2 en 3 zijn niet van toepassing op blindengeleide- en assistentiehonden.

 

Afdeling 6 – Reclamedrukwerk en gratis regionale pers

 

Artikel 14:

§ 1. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen voor 07.00 uur en na 22.00 uur. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in leegstaande panden of achter te laten op andere plaatsen, zoals geparkeerde voertuigen of het recyclagepark, dan de brievenbus.

 

§ 2. Door de gemeente wordt een zelfklever ter beschikking gesteld waarop wordt aangegeven dat reclamedrukwerk en/of gratis regionale pers niet gewenst zijn. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in brievenbussen die voorzien zijn van een dergelijke aanduiding.

 

§ 3. Klachten met betrekking tot de niet-naleving van artikel 14, § 1-2 worden bij voorkeur aan de gemeentelijke milieudienst en via mail op het e-mailadres sticker@ovam.be of per post aan de OVAM, dienst ketenbeheer en lokale besturen, Stationsstraat 110 te 2800 Mechelen gemeld.

 

§ 4. Indien de gegevens van de bedeler niet gekend zijn, dan zal de verantwoordelijke uitgever als aansprakelijke worden weerhouden. Is er geen verantwoordelijke uitgever vermeld, dan is het bedrijf waarvoor reclame wordt gemaakt of de organisator van de activiteit waarvoor reclame wordt gemaakt, aansprakelijk.

 

HOOFDSTUK II – INZAMELING VAN HUISVUIL EN DE GEMENGDE FRACTIE VAN HET VERGELIJKBAAR BEDRIJFSAFVAL

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 15:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval verstaan: alle afvalstoffen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding (en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit), die in het voorgeschreven recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen geborgen worden, met uitzondering van papier en karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, groente-, fruit- en tuinafval (en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval) of groenafval, pmd en andere verplicht in te zamelen selectieve afvalstoffen.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 16:

§ 1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval worden minstens tweewekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars toegankelijke straten, wegen en pleinen, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf.

 

§ 2. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval mogen niet worden meegegeven met een inzameling anders dan deze van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval.

 

§ 3. Het is verboden voor de verwijdering van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval gebruik te maken van een recyclagepark.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 17:

§ 1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval dienen gescheiden aangeboden te worden in huisvuilcontainer met chip van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het recipiënt dient zorgvuldig gesloten te worden en mag noch scheuren, barsten of lekken vertonen.

 

§ 2. Het totale gewicht van het aangeboden gevulde recipiënt mag niet groter zijn dan

         15 kg voor een container van 40 liter

         50 kg voor een container van 120 liter

         80 kg voor een container van 240 liter

         80 kg voor een container van 360 liter

         500 kg voor een container van 1100 liter

 

§ 3. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval dienen aangeboden te worden in een toestand die geen risico inhoudt voor de veiligheid en/of gezondheid van de ophaler. Scherpe voorwerpen dienen zodanig verpakt te worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de ophalers van het huisvuil (en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval)¹.

 

§ 4. Er mag geen afval naast de container worden aangeboden. Een uitzondering hierop zijn extra zakken die ten laatste 1 werkdag voor de inzameling bij de intergemeentelijke samenwerking EcoWerf werden aangevraagd. Inwoners die occasioneel te veel huisvuil hebben, kunnen maximum 3 maal per jaar van deze uitzondering gebruik maken. Per keer kunnen maximum 6 extra zakken van maximum 60 liter worden aangevraagd. De zakken moeten toegebonden zijn en moeten makkelijk in de container passen. Bij 40-liter containers kunnen geen extra zakken worden aangevraagd. Indien niet-tijdig aangevraagde zakken naast de container worden geplaatst, wordt dit aanzien als sluikstorten. Er mag geen afval aan de buitenkant van de zak worden vastgemaakt.

 

Afdeling 4 - Gebruik van de huisvuilcontainer

 

Artikel 18:

De huisvuilcontainer wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze huisvuilcontainer blijft eigendom van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de inzameling van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval.

 

Artikel 19:

§ 1. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de huisvuilcontainer. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de huisvuilcontainer uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval.

 

§ 2. In geval van schade, diefstal of verlies stelt de inwoner het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf hiervan onverwijld in kennis met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe huisvuilcontainer. De kosten van herstelling of vervanging kunnen verhaald worden op de inwoner, in geval van oneigenlijk gebruik.

 

Artikel 20:

De huisvuilcontainer blijft verbonden aan het adres waar hij is afgeleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de huisvuilcontainer mee te nemen naar zijn nieuwe adres.

 

Artikel 21:

Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen huisvuilcontainer hebben moeten bij de gemeente een huisvuilcontainer aanvragen.

 

Artikel 22:

Inwoners mogen een huisvuilcontainer niet weigeren aangezien elke inwoner en elk gezin huisvuil produceert, hoe goed ze ook aan preventie doen of selectief inzamelen.

 

HOOFDSTUK III – INZAMELING VAN GROFVUIL

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 23:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder grofvuil verstaan: afvalstoffen die door hun omvang, de  aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen geborgen worden en die huis aan huis ingezameld worden alsook de restfractie die overblijft voor verbranden of storten na aanbieding op het recyclagepark, met uitzondering van papier, karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, groente-, fruit- en tuinafval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval of groenafval, pmd-afval, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, bouw- en sloopafval, houtafval, metalen gemengd, afvalbanden en andere verplicht selectief in te zamelen afvalstoffen.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 24:

§ 1. Het grofvuil wordt zesmaal per jaar op aanvraag huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf bepaalde dagen. Het grofvuil wordt ook ingezameld op het recyclagepark. Herbruikbare goederen kunnen gratis worden aangeboden aan het kringloopcentrum waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten of op het recyclagepark.

 

§ 2. Voor de inzameling op afroep moet ten minste 2 werkdagen vóór de inzameling een afspraak gemaakt worden met het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf met vermelding van de in te zamelen materialen. Praktische afspraken worden gemaakt over de manier van aanbieding. Indien niet-tijdig aangevraagd grofvuil wordt aangeboden, wordt dit aanzien als sluikstorten.  Afval dat niet tijdig werd doorgegeven, wordt niet ingezameld.

 

§ 3. Het grofvuil mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval of een inzameling, andere dan deze van het grofvuil.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 25:

§ 1. Het grofvuil dient aangeboden te worden goed samengebonden in hanteerbare stukken. Het grofvuil mag niet in plastic zakken of andere plastic recipiënten of kartonnen dozen of papieren zakken aangeboden worden.

 

§ 2. Het gewicht van één afzonderlijk voorwerp of samengebonden bundel mag niet groter zijn dan 30 kg. Het grofvuil mag niet langer zijn dan 2 meter, niet groter zijn dan 1 meter op 2 meter of 1 m³.

 

§ 3. Alle voorwerpen dienen zodanig aangeboden te worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de inzamelaars van de afvalstoffen.

 

§ 4. Het grofvuil moet aangeboden worden in vaste vorm zonder vrije vloeistof en moet verkleinbaar zijn met een breekinstallatie. Recipiënten onder druk, evenals poedervormige materialen die stofexplosies kunnen veroorzaken, worden niet aanvaard.

 

HOOFDSTUK IV – SELECTIEVE INZAMELING VAN GLAS

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 26:

§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder glas verstaan: hol glas en vlakglas, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vuurvaste voorwerpen, kristal, opaal glas, plexiglas, gewapend glas, serreglas, rookglas, spiegelglas, autoruiten,  ander hittebestendig glas, gloeilampen, spaarlampen, tl-lampen, porselein, aardewerk, beeldbuizen van tv’s...

 

§ 2. Hol glas betreft alle lege glazen flessen en bokalen van dranken, fruit en groenten, voedingswaren, confituren, sausen...

 

§ 3. Vlakglas betreft vlak glas uit de bouwsector, zoals venster- en deurglas en glas van gevelelementen. Hieronder valt niet het gelaagd glas (bijv. van voertuigen), loodglas, hittebestendig glas (bijv. pyrex, glas van kacheltjes), glas van zonnepanelen...

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 27:

§ 1. Hol glas/vlakglas wordt ingezameld op het recyclagepark. Hol glas wordt ook ingezameld in de glascontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente. Het gebruik van de containers is uitsluitend voorbehouden aan de inwoners van de gemeente.

 

§ 2. Hol glas/vlakglas mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval, of een selectieve inzameling, andere dan deze van glas.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 28:

Het hol glas dient aangeboden te worden via de glascontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente. Hol glas dat naar de glascontainer gebracht wordt, dient, afhankelijk van de kleur, in de daartoe voorziene glascontainers te worden gedeponeerd. Hol glas dient bij de aanbieding ontdaan te zijn van deksels, stoppen en omwikkelingen en leeg en voldoende gereinigd te zijn.

 

Artikel 29:

§ 1. Het deponeren in glascontainers van andere afvalstoffen dan hol glas is verboden. Het is verboden om naast de glascontainers glas of andere afvalstoffen achter te laten.

 

§ 2. Het is verboden glas te deponeren in de glascontainers tussen 22.00 uur en 07.00 uur.

 

HOOFDSTUK V – SELECTIEVE INZAMELING VAN PAPIER EN KARTON

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 30:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder papier en karton verstaan: alle dag-, week- en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoon- en faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, gelaagd papier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeistofzakken...

 

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 31:

§ 1. Papier en karton wordt vierwekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Papier en karton wordt ook ingezameld op het recyclagepark.

 

§ 2. Papier en karton mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van papier en karton.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 32:

§ 1. Het papier en karton dient aangeboden te worden in een huisvuilcontainer met chip van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het recipiënt dient zorgvuldig gesloten te worden en mag noch scheuren, barsten of lekken vertonen.

 

§ 2. Het totale gewicht van het aangeboden gevulde recipiënt mag niet groter zijn dan:

         15 kg voor een container van 40 liter

         80 kg voor een container van 240 liter

         500 kg voor een container van 1100 liter

          

§ 3. Er mag geen afval naast de container worden aangeboden.

 

Afdeling 4 - Gebruik van de papiercontainer

 

Artikel 33:

De papiercontainer wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze papiercontainer blijft eigendom van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de inzameling van het papier en karton.

 

Artikel 34:

§ 1. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de papiercontainer. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de papiercontainer uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van papier en karton.

 

§ 2. In geval van schade, diefstal of verlies stelt de inwoner het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf hiervan onverwijld in kennis met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe papiercontainer. De kosten van herstelling of vervanging kunnen verhaald worden op de inwoner, in geval van oneigenlijk gebruik.

 

Artikel 35:

De papiercontainer blijft verbonden aan het adres waar hij is afgeleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de papiercontainer mee te nemen naar zijn nieuwe adres.

 

Artikel 36:

Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen papiercontainer hebben moeten bij de gemeente een papiercontainer aanvragen.

 

HOOFDSTUK VI – SELECTIEVE INZAMELING VAN KLEIN GEVAARLIJK AFVAL

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 37:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder Klein Gevaarlijk Afval, hierna kga genoemd, verstaan, de afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1 van het VLAREMA.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 38:

§ 1. Kga wordt ingezameld in een daartoe voorziene inrichting op het recyclagepark, tijdens de openingsuren van het recyclagepark.

 

§ 2. Kga mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van kga.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 39:

§ 1. Het kga moet, afzonderlijk van andere afvalstoffen, aangeboden worden in een daartoe geschikt recipiënt, tenzij het fysisch onmogelijk is. Het aangeboden kga wordt zoveel mogelijk in de oorspronkelijke verpakking, inclusief buitenverpakking, aangeboden om de identificatie te vereenvoudigen. Indien nodig brengt de voortbrenger zelf de aanduiding(en) over de aard, de samenstelling en de eventuele gevaren van het kga op de verpakking aan. Producten van verschillende aard mogen niet worden samengevoegd. De aanbieder dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te treffen om het lekken en andere ongewenste effecten van het kga te voorkomen.

 

§ 2. Injectienaalden moeten worden aangeboden in een naaldcontainer die voldoet aan de ADR-reglementering.

 

Artikel 40:

§ 1. Het kga dat wordt aangeboden op het recyclagepark wordt door de parkwachter in de inrichting aansluitend bij het recyclagepark gedeponeerd. De aanbieder van het kga mag dit niet zelf doen.

 

HOOFDSTUK VII – SELECTIEVE INZAMELING VAN GROENTE-, FRUIT- EN TUINAFVAL EN ORGANISCH-BIOLOGISCH VERGELIJKBAAR BEDRIJFSAFVAL

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 41:

§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder groente- en fruitafval  verstaan: aardappelschillen, schillen van citrus- of andere vruchten, groente- en fruitresten, doppen van noten, theebladeren, koffiedik en papieren koffiefilters, eieren en eierschalen, vaste zuivelproducten, papier van keukenrol, dierlijk en plantaardig keukenafval en etensresten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding, alsook mest van kleine huisdieren (geen vleeseters). Het tuinafval omvat versnipperd snoeihout, haagscheersel, gazonmaaisel, bladeren, onkruid, resten van groente- en siertuin, verwelkte snijbloemen en kamerplanten, zaagmeel en schaafkrullen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding. Het Groente-, Fruit- en Tuinafval wordt hierna gft-afval genoemd.

 

§ 2. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder organisch-biologisch bedrijfsafval verstaan: groenafval, gft-afval of organisch-biologische bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen, die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activiteiten van de normale werking van een particuliere huishouding.

 

§ 3. Andere afvalstoffen zoals bijvoorbeeld timmerhout, grof ongesnipperd snoeihout, beenderen en dierlijk afval, wegwerpluiers, aarde, zand, saus, olie, vet, gekookte etenswaren, stof uit stofzuiger, as van open haard, houtskool, kunststof, ijzer, metaal, blik, kattenbakvulling, uitwerpselen e.d. worden niet als gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval beschouwd.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 42:

§ 1. Het gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval worden minstens tweewekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf .

 

§ 2. Gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval mogen niet meegegeven worden met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, of een selectieve inzameling, andere dan deze van gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.

 

§3. Verontreinigd gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval worden niet aanvaard bij de selectieve inzameling.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 43:

§ 1. Het gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval dienen gescheiden aangeboden te worden in gft-container met chip van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het recipiënt dient zorgvuldig gesloten te worden en mag noch scheuren, barsten of lekken vertonen.

 

§ 2. Het totale gewicht van het gevulde aangeboden recipiënt mag niet groter zijn dan

         15 kg voor een container van 40 liter

         50 kg voor een container van 120 liter

         80 kg voor een container van 240 liter

 

Afdeling 4 - Gebruik van de gft-container

 

Artikel 44:

De gft-container wordt huis-aan-huis afgeleverd. Deze gft-container blijft eigendom van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de inzameling van het gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.

 

Artikel 45:

§ 1. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de gft-container. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de gft-container uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van gft-afval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.

 

§ 2. In geval van schade, diefstal of verlies dient de inwoner het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf hiervan onverwijld in kennis te stellen met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe gft-container. De kosten van herstelling of vervanging kunnen verhaald worden op de inwoner, in geval van oneigenlijk gebruik.

 

Artikel 46:

De gft-container blijft verbonden aan het adres waar hij is geleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de gft-container mee te nemen naar zijn nieuwe adres.

 

Artikel 47:

Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen beschikking hebben over een gft-container kunnen bij de gemeente een gft-container aanvragen.

 

HOOFDSTUK VIII – SELECTIEVE INZAMELING VAN GROENAFVAL

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 48:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder groenafval verstaan: Organisch composteerbaar afval zoals plantenresten, haagscheersel, snoeihout, bladeren, organisch afval uit parken en plantsoenen, boomstronken, gazon - en wegbermmaaisel en kerstbomen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

Snoeihout: Alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin (met een diameter tot 10 cm), haagscheersel.

 

Gras- en bladafval: Alle vers gazonmaaisel en bladeren afkomstig van normaal tuin-onderhoud, met uitzondering van oud en rot gazonmaaisel en gras vermengd met grond.

 

Boomstronken: Alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik.

 

Kerstbomen: Natuurlijke kerstbomen zonder pot, kluit of versiering.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 49:

§ 1. Het snoeihout wordt minstens tweemaal per jaar huis-aan-huis, met de mogelijkheid op aanvraag, ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Snoeihout wordt ook ingezameld op het recyclagepark.

 

§ 2. Voor de inzameling op aanvraag moet ten minste 2 werkdagen vóór de inzameling een afspraak gemaakt worden met het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Praktische afspraken worden gemaakt over de manier van aanbieding. Indien niet-tijdig aangevraagd snoeihout wordt aangeboden, wordt dit aanzien als sluikstorten . Afval dat niet tijdig werd doorgegeven, wordt niet ingezameld.

 

§ 3. Snoeihout mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van snoeihout.

 

§ 4. Verontreinigd groenafval wordt niet aanvaard bij de selectieve inzameling.

 

§ 5. Gras- en bladafval en boomstronken worden enkel ingezameld op het recyclagepark.

 

§ 6. Voor kerstbomen wordt een aparte inzameling voorzien. Kerstbomen mogen tevens worden aangeboden bij de inzameling van snoeihout.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding voor inzameling van snoeihout aan huis

 

Artikel 50:

§ 1. Het snoeihout dient aangeboden te worden in bundels samengebonden met natuurtouw.

 

§ 2. Het gewicht van de bundel mag niet groter zijn dan 25 kg.

