NOTULEN VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN

 

Gemeente Bertem

 

Zitting van 26 april 2022

Van 20.30 uur tot 21 uur

 

Aanwezig:

Voorzitter:

Eddy Vranckx

Leden Vast Bureau:

Marc Morris, Yvette Laes, Joery Verhoeven en Tom Philips

Raadsleden:

Jan De Keyzer, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez, Griet Verhenneman, Diane Vander Elst, Maria Andries, Iris De Smet, Roland Gustin, Peter Persyn, Jimmy Geyns, Sonia Stiasteny, Hans Neckebrouck en Roos De Backer

Waarnemend algemeen directeur:

Kris Philips

 

Verontschuldigd:

Voorzitter vast bureau:

Joël Vander Elst

Raadsleden:

Wouter Fock en Pieter Sempels

 

 

 


Overzicht punten

Zitting van 26 april 2022

 

ZITTINGEN RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.

 

Juridische gronden

        Artikel 74 van het decreet lokaal bestuur
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt, mits eventuele aanpassingen, de notulen en het zittingsverslag van de vorige raadszitting goed.

        Artikel 33, §2 van het huishoudelijk reglement
De OCMW-raad beslist om het zittingsverslag, zoals vermeld in artikel 278 van het decreet lokaal bestuur, te vervangen door een audio-opname van de openbare zitting van de raad.

        Artikel 34, §3 van het huishoudelijk reglement
Elk raadslid heeft het recht tijdens de vergadering van de OCMW-raad opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige raadsvergadering. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast. Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige raadsvergadering, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de raad en de algemeen directeur.

 

 

Bijlagen

        Notulen zitting van 29 maart 2022.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De raad keurt de notulen van de zitting van 29 maart 2022 goed.

 

 

 

Publicatiedatum: 03/06/2022
Overzicht punten

Zitting van 26 april 2022

 

TWEEDE PENSIOENPIJLER. TOETREDING TOT OFP PROLOCUS.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 17 december 2019 over de aanpassing 2de pensioenpijler vanaf 1 januari 2020.
  • Raadsbesluit van 29 september 2020 over de verhoging 2de pensioenpijler van 2% naar 2,5% in navolging van het sectoraal akkoord.
  • Raadsbesluit van 30 maart 2021 over de verhoging 2de pensioenpijler conform het aangepast meerjarenplan: 6% vanaf 1 januari 2024, 7% vanaf 1 januari 2025.
  • E-mails van 21 februari 2022 en 21 maart 2022 van VVSG met info voor besturen die voor de tweede pensioenpijler willen aansluiten bij OFP PROLOCUS.

 

Feiten en context

  • De 2de pensioenpijler is een aanvullend pensioen dat tot doel heeft om de kloof tussen het contractueel en het statutair pensioen gedeeltelijk te dichten op het ogenblik van de pensionering.
  • Tot op heden was het bestuur aangesloten bij de groepsverzekering die na bemiddeling van de VVSG aangeboden werd door Ethias en Belfius Insurance.
  • Deze verzekeraars hebben in juni 2021 de lopende groepsverzekeringsovereenkomst per 1 januari 2022 opgezegd.
  • Het bestuur heeft voor het voorzien in een tweede pensioenpijler de keuze tussen enerzijds de overheidsopdracht voor een groepsverzekering bij een verzekeraar en anderzijds het aansluiten bij een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (pensioenfonds).
  • Op 17 december 2021 keurde de algemene vergadering van OFP PROVANT een statutenwijziging goed, waarbij PROVANT werd omgevormd tot OFP PROLOCUS (een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBP) met ondernemingsnummer 0809.537.155), een pensioenfonds waarbij alle lokale besturen van het Vlaamse Gewest kunnen toetreden.
  • Door de toetreding bij een IBP is het bestuur meer betrokken bij het beheer van zijn pensioenfinanciering.
    In tegenstelling tot een groepsverzekering vaardigt het bestuur een vertegenwoordiger af in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS en heeft het bestuur naast controlebevoegdheid ook de mogelijkheid om - indien nodig - punten op de agenda van de algemene vergadering te zetten.
    Ook streeft, in tegenstelling tot een groepsverzekering, een IBP geen winsten na ten voordele van de organisatie zelf.
  • Een IBP heeft ruime beleggingsmogelijkheden, zodat een ruimer rendement mogelijk is dan in een tak 21 verzekering, zonder dat dit enige garantie inhoudt.
  • Het bestuur kan toetreden tot OFP PROLOCUS zonder overheidsopdracht vermits aan de voorwaarden van een 'in house' opdracht voldaan zijn:

         ten eerste oefent het bestuur via de algemene vergadering waar ze lid van wordt, toezicht uit op OPF PROLOCUS zoals op haar eigen diensten;

         ten tweede behelst meer dan 80% van de activiteiten van de OFP PROLOCUS de uitvoering van taken die hem zijn toegewezen door de controlerende overheden, nl. het voorzien in aanvullende pensioenen voor lokale en provinciale besturen;

         ten derde is er geen directe participatie van privékapitaal in de OFP PROLOCUS;

         ten vierde is OFP PROLOCUS zelf onderworpen aan de wetgeving van de overheidsopdrachten.

  • OFP PROLOCUS zal, in het verlengde van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen, zwaar inzetten op het duurzaam karakter van zijn beleggingen.
  • Het aanbod van OFP PROLOCUS voorziet, net zoals de groepsverzekering die tot eind 2021 werd aangehouden bij Ethias en Belfius Insurance geen werknemersbijdragen vereist, in een overlijdensdekking en een kapitaalsuitkering.
  • De mogelijkheid bestaat van een zogeheten "steprate" bijdrage. Het is dus mogelijk is om op het gedeelte van het loon dat boven het maximumplafond voor de berekening van het wettelijk pensioen uitkomt, een hogere toezegging te doen om zo het verschil tussen een statutair pensioen en een wettelijk pensioen verder te verkleinen.
  • Er bestaan drie soorten pensioenplannen: defined benefit of vaste prestaties, cash balance en defined contribution of vaste bijdragen.
    De voorgestelde formule is een vastebijdragenplan. In dit plan belooft de werkgever een bepaalde bijdrage (een bijdrage uitgedrukt als een percentage van het aan de RSZ onderworpen brutoloon) te betalen zonder vastgesteld rendement. De behaalde rendementen worden toegekend conform het kaderreglement.
  • Het bestuur moet de vastgestelde bijdrage minimum betalen. Wanneer het wettelijk minimumrendement niet behaald wordt, zal het bestuur bijkomende bijdragen moeten betalen; in elk geval moet voor de aangeslotenen het wettelijk minimum rendement (momenteel 1,75% voor actieve aangeslotenen, 0% voor passieve aangeslotenen) behaald worden.
  • Als bijkomende veiligheid de eerste vijf jaar voorziet het bestuur, bovenop de middelen nodig voor de pensioentoezegging, in een extra prefinanciering van 5% om zo de kans op het betalen van bijkomende bijdragen te verkleinen. Deze prefinanciering blijft ter beschikking van het bestuur ter financiering van latere bijdragen.
  • Het bestuur kan met andere rechtspersonen waarmee ze nauwe banden heeft (AGB, OCMW) een MIPS-groep vormen. Binnen een MIPS-groep is interne mobiliteit voor het personeel mogelijk zonder dat dit gevolgen heeft voor de pensioentoezegging van het personeelslid; binnen een MIPS-groep speelt een onderlinge solidariteit.

 

Juridische gronden

  • Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen
  • Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van de pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid
  • Wet van 18 december 2018 tot waarborging van de duurzaamheid en het sociale karakter van de aanvullende pensioenen en tot versterking van het aanvullend karakter ten opzichte van de rustpensioenen
  • Wet van 30 maart 2018 betreffende het gemengd pensioen
  • Artikel 78, 2e lid, 5° van het decreet lokaal bestuur
    De raad voor maatschappelijk welzijn is bevoegd voor het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen
  • Statuten, de beheersovereenkomst, het financieringsplan (algemeen luik en specifiek luik VVSG), de Verklaring inzake Beleggingsbeginselen (algemeen luik en specifiek luik VVSG), het Kaderreglement en het bijzonder pensioenreglement MIPS, de toetredingsakte van OFP PROLOCUS

 

Adviezen

  • Protocol akkoord van de vakbondorganisaties.
  • De waarnemend financieel directeur verleende een visum op 10 maart 2022.