 

§ 3. Het snoeihout dient samengebonden te worden aangeboden en de takken moeten een lengte hebben van min. 50 cm en max. 2 meter. De maximale diameter per tak is 10 cm.

 

HOOFDSTUK IX – SELECTIEVE INZAMELING VAN PMD

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 51:

§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder pmd verstaan: afval van plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons bestemd voor gebruik door huishoudens of vergelijkbaar bedrijfsmatig gebruik.

 

§ 2. Pmd mag geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 52:

§ 1. Pmd wordt tweewekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Pmd wordt ook ingezameld op het recyclagepark.

 

§ 2. Pmd mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, of een andere selectieve inzameling, andere dan deze van pmd.

 

§ 3. Verontreinigde pmd wordt niet aanvaard. De niet-conforme inhoud kan aangeduid worden met een sticker.

 

§ 4. Metalen verpakkingen die via de pmd-inzameling ingezameld worden zijn niet toegelaten bij de fractie metalen gemengd.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 53:

§ 1. Pmd dient aangeboden te worden in de blauwe pmd-zak met logo van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf.

 

§ 2. Pmd mag gemengd in het voorgeschreven recipiënt worden aangeboden.

 

§ 3. Het gewicht van één recipiënt mag niet groter zijn dan 10 kg en dient gesloten aangeboden te worden.

 

§ 4. Het maximum volume van de pmd bedraagt 8 liter.

 

§ 5. Er mogen geen verpakkingen aan de buitenkant van de zak worden vastgemaakt.

 

§ 6. Per aansluitpunt mogen per inzameling gemiddeld max. 4 zakken aangeboden worden.

 

HOOFDSTUK X – SELECTIEVE INZAMELING VAN ZACHTE PLASTICS

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 54:

§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder zachte plastics verstaan zachte plastics zoals zakjes, draagtassen, blisters (zonder aluminiumfolie), (noppen)folies, kuipjes, vlootjes, (yoghurt)potjes, bloempotjes, plantentrays, speelgoed (zonder batterijen of elektronica) en harde plastics met een volume kleiner dan een emmer van 10 liter, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

§ 2. De aangeboden zachte plastics mogen geen pmd, klein gevaarlijk afval (siliconentubes, bussen van detergenten, olievaten, verfpotten), piepschuim, (schuim)rubber, zwembandjes, zilverkleurige folies, pvc, touwen en netten bevatten.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 55:

§ 1. De zachte plastics worden 6-wekelijks huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf . De zachte plastics worden ook ingezameld op het recyclagepark.

§ 2. Verontreinigde zachte plastics worden niet aanvaard. De niet-conforme inhoud kan aangeduid worden met een sticker.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 56:

§ 1. De zachte plastics dienen aangeboden te worden in de roze zachte-plastics-zak met logo van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf.

 

§ 2. De verschillende fracties van de zachte plastics mogen gemengd in het voorgeschreven recipiënt worden aangeboden.

 

§ 3. Het gewicht van één recipiënt mag niet groter zijn dan 10 kg en dient gesloten aangeboden te worden.

 

HOOFDSTUK XI - SELECTIEVE INZAMELING VAN AFGEDANKTE ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR (AEEA)

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 57:

§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder aeea verstaan: apparaten die om naar behoren te werken, afhankelijk zijn van elektrische stromen of elektromagnetische velden en apparaten voor het opwekken, overbrengen en meten van die stromen en velden, die bedoeld zijn voor gebruik met een spanning van maximaal 1000 volt bij wisselstroom en 1500 volt bij gelijkstroom en die onderworpen zijn aan de aanvaardingsplicht.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 58:

§ 1. De aeea worden ingezameld op het recyclagepark. Aeea kan gebracht worden naar of meegegeven worden met de eindverkoper of door andere inzamelkanalen opgezet door een producent of beheersorganisme in uitvoering van de aanvaardingsplicht, onverminderd gemeentelijke bepalingen aangaande gebruik of inname van het openbaar domein. Herbruikbaar aeea kan worden ingezameld door een erkend kringloopcentrum waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten. Voor heel klein aeea (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur zonder buiten buitenafmetingen van meer dan 25 cm) kunnen, indien voldaan wordt aan de toepasselijke voorwaarden van VLAREM en VLAREMA, specifieke inzamelacties opgezet worden, onverminderd gemeentelijke bepalingen aangaande gebruik of inname van het openbaar domein.

 

§ 2. Rookdetectoren en gasontladingslampen moeten naar het recyclagepark gebracht worden en onbeschadigd in het daartoe geschikte recipiënt gedeponeerd worden.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 59:

§ 1. De aeea mag geen afvalstoffen bevatten die vreemd zijn aan het afgedankte product.

 

§ 2. Alle aeea moet zodanig worden aangeboden dat ze geen gevaar oplevert voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.

 

HOOFDSTUK XII – SELECTIEVE INZAMELING VAN METALEN GEMENGD

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 60:

§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder metalen gemengd verstaan: alle door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit ontstane soorten van metalen voorwerpen waarvan de grootte sterk kan verschillen, met uitzondering van kga, metalen verpakkingen die met de pmd-fractie ingezameld worden en afgedankte elektrische en elektronische apparatuur.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 61:

§ 1. De metalen gemengd worden ingezameld via het recyclagepark. De metalen gemengd worden tot zesmaal  per jaar op afroep huis-aan-huis ingezameld langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf bepaalde dagen.

 

§ 2. Voor de inzameling op afroep moet ten minste 2 werkdagen vóór de inzameling een afspraak gemaakt worden met het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Praktische afspraken worden gemaakt over de manier van aanbieding. Indien niet-tijdig aangevraagde metalen worden aangeboden, wordt dit aanzien als sluikstorten. Afval dat niet tijdig werd doorgegeven, wordt niet ingezameld.

 

§ 3. Metalen gemengd mogen niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval of een selectieve inzameling, andere dan deze van metalen gemengd.

 

§ 4. Aanvullend op de bepaling in § 1 mogen gemengde metalen aangeboden worden in de vergunde inrichtingen van verwerkers, inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en –makelaars, op voorwaarde van:

         het naleven van de sorteerverplichting (artikel 4.3.1 van het VLAREMA);

         het rapporteren van de ingezamelde hoeveelheden aan de gemeente.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 62:

§ 1. De metalen gemengd moeten aangeboden worden op de afgesproken inzameldag.

 

§ 2. Het gewicht van een afzonderlijk voorwerp mag niet groter zijn dan 30 kg. De voorwerpen mogen niet langer zijn dan 2 meter, groter zijn dan 1 meter op 2 meter of 1 m³.

 

§ 3. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.

 

HOOFDSTUK XIII – SELECTIEVE INZAMELING VAN TEXTIEL

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 63:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder textielafval verstaan: alle niet verontreinigde kledij (textiel en lederwaren), schoeisel, handtassen, beddengoed, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), lompen,… die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

Afdeling 2 - Inzameling

 

Artikel 64:

§ 1. Het textiel wordt ingezameld in de textielcontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente of via de huis-aan-huisinzameling langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de data vermeld op de afvalkalender van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf. Het textiel wordt eveneens ingezameld op het recyclagepark en de door de OVAM erkende kringloopcentra.

 

§ 2. Alleen de organisaties die vermeld zijn op de door de OVAM gepubliceerde lijst van geregistreerde inzamelaars, handelaars en makelaars van textielafvalstoffen en die toelating hebben van het college van burgemeester en schepenen waarmee ze een overeenkomst afgesloten hebben, zijn gemachtigd textielcontainers te plaatsen op zowel openbaar domein als op privéterrein toegankelijk voor het publiek of mogen huis-aan-huisinzamelingen organiseren.

 

§ 3. Het textiel mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval of een selectieve inzameling, andere dan deze van het textiel.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 65:

§ 1. Het textiel dient bij het deponeren in een container of bij inzameling aan huis in een degelijke en goed gesloten zak verpakt te zijn. Het aangeboden textiel mag niet nat of bevuild zijn.

 

HOOFDSTUK XIV – SELECTIEVE INZAMELING VAN HERBRUIKBARE GOEDEREN

 

Afdeling 1 - Definitie

 

Artikel 66:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder herbruikbare goederen verstaan: alle door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit ontstane afvalstoffen die via het kringloopcentrum geschikt kunnen gemaakt worden voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed, e.d.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 67:

§ 1. Voor de inzameling van herbruikbare goederen kan een beroep gedaan worden op het door de OVAM erkend kringloopcentrum, werkzaam op het grondgebied van de gemeente. Deze gratis inzameling kan gebeuren op afroep. De contactgegevens van het kringloopcentrum zijn terug te vinden via het gemeentelijk informatieblad, de afvalkalender en via de gemeentelijke diensten. Met herbruikbare goederen kan men ook op het recyclagepark en in het kringloopcentrum terecht.

 

§ 2. Het staat het kringloopcentrum vrij om aangeboden herbruikbare goederen te weigeren indien deze niet dienstig zijn voor het kringloopcentrum. In dit geval mogen de door het kringloopcentrum geweigerde herbruikbare goederen meegegeven worden met het huisvuil, het grofvuil of naar het recyclagepark worden gebracht (afhankelijk over welke fractie het gaat).

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 68:

§ 1. Voor de inzameling maakt de aanbieder een afspraak met het kringloopcentrum over de aanlevermodaliteiten.

 

§ 2. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de ophalers van de afvalstoffen.

 

HOOFDSTUK XV – ANDERE AFVALSTOFFEN

 

Batterijen

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 69:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder batterijen en accu’s verstaan: bron van door rechtstreekse omzetting van chemische energie verkregen elektrische energie, bestaande uit een of meer primaire (niet-oplaadbare) batterijcellen of uit een of meer secundaire (oplaadbare) batterijcellen. De volgende batterijen vallen niet onder deze definitie: batterijen en accu's in apparatuur die bestemd is om de ruimte ingestuurd te worden, en batterijen en accu's in apparatuur die wordt aangewend in samenhang met de bescherming van wezenlijke belangen in verband met de veiligheid van de lidstaten, wapens, munitie, en oorlogsmateriaal, met uitzondering van producten die niet voor specifieke militaire doeleinden zijn bestemd.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 70:

De inzameling van afgedankte batterijen en accu's gebeurt via het recyclagepark en de eindverkopers die daarvoor geschikte recipiënten plaatsen in hun verkoopruimte en via andere inzamelkanalen opgezet door een producent of beheersorganisme in uitvoering van de aanvaardingsplicht die daarvoor geschikte recipiënten ter beschikking stellen, onverminderd gemeentelijke bepalingen aangaande gebruik of inname van het openbaar domein. Samen met de afgedankte batterijen en accu's kunnen in deze recipiënten ook afgedankte zaklampen ingezameld worden.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 71:

§ 1. De batterijen mogen geen afvalstoffen bevatten die vreemd zijn aan het afgedankte product.

 

Gasflessen (butaan- en propaangasflessen)

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 72:

Een gasfles is een vat waarin een gas, in dit geval vloeibaar gemaakt propaan (lpg) of butaan onder druk is of was opgeslagen.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 73:

§ 1. De inzameling gebeurt via FEBUPRO op wiens website (www.febupro.be) de inzamelpunten terug te vinden zijn.

 

§ 2. De inzameling van niet geperforeerde gasflessen voor éénmalig gebruik en gaspatronen gebeurt ook via het recyclagepark.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 74:

§ 1. De gasflessen moeten onbeschadigd en met gesloten kraan aangeboden worden.

 

§ 2. Het is strikt verboden zonder voorafgaandelijk akkoord van de leverancier de merknaam van gasflessen te verwijderen, ze een andere bestemming te geven, ze onwettig op te slaan of te exporteren.

 

§ 3. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.

 

Geneesmiddelen

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 75:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder geneesmiddelen verstaan: restanten van geneesmiddelen als vermeld in artikel 1 van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen, met uitzondering van artikel 1bis van die wet, die farmaceutische specialiteiten zijn, en die aan een particulier werden verstrekt en waarvan hij zich ontdoet, wil ontdoen of moet ontdoen. Een specialiteit is elk vooraf bereid geneesmiddel dat onder een speciale benaming en in een bijzondere verpakking in de handel wordt gebracht. Lege glazen flessen van geneesmiddelen horen bij het verpakkingsglasafval.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 76:

§ 1. De inzameling gebeurt via de apotheek.

 

§ 2. Lege doordrukverpakkingen, verbanden, compressen, pleisters, watten doekjes, incontinentiemateriaal en luiers, teststrookjes en -strips, horen bij het huisvuil.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 77:

§ 1. De aanbieder moet het papieren verpakkingsafval en de bijsluiters verwijderen.

 

Vuurwerk en munitie en andere ontplofbare stoffen

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 78:

Voor toepassing van deze verordening wordt onder vuurwerk en munitie verstaan : restanten van vuurwerk en munitie als vermeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 23 september 1958 houdende algemeen reglement op de springstoffen, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 februari 2000.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 79:

Deze afvalstoffen mogen niet meegegeven worden met het huisafval (omwille van zware veiligheidsrisico's die deze afvalstoffen met zich meebrengen voor de ophalers/verwerkers). Daarnaast is het evenzeer van belang dat dergelijk afval niet wordt achtergelaten als zwerfvuil omwille van de risico's voor o.m. spelende kinderen.

Munitie moet steeds worden ingeleverd bij de politie.

Vuurwerk en andere ontplofbare stoffen van huishoudelijke en vergelijkbare bedrijfsmatige oorsprong zijn niet toegelaten op het recyclagepark.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 80:

§ 1. Gescheiden van andere afvalstoffen en bij voorkeur in de originele verpakking om de identificatie te vereenvoudigen.

 

§ 2. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen.

 

Gebruikte frituurvetten en -oliën

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 81:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder gebruikte frituurvetten en -oliën verstaan: alle voor voedingsdoeleinden gebruikte oliën van dierlijke of plantaardige oorsprong afkomstig van huishoudelijk of vergelijkbaar gebruik.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 82:

§ 1. De inzameling van gebruikte frituurvetten en -oliën gebeurt via het recyclagepark.

 

§ 2. Aanvullend kan de burger terecht bij eindverkopers die hiervoor de nodige recipiënten ter beschikking stellen in hun verkoopruimte.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 83:

§ 1. Het is verboden de gebruikte frituurvetten en –oliën te mengen met andere afvalstoffen of oliën van minerale oorsprong.

 

§ 2. De gebruikte frituurvetten en –oliën biedt men aan in een daartoe geschikte fles, bij voorkeur de oorspronkelijke verpakking of een ander type plastic fles.

 

Bouw- en sloopafval

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 84:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder bouw- en sloopafval verstaan: materiaal afkomstig van bouw-, infrastructuur-, sloop-, ontmantelings- of renovatiewerken, waaronder zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit), cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde.

 

Steenafval: zuivere steenslag, (gewapend) beton, versteende cement, betonnen palen … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vervuilde steenslag (bv. met grond), asfalt, keramiek, gips en kalk, cellenbeton, asbest, …

 

Keramiek: alle keramiek ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit zoals wc-potten, lavabo’s, tegels, stenen borden en tassen, porselein …, met uitzondering van steenafval.

 

Gips en kalk: bouwafval uit gips en kalk zoals gipsplaten, kalk, gips, bezetsel … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van cement, stenen, asfalt …

 

Cellenbeton: alle schuimbeton ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

Asbestcement: alle voorwerpen uit gebonden asbest zoals eternieten golfplaten, schaliën, vlakke eterniet … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding, met uitzondering van losse asbest, plastic golfplaten …

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 85:

§ 1. De inzameling van bouw- en sloopafval gebeurt via het recyclagepark.

 

Afdeling 3 - Wijze van aanbieding

 

Artikel 86:

Op het recyclagepark wordt een onderscheid gemaakt tussen steenafval, keramiek, gips en kalk, cellenbeton en asbestcement. Het bouw- en sloopafval dient gesorteerd aangeboden te worden.

 

Artikel 87:

Gebonden asbesthoudende materialen worden verpakt aangeleverd op het recyclagepark in transparante, plastic folie van minimum 100 micron of transparante, plastic zakken van minimum 100 micron. Dit verpakt asbesthoudend afval wordt nadien door de bezoekers voorzichtig gedeponeerd in de hiervoor voorziene asbestzakken.

Stofverspreiding moet maximaal voorkomen worden, waartoe de folie en zakken worden afgeplakt met stevige plakband. Op het recyclagepark mag geen enkele bewerking uitgevoerd worden op het asbestafval.

 

Sloophout

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 88:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder sloophout verstaan: alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit), met uitzondering van geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 89:

§ 1. De inzameling van sloophout gebeurt via het recyclagepark.

 

Geëxpandeerd polystyreen (eps)

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 90:

Voor de toepassing van deze verordenig wordt onder geëxpandeerd polystyreen (eps) verstaan: zuiver witte piepschuim ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit met uitzondering van gekleurd piepschuim, verpakkingschips, verpakkingspiepschuim afkomstig van voedingsmiddelen, vervuild piepschuim, styrofoamplaten …

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 91:

§ 1. De inzameling van eps gebeurt via het recyclagepark.

 

Harde plastics

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 92:

§ 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder harde plastics verstaan:

alle harde kunststoffen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, m.u.v. EPS, thermohardende kunststoffen (o.a. vezelversterkte polyester), geschuimde en samengestelde kunststoffen (o.a. koelboxen en fietshelmen), kunststofverpakkingen die resten van gevaarlijke stoffen bevatten of daarmee zijn verontreinigd en pmd-kunststoffen.

 

§ 2. De aangeboden harde plastics mogen geen verpakkingen van voedingswaren, pmd, verpakkingen van gevaarlijke producten (kga), bouw- en isolatiematerialen, plastic blisters en straps, tuinslang, cd’s, dvd’s en videobanden (restafval) bevatten.

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 93:

 

§ 1. De inzameling van de harde plastics gebeurt via het recyclagepark.

 

Kurk

 

Afdeling 1 – Definitie

 

Artikel 94:

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder kurk verstaan: alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking…

 

Afdeling 2 – Inzameling

 

Artikel 95:

§ 1. De inzameling van kurk gebeurt via het recyclagepark.

 

HOOFDSTUK XVI – HET RECYCLAGEPARK

 

Afdeling 1 - Algemeen

 

Artikel 96:

Het recyclagepark is een inrichting die tot doel heeft de gescheiden inzameling van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen mogelijk te maken met het oog op de maximale recyclage van deze afvalstoffen.

 

Artikel 97:

De intergemeentelijke recyclageparken zijn een netwerk van recyclageparken uitgerust met weegbruggen. Dit netwerk wordt in functie van de uitrol van het Masterplan Recyclageparken jaarlijks uitgebreid binnen het werkingsgebied van EcoWerf.

 

Artikel 98:

Aanvullend kan de dienstverlening aangevuld worden met mobiele recyclageparken. De toegang tot deze parken kan door de gemeente worden beperkt tot bepaalde welomschreven doelgroepen (bijv. wijk of woonblok). De ingezamelde fracties zijn vaak beperkter dan op de normale recyclageparken.

 

Artikel 99:

§ 1. Het recyclagepark is enkel toegankelijk voor de inwoners van de gemeente en voor de ondernemingen die op het grondgebied van de gemeente gevestigd zijn in zoverre de door hen aangevoerde afvalstoffen vergelijkbaar zijn overeenkomstig de definitie in artikel 1 van deze verordening. De gemeenten hebben de keuze om de ondernemingen al dan niet toe te laten.

 

§ 2. De parkwachter kan te allen tijde het identiteitsbewijs van de bezoekers opvragen om te verifiëren of de bezoeker een inwoner van de gemeente is, dan wel een onderneming is die op het grondgebied van de gemeente is gevestigd. Indien de bezoeker dit niet kan aantonen, dan kan de toegang tot het recyclagepark ontzegd worden.

 

§ 3. Het recyclagepark is geopend op de door de opdrachthoudende vereniging EcoWerf bepaalde data en openingsuren. Buiten de openingsuren is het recyclagepark niet toegankelijk voor personen vreemd aan de dienst.

 

§ 4. Vrachtwagens en tractoren zijn niet toegelaten op het recyclagepark. De gemeente kan toelating verlenen aan tractoren. Bestelwagens met aanhangwagens mogen niet langer dan 9 m zijn en het brutogewicht van 10 ton niet overschrijden.

 

Afdeling 2 - Gebruik van het recyclagepark

 

Artikel 100:

§ 1. Op het recyclagepark mogen de hierna vermelde, vooraf maximaal gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen aangeboden worden. De afvalstoffen mogen slechts na goedkeuring van de aanwezige parkwachter, enkel in de daartoe voorbestemde en van een duidelijke vermelding voorziene container, recipiënt of opslagruimte gedeponeerd worden.

         Papier en karton

         Hol glas (wit en gekleurd glas gescheiden)

         Bouw- en sloopafval: inert bouwpuin

         Gebonden asbesthoudend afval

         Pmd

         Textiel en lederwaren

         Oude metalen (metalen gemengd)

         Groenafval: snoeihout en haagscheersel, gras- en bladafval, boomstronken

         Houtafval

         Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (aeea)

         Klein gevaarlijk afval (kga)

         Grofvuil

         Herbruikbare goederen

         Eps (piepschuim)

         Harde plastics

         Zachte plastics

         Vlak glas

         Kurk

 

§ 2. De parkwachter heeft het recht alle maatregelen te nemen voor de controle van de aangeboden afvalstoffen en kan hiertoe de recipiënten laten openen en ledigen. Indien de parkwachter zijn/haar goedkeuring niet geeft aan de verwijdering van de aangeboden afvalstoffen via het recyclagepark, dient de aanbieder deze terug mee te nemen om ze op een andere verantwoorde manier te verwijderen.

 

Artikel 101:

Tijdens de openingsuren is het recyclagepark permanent onder toezicht van de parkwachter.

 

Artikel 102:

§ 1. Het is de parkwachter toegestaan de aanbrengers van afvalstoffen buiten de omheining te laten wachten indien er zich reeds teveel mensen op het recyclagepark bevinden, evenals in functie van een goede verkeersregeling op het recyclagepark.

 

§ 2. Kinderen jonger dan 12 jaar dienen vergezeld te zijn door een volwassen begeleider.

 

§3. Het is verboden dieren te laten rondlopen op het recyclagepark.

 

Artikel 103:

§ 1. De afvalstoffen dienen gesorteerd te worden aangeboden, teneinde de verblijfsduur van de bezoekers op het terrein te beperken. De snelheid van de voertuigen is beperkt tot 5 km/uur. De motor dient stilgelegd te worden bij het lossen van de afvalstoffen. De bezoekers en de ophalers zijn ertoe gehouden de aanwijzingen van de parkwachter te volgen.

 

§ 2. Eens de afvalstoffen in de daartoe voorziene container worden gevoegd, mogen deze afvalstoffen niet meer opnieuw door een bezoeker van het recyclagepark worden meegenomen.

 

§ 3. Bezoekers met gebonden asbestafval dienen deze zelf voorzichtig te deponeren in de hiervoor voorziene asbestzakken. Stofverspreiding moet maximaal voorkomen worden. Er mag op het recyclagepark geen enkele bewerking op het asbestafval worden uitgevoerd.

Het aanleveren van gebonden asbestafval kan onderworpen zijn aan een online reservatiesysteem. Indien dit systeem actief is kan enkel met reservatie het asbestafval aangeleverd worden.

 

Artikel 104:

§ 1. De gebruikers van het recyclagepark moeten de omgeving van de containers en de overige ruimte van het terrein steeds rein houden. Zij kunnen door de parkwachter verzocht worden het door hen bevuilde terrein te reinigen.

 

§ 2. Tijdens de sluitingsuren van het recyclagepark is het verboden om afval voor de toegangspoorten te deponeren of over de omheining op het recyclagepark te gooien. Dergelijke handelingen worden gelijkgesteld met sluikstorten.

 

Artikel 105:

§ 1. Op het recyclagepark is het verboden te roken (uitgezonderd in de aangeduide rokerszone) of om op enige andere wijze vuur te maken. Het is verboden om enige beschadiging aan te brengen aan de omheining, containers, gebouwen, beplantingen of uitrusting.

 

§ 2. Het publiek betreedt het recyclagepark op eigen verantwoordelijkheid. De gemeente of intergemeentelijke samenwerking is niet aansprakelijk voor eventuele beschadiging van persoonlijke goederen, diefstal of lichamelijke letsels.

 

HOOFDSTUK XVII – GEBRUIK VAN EEN GEHUURDE AFZETCONTAINER

 

Artikel 106:

De inwoner die naast de reguliere inzameling zich wil ontdoen van afvalstoffen via een afzetcontainer, dient hiervoor steeds toelating te vragen aan het college van burgemeester en schepenen. Het is de inwoner zelf die deze toelating moet aanvragen. Deze aanvraag kan niet overgedragen worden aan de containerfirma die de container plaatst. De toelating kan gepaard gaan met een tijdelijk parkeerverbod.

 

Artikel 107:

Indien de afzetcontainer op de openbare weg geplaatst wordt, moet de betrokken container voorzien zijn van rode en witte strepen aan de voor- en achterkant en dit over minstens 1 vierkante meter per kant. Een verkeersbord met symbool D1 moet voorzien worden boven de container en een oranjegeel knipperlicht dient aangebracht te worden boven dit verkeersbord.

 

Artikel 108:

De toelating moet toegekend zijn, alvorens de afzetcontainer door de containerfirma mag geleverd worden. De termijnen (begin- en einddatum) van deze toelating moeten gerespecteerd worden. Indien de container niet is verwijderd tegen de dag zoals bepaald in de toelatingsbeslissing dan zal de gemeente de inwoner die de aanvraag heeft ingediend hiervoor aansprakelijk stellen.

 

HOOFDSTUK XVIII – HANDHAVING EN STRAFBEPALINGEN

 

Artikel 109:

§ 1. Wanneer afvalstoffen worden achtergelaten op een wijze of op een plaats in strijd met deze verordening kan de burgemeester jegens de overtreder de onmiddellijke opruiming van de in artikel 5, § 1 bedoelde afvalstoffen bevelen. Dit bevel wordt per aangetekend schrijven aan de overtreder bezorgd. De overtreder beschikt over een termijn van maximum één week, te rekenen vanaf de ontvangst van het bevel van de burgemeester. Indien de overtreder weigert de afvalstoffen binnen de door de burgemeester vastgestelde termijn te verwijderen, is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de overtreder, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen.

 

§ 2. Indien geen overtreder kan aangeduid worden, kan de burgemeester jegens de eigenaar van het perceel waarop afvalstoffen werden achtergelaten in strijd met deze verordening de onmiddellijke verwijdering van de in artikel 5, § 1 bedoelde afvalstoffen bevelen. Dit bevel wordt per aangetekend schrijven aan de eigenaar bezorgd. De eigenaar beschikt over een termijn van maximum één week, te rekenen vanaf de ontvangst van het bevel van de burgemeester. Indien de eigenaar weigert de afvalstoffen binnen de door de burgemeester vastgestelde termijn te verwijderen, is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de eigenaar, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen.

 

§ 3. Indien alsnog een overtreding wordt vastgelegd, kan de in artikel 7, § 3 bedoelde eigenaar de kosten van de verwijdering van de in artikel 5, § 1. bedoelde afvalstoffen verhalen op de overtreder.

 

§ 4. Ongeacht artikel 7, §2  en 3 is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de overtreder, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen, wanneer de afvalstoffen worden achtergelaten op een wijze of een plaats in strijd met deze politieverordening of met andere wettelijke bepalingen.

 

§ 5. Naar aanleiding van een ambtshalve verwijdering, overeenkomstig artikel 7, § 2, § 3 en § 5, kan de burgemeester gemeentelijke ambtenaren de opdracht geven het afval grondig te onderzoeken teneinde de identiteit van de overtreder te achterhalen.

 

Artikel 110:

§ 1. In geval van overtreding van dit reglement kan de politie de overtreder aanmanen om de niet-reglementaire toestand ongedaan te maken. De politie is bevoegd voor de vaststelling van alle overtredingen vervat in dit politiereglement.

 

§ 2. De inbreuken op deze verordening worden gestraft met een gemeentelijke administratieve geldboete zoals bedoeld in artikel 119bis van de Gemeentewet, voor zover wetten, besluiten, decreten, algemene en provinciale reglementen of verordeningen niet in andere straffen voorzien.

 

Overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 kunnen volgende administratieve sancties worden opgelegd:

1° een administratieve geldboete die maximaal 175 euro of 350 euro bedraagt, naargelang de overtreder minderjarig of meerderjarig is;

2° de administratieve schorsing van een door de gemeente verleende toestemming of vergunning;

3° de administratieve intrekking van een door de gemeente verleende toestemming of vergunning;

4° de tijdelijke of definitieve administratieve sluiting van een inrichting.

 

§ 3. Alternatieve maatregelen voor de administratieve geldboete bedoeld in § 2 zijn:

1° de gemeenschapsdienst, gedefinieerd als zijnde een prestatie van algemeen belang uitgevoerd door de overtreder ten gunste van de collectiviteit;

2° de lokale bemiddeling, gedefinieerd als zijnde een maatregel die het voor de overtreder mogelijk maakt om, door tussenkomst van een bemiddelaar, de veroorzaakte schade te herstellen of schadeloos te stellen of om het conflict te doen bedaren.

 

§ 4. De administratieve sanctie is proportioneel in functie van de zwaarte van de feiten die haar verantwoorden en in functie van de eventuele herhaling. Herhaling bestaat wanneer de overtreder reeds werd gesanctioneerd voor eenzelfde inbreuk binnen de vierentwintig maanden voorafgaand aan de nieuwe vaststelling van de inbreuk. De vaststelling van meerdere samenlopende inbreuken op dezelfde reglementen of verordeningen, geeft aanleiding tot één enkele administratieve sanctie, in verhouding tot de ernst van het geheel van de feiten.

 

HOOFDSTUK XIX – SLOTBEPALINGEN

 

Artikel 111:

§ 1. De bepalingen (hoofdstuk X en art. 103, § 1, 16°) inzake de zachte plastics hebben slechts werking tot en met 28 februari 2021.

 

§ 2. Vanaf 1 maart 2021 wordt de definitie in art. 51, § 1 uitgebreid met de volgende afvalsoorten: schaaltjes, vlootjes en bakjes, potjes en tubes, folies, zakjes, drank- en conservenblikken, spuitbussen voor voedingsmiddelen of cosmetica, bakjes en schaaltjes, deksels en doppen.

 

Artikel 112:

Deze verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig de artikels 286, 287 en 288 van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Artikel 113:

Het politiereglement van 30 april 2019 over het beheer van huishoudelijk afval en vergelijkbaar bedrijfsafval wordt opgeheven op 1 januari 2021.

 

Artikel 114:

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2021.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

HUISVESTING. GOEDKEURING ACTIEPLAN BETAALBAAR WONEN.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 27 augustus 2019 over de goedkeuring van de subsidieaanvraag voor lokaal woonbeleid.

 

Feiten en context

  • Het decreet grond- en pandenbeleid (DGP) benadrukt de rol van de gemeente als regisseur van het lokaal woonbeleid.
  • Volgens het DGP moet elke gemeente tegen 2025 een bepaald sociaal woonaanbod (BSO) realiseren dat is opgedeeld in een gemeentelijk objectief voor sociale huurwoningen, sociale koopwoningen en sociale kavels.

 

Juridische gronden

  • Decreet van van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 10 november 2011 tot bepaling van de nadere regels voor de opvolging van de realisatie van het Bindend Sociaal Objectief (BSO) en tot bepaling van de methodologie en de criteria voor de uitvoering van een tweejaarlijke voortgangtoets.

 

Adviezen

  • Het actieprogramma "betaalbaar wonen" en de objectieven werden op 14 oktober 2020 besproken tijdens het lokaal woonoverleg.

 

Argumentatie

Het actieplan betaalbaar wonen bevat een samenvatting van de acties uit het verleden en de bijhorende resultaten en een aantal voorstellen als leidraad voor toekomstige beslissingen en acties rond betaalbaar wonen.

 

 

Bijlagen

  • 2020 Actieprogramma "Betaalbaar Wonen" Bertem

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt het bijgevoegde actieprogramma "Bertem: plan van aanpak betaalbaar wonen (versie december 2020)" goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Punt bijlagen/links Actieprogramma Bertem.pdf Download
BSO Matrix Bertem.pdf Download
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

RETRIBUTIES. GOEDKEURING RETRIBUTIEREGLEMENT OP DE AFGIFTE VAN CONFORMITEITSATTESTEN EN DE BEPERKTE GELDIGHEID.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 18 december 2018 over de goedkeuring van het retributiereglement op de afgifte van conformiteitsattesten
  • Raadsbesluit van 26 maart 2019 over de goedkeuring van de verordening inzake de verplichting over conformiteitsattesten
  • Ministerieel besluit van 24 juni 2019 tot goedkeuring van de verordening van 26 maart 2019 van de gemeenteraad van Bertem houdende het verplicht stellen van het conformiteitsattest
  • Raadsbesluit van 27 augustus 2019 over de goedkeuring van de subsidieaanvraag lokaal woonbeleid en de goedkeuring van het intergemeentelijke woonproject Bertem en Huldenberg voor de periode 2020-2025 onder de naam 'Wonen aan IJse en Voer'
  • Besluit van de burgemeester van 8 januari 2020 tot aanwijzing van woningcontroleurs om de conformiteit van woningen met de vereisten van veiligheid, gezondheid, woonkwaliteit, brandveiligheid en woningbezetting vast te stellen in de gemeente Bertem

 

Feiten en context

  • De Vlaamse regering ondersteunt de gemeenten met een Vlaamse subsidie in hun regisseursrol. Dit met het oog op de realisatie van de drie Vlaamse beleidsprioriteiten voor het lokaal woonbeleid:
    • De gemeente zorgt voor een divers en betaalbaar woonaanbod afhankelijk van de woonnoden.
    • De gemeente werkt aan de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving.
    • De gemeente informeert, adviseert en begeleidt inwoners met vragen over wonen.

Het activiteitenpakket van het Woonproject bevat minstens de verplichte activiteiten vermeld in het besluit van de Vlaamse regering van 16 november 2018 voor de realisatie van de Vlaamse beleidsprioriteiten. De verplichte activiteiten moeten in elke deelnemende gemeente van het werkingsgebied uitgevoerd worden.