 

Argumentatie

De pensioentoelage voor het aanvullend pensioenstelsel voor de contractuele personeelsleden werd door de raad vastgesteld op 2% vanaf 1 januari 2020, 3% vanaf 1 januari 2021, 4% vanaf 1 januari 2022, 5% vanaf 1 januari 2023, 6% vanaf 1 januari 2024 en 7% vanaf 1 januari 2025.

 

In juni 2021 kondigde Belfius-Ethias aan om de lopende groepsverzekeringsovereenkomst per 1 januari 2022 op te zeggen.

 

Het beheer van een aanvullend pensioenplan moet verplicht worden toevertrouwd aan een pensioeninstelling. Dit kan een verzekeringsonderneming zijn (men spreekt dan over een groepsverzekering) of een pensioenfonds (ook instelling voor bedrijfspensioenvoorziening of IBP genoemd).

 

De VVSG had intussen reeds een studie over de toekomst van de aanvullende pensioenen van de contractanten van de Vlaamse lokale besturen laten uitvoeren. Na maandenlange intensieve voorbereidingen zijn de VVSG en OFP PROLOCUS erin geslaagd een volwaardig alternatief aan te bieden voor deze groepsverzekering.

De deelnemende werkgevers van OFP PROLOCUS worden meer betrokken bij het bestuur van de pensioeninstelling en het beheer van hun aanvullend pensioenplan dan bij een groepsverzekering. Ze worden immers lid van de algemene vergadering van de OFP PROLOCUS, waar ze stemrecht hebben. Ook in de raad van bestuur zetelen vertegenwoordigers van lokale besturen, van de representatieve vakorganisaties, van de VVSG,...

 

De toetreding van ons bestuur tot OFP PROLOCUS lijkt aangewezen. Hiertoe dient een toetredingsdossier bij OFP PROLOCUS ingediend te worden uiterlijk op 30 april 2022:

         keuze van de pensioentoezegging;

         toetredingsdatum tot het OFP,

         of het bestuur een aanvullende toezegging wenst voor een specifieke groep van personeel;

         of het bestuur een inhaaltoezegging wenst;

         of het bestuur deel wenst uit te maken van een MIPS-groep.

Ook dienen een aantal sleuteldocumenten, zie bijlagen, goedgekeurd te worden:

         statuten;

         beheersovereenkomst;

         kaderreglement;

         bijzonder pensioenreglement;

         financieringsplan;

         verklaring inzake beleggingsbeginselen.

 

Als pensioentoezegging behoudt het bestuur eenzelfde bijdragepercentage als eerder vastgelegd.

 

Een toetreding tot OFP PROLOCUS is mogelijk per 1 januari van elk kalenderjaar. Voor de besturen die reeds aangesloten waren bij de groepsverzekering 'Belfius-Ethias" is 1 januari 2022 de juiste datum. Hierdoor ontstaat er immers geen 'pensioen-gap' voor de contractuele medewerkers. Hierdoor kan het bestuur ook blijven genieten van de federale kortingsregeling inzake de responsabiliteitsbijdragen, aangezien er een geldig tweedepijler-attest afgeleverd kan worden aan de Federale Pensioendienst (FPD).

 

Besturen kunnen er voor kiezen om een MIPS (Multi Inrichters Pensioenstelsel) op te richten. In tegenstelling tot binnen het globale fonds bestaat er binnen zo'n MIPS onderlinge financiële solidariteit. Voor de aangeslotenen zorgt een MIPS voor een ononderbroken pensioenopbouw bij interne mobiliteit binnen de werkgevers van deze MIPS. Ook voor het OFP leveren MIPS-groepen een voordeel op. Zo zorgen ze voor een betere administratieve beheersbaarheid en een vereenvoudiging van de aangifteverplichtingen.

Voorwaarde hiervoor is dat het gaat om juridisch gelinkte besturen binnen dezelfde gebiedsomschrijving die financieel van elkaar afhankelijk zijn (bv. gemeente, OCMW, AGB). Ook dient het pensioenplan van deze werkgevers in dit geval identiek te zijn.