De gemeente Bertem voert een aantal aanvullende activiteiten uit om daar een aanvullende subsidie voor te bekomen.

  • Het intergemeentelijke samenwerkingsverband 'Wonen aan IJse en Voer' zet in op de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving.
    • De aanvullende activiteit 2_2 stelt dat de gemeente krachtens artikel 6, eerste lid, 1° van de Vlaamse Wooncode een verordening vaststelt waarbij het conformiteitsattest verplicht wordt gesteld in bepaalde situaties en de verordening toegepast wordt.
    • De aanvullende activiteit 2_3 stelt dat de gemeente de geldigheidsduur van conformiteitsattesten beperkt, krachtens artikel 10, eerste lid, 5° van de Vlaamse Wooncode.
  • De gemeente geeft toestemming aan de technisch adviseurs van het intergemeentelijk woonproject om ambtshalve een onderzoek uit te voeren in woningen met een sterk vermoeden van woningkwaliteitsgebreken.
  • Het optimalisatiedecreet van 20 maart 2019 en het besluit van de Vlaamse regering van 24 april 2019 treden op 1 januari 2021 in werking en de huidige weging met strafpunten zal plaats maken voor een indeling van de gebreken in drie categorieën:
    • Categorie I:'kleine gebreken' die de levensomstandigheden van de bewoners negatief beïnvloeden of die potentieel kunnen uitgroeien tot ernstige gebreken
    • Categorie II: 'ernstige gebreken' die de levensomstandigheden van de bewoners negatief beïnvloeden maar geen direct gevaar voor de veiligheid of gezondheid. De woning is ongeschikt.
    • Categorie III: ernstige gebreken die 'mensonwaardige omstandigheden' veroorzaken of die een 'direct gevaar' vormen voor de veiligheid of de gezondheid van de bewoners. De woning is ongeschikt en onbewoonbaar.
  • De gewestelijke ambtenaar adviseert:
    • bij aanwezigheid van minstens één gebrek van categorie II de woning ongeschikt te verklaren;
    • bij aanwezigheid van minstens één gebrek van categorie III de woning onbewoonbaar en ongeschikt te verklaren.
  • Een conformiteitsattest is normaal 10 jaar geldig. Een woning met meerdere kleine gebreken of met vochtschade kan voor de bewoner erg hinderlijk zijn en de schade kan in de volgende jaren uitbreiden wanneer niet het noodzakelijke herstel gebeurt. Een beperking van de geldigheidsduur aan de hand van objectieve criteria zoals het aantal gebreken van categorie I wordt vastgelegd.
  • In het geldende retributiereglement van 18 december 2018 op de afgifte van conformiteitsattesten is de beperking van de geldigheidsduur gebaseerd op het huidige puntensysteem. Vanaf 1 januari 2021 wordt niet meer gewerkt met een puntensysteem en is een nieuw reglement vereist voor de beperking van het conformiteitsattest.

 

Juridische gronden

  • Artikel 173 van de Grondwet
    Behalve voor de provincies, de polders en wateringen en de gevallen uitdrukkelijk uitgezonderd door de wet, het decreet en de regelen bedoeld in artikel 134, kan van de burgers geen retributie worden gevorderd dan alleen als belasting ten behoeve van de Staat, de gemeenschap, het gewest, de agglomeratie, de federatie van gemeenten of de gemeente.
  • Decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, in het bijzonder artikelen 5, 6 tot en met 11, 15, 20, 20bis en 20ter.
    Het conformiteitsattest vervalt van rechtswege vanaf het ogenblik dat:
    1° aan de woning werkzaamheden uitgevoerd worden als vermeld in artikel 18 van het Vlaams Woninghuurdecreet;
    2° de woning ongeschikt of onbewoonbaar verklaard wordt met toepassing van hoofdstuk III;
    3° de woning onbewoonbaar verklaard wordt met toepassing van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet;
    4° er voor de woning een proces-verbaal als vermeld in artikel 20, § 2, opgesteld wordt;
    5° er een termijn van tien jaar of een termijn die vastgesteld wordt door de gemeenteraad, met een maximum van tien jaar, verstreken is na de afgifte van het conformiteitsattest.
  • Decreet van 29 maart 2013 houdende wijziging van diverse decreten wat de woonkwaliteitsbewaking betreft.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen, in het bijzonder het uitreiken van een conformiteitsattest en de maximale vergoeding voor de afgifte.
  • Ministerieel besluit van 29 juli 2013 tot vaststelling van de modellen van conformiteitsattesten voor woningen en kamerwoningen.
  • Artikel 40, §3 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen, waaronder de gemeentelijke belasting- en retributiereglement, vast.
  • Artikel 41, 2e lid, 14° van het decreet lokaal bestuur
    De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de gemeentebelastingen en het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, inclusief verminderingen en vrijstellingen, is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.
  • Wet van 13 april 2019 tot invoering van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen
  • Besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2019 betreffende de woningkwaliteitsbewaking
  • Vlaamse Codex Wonen
  • Besluit van de Vlaamse regering van 25 september 2020 tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen 2021.

 

Argumentatie

Bij sterk vermoeden van kwaliteitsgebreken, die een gevaar voor de (openbare) veiligheid en of gezondheid betekenen, is het belangrijk dat er een onderzoeker ter plaatse komt. De technisch adviseur kan een brief versturen naar de huurder en verhuurder of hen telefonisch contacteren om een afspraak te maken. Ter plaatse wordt er informatie gegeven over de normen van de Vlaamse Wooncode en de aanwezige gebreken. Indien nodig kan een hercontrole plaatsvinden en kan een conformiteitsattest op eigen initiatief overhandigd worden.

 

Het is aangewezen om de afgifte van het conformiteitsattest gratis aan te bieden in volgende situaties:

  • op eigen initiatief van de gemeente
  • na ambtshalve uitvoering van onderzoek bij sterk vermoeden van kwaliteitsproblemen
  • bij verplichting opgelegd door de gemeente
  • na vrijwillige aanvraag van de verhuurder.

 

Naast het billijke effect en de beloning voor de verhuurder die de woning conform maakt, is het een gelegenheid om het conformiteitsattest te promoten bij verhuurders. Het attest kan een belangrijk instrument zijn om de woningkwaliteit te verbeteren op het grondgebied van de gemeente.

 

Binnen het afsprakenkader met het Sociaal Verhuurkantoor is de gemeente het engagement aangegaan om gratis een conformiteitsattest af te leveren bij nieuwe inhuurnames, mits voldaan is aan de voorwaarden. Een conformiteitsattest is na uitreiking 10 jaar geldig.

 

Bij kwaliteitsonderzoek zijn in de woning vaak vochtproblemen aanwezig en deze kunnen voor de gezondheid van de bewoners een gevaar betekenen. Wanneer de oorzaak niet aangepakt wordt, vergroot in de loop van de jaren de schade. Bij nieuwe huur is vochtschade vaak tijdelijk weggewerkt door verfraaiingswerken. Voor die specifieke gebreken is een beperkte geldigheid van het conformiteitsattest aangewezen.

 

Het is aangewezen om de geldigheidsduur van het conformiteitsattest in een aantal gevallen te beperken opdat de eigenaars op korte termijn de kwaliteit van hun huurwoning zouden opvolgen en de woning aanpassen aan de strenger wordende kwaliteitsnormen.

 

Financiële gevolgen

 

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Geraamde inkomsten

731600/0020-00

€28 000

€28 000

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Voor de toepassing van dit reglement worden volgende definities gehanteerd:

  • Codex: Besluit van de Vlaamse regering van 25 september 2020 tot uitvoering van de Vlaamse codex Wonen 2021.
  • Conformiteitsattest: Als de woning met toepassing van artikel 6 van het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 over de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen conform wordt bevonden, willigt de burgemeester de aanvraag in, en levert hij een conformiteitsattest af, samen met een afschrift van het technisch verslag zoals omschreven in artikel 3.6. §1. van de Codex.
  • Conformiteitsonderzoek: Art. 3.3. van de Codex: De Vlaamse regering bepaalt de criteria en de procedure om vast stellen of een woning voldoet aan de vereisten en normen, vastgesteld met toepassing van artikel 3.1, §1, §2 en §3, eerste en tweede lid. Ze kan ook de wijze bepalen waarop de mogelijkheid om eventuele tekortkomingen via renovatie-, verbeterings- of aanpassingswerkzaamheden te verhelpen, beoordeeld wordt.
  • Technisch verslag: het verslag dat in het kader van een conformiteitsonderzoek door een woningcontroleur is opgesteld aan de hand van de modellen die bepaald zijn door de Vlaamse regering.
  • Woning: elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande. De bestemming kan worden afgeleid uit de vergunde of vergund geachte toestand en het feitelijk gebruik op het moment van het conformiteitsonderzoek. 
  • Woningcontroleur:
    • de gewestelijk ambtenaar en de personeelsleden die de leidend ambtenaar van het agentschap Wonen Vlaanderen aanwijst
    • de personen die de burgemeester van de gemeente waar de woning ligt aanwijst
    • ambtenaren die aangewezen zijn als wooninspecteur of als ambtenaar met opsporings- en vaststellingsbevoegdheid.

 

Artikel 2:

Vanaf 1 januari 2021 wordt er een retributie gevraagd voor de behandeling van het conformiteitsattest.

 

Artikel 3:

Het bedrag van de retributie wordt vastgesteld op de maximale tarieven overeenkomstig de geldende regelgeving:

  • voor een zelfstandige woning: 90 euro
  • voor een kamerwoning: 90 euro verhoogd met 15 euro per kamer vanaf de 3 de kamer.

De gemeente levert in volgende situaties het attest gratis af:

  • voor de afgifte voor woningen waarvoor de aanvrager een erkend sociaal verhuurkantoor is als toekomstige of effectieve onderverhuurder voor de afgifte op eigen initiatief van de gemeente
  • voor de afgifte na ambtshalve uitvoering van een onderzoek bij sterk vermoeden van gevaar voor (openbare) veiligheid en gezondheid (in het kader van proactief handelen) voor de afgifte op vrijwillige aanvraag van de verhuurder voor de afgifte in het kader van een verplichting opgelegd door de gemeente.

 

Artikel 4:

In volgende situaties wordt er op eigen initiatief of na ambtshalve uitvoering van een onderzoek geen conformiteitsattest afgeleverd:

  • wanneer er vochtschade en/of schimmel algemeen aanwezig is

 

Artikel 5:

De retributie is verschuldigd door de aanvrager van het conformiteitsattest.

 

Artikel 6:

De retributie wordt betaald bij de aflevering van het conformiteitsattest.

 

Artikel 7:

De geldigheidsduur van een conformiteitsattest wordt beperkt tot 5 jaar wanneer er in het technisch verslag in de categorie 1 'klein gebrek', 2 gebreken worden vastgesteld.

De geldigheidsduur van het conformiteitsattest wordt beperkt tot 3 jaar wanneer er in het technisch verslag in de categorie 'klein gebrek' 3 gebreken of meer worden vastgesteld.

De geldigheid van het conformiteitsattest wordt beperkt tot 1 jaar wanneer er in het technisch verslag in de categorie 1 'klein gebrek' minstens 1 gebrek onder de noemer vochtschade wordt vastgesteld.

 

Artikel 8:

Het retributiereglement van 18 december 2018 op de afgifte van conformiteitsattesten wordt opgeheven op 1 januari 2021.

 

Artikel 10:

De geldigheidsduur van conformiteitsattesten, afgeleverd voor de inwerkingtreding van dit reglement, blijft ongewijzigd.

 

Artikel 9:

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2021.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

VERKAVELING MET WEGENIS HAANSELBERG. GOEDKEURING TRACÉ WEGENIS FASE II VAN KWADRAAT VOOR HET VERKAVELEN VAN DE PERCELEN GELEGEN IN 3061 LEEFDAAL, HAANSELBERG, SECTIE B NR 224E2 EN 227V2.

 

Voorgeschiedenis

  • Op 19 februari 2018 heeft het college van burgemeester en schepenen een verkavelingsvergunning verleend aan het studie- en landmeetburo Quadrant voor het perceel gelegen in 3061 Leefdaal, Eksterenberg (Haanselberg), sectie B 227v2 (fase I).
  • Op 31 augustus 2020 heeft Kwadraat een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend voor het verkavelen van de percelen gelegen in 3061 Leefdaal, Haanselberg, sectie B nr 224e2 en 227v2 (fase II).

 

Feiten en context

  • Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.
  • Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.
  • De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

  • De Haanselberg takt aan op de Nollekensstraat. De Nollekensstraat ligt aan de rand van de bebouwing van Leefdaal op de zuidelijke valleirand van de Voer. Ze loopt parallel aan de Dorpstraat en vormde de oorspronkelijke verbinding met de buurgemeente Vossem. De omgeving bestaat uit hoofdzakelijk vrijstaande en halfopen eengezinswoningen met aangrenzend het kouterlandschap ten zuiden.

Ten noorden werd het inbreidingsproject Hulsterberg gerealiseerd. Ten westen liggen de woningen van de fase I. Ten oosten liggen nog een aantal onbebouwde percelen.

Het perceel grenst aan de Nollekensstraat die in deze zone een holle weg is (buurtweg nr. 15).

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

  • De aanvraag omvat het verkavelen van het perceel in 1 bouwlot voor open bebouwing. De woning wordt via de doorgetrokken parallelweg ontsloten.

 

Juridische gronden

1. Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

  • Artikel 41

Dit artikel regelt de bevoegdheden van de gemeenteraad.

2. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 15 mei 2009

  • Artikel 4.2.15, § 1 Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009

Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden een stuk grond verkavelen voor woningbouw of voor het opstellen van vaste of verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt.

Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden kan worden aangevraagd en verleend voor het verkavelen voor de aanleg en het bebouwen van terreinen voor andere functies.

§ 2. Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden omvat reglementaire voorschriften aangaande de wijze waarop de verkaveling ingericht wordt en de kavels bebouwd kunnen worden.

§ 3. De verkavelaar zorgt ervoor dat de in de verkaveling opgenomen loten kunnen aansluiten op alle voorzieningen van openbaar nut die vereist worden door het vergunningverlenende bestuursorgaan. In voorkomend geval bepaalt de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden op welke wijze in de nodige infrastructuur voor de nutsvoorzieningen wordt voorzien.

  • Artikel 4.2.17

Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden geldt als omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen wat betreft alle handelingen die zijn opgenomen in de vergunning en die de verkaveling bouwrijp maken, zoals in het bijzonder:

1° de aanleg van nieuwe verkeerswegen, of de tracéwijziging, verbreding of opheffing daarvan;

2° de wijziging van het reliëf van de bodem;

3° de ontbossing, met behoud van de toepassing van artikel 90bis van het Bosdecreet van 13 juni 1990;

4° het afbreken van constructies.

Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden geldt tevens als omgevingsvergunning voor het wijzigen van de vegetatie, vermeld in artikel 9bis, § 7, en artikel 13, § 4 en § 5, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, wat betreft alle handelingen die zijn opgenomen in de vergunning en die de verkaveling bouwrijp maken.

Het eerste en het tweede lid gelden als de vergunningsaanvraag voor het verkavelen van gronden voldoet aan de vereisten inzake ontvankelijkheid en volledigheid die gelden voor de aanvraag voor stedenbouwkundige handelingen of voor het wijzigen van de vegetatie.

3. Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014.

  • Artikel 6

Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunningsplichtige verandering eraan doen.

  • Artikel 15

Het college van burgemeester en schepenen is voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen

1° de gemeentelijke projecten

2° andere gevallen dan deze waardoor de Vlaamse regering of deputatie bevoegd is

  • Artikel 17

§ 1. Er bestaan twee onderscheiden procedures voor het verlenen van de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg, namelijk:

1° de gewone vergunningsprocedure, vermeld in afdeling 2;

2° de vereenvoudigde vergunningsprocedure, vermeld in afdeling 3.

§ 4. De vereenvoudigde vergunningsprocedure is niet van toepassing voor projecten  waarvoor met toepassing van artikel 31 een beslissing van de gemeenteraad vereist is over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg.

  • Artikel 20

Als met toepassing van artikel 4.3.3, § 2, van het DABM bij de vergunningsaanvraag een project-m.e.r.-screeningsnota is gevoegd, onderzoekt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, of de gemeentelijke, provinciale of gewestelijke omgevingsambtenaar die nota en beslist of er over het project een milieueffectrapport moet worden opgesteld.

  • Artikel 23

Er wordt een openbaar onderzoek georganiseerd over de vergunningsaanvraag.

Gedurende het openbaar onderzoek kan iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon zijn standpunten, opmerkingen en bezwaren indienen.

  • Artikel 24

De Vlaamse Regering wijst de adviesinstanties aan die over een vergunningsaanvraag advies verlenen.

  • Artikel 31

§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.

De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.

§ 2. Als het college van burgemeester en schepenen niet de bevoegde overheid is die in eerste aanleg over de aanvraag beslist, dan bezorgt de gemeente de beslissing van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg binnen zestig dagen na het verzoek aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15.

  • Onderafdeling 2/1 Beroep tegen de beslissing van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg

Artikel 31/1

§ 1. Tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg kan in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering door de personen of instanties, vermeld in artikel 53.

De vereiste, vermeld in artikel 53, tweede lid, is ook van toepassing op het beroep tegen het besluit van de gemeenteraad.

Het beroep leidt tot de vernietiging van het bestreden besluit of tot de afwijzing van het beroep op grond van de onontvankelijkheid of de ongegrondheid ervan.

§ 2. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid met een beveiligde zending ingediend bij de Vlaamse Regering binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat op:

1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;

3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

De indiener van het beroep bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig met de beveiligde zending van het beroep aan de Vlaamse Regering, een afschrift van het beroepsschrift met een beveiligde zending aan het college van burgemeester en schepenen en aan de bevoegde beroepsinstantie, vermeld in artikel 52.

§ 3. Het college van burgemeester en schepenen bezorgt het volledige dossier of een afschrift daarvan onmiddellijk na de ontvangst van het afschrift van het beroepsschrift, aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.

§ 4. De Vlaamse Regering neemt een beslissing over het beroep binnen een termijn van negentig dagen, die ingaat de dag na de ontvangst van het dossier, vermeld in paragraaf 3. Die termijn is een termijn van orde.

De Vlaamse Regering brengt de indiener van het beroepsschrift, de bevoegde overheid en de gemeente onmiddellijk op de hoogte van haar beslissing.

§ 5. Het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg kan alleen worden vernietigd:

1° wegens strijdigheid met het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen;

2° wegens strijdigheid met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van hetzelfde decreet;

3° wegens de niet-naleving van een substantiële vormvereiste.

 

Adviezen

  • Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 28 september 2020 tot 27 oktober 2020.

Tijdens dit openbaar onderzoek werd eenzelfde klacht ingediend door 3 personen.

Opmerking voorziene wegenis

Bezwaar tegen de peststrook in de aan te leggen weg: wij vragen dat de openbare weg wordt aangelegd tot op de perceelsgrens, op zodanige manier dat er verder kan aan gebouwd worden. Het creëren van dergelijke strook werd intussen door verschillende rechtspraak verboden.

Bespreking/beoordeling

Het creëren van zogenaamde rest- of peststroken wordt in verschillende arresten van de Raad van State en de Raad voor Vergunningsbetwistingen als onwettig beschouwd.

De gemeenteraad moet bij de beslissing over de voorgestelde wegenis steeds rekening houden met motieven van algemeen belang, m.a.w. de mogelijkheid van de verdere verantwoorde ontsluiting van het aansluitende woongebied.

In het huidige dossier kan de raad niet anders dan oordelen dat de ontsluiting van het aanpalende perceel enkel via de doorgetrokken ventweg Haanselberg kan gebeuren waardoor de wegenis moet aansluiten op het rechts aanpalende perceel.

Deze opmerking wordt aanvaard maar er kan aan deze opmerking tegemoet gekomen worden door het opleggen van voorwaarden.

 

  • Externe adviezen
    • Op 17 september 2020 heeft de hulpverleningszone Vlaams-Brabant Oost een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht.
    • Op 24 september 2020 heeft het Agentschap voor Natuur en Bos een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht.
    • Op 5 oktober 2020 heeft Fluvius een voorwaardelijk gunstig rioleringsadvies uitgebracht.
    • Op 13 oktober 2020 heeft de provinciale dienst waterlopen een gunstig wateradvies uitgebracht.

 

Argumentatie

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig-architecturaal verantwoord mits naleving van de opgelegde voorwaarden.

Het aanleggen van een parallelweg die begint op het kruispunt Eksterenberg/Nollekensstraat en die op 5 m van de kop van het talud wordt aangelegd, zorgt ervoor dat de holle weg integraal behouden en beschermd blijft. Er moet een bijkomende aanplanting voorzien worden op de kop van het talud als ecologische compensatie volgens de bepalingen van het advies van ANB.

Het talud wordt samen met de wegenis afgestaan aan de gemeente.

Het doortrekken van de wegenis tot tegen het rechts aanpalende perceel is nodig voor de verantwoorde verdere ontsluiting van het gebied.

 

 

Bijlagen

  • Verkavelingsontwerp

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De gemeenteraad neemt kennis van de resultaten van het openbaar onderzoek. De klacht over de voorgestelde wegenis wordt aanvaard.

 

Artikel 2:

Het aangepaste tracé van de voorziene wegenis in deze verkavelingsaanvraag wordt goedgekeurd onder volgende voorwaarde:

  • De voorgestelde wegenis moet doorgetrokken worden tot tegen het rechts aanpalende perceel.

 

Artikel 3:

Het college zal een overeenkomst met de ontwerper afsluiten over de uitrusting van deze verkaveling.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

PATRIMONIUM. GOEDKEURING AKTE MINNELIJKE ONTEIGENING BUFFERBEKKEN A.E. VERBISTSTRAAT INNAME 4A EN 5A.

 

Voorgeschiedenis

  • Gemeenteraadsbesluit van 30 januari 2018 waarbij aan Vastgoedtransacties de opdracht werd gegeven om de grondinnemingen te verwerven.
  • Gemeenteraadsbesluit van 24 april 2018 waarbij het grondinnemingsplan voor de aanleg van een bufferbekken op de A.E. Verbiststraat definitief werd aanvaard.

 

Feiten en context

  • De afdeling Vastgoedtransacties binnen de Vlaamse Belastingsdienst verzorgt in opdracht van andere openbare besturen de verwerving of de vervreemding van onroerende goederen.
  • Afdeling Vastgoedtransacties heeft op 8 december 2020, als instrumenterend derde, de akte van minnelijke verwerving onder opschortende voorwaarde verleden voor volgend perceel:
    • Inneming 4A, 14 a 92 ca groot volgens kadaster, eigendom van de heer Ronsmans Willy Joseph Marie en mevrouw Putseys Linda Hilda Eduard, gekadastreerd onder afdeling 1, sectie B, nummer 309E, met individueel nummer 309G.
    • Inneming 5A, 14 a 80 ca groot volgens kadaster, eigendom van de heer Ronsmans Willy Joseph Marie en mevrouw Putseys Linda Hilda Eduard, gekadastreerd onder afdeling 1, sectie B, nummer 309F, met individueel nummer 309H.
  • Afdeling Vastgoedtransacties heeft met de eigenaar een akkoord kunnen bereiken over de minnelijke verwerving. Er wordt een vergoeding betaald van 28 000 euro.

 

Juridische gronden

  • Artikel 2.9.6.0.3. van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013
    Er wordt een vrijstelling van het verkooprecht verleend voor:
    1° de overdrachten in der minne van onroerende goederen ten algemenen nutte, aan (...) de gemeenten (...) en aan alle andere tot onteigening gerechtigde organen of personen.
    De gemeente verklaart dat de overdracht geschiedt voor algemeen nut, met name de inneming voor het aanleggen van een bufferbekken.
  • Decreet van 19 december 2014 houdende de Vlaamse Vastgoedcodex
    De Vlaamse Belastingdienst kan onroerende goederen verwerven en vervreemden voor rekening van de Vlaamse gemeenten. De Vlaamse commissarissen zijn o.m. bevoegd tot het verlijden van de authentieke administratieve akten als het goed in het overheidspatrimonium moet worden opgenomen. Bij het uitoefenen van hun bevoegdheden voeren de Vlaamse commissarissen alle taken uit die voor de verrichtingen nodig zijn volgens de onderrichtingen van de entiteit of de instelling die op hun diensten een beroep doet.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 19 december 2014 houdende de uitvoering van het decreet van 19 december 2014 houdende de Vlaamse Vastgoedcodex
    Dit besluit regelt o.m. de machtiging aan de Vlaamse minister bevoegd voor de financiën en de begrotingen, om de Vlaamse commissarissen aan te wijzen en om de de werkwijze van het decreet van 19 december 2014 te regelen.
  • Ministerieel besluit van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie van 12 januari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse commissarissen, vermeld in het decreet van 19 december 2014 houdende de Vlaamse Vastgoedcodex
  • Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017
  • Artikel 41, tweede lid, 11° van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad is bevoegd voor alle onderwerpen van gemeentelijk belang.
    De gemeenteraad is bevoegd voor het stellen van daden van beschikking m.b.t. onroerende goederen.

 

Argumentatie

De realisatie van het bufferbekken zorgt ervoor dat het hemelwater met beperkt debiet wordt afgevoerd naar de riolering. Hierdoor wordt de kans op overstromingen in het centrum van Bertem verminderd. De aanleg van een bekken impliceert grondverwerving.

Door deze minnelijke verwerving wordt het betrokken perceel overgedragen aan de gemeente.

 

De aktes voor minnelijke verwerving inneming 4A en 5A moet binnen de zes maanden vanaf de ondertekening ervan (8 december 2020) worden goedgekeurd door de gemeenteraad. De betaling moet gebeuren binnen de drie maanden na goedkeuring door de gemeenteraad en van niet-schorsing of niet-vernietiging van de beslissing door de toezichthoudende overheid. 

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

2-15-55

0341-00/220000

€ 89 000

€ 89 000 (2021)

€ 28 000

 

 

Bijlagen

  • Akte minnelijke verwerving Ronsmans-Putseys
  • Grondinnemingplan

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De raad keurt de akte van minnelijke verwerving van 8 december 2020 goed van inneming 4A (14 a 92 ca groot volgens kadaster, gekadastreerd onder afdeling 1, sectie B, nummer 309E, met individueel nummer 309G) en inneming 5A (14 a 80 ca groot volgens kadaster, gekadastreerd onder afdeling 1, sectie B, nummer 309F, met individueel nummer 309H) op het grondinnemingsplan.

 

Artikel 2:

De bijgevoegde akte inneming 4A en 5A, opgesteld door afdeling Vastgoedtransacties, waarin expliciet verklaard wordt dat de verkrijging voor openbaar nut wordt gedaan, tegen een overeengekomen bedrag van 28 000 euro, wordt goedgekeurd.

 

Artikel 3:

De bovenvermelde kadastrale percelen worden opgenomen in het openbaar domein van de gemeente Bertem.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

DORPSPLEIN LEEFDAAL. GOEDKEURING AANKOOP PERCEEL GROND NEERIJSE STEENWEG.

 

Voorgeschiedenis

         Besluit van de gemeenteraad van 20 december 2016 over de aankoop van een perceel grond aan de Neerijse steenweg te Leefdaal, gekadastreerd sectie F, deel van nummers 178/P P0000 en 177/S P0000, met een oppervlakte van 12a85ca, aan de aankoopprijs van 371 250 euro.

 

Feiten en context

         Deze aankoop kadert in de visie m.b.t. de nieuwe aanleg van het centrum van Leefdaal en meer bepaald de zone van het huidige Dorpsplein en de onmiddellijke omgeving ervan. Hierbij vormt het de bedoeling om het plein zelf een meer open, levendiger en groener karakter te geven dan momenteel het geval is, waardoor wel een aanzienlijk deel van de huidige parkeercapaciteit zal verdwijnen. De aankoop van dit perceel gebeurt met de idee om voor een waardig alternatief te zorgen door een publieke parking te creëren die via een lift in het nog te bouwen appartementsgebouw van het project van Stylio bvba de verbinding zal maken met het plein.

 

Juridische gronden

         Artikel 41, §2, 11° van het decreet lokaal bestuur

De gemeenteraad is bevoegd voor daden van beschikking over onroerende goederen.

 

Argumentatie

Het ontwerp van akte van aankoop respecteert volledig de modaliteiten die waren opgenomen in de overeenkomst die de gemeenteraad goedkeurde in zitting van 20 december 2016. De aankoopprijs blijft eveneens ongewijzigd, namelijk 371 250 euro. Aangezien de aankoop zal gebeuren om reden van openbaar nut (aanleg van een gratis toegankelijke publieke parking), kan de gemeente genieten van vrijstelling van registratierechten.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

220000/0200-00/A85 (2021)

€ 400 000

€ 400 000

€ 371 250

 

 

Bijlagen

         Ontwerp van akte van aankoop van een perceel aan de Neerijse steenweg in het kader van de aanleg van een publieke parking.

         Plan van het project van Stylio bvba waarop het perceel is aangeduid.

         Stedenbouwkundige inlichtingen betreffende de aan te kopen percelen.

 

Besluit

 

19 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven, Tom Philips, Yvette Laes, Jan De Keyzer, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Pieter Sempels, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Jimmy Geyns en Albert Mees

2 onthoudingen: Joris Fonteyn en Peter Persyn

 

Artikel 1:

De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de aankoop van een perceel grond aan de Neerijse steenweg te Leefdaal, eigendom van de heer en mevrouw Vander Elst Marc - Lecluse Hilde, gekadastreerd sectie F, deel van nummers 178/P P0000 en 177/S P0000, met een oppervlakte van 12a85ca, tegen de prijs van 371 250 euro, volgens de modaliteiten zoals beschreven in het ontwerp van akte van aankoop in bijlage van dit besluit.

 

Artikel 2:

De gemeenteraad gelast de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur met de ondertekening van deze akte namens de gemeente en het college van burgemeester en schepenen met de verdere uitvoering van dit besluit.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

DORPSPLEIN LEEFDAAL. GOEDKEURING ONDERGRONDS OPSTALRECHT NEERIJSE STEENWEG.

 

Voorgeschiedenis

         Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 14 mei 2018 een omgevingsvergunning aan Stylio bvba, Wijngaardstraat 8 bus 1, 3740 Bilzen, voor de bouw van een appartementsgebouw met aanleg van ondergrondse parkeerplaatsen aan de Neerijse steenweg te Leefdaal (omgeving van het huidige Dorpsplein).

         Ingevolge ingestelde beroepen werd de beslissing van het college later bevestigd door de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant (besluit van 11 oktober 2018) en door de Raad voor Vergunningsbetwistingen (arrest van 16 april 2020).

 

Feiten en context

         De ondergrondse parkeerplaatsen die voorzien zijn in het project van ontwikkelaar Stylio strekken zich voor een gedeelte uit onder het Dorpsplein, waarvan de gemeente eigenaar is. Daarnaast zou de ontwikkelaar graag ook enkele opvangputten voor water aanleggen onder het Dorpsplein. De ontwikkelaar heeft voor de bouw ervan bijgevolg niet alleen de toestemming nodig van de gemeente, maar dient eveneens een zakelijk recht te bekomen om de constructies te kunnen bouwen.

         Gemeente en ontwikkelaar hebben onderzocht op welke manier dit juridisch kan en tegelijk ook voor beide partijen een win-win situatie kan betekenen. Aan de raad wordt een voorstel voorgelegd waarbij ontwikkelaar Stylio een ondergronds opstalrecht voor een duur van 50 jaar zou krijgen op het gedeelte van het Dorpsplein waaronder de bouw van de ondergrondse parkeerplaatsen is voorzien.

         In ruil voor het opstalrecht zou de ontwikkelaar zorgen voor de nieuwe aanleg van het Dorpsplein (voor de volledige oppervlakte zoals aangeduid op het bijgevoegde plan van de landmeter), zodat dit plein een hedendaagse en aantrekkelijkere look zal bekomen die past in de ganse vernieuwing van het centrum van Leefdaal.

 

Juridische gronden

         Wet van 10 januari 1824 over het recht van opstal
Het recht van opstal is een zakelijk recht om gebouwen, werken of beplantingen te hebben voor het geheel of een deel, op, boven of onder andermans grond. Het opstalrecht kan gevestigd worden door elke titularis van een onroerend zakelijk recht, binnen de grenzen van zijn recht.

         Artikel 41, §2, 11° van het decreet lokaal bestuur

De gemeenteraad is bevoegd voor daden van beschikking over onroerende goederen.

 

Argumentatie

Het vestigen van het ondergronds opstalrecht met de last om het Dorpsplein aan te leggen biedt diverse voordelen in hoofde van de gemeente.

 

In de eerste plaats op budgettair vlak aangezien de geschatte kosten voor de aanleg van een nieuw Dorpsplein minstens even hoog liggen als de waarde van het ondergronds recht van opstal of de zuivere verkoopwaarde van de grond.

 

Bovendien is het op vlak van timing en uitvoering veel gemakkelijker om de aanleg van het plein te koppelen met de uitvoering van het project van Stylio. Voor de aanleg van de ondergrondse parking en de waterinfiltratie moet het Dorpsplein opgebroken worden. De aanleg van het plein kan op die manier onmiddellijk aansluiten op de voltooiing van de ondergrondse parkeerplaatsen en de opvangputten voor water. De werken laten uitvoeren en aansluiten op elkaar door dezelfde aannemer voorkomt ook mogelijke latere betwistingen indien er zich bijvoorbeeld waterinsijpeling zou voordoen van op het plein naar de ondergrondse parkeergarage.

 

Tot slot is tevens bedongen dat de gemeente na de beëindiging van het opstalrecht eigenaar wordt van de opgerichte constructies die zich bevinden in het in opstal gegeven goed, zonder daarvoor enige vergoeding verschuldigd te zijn aan de opstalhouder.

 

Het ontwerp van opstalakte bevat voldoende garanties die de gemeente moeten toelaten om erop toe te zien dat de aanleg van het Dorpsplein volgens de regels van de kunst zal gebeuren en volgens het ontwerp en de aanwijzingen die de gemeente zal bezorgen. Deze garanties hebben onder andere betrekking op een borgstelling van 250 000 euro en een medebeslissingsrecht inzake de oplevering van het plein.