OCMW Bertem kan samen met gemeentebestuur Bertem, AGB Beleko en Vrijetijdsregio Druivenstreek zo een MIPS-groep vormen.

 

Elke werkgever (gemeente, OCMW, AGB Beleko en Vrijetijdsregio Druivenstreek) dient het toetredingsdossier in te dienen bij OFP PROLOCUS. Er is dus geen automatische aansluiting in navolging van de raadsbeslissing genomen vanuit de gemeente.

 

Financiële gevolgen

Om het aanvullend pensioen via OFP PROLOCUS te financieren dient elk bestuur een premie te betalen. Deze premie zal bestaan uit drie componenten:

1)     een inningspremie op kwartaalbasis (+ bijdrage van 8,86% op deze inningspremie);

2)     een bijkomende premie op jaarbasis om het saldo van de geïnde premies en de verschuldigde bijdragen conform het pensioenplan te dekken (+ bijdrage van 8,86% op de bijkomende premie);

3)     een bijkomende kostenpremie op jaarbasis om de kosten van het pensioenfonds te dekken.

 

De kosten voor de werking van OFP PROLOCUS voor 2022 worden forfaitair vastgelegd op 1000 euro per jaar per werkgever en 10 euro per jaar per aangeslotene. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd tot en met 2024.
Nadien zal een meer stabiel systeem van kostenvergoeding worden uitgebouwd, gebaseerd op de werkelijke kosten enerzijds en het werkelijk aantal aangesloten besturen en medewerkers anderzijds.

 

De door het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS zullen worden geïnd door de RSZ in naam en voor rekening van OFP PROLOCUS.

 

De nodige budgetten zullen voorzien worden in de meerjarenplanning 2020-2025.

 

 

Bijlagen

         1.a. Statuten - AV 20211217

         1.b. Beheersovereenkomst - Basisversie

         1.c. Kaderpensioenreglement_ aangepaste versie na input vakbonden en VVSG

         1.d. Pensioenreglement DC - MIPS

         1.e. Financieringsplan - Basisversie

         1.f. Verklaring inzake beleggingsbeginselen - Basisversie

         2.a. Toelichting statuten

         2.b. Toelichting beheersovereenkomst

         2.c. Toelichting kaderreglement en pensioenreglement

         2.d. Toelichting financieringsplan

         2.e. Toelichting verklaring inzake beleggingsbeginselen

         Toetredingsakte bij de beheerovereenkomst en het financieringsplan

         VISUM 2022-008 voor toetreding tot OFP PROLOCUS vanaf 1 januari 2022 (INTBRTM11282)

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De raad neemt kennis van en stemt in met:

         de beheersovereenkomst en financieringsplan via de toetredingsakte van OFP PROLOCUS;

         het kaderreglement en het bijzonder pensioenreglement MIPS.

Ook neemt de raad kennis van de verklaring inzake beleggingsbeginselen (SIP) en de statuten.

 

Artikel 2:

De raad beslist om met ingang van 1 januari 2022 toe te treden tot OFP PROLOCUS (afzonderlijk vermogen VVSG) en richt hiertoe een verzoek tot aanvaarding als lid van de Algemene Vergadering tot OFP PROLOCUS.

 

Artikel 3:

De raad stemt in met het feit dat de door het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS zullen worden geïnd door de RSZ in naam en voor rekening van OFP PROLOCUS.

 

Artikel 4:

De pensioentoezegging bedraagt 4% van het pensioengevend jaarloon vanaf 1 januari 2022, 5% vanaf 1 januari 2023, 6% vanaf 1 januari 2024 en 7% vanaf 1 januari 2025, zoals eerder door de raad vastgesteld.

 

Artikel 5:

OCMW Bertem vormt samen met gemeentebestuur Bertem, AGB Beleko en Vrijetijdsregio Druivenstreek een zogenaamde MIPS-groep.

 

Artikel 6:

De vertegenwoordiger en vervanger in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS wordt afgevaardigd via apart raadsbesluit.

 

Artikel 7:

De voorzitter van de raad en de algemeen directeur worden gemachtigd om de noodzakelijke vervolgstappen te nemen voor de uitvoering van voormelde beslissingen.