 

In het kader van de vernieuwing van het centrum van Leefdaal is eveneens voorzien dat aan de Neerijse steenweg achter de toekomstige nieuwbouw van het project van Stylio een publieke parking zal worden aangelegd. Te dien einde is in het ontwerp van opstalakte een clausule opgenomen die een publiek recht van doorgang garandeert van het Dorpsplein naar de toekomstige publieke parking via de lift van het op te richten appartementsgebouw.

 

Financiële gevolgen

De vergoeding voor het recht van opstal bedraagt € 50. De win-win situatie voor de gemeente betreft de last die aan de opstalhouder wordt opgelegd, met name de volledige aanleg van het bovengronds plein.

 

 

Bijlagen

         Ontwerpakte ondergronds recht van opstal van perceel Neerijse steenweg aan Stylio bvba.

         Opmetingsplan met afbakening van de diverse onderdelen van het project Stylio, met inbegrip van het aan te leggen bovengronds plein.

 

Besluit

 

19 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven, Tom Philips, Yvette Laes, Jan De Keyzer, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Pieter Sempels, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Jimmy Geyns en Albert Mees

2 onthoudingen: Joris Fonteyn en Peter Persyn

 

Artikel 1:

De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de ontwerpakte houdende vestiging van een ondergronds recht van opstal voor een duur van 50 jaar van een perceel aan de Neerijse steenweg, gekadastreerd sectie F, nr 177L P0000 en deel van nummer 177t P0000, met een oppervlakte van 8a91ca, aan Stylio bvba, Wijngaardstraat 8/1, 3740 Bilzen, volgens de modaliteiten beschreven in de ontwerpakte in bijlage van dit besluit.

 

Artikel 2:

De gemeenteraad gelast de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur om de akte namens de gemeente te ondertekenen en het college van burgemeester en schepenen met de verdere uitvoering van dit besluit.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

AANVULLEND REGLEMENT OP DE POLITIE VAN HET WEGVERKEER. VERKEERSSIGNALISATIE NAAR AANLEIDING VAN DE HERINRICHTING VAN DE KORBEEKSE KERKSTRAAT TE 3060 KORBEEK-DIJLE.

 

Voorgeschiedenis

         Raadsbesluit van 20 mei 2008: aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer m.b.t. invoering zone 30 in de Stationsstraat en de Korbeekse Kerkstraat (inrichting zone 30).

         Verdaging agendapunt door de gemeenteraad van 27 oktober 2020

 

Feiten en context

         Na het vernieuwen van de gas-, elektriciteits- en waterleidingen en het asfalteren van de rijbaan werden tussen 14 oktober 2019 en 30 april 2020 in de Korbeekse Kerkstraat de voetpaden heraangelegd.

         De Korbeekse Kerkstraat te Korbeek-Dijle heeft zowel een woonfunctie als een verkeersfunctie voor interlokaal verkeer van en naar Oud-Heverlee.

         Verschillende woningen hebben geen garage of autostalplaats waardoor steeds een aantal voertuigen op de weg geparkeerd staan.

         De Korbeekse Kerkstraat wordt eveneens intensief gebruikt door zowel recreatief als functioneel fiets- en voetgangersverkeer.

         De combinatie van de verkeersdrukte door interlokaal verkeer in de piekuren samen met de oversteekbewegingen creëren onveiligheid en verkeersoverlast voor zowel de bewoners als de trage-weggebruikers.

         Door de afbakening van parkeerzones langs de beide zijden van de weg wordt het verkeer op een gecontroleerde manier afgeremd maar blijft een vlotte doorgang van het verkeer gegarandeerd.

 

Juridische gronden

         Wet betreffende de politie op het wegverkeer gecoördineerd bij het KB van 16 maart 1968.

         KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg.

         MB van 11 oktober 1976 houdende de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens.

         Artikel 119 van de nieuwe gemeentewet
De gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen, met uitzondering van de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer bedoeld in artikel 130bis. Deze reglementen en verordeningen mogen niet in strijd zijn met de wetten, de decreten, de ordonnanties, de reglementen en de besluiten van de Staat, de Gewesten, de Gemeenschappen, de Gemeenschapscommissies, de provincieraad en de bestendige deputatie van de provincieraad.
De raad zendt hiervan achtenveertig uren een afschrift aan de bestendige deputatie van de provincieraad. Een afschrift van die reglementen en politieverordeningen wordt dadelijk toegezonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank, waar zij in een daartoe bestemd register worden ingeschreven. Van die reglementen en verordeningen wordt melding gemaakt in het Bestuursmemoriaal van de provincie.

         Artikel 40, §3 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017
De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.

         Decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.

         Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 over de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer.

 

Adviezen

         Gunstig advies van Bart Stroobants, hoofdinspecteur Verkeersdienst van de politiezone Voer en Dijle.

         Gunstig advies van de mobiliteitscel van de gemeente Bertem.

 

Argumentatie

Naar aanleiding van de volledige heraanleg van de Stationsstraat en de Korbeekse Kerkstraat in het centrum van Korbeek-Dijle moet de voorziene verkeerssignalisatie via een aanvullend reglement op het wegverkeer goedgekeurd worden.

 

 

Bijlagen

         Korbeekse Kerkstraat + Stationsstraat

         Korbeekse Kerkstraat noord

         Korbeekse Kerkstraat zuid

 

Besluit

 

17 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven, Tom Philips, Yvette Laes, Jan De Keyzer, Karin Baudemprez, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Jimmy Geyns en Albert Mees

4 onthoudingen: Joris Fonteyn, Griet Verhenneman, Pieter Sempels en Peter Persyn

 

Artikel 1:

In de Korbeekse Kerkstraat te 3060 Korbeek-Dijle wordt de volledige verkeerssignalisatie heringericht.

 

Artikel 2:

De weggebruikers worden op de hoogte gebracht van deze reglementering door de wegmarkeringen en verkeersborden:

 

         Aan het kruispunt van de Korbeekse Kerkstraat en de Nijvelsebaan noord (aan huisnr. 1):

º         Verkeersgeleider door witte evenwijdige schuine strepen.

º         dwarsstreep gevormd door witte driehoeken en B1 in de rijrichting Nijvelsebaan.

º         overlangse markering met een doorlopende streep over een lengte van ca. 25 meter in de Korbeekse Kerkstraat.

 

         In de Korbeekse Kerkstraat van het begin van perceel 253S (huisnr. 6) tot het eind van perceel 253R (huisnr. 6A): overlangse markering met een doorlopende streep.

 

         Aan het kruispunt van de Korbeekse Kerkstraat met de Stationsstraat en de Kostersberg:

º         Markering oversteekplaats voor voetgangers door witte banden, evenwijdig met de as van de rijbaan ter hoogte van perceel 262F (huisnr. 16).

º         Markering oversteekplaats voor voetgangers door witte banden, evenwijdig met de as van de rijbaan ter hoogte van percelen 265F (huisnr. 18) en 370H (Stationsstraat 2).

º         Dwarsstreep gevormd door witte driehoeken en B1 in de Kostersberg.

º         Onderbroken overlangse markeringen die de rijstroken aanduiden over een lengte van ca. 15 meter in de Korbeekse Kerkstraat aan beide zijden van het kruispunt.

 

         In de Korbeekse Kerkstraat, van noord naar zuid, aan de kant van de even huisnummers:

º         zone 30 aan het begin van het perceel 255H (huisnr. 2)

º         witte markeringen die de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan over een lengte van 18 meter van het begin van het perceel 255F (huisnr. 2a) tot het begin van het perceel 253S (huisnr. 6).

º         E1 met onderbord Type Xa aan het begin van het perceel 253S (huisnr. 6).

º         E1 met onderbord Type Xd aan het eind van perceel 253R (huisnr. 6A).

º         E1 met onderbord Type Xa ter hoogte van perceel 265F, na de markering oversteekplaats voor voetgangers.

º         E1 met onderbord Type Xb op 16 meter van het begin van perceel 266G2 (huisnr. 22).

º         witte markeringen die de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan over een lengte van 16 meter, vanaf 16 meter van het begin van perceel 266G2 (huisnr. 22) tot aan het begin van perceel 266G2 (huisnr. 22).

º         E1 met onderbord Type Xa aan het begin van perceel 266G2 (huisnr. 22).

º         E1 met onderbord Type Xb aan het begin van perceel 266X2 (huisnr. 28).

º         E1 met onderbord Type Xa aan het einde van perceel 269K (huisnr. 34).

º         E1 met onderbord Type Xb voor het kruispunt met de Beekstraat aan perceel 274E2 (huisnr. 38).

º         E1 met onderbord Type Xa na het kruispunt met de Beekstraat aan perceel 274E2 (huisnr 38).

 

         In de Korbeekse Kerkstraat, van zuid naar noord, aan de kant van de oneven huisnummers:

º         E1 met onderbord Type Xa aan het kruispunt van de Korbeekse Kerkstraat en de Nijvelsebaan (aan huisnummer 35).

º         witte markeringen die de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan van het midden van perceel 353R (huisnr. 31) tot het begin van perceel 353P (huisnr. 29), ca. 20 meter.

º         E1 met onderbord Type Xa aan het begin van perceel 353P (huisnr. 29).

º         E1 met onderbord Type Xb aan het begin van perceel 367R (huisnr. 23).

º         witte markeringen die de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan van het begin van perceel 367R (huisnr. 23) tot het begin van perceel 367P (huisnr. 21A).

º         E1 met onderbord Type Xa aan het begin van perceel 367P (huisnr. 21A).

º         E1 met onderbord Type Xb ter hoogte van perceel 370H (Stationsstraat 2).

º         E1 met onderbord Type Xa na het kruispunt met de Stationsstraat.

º         E1 met onderbord Type Xd ter hoogte van perceel 222P (huisnr. 11).

º         E1 met onderbord Type Xd aan het begin van perceel 251G (huisnr. 5).

 

         Aan het kruispunt van de Korbeekse Kerkstraat en de Nijvelsebaan Zuid:

º         Dwarsstreep gevormd door witte driehoeken en bord B1 in de richting van de Nijvelsebaan.

 

Artikel 3:

Alle bestaande aanvullende reglementen op het wegverkeer m.b.t. de Korbeekse Kerkstraat te 3060 Korbeek-Dijle worden opgeheven, met uitzondering van de aanvullende reglementen op de politie van het wegverkeer m.b.t. de signalisatie van de bebouwde kom en m.b.t. de invoering zone 30 in de Stationsstraat en de Korbeekse Kerkstraat (raadsbesluit van 20 mei 2008).

 

Artikel 4:

Dit besluit treedt in werking op 16 december 2020.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Punt bijlagen/links Korbeekse Kerkstraat zuid.pdf Download
Korbeekse Kerkstraat Stationsstraat.pdf Download
Korbeekse Kerkstraat noord.pdf Download
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

RETRIBUTIES. GOEDKEURING RETRIBUTIEREGLEMENT OP DE BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG IN DE GEMEENTESCHOLEN.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 30 juni 2020 over de goedkeuring van het retributiereglement op de buitenschoolse kinderopvang in de gemeentescholen.

 

Juridische gronden

  • Artikel 173 van de grondwet
    Behalve voor de provincies, de polders en wateringen en de gevallen uitdrukkelijk uitgezonderd door de wet, het decreet en de regelen bedoeld in artikel 134, kan van de burgers geen retributie worden gevorderd dan alleen als belasting ten behoeve van de Staat, de gemeenschap, het gewest, de agglomeratie, de federatie van gemeenten of de gemeente.
  • Artikel 40, §3 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen, waaronder de gemeentelijke belasting- en retributiereglement, vast.
  • Artikel 41, 2e lid, 14° van het decreet lokaal bestuur
    De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, inclusief verminderingen en vrijstellingen, is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.
  • Wet van 13 april 2019 tot invoering van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen
  • Ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken

 

Adviezen

  • Gunstig advies van de schooldirecteurs van de drie Bertemse scholen

 

Argumentatie

De gemeenteraad moet de retributietarieven vaststellen voor deelname aan de buitenschoolse opvang van kinderen in de gemeentescholen. De tarieven zijn op 30 juni 2020 aangepast zodat de organisatie van de opvang zelfbedruipend zou zijn.

 

De recente prijsaanpassing in combinatie met het thuiswerk van vele ouders heeft tot gevolg dat tijdens het niet-betalende blok vanaf 8.30 uur een te grote concentratie aan kinderen en ouders ontstaat in de schoolomgeving en aan de schoolpoort. Omdat de huidige prijszetting in combinatie met het thuiswerk van ouders leidt tot een ongewenst effect op het vlak van de volksgezondheid, wordt het begin van de gratis opvang vervroegd naar 8.15 uur. Met deze maatregel wordt beoogd dat ouders hun kinderen meer gespreid naar school brengen. Het tarief van het tijdsblok van 8.00 tot 8.15 uur wordt aangepast naar 0,25 euro (i.p.v. 0,50 euro voor het betalende half uur van 8.00 tot 8.30 uur). Deze aanpassing geldt voorlopig enkel tijdens het eerste trimester van 2021, in afwachting van een evaluatie van deze maatregel in het voorjaar 2021.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Van 1 januari 2021 tot en met 2 april 2021 wordt een retributie geheven op de deelname aan de buitenschoolse opvang van een kind in de gemeentelijke basisschool van Bertem of de gemeentelijke basisschool van Leefdaal.

 

Artikel 2:

De retributie is verschuldigd voor de opvang van de leerling van de gemeentescholen die gebruikmaakt van de opvang op schoolvrije dagen (pedagogische studiedagen en facultatieve verlofdagen) met volgende tijdsblokken:

  • van 7.00 tot 8.00 uur: 1,25 euro (ongeacht de duur van de opvang)
  • van 8.00 tot 13.00 uur: 6,50 euro (ongeacht de duur van de opvang)
  • van 13.00 tot 18.00 uur: 6,50 euro (ongeacht de duur van de opvang).

 

De retributie is verschuldigd voor de opvang van de leerling van de gemeentescholen die gebruik maakt van de buitenschoolse opvang op schooldagen binnen de volgende tijdsblokken:

  • op maandagen, dinsdagen en donderdagen:
    • van 7.00 tot 7.30 uur: 1 euro
    • van 7.30 tot 8.00 uur: 0,75 euro
    • van 8.00 tot 8.15uur: 0,25 euro
    • van 16.15 tot 17.00 uur: 1 euro
    • van 17.00 tot 17.30 uur: 1,50 euro
    • van 17.30 tot 18.00 uur: 2 euro
  • op vrijdagen:
    • van 7.00 tot 7.30 uur: 1 euro
    • van 7.30 tot 8.00 uur: 0,75 euro
    • van 8.00 tot 8.15uur: 0,25 euro
    • van 15.30 tot 16.15 uur: 1 euro
    • van 16.15 tot 17.00 uur: 1 euro
    • van 17.00 tot 17.30 uur: 1,50 euro
    • van 17.30 tot 18.00 uur: 2 euro
  • op woensdagen:
    • van 7.00 tot 7.30 uur: 1 euro
    • van 7.30 tot 8.00 uur: 0,75 euro
    • van 8.00 tot 8.15uur: 0,25 euro
    • van 12.30 tot 13.30 uur: 1 euro
    • van 13.30 tot 14.30 uur: 1,25 euro
    • van 14.30 tot 15.30 uur: 1,50 euro
    • van 15.30 tot 16.30 uur: 1,75 euro
    • van 16.30 tot 17.30 uur: 2 euro
    • van 17.30 tot 18.00 uur: 2 euro

 

De tarieven per tijdsblok zijn forfaitair, ongeacht het uur van aankomst of vertrek van het kind.

 

Artikel 3:

De retributie voor het niet tijdig afhalen van het kind na 18 uur bedraagt 6,50 euro per begonnen kwartier per kind.

 

Artikel 4:

De toezichters voor- en naschoolse opvang staan in voor de registratie van de aanwezigheden.

De ouder(s) van het opgevangen kind ontvang(-t)(-en) een factuur van de financiële dienst van de gemeente Bertem.

 

Artikel 5:

De gemeenteraad machtigt het college van burgemeester en schepenen tot het wijzigen van het tarief van de retributie per tijdsblok opvang, vermeld in artikel 2 indien dit noodzakelijk is voor het bereiken van het financiële evenwicht.

 

Artikel 6:

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2021.

 

Artikel 7:

Het retributiereglement van 30 juni 2020 op de deelname aan de buitenschoolse kinderopvang in de gemeentescholen wordt opgeheven vanaf 1 januari 2021.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

RETRIBUTIES. GOEDKEURING RETRIBUTIEREGLEMENT OP DE VERKOOP VAN MAALTIJDEN EN DRANKEN IN DE GEMEENTESCHOLEN.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 17 december 2019 over de goedkeuring van het retributiereglement op de verkoop van maaltijden en dranken in de gemeentescholen

 

Feiten en context

  • De kleuters en leerlingen van de gemeentescholen kunnen dranken en maaltijden (warme maaltijden of mini-clubs) aankopen om in de school te consumeren.
  • De dranken, warme maaltijden (hoofdgerecht en/of soep) en mini-clubs worden door een firma geleverd.
  • Gemeentepersoneel staat in voor de bedeling van de dranken en van de maaltijden en voor de afwas van de soepkommen, bekers, glazen en bestekken.
  • De volgende tarieven worden in de beide gemeentescholen gehanteerd:
    • Drank
      • kraantjeswater: 0 euro
      • chocomelk, melk, fruitsap: 0,60 euro
    • Mini-club: 2,30 euro
    • Soep: 0,70 euro
    • Warm hoofdgerecht (kleuters): 2,85 euro
    • Warm hoofdgerecht (lagere school): 3,60 euro.

 

Juridische gronden

  • Artikel 173 van de grondwet

Behalve voor de provincies, de polders en wateringen en de gevallen uitdrukkelijk uitgezonderd door de wet, het decreet en de regelen bedoeld in artikel 134, kan van de burgers geen retributie worden gevorderd dan alleen als belasting ten behoeve van de Staat, de gemeenschap, het gewest, de agglomeratie, de federatie van gemeenten of de gemeente.

  • Artikel 40, §3 van het decreet lokaal bestuur

De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen, waaronder de gemeentelijke belasting- en retributiereglement, vast.

  • Artikel 41, 2e lid, 14° van het decreet lokaal bestuur

De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, inclusief verminderingen en vrijstellingen, is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.

  • Wet van 13 april 2019 tot invoering van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

 

Financiële gevolgen

De kredieten voor de ontvangst van de betalingen van de retributies zijn voorzien in het budget van 2021. De tarieven worden niet verhoogd.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Met ingang van 1 januari 2021 en voor een onbepaalde termijn wordt een retributie geheven op de bestelling van maaltijden en dranken in de gemeentescholen.

 

Artikel 2:

De retributie is verschuldigd door de persoon die de bestelling plaatst.

Warme maaltijden, soep, mini-clubs en drankbonnetjes (per kaart 10 bonnetjes) worden maandelijks besteld via het bestelformulier van de school.

 

Artikel 3:

De tarieven worden als volgt vastgesteld:

  • Drank
    • kraantjeswater: 0 euro
    • chocomelk, melk, fruitsap: 0,60 euro
  • Mini-club: 2,30 euro
  • Soep: 0,70 euro
  • Warm hoofdgerecht (kleuters): 2,85 euro
  • Warm hoofdgerecht (lagere school): 3,60 euro.

 

Artikel 4:

De financiële dienst van de gemeente Bertem bezorgt een factuur met de te betalen retributie aan de persoon die de bestelling heeft geplaatst. De betaling moet gebeuren via overschrijving op de rekening van het gemeentebestuur BE09 0971 2047 0057.

 

Artikel 5:

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2021.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

ZITTINGEN GEMEENTERAAD. MEDEDELING DATUMS ZITTINGEN 2021.

 

Besluit

Mededeling

De raad neemt kennis van de geplande datums voor de zittingen van de gemeenteraad in 2021:

  • dinsdag 26 januari
  • dinsdag 23 februari
  • dinsdag 30 maart
  • dinsdag 27 april
  • dinsdag 25 mei
  • dinsdag 29 juni
  • dinsdag 31 augustus
  • dinsdag 28 september
  • dinsdag 26 oktober
  • dinsdag 30 november
  • dinsdag 21 december

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

STRATEGISCHE MEERJARENPLANNING. GOEDKEURING AANPASSING 1 MEERJARENPLAN 2020-2025 GEMEENTE - OCMW BERTEM.

 

Voorgeschiedenis

         Besluit van de gemeenteraad van 17 december 2019 over de goedkeuring van het strategisch meerjarenplan 2020-2025 gemeente - OCMW Bertem

         Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 15 december 2020 over de aanpassing van het gedeelte van het meerjarenplan 2020-2025 dat betrekking heeft op OCMW Bertem

 

Feiten en context

         De Covid 19 - pandemie en bijsturingen op beleidsvlak nopen tot een aanpassing van het meerjarenplan.

         De gemeenten en de OCMW's hebben een geïntegreerd meerjarenplan, maar hebben hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst zijn eigen deel van het meerjarenplan vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor het meerjarenplan definitief is vastgesteld. Voor de aanpassing van het meerjarenplan geldt dezelfde werkwijze.

 

Juridische gronden

         Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikelen 77, 78 en 249 tot en met 259.

         Besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus.

         Ministerieel besluit van 26 juni 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus.

         Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 betreffende de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

 

Adviezen

         Gunstig advies van het managementteam van 2 december 2020

         Advies van het BCSD van 14 december 2020

 

 

Bijlagen

         Aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 gemeente-OCMW Bertem

 

Besluit

 

Stemming goedkeuring gedeelte OCMW

 

19 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven, Tom Philips, Yvette Laes, Jan De Keyzer, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Pieter Sempels, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Jimmy Geyns en Albert Mees

2 onthoudingen: Joris Fonteyn en Peter Persyn

 

Stemming aanpassing meerjarenplan gemeente-OCMW

 

19 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven, Tom Philips, Yvette Laes, Jan De Keyzer, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Wouter Fock, Diane Vander Elst, Maria Andries, Pieter Sempels, Eddy Vranckx, Jenne Van Cortenberg, Iris De Smet, Roland Gustin, Jimmy Geyns en Albert Mees

2 onthoudingen: Joris Fonteyn en Peter Persyn

 

Artikel 1:

De gemeenteraad stelt het gedeelte van de aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 vast dat betrekking heeft op de gemeente Bertem.

 

Artikel 2:

De prioritaire actie ACT-32 'Bouw van een nieuwe lagere school voor GBS Leefdaal' wordt voortaan hernoemd naar 'Bouw van een nieuwe school en polyvalente zaal voor GBS Leefdaal'.

 

Artikel 3:

De gemeenteraad keurt het gedeelte van de aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 goed dat betrekking heeft op het OCMW Bertem.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Punt bijlagen/links OMGEVINGSANALYSE 2020 Bertem.pdf Download
Aanpassing 1 MJP 2020-2025.pdf Download
Overzicht punten

Zitting van 15 december 2020

 

MONDELINGE VRAGEN.

 

Juridische gronden

  • Artikel 31 van het decreet lokaal bestuur
    De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
    Voor het stellen van een vraag als vermeld in het eerste lid, is geen toegelicht voorstel van beslissing vereist.
  • Artikel 12 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad
    Op het einde van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over gemeentelijke beleidsaangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan. Om het college van burgemeester en schepenen in staat te stellen om het antwoord op een mondelinge vraag voor te bereiden, bezorgen de raadsleden uiterlijk vijf kalenderdagen vóór de zitting de omschrijving van hun mondelinge vraag aan de algemeen directeur, die deze onmiddellijk bezorgt aan het college van burgemeester en schepenen en aan de voorzitter van de gemeenteraad. Op deze mondelinge vragen voor een zitting die later dan de vermelde termijn worden ingediend bij de algemeen directeur, wordt ten laatste tijdens de daaropvolgende zitting geantwoord.
  • Artikel 33, §1 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad
    Een samenvatting van de mondelinge vragen en de antwoorden daarop worden opgenomen in de notulen. Loutere meldingen die geen vraagstelling over beleidsaangelegenheden bevatten, worden niet in de notulen opgenomen.

 

Mondelinge vragen

 

  • De burgemeester geeft een stand van zaken van de corona-epidemie. Sinds maart zijn er 238 besmettingen in Bertem of ongeveer 24 per 1000 inwoners. In Huldenberg zijn dat er 277 (28/1000), in Kortenberg 618 (30/1000), in Tervuren 734 (33/1000), in Oud-Heverlee 246 (19/1000). Onze cijfers zijn vrij goed als je ze op deze manier bekijkt, maar in de Vrije Basisschool zitten we met een probleem. Zondagmorgen heeft de directie van de VBS De Waaier de burgemeester opgebeld; op dat moment was er één leerkracht besmet en waren er verschillende andere leerkrachten die na veelvuldig contact met deze leerkracht dezelfde symptomen vertoonden. Die hebben zich zondag laten testen. Daarvan zijn er ondertussen 2 die hun resultaten kennen en zij zijn beiden positief. Na het nieuws dat er één leerkracht besmet was, hebben we contact gehad met het CLB van de school, met de mensen van de provincie en met de mensen van de eerstelijnszone. Dr. Charlier was ook betrokken bij dat overleg. Toen zijn we tot de conclusie gekomen dat het het best was om een aantal mensen in quarantaine te plaatsen, nl. alle leerkrachten die samen met die ene leerkracht veelvuldig in contact gekomen waren. Dat ging over 8 van de 30 leerkrachten. Dat was eigenlijk al van het goede teveel om een deftige organisatie in de school te kunnen waarborgen. Op dat moment heeft de directie van de school de vraag gesteld of wij er problemen mee hadden als de school zou gesloten worden. Na rijp beraad en overleg met het CLB zijn we tot de conclusie gekomen dat het het best was om de school te sluiten omdat we natuurlijk ook geen zicht hadden op wat er ons nog te wachten stond of staat. We wisten op dat moment nog niet van die 2 bijkomende, maar als je weet dat die al een ganse week hebben samengezeten en er één positief is en er twee dezelfde symptomen vertonen, dan val je achteraf natuurlijk niet achterover dat die twee ook positief zijn. Gisterenavond hebben we dan terug digitaal overlegd en is er op aanraden van o.a. dr. Charlier van de ELZ aangegeven dat het het best was om het ganse lerarenkorps in quarantaine te plaatsen aangezien de besmettingen toch wel toenamen. Vanaf vandaag zijn dus alle leerkrachten in quarantaine geplaatst. Ook al is de school niet van ons, in tijden van corona is het ‘ons’ WZC of ‘onze’ school; in tijden van corona moeten we mekaar helpen en paraat staan, in het belang van de gezondheid van al de inwoners. Wij hebben ook aangeboden – als er problemen waren op vlak van opvang – om dat mee te ondersteunen. Gisteren namiddag zijn een aantal mensen van onze diensten beginnen rondbellen en waren er al 2 vrijwilligers die bereid waren om de opvang te gaan verzekeren. Hoeveel het er nu zijn, weet hij niet precies, maar in ieder geval zullen wij doen wat we moeten doen en zelfs meer, om te zorgen dat de kinderen daar kunnen worden opgevangen. Niet alleen het lerarenkorps is in quarantaine geplaatst, er zijn ook nog vier klassen in quarantaine geplaatst, nl. de klassen van de leerkrachten die al besmet zijn of waar het sterke vermoeden bestaat dat ze besmet zijn. We volgen dit van uur tot uur op en hopen dat het hierbij blijft. De burgemeester krijgt regelmatig – zelfs tijdens deze zitting – berichten van een aantal huisdokters van op ons grondgebied binnen dat er heel wat ouders en grootouders met de kinderen nu al komen om ze te laten testen omdat ze al sinds vorige week ziek zijn en dachten dat het allemaal niet zo erg was en nu toch wel beginnen te panikeren. Er wordt natuurlijk veel meer getest waardoor de kans ook groot is dat er besmettingen bij komen. De burgemeester wilt er nog eens op drukken dat de situatie zeer ernstig is en dat hij dagelijks moet vaststellen dat niet iedereen dat beseft. Hij krijgt zo van een aantal verenigingen soms vragen waarbij je je afvraagt of die mensen geen tv hebben of hebben ze het nieuws niet gevolgd? Je krijgt soms vragen waarvan je klomp breekt. We blijven daaraan werken, we blijven alert, we blijven ons best doen om iedereen te laten inzien dat de situatie echt nog altijd wel zeer, zeer ernstig is. Al diegenen die ermee lachen, die gaan vroeg of laat zichzelf wel tegenkomen. De burgemeester herinnert zich dat in het begin van de pandemie, als men hier de situatie een klein beetje aan het opschroeven was, dat sommigen ermee lachten en zegden van: “In Nederland nemen ze geen maatregelen en daar is er geen probleem”; hij denkt dat niemand onder ons op dit moment in Nederland wilt wonen. Het gevaar is niet geweken, verre van. De burgemeester wilt er blijven op aandringen om iedereen duidelijk te maken en naar alle gemeenteraadsleden toe ook de vraag te stellen om hun verantwoordelijkheid ook te nemen en de mensen duidelijk te maken dat het absoluut niet achter de rug is. Als iedereen op dit moment doet wat hij moet doen, en bijzonder voorzichtig is en mee helpt om toch een aantal dingen die nog altijd gangbaar zijn plat te leggen, dan kunnen we misschien in het voorjaar, om het op zijn Bertems te zeggen, als het weer open gaat, weer een aantal dingen openstellen en een aantal terrassen opendoen zodanig dat we terug kunnen genieten. Dat moet de bedoeling zijn. Dus bij dezen wilt hij nogmaals een oproep doen om daar mee aan te werken en om dat ernstig te nemen.
  • Raadslid Joris Fonteyn stelt dat er blijkbaar wat commotie is ontstaan omwille van een bijeenkomst zaterdagmorgen aan het gemeentehuis, hij veronderstelt na een trouwfeest, waar er 25 mensen buiten op de stoep stonden terwijl eigenlijk buiten maar maximum 4 mensen mogen samenkomen.
  • De burgemeester ontkent dat ten stelligste; "Het is niet waar dat er 25 stonden."
  • Het raadslid zegt dat hij er gepasseerd is en dat hij ze ook gezien heeft, maar de burgemeester antwoordt dat het raadslid ze niet geteld heeft, want als hij dat wel had gedaan, zou hij er geen 25 geteld hebben. Hij is naar beneden gegaan en heeft tussen de mensen gestaan en stelt dat het er absoluut geen 25 waren.
  • Raadslid Joris Fonteyn komt tussen en zegt dat het er in ieder geval meer waren dan 4.
  • De burgemeester licht toe dat er een huwelijk is doorgegaan in de raadzaal; voor een huwelijk mogen enkel de getuigen aanwezig zijn. De getuigen waren aanwezig. Natuurlijk, dat huwelijkskoppel heeft niet in de hand wie er buiten staat te wachten. Er stonden een aantal collega’s van beiden – ze werken op dezelfde plaats – en een aantal familieleden, die stonden daar effectief. Die waren met 15, dus niet met 25. Hij heeft ertussen gestaan en hij heeft ze geteld. Alles hangt af van waar je dat bekijkt, want die mensen hebben allemaal afstand gehouden. Dan is de vraag: hoe ver moet je die uit mekaar halen, dat heeft hij niet gedaan. Het enige wat hij heeft gedaan, is iedereen vragen om zo veel mogelijk afstand te houden. Veel meer kon hij op dat moment niet doen. Maar het is zeker niet zo dat de situatie daar zo dramatisch was dat ze allemaal op mekaar gehoopt stonden, dat is totaal niet het geval. Het is effectief zo dat er meer dan 4 stonden, maar die zijn daar ook niet alle 15 tesamen gekomen. Er zijn daar een aantal auto’s toegekomen en iedereen gaat dan aan de deur staan. Hij vond de reactie op de sociale media nogal overdreven omdat het absoluut niet zo erg was als het lijkt. De burgemeester stelt dat hij daar bijzonder streng op is, sommigen vinden zelfs dat het tot het belachelijke toe is; hij krijgt daar mails over, men wilt ook niet weten welke mails hij gisteren en vandaag naar zijn hoofd gekregen heeft omwille van het feit dat de school gesloten is. Als je ziet wat sommige mensen durven te schrijven; de burgemeester wilt ze wel eens laten lezen. De burgemeester stelt dat hij niet overal politie kan voorzien voor het geval dat er zoiets zich zou aandienen. Het had natuurlijk erger gekund, maar dat was het naar zijn aanvoelen absoluut niet.
  • Raadslid Joris Fonteyn antwoordt dat dat wel kan zijn en dat het begrijpbaar is in die omstandigheden maar blijft natuurlijk dat er een samenscholingsverbod buiten is voor meer dan 4 mensen.
  • De burgemeester beaamt dat en zegt dat hij de mensen daar ook op gewezen heeft en dat ze daar ook niet zo heel lang hebben gestaan.

 

  • Raadslid Peter Persyn vraagt naar de aanwezigheid van CO2-meters in de scholen.
  • Schepen Greet Goossens bevestigt dat die aanwezig zijn en de directies kunnen die inzetten en gebruiken in de lokalen waar ze de luchtkwaliteit willen meten.
  • Raadslid Peter Persyn vult aan; in onze rusthuizen zijn die ook geplaatst en men ziet in het bijzonder in de ruimtes waar mensen samen eten – zelfs als ze afstand houden – de CO2 heel snel oplopen. Men draagt natuurlijk geen masker als men eet en zelfs als ze behoorlijk afstand houden, is er toch een reëel risico op besmettingen. Als men clusters ziet optreden, kan het nuttig zijn om dat zeker tijdens de maaltijden te gebruiken. Je kunt ze vaak ook verplaatsen. Klassen kan je gemakkelijk verluchten. Hij ziet dat volwassenen zich makkelijk besmetten tijdens het eten, in ziekenhuizen zien ze dat.