 

 

 

Publicatiedatum: 03/06/2022
Overzicht punten

Zitting van 26 april 2022

 

TOETREDING TOT OFP PROLOCUS. AANDUIDING VERTEGENWOORDIGER ALGEMENE VERGADERING OFP PROLOCUS.

 

Voorgeschiedenis

         Raadsbesluit van 29 maart 2022 over de toetreding tot OFP PROLOCUS.

 

Feiten en context

         Op 29 maart 2022 keurde de gemeenteraad de voorwaarden goed om toe te treden tot OFP PROLOCUS.

         De toetreding tot OFP PROLOCUS houdt van rechtswege de aanvaarding in van de statuten en alle overige algemene of overkoepelende documenten en verbindende bestuursdocumenten.

         Iedere bijdragende entiteit duidt onder zijn bestuurders ten minste één vaste vertegenwoordiger aan die belast wordt met de uitvoering van de opdracht in naam en voor rekening van de rechtspersoon.

 

Juridische gronden

         Artikel 78, 2de lid van het decreet lokaal bestuur
De raad voor maatschappelijk welzijn is bevoegd voor het oprichten van en het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen.

         Artikel 9 van de statuten van OFP PROLOCUS zoals beslist op de Algemene Vergadering van 17 december 2021 over de vaste vertegenwoordiging van leden.

 

Argumentatie

Iedere werkgever dient een vaste stemgerechtigde vertegenwoordiger (en eventueel een tweede 'vervanger') aan te duiden voor de algemene vergadering van het fonds. Deze persoon is idealiter een beleidsverantwoordelijke, maar kan ook vanuit de administratie aangeduid worden.

 

Concreet gezien gelden hierrond de volgende spelregels:

         de vertegenwoordiger moet bestuurder, lid van het directiecomité, of werknemer van de entiteit zijn;

         de vaste vertegenwoordiger kan conform Art. 15 van WIBP ook aangeduid worden uit de onderneming, instelling of entiteit die een controlebevoegdheid uitoefent over de bijdragende onderneming;

         conform Art. 17.2.3. van de statuten van het fonds kunnen alle leden van de algemene vergadering zich ook laten vertegenwoordigen door een ander lid van dezelfde groep mits een schriftelijke volmacht.

 

 

Bijlagen

         Statuten van OFP PROLOCUS

 

Besluit

Na geheime stemming:

18 stemmen voor

 

Artikel 1:

De raad van maatschappelijk welzijn neemt kennis van de statuten en duidt Joël Vander Elst aan als vertegenwoordiger voor OCMW Bertem in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS.

 

Artikel 2:

Marc Morris wordt aangeduid als vervanger van voorgaande indien hij niet aanwezig kan zijn.

 

 

 

Publicatiedatum: 03/06/2022
Overzicht punten

Zitting van 26 april 2022

 

MONDELINGE VRAGEN.

 

Juridische gronden

        Artikel 31 en 74 van het decreet lokaal bestuur
De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht aan de voorzitter vast bureau en aan de leden van het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
Voor het stellen van een vraag als vermeld in het eerste lid, is geen toegelicht voorstel van beslissing vereist.

        Artikel 12 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn
Op het einde van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over beleidsaangelegenheden van het OCMW die niet op de agenda van de OCMW-raad staan. Om het vast bureau in staat te stellen om het antwoord op een mondelinge vraag voor te bereiden, bezorgen de raadsleden uiterlijk vijf kalenderdagen vóór de zitting de omschrijving van hun mondelinge vraag aan de algemeen directeur, die deze onmiddellijk bezorgt aan het vast bureau en aan de voorzitter van de raad. Op mondelinge vragen voor een zitting die later dan de vermelde termijn worden ingediend bij de algemeen directeur, wordt ten laatste tijdens de daaropvolgende zitting geantwoord.

        Artikel 33, §1 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn
Een samenvatting van de mondelinge vragen en de antwoorden daarop worden opgenomen in de notulen. Loutere meldingen die geen vraagstelling over beleidsaangelegenheden bevatten, worden niet in de notulen opgenomen.

 

Besluit

 

/

 

 

 

Publicatiedatum: 03/06/2022