 

  • Albert Mees, voorzitter van de raad, wenst in naam van Greet Goossens en hem zelf, nog het woord te nemen naar aanleiding van hun laatste gemeenteraad: “Wij zijn samen begonnen in 1988 als de twee jongsten van de Gemeentebelangen. Ik weet nog – het lag natuurlijk in de lijn van de verwachten als één van de twee in het onderwijs staat en bovendien Nederlands geeft – wij onder ons tweeën in die tijd de helft van de documenten gemaakt hebben, omdat de rest van onze groep toch een heel stuk ouder was dan wij. We zijn ook even oud, ik ben iets jonger, maar Greet is mooier, dus dat compenseert. Wij hebben ook wel dikwijls gezegd: “Wij zijn samen gestart en we gaan ook samen stoppen.” Wat eigenlijk toch wel onverwacht gekomen is dit jaar want het was denk ik helemaal niet de bedoeling in het begin van deze legislatuur dat – ik zou wel stoppen – Greet nog niet zou stoppen. Onze carrières lopen in de gemeente wel wat gelijk. Ik ben iets vroeger schepen geworden dan Greet. Halfweg 2003, toen Victor zo goed was – wat toch ook wel een beetje de gewoonte was binnen onze groep om niet te stoppen op het einde van een legislatuur, maar ergens halfweg of na 2 of 4 jaar om de fakkel door te geven zodanig dat de opvolgers ook nog wel wat tijd hebben om de volgende verkiezingen voor te bereiden. Op die moment is Greet ook in het schepencollege gekomen, als Victor gestopt is en ik dus burgemeester geworden ben. Dan hebben wij tot eind 2015 samen met andere collega’s het mooie weer gemaakt in het schepencollege. Ik heb 21 jaar in het schepencollege mogen werken; als je dat samentelt, zijn dat toch wel een kleine 1000 schepencolleges en daar is geen enkel college geweest waarin we voor één enkel punt gestemd hebben. OK, zelden kon het toch wel eens voorvallen dat er een punt op de agenda stond dat misschien niet 100% voorbereid was, dan hadden we de gewoonte om dat een week uit te stellen maar we hebben eigenlijk nooit gestemd dus alles is altijd in vriendschap en unaniem beslist. Ik wil ook hetzelfde zeggen voor de gemeenteraad. 32 jaar gemeenteraad, dat zijn dus meer dan 300 gemeenteraden. Als je dan soms leest in de krant of hoort van andere gemeentes waar niet alleen gediscussieerd maar ook fel ruzie gemaakt wordt, dan mag ik eigenlijk wel zeggen dat de gemeenteraad van Bertem altijd heel professioneel verloopt. OK, dat er discussie is tussen meerderheid en oppositie, dat is normaal, niet alle punten worden ook eenparig goedgekeurd, dat hoeft ook niet, maar wat er hier wel belangrijk geweest is, en ik hoop en denk dat dat ook in de toekomst wel zo zal blijven, dat is dat er eigenlijk nooit of zelden de man gespeeld wordt. Als er opmerkingen waren over bepaalde punten, dan ging het eigenlijk echt wel over de agendapunten zelf en ik moet ook toegeven: soms terecht. De meerderheid is ook nooit te mooi geweest om bepaalde agendapunten aan te passen of tekst aan te passen. Ik herinner mij ook gemeenteraden waar wij als meerderheid – als we ervan overtuigd waren dat er een punt moest uitgesteld worden op vraag van de oppositie – dat we de gemeenteraden soms even geschorst hebben voor een aantal minuten en ook wel ingegaan zijn; als iets terecht is, dan vind ik ook dat je niet op je punt moet blijven staan. De oppositie heeft ook hun rechten en hun gelijken, dat wil ik ook nog wel even benadrukken dat ik daar eigenlijk ook wel heel content over ben, over de manier waarop deze gemeenteraden verlopen. Het nadeel daarbij is wel dat wij zelden of nooit journalisten hier hadden. Wat ergens logisch is; je kan eigenlijk heel moeilijk een artikeltje schrijven over de gemeenteraad in Bertem als er 20 punten zijn waar er 19 unaniem goedgekeurd worden. Ik denk niet dat de mensen dat lezen. Dus vandaar dat de meesten ook wel liever naar buurgemeenten of een stad gingen waar het er wat harder aan toe ging. Ik wil al mijn collega’s gedurende die 21 jaar schepencollege bedanken voor de steun die ik ook wel als burgemeester van mijn collega-schepenen gehad heb. Ik wil ook jullie, alle gemeenteraadsleden, bedanken, niet alleen van deze legislatuur, maar al diegenen waarmee ik in die 32 jaar hier in deze zaal – of voordien voor het jaar 2000 in een oudere zaal – mee gewerkt heb. Ik wil ook de algemeen directeur, vroeger de secretaris, heel hard bedanken voor zeker de jaren toen ik burgemeester was, toen we eigenlijk heel veel in mijn bureau samengezeten hebben tijdens de week en toch altijd constructief hebben samengewerkt. En ik wil ook al het andere personeel van de gemeente heel hartelijk bedanken voor de steun die zij mij gedurende al die jaren gegeven hebben en zeker ook nu aan het huidige schepencollege. Hartelijk bedankt. We gaan dit zeker nog wel eens vieren op een moment dat we terug op minder dan 1,5 meter mogen samenkomen, dat we geen mondmasker moeten dragen en dat we samen kunnen klinken op het afscheid van Greet en mij. Wij wensen jullie zeker het allerbeste voor de toekomst. Dank u wel.”
  • Schepen Greet Goossens vult verder aan: “Inderdaad, onze loopbaan loopt zo’n beetje parallel, behalve dat jij burgemeester geweest bent en dat ik bij jou schepen mocht zijn. Ik kan misschien wel zeggen dat – nadat jij gestopt bent als burgemeester en Joël het van jou heeft overgenomen – de politieke werking in het college zich op dezelfde manier heeft doorgetrokken en dat ook nu nog altijd de beslissingen in het college weloverwogen maar in consensus genomen worden en dat het inderdaad niet tot hoogoplopende discussies of stemmingen komt, maar dat die beslissingen allemaal in een sfeer van respect voor elkaar genomen worden. Dat respect voor elkaar trekt zich ook door in de gemeenteraad. Daarvoor wil ik ook iedereen danken, om al die jaren op een constructieve manier en met het nodige respect voor elkaar daar aan gewerkt geweest is. Ik wil ook natuurlijk de mensen die nieuw komen in de gemeenteraad en in het college – dus mijn opvolgster Yvette – heel veel geluk wensen en alle succes toewensen voor de volgende 4 jaar en wie weet voor later ook nog. Ook Hans en Sonia, welkom in de gemeenteraad en heel veel succes. Ik wil graag eindigen met een stukje beeldspraak; naar aanleiding van het krantenartikel vandaag bereikte mij deze namiddag een bericht van iemand die zei: “Twee ervaren mensen gaan het schip verlaten, dat is zo, maar ik kan met stelligheid zeggen: dat is geen zinkend schip, integendeel, dat is een zeer zeewaardig schip waarop we hier in Bertem zitten met aan het roer een deskundige en vakkundige gedreven kapitein en die kan rekenen op een zeer competente crew. En ik weet dat – ik ben er absoluut van overtuigd – dat zij allen samen ook nadat wij van aan de wal toekijken hoe het schip verder zal varen, dat zij een goede koers zullen varen met ons Bertemse schip. Daar ben ik van overtuigd en we zullen daar ook, Berre, samen op toezien. Dank u wel allemaal.”
  • Marc Morris, schepen, vindt het gepast dat hij als ouderdomsdeken in deze gemeenteraad ook iets zegt. Hij verwijst naar het korte overzicht van de politieke loopbaan van de voorzitter en richt zich tot hem: “Inderdaad, 32 jaar in deze gemeenteraad. Het is een palmares waar een aantal van onze jongere raadsleden misschien hun oren van gaan tuiten zijn om te denken: “Amai, wat is dat?”, maar inderdaad, jij, ik, Greet, wij zijn ooit wel eens begonnen als jonge mensen en we dachten toen waarschijnlijk niet dat we hier nu nog altijd zouden zitten. En toch en toch.
    Je hebt terecht gezegd: meer dan 300 gemeenteraden. Daarvan kan ik zeggen: bij al die gemeenteraden was ik bij. En dan een 1000 schepencolleges: dat zal ongeveer de helft zijn dat we samen in het college gezeten hebben. Er is ook een tijd geweest dat ik u wat meer het vuur aan de schenen gelegd heb als lid van de oppositie, maar ook dat – je hebt dat terecht gezegd – dat is altijd in goede verstandhouding gebeurd en we zijn altijd samen een pint kunnen gaan drinken na een raad. Berre, ik denk dat er veel gebeurd is in al die jaren. Er zijn ongetwijfeld veel realisaties waarop je fier kan terugkijken; dat is belangrijk voor onze gemeente en voor onze inwoners. Maar ik zou toch ook even iets willen zeggen over de mens Albert Mees en ik laat het aan Joël om seffens iets over Greet te zeggen. Als ik aan Berre denk, dan kom je eigenlijk toch een beetje op zijn voetbalverleden terecht. Berre was een gereputeerde voetballer bij Rapid Bertem, inderdaad, en als ik dan een term uit het voetbal gebruik om u te typeren, dan denk ik dat je een minzame ploegspeler en spelverdeler geweest bent in deze gemeenteraad. En – opgelet jongelui onder ons – een ‘valse trage’; niet onderschatten. Maar, betrouwbare rots in de branding, ook als het moeilijk gaat. En dat is een bijzonder mooie kwaliteit. Berre, ik kan alleen maar zeggen: het was bijzonder fijn om samen te werken. Jij hebt ons allemaal bedankt, wij moeten u bedanken, mede namens alle inwoners van Bertem, voor wat je gedaan hebt en voor de manier waarop je het gedaan hebt. Proficiat!”
  • Joël Vander Elst, burgemeester, wilt graag nog een woordje zeggen over Greet, maar wil vooraf nog iets zeggen over wat er al gezegd is: “Ik heb Berre dikwijls zien spelen bij Rapid Bertem. En je hebt het mis, Marc: een minzame speler was hij daar zeker niet, want hij kon niet zwijgen tegen de scheidsrechter. De kaarten die hij gekregen heeft, zijn trouwens ook niet te tellen. Maar los daarvan, je hebt ook heel veel lof voor hem gegeven. Het is misschien een geluk dat Gerda, zijn vrouw, er niet bij is, want ze zou het niet geloven, denk ik, allemaal. Maar we komen daar zeker op terug. Het feestje kunnen we vandaag niet organiseren omwille van de pandemie, maar dat feestje volgt zeker. We hopen dat we dat in het voorjaar kunnen doen want daar moet natuurlijk muziek bij zijn. Hij moet daar nog eens zich ten beste kunnen geven als beste danser van de gemeenteraad, dat is hij ook, hij heeft overal al laten zien wat hij kan op dat vlak en we gaan hem zeker nog eens uitnodigen om dat ook te doen.
    Albert en Greet hebben samen 58 jaar ervaring, die van vandaag op morgen weggaat; 32 voor Berre en 26 voor Greet, dat is niet min, maar we denken dat we inderdaad onze ploeg vorige keer goed versterkt hebben en dat we dat wel aankunnen. We rekenen er ook op dat we nog steeds bij jullie kunnen aankloppen als we met problemen of vragen zitten. Greet had me al een tijdje geleden gezegd dat ze graag haar ontslag wou indienen. Ik heb haar een paar keer op andere gedachten kunnen brengen. Maar uiteindelijk leek het mij toch netjes om haar wil te respecteren en dan toch maar uit te kijken op welke manier we voor die opvolging konden zorgen. Greet, ook met jou was de samenwerking perfect, dat was met Berre zo maar dat was ook met u zo. We hadden mekaar, toen ik in 2013 in het schepencollege gekomen ben, eigenlijk onmiddellijk gevonden. Ik ben u daar ook heel dankbaar voor omdat ook na het college dikwijls we nog een gesprek hadden en dat bijpraten was dikwijls wel eens nodig want het is toch altijd een beetje aanpassen. Ik kwam dan van Tervuren en had de historiek van de meeste dossiers niet mee. Daarvoor wil ik u nu al zeer hartelijk bedanken. We hebben ook niet alleen perfect samengewerkt in het college maar ook naar de activiteiten zijn we dikwijls samen getrokken, samen met onze respectievelijke partners en of we gelachen hebben. Ik hoop uit de grond van mijn hart dat je ook dat niet volledig achter jou laat en dat je toch nog af en toe naar die activiteiten zult gaan, want anders ga ik me toch wel helemaal verlaten voelen. Ik denk dat we dat absoluut nog samen zullen kunnen doen en zullen doen ook. Ik kom hier nog op terug in het voorjaar volgend jaar, ik hoop dat we dan die viering echt wel kunnen organiseren zodanig dat we er een groot feest van kunnen maken want dat hebben jullie beiden na die 58 jaar toch wel verdiend, denk ik. Ik wens jullie beiden 3 G’s toe:
    • geluk in de toekomst, maar dat moet je zelf ook een beetje zoeken;
    • genieten, maar dat zal denk ik voor jullie beiden geen probleem zijn;
    • en gezondheid, dat heb je niet altijd zelf in de hand.

Greet, bij jou is dat op dit moment iets minder, maar we hopen samen met jou dat dat allemaal goed komt en we hebben er ook alle vertrouwen in en zo hoop ik dat we nog vele glaasjes witte wijn samen kunnen drinken want dat is toch wel jouw lievelingsdrankje, heb ik al gemerkt. We zien mekaar zeker nog terug en hopelijk heel snel als de coronaperiode achter de rug is. De eerste activiteit die wij willen organiseren, is jullie in de bloemetjes zetten op een passende manier en ik hoop dat alle gemeenteraadsleden, al onze collega’s daarbij aanwezig zullen zijn. Wij hebben jullie allemaal een cadeautje gedaan; dat was niet zomaar, normaal ging er nu een drink zijn, aangeboden door het gemeentebestuur op het einde van het jaar, naar aanleiding van de laatste gemeenteraad. Ik stel voor dat we thuis, ieder apart, van ons glaasje drinken en denken aan onze twee collega’s die we in de toekomst ongetwijfeld nog regelmatig zullen missen maar anderzijds ook nog regelmatig zullen tegenkomen. Dank u wel!”

  • Albert Mees wenst het beste toe aan Eddy Vranckx, die zijn taak als voorzitter overneemt: “Hij is ook 6 jaar voorzitter geweest van het OCMW, dus hij weet hoe hij een vergadering moet leiden, dus Eddy, heel veel geluk vanaf januari.”
  • Eddy Vranckx voegt daaraan toe: “Dank u voorzitter. Ik zal dat proberen te doen volgend jaar, hopelijk met dezelfde kennis van zaken zoals jij, ook met dezelfde flair, maar dat zal moeilijker zijn voor mij, want ik kan jou niet nadoen. En ik hoop dat de samenwerking met alle gemeenteraadsleden, schepenen en personeel op dezelfde manier kan blijven verderlopen en met heel veel wederzijds respect. We zien en horen mekaar zeker en zullen met mekaar iets drinken zeker volgend jaar, ergens.”
  • Dirk Stoffelen, algemeen directeur, dankt de voorzitter voor zijn mooie woorden. “Ik kan die goede samenwerking zeker beamen. Ik kwam van een bestuur, de stad Mortsel, waar elke gemeenteraad een stukje theater was met o.a. de piepjonge Tom Van Grieken in de gemeenteraad, dus ik was een heel ander soort gemeenteraden gewoon. Vlak na de selectieproeven ben ik af en toe komen kijken naar de gemeenteraad van Bertem, ik ben toen terug naar huis gereden en met de vrienden iets gaan drinken en ik heb daar gezegd: “Het is onwaarschijnlijk, daar wordt bijna alles unaniem goedgekeurd.” Dat was voor mij een grote verrassing. Ik kan zeggen dat de politieke cultuur hier me aangenaam heeft verrast, maar ik wil er toch over zeggen dat politieke cultuur mensenwerk is; dat hangt niet in de lucht, dat is eigen aan de mensen, dat is eigen aan de voorzitter van het college, aan de voorzitter van de gemeenteraad, en dat is het resultaat van de mensen die zich geëngageerd hebben in de politiek. Heel veel uren werken, ontzettend veel uren ook in het weekend, ik denk dat heel veel mensen dat onderschatten wat politici dag en nacht presteren. Dat zijn niet alleen de vele vergaderingen die jullie bijwonen maar dat is ook heel veel aanwezigheid op het gemeentehuis, heel veel vergaderingen bijwonen, veel contacten met de mensen, naar allerlei activiteiten gaan, dag en nacht opgebeld worden door mensen als er problemen zijn, als er een ramp is – en we hebben er jammer genoeg een paar gehad met overstromingen en dergelijke. Sowieso heb ik al heel veel waardering voor elke politicus maar op persoonlijk vlak moet ik ook zeggen dat ik bijzonder goed heb samengewerkt met u en met Greet, we konden als personeel altijd rekenen op jullie. Geen vergadering was te veel, jullie waren altijd op het appèl als we jullie nodig hadden. Heel veel dank daarvoor. Namens het personeel wens ik jullie heel veel geluk, heel veel dank voor al die jaren van heel goede samenwerking, van heel veel deskundigheid, elk op jullie eigen domeinen, met jullie eigen specialisaties onderwijs, cultuur, jeugd, financiën… Jullie zijn een heel grote hulp geweest voor de administratie. Het doet me plezier dat jullie daar op een heel positieve manier op terugkijken. Dus dank u wel namens het personeel. Ik wil graag van de gelegenheid gebruikmaken om onze medewerkster Jelly Vannoppen te bedanken voor het rondbrengen van de fijne attentie op heel korte tijd. Zij verzorgt overigens ook de uitzending van deze gemeenteraad.”

 

 

 

 

Publicatiedatum: 08/01/2021
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.