NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

 

Gemeente Bertem

 

Zitting van 19 december 2017

Van 20.05 uur tot 21.10 uur

 

Aanwezig:

Voorzitter:

Albert Mees

Burgemeester:

Joël Vander Elst

Schepenen:

Marc Morris, Greet Goossens en Tom Philips

Schepen met raadgevende stem:

Eddy Vranckx

Gemeenteraadsleden:

Ludo Croonenberghs, Jan Buysse, Leonard Vranckx, Kristien Van Essche, Yvette Laes, Herman Ginis, Roos De Backer, Sonia Stiasteny, Jan De Keyzer, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez, Wouter Fock, Marc De Vlieger en Diane Vander Elst

Gemeentesecretaris:

Dirk Stoffelen

 

Verontschuldigd:

Schepen:

Joery Verhoeven

Gemeenteraadslid:

Griet Verhenneman

 


Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

ZITTINGEN GR. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.

 

Juridische gronden

  • Artikel 33 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005
    De gemeenteraad keurt, mits eventuele aanpassingen, de notulen van de vorige raadszitting goed.

 

 

Bijlagen

  • Notulen van de zitting van 28 november 2017.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De raad keurt de notulen van de zitting van 28 november 2017 goed.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

ZITTINGEN GEMEENTERAAD. MEDEDELING DATUMS ZITTINGEN 2018.

 

Mededeling

De raad neemt kennis van de geplande datums voor de zittingen van de gemeenteraad in 2018:

dinsdag 30 januari

dinsdag 20 maart

dinsdag 24 april

dinsdag 29 mei

dinsdag 26 juni

dinsdag 28 augustus

dinsdag 25 september

dinsdag 30 oktober

dinsdag 27 november

dinsdag 18 december

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

PARTICIPATIE DOOR DE BURGER. VERVANGING LID BIBLIOTHEEKRAAD VOOR VERTEGENWOORDIGING POLITIEKE FRACTIE CD&V.

 

Voorgeschiedenis

  • Gemeenteraadsbesluit van 30 april 2013 over de oprichting en samenstelling van de bibliotheekraad.
  • Collegebesluit van 24 september 2013 over de samenstelling van de bibliotheekraad.
  • Gemeenteraadsbesluit van 25 maart 2014 over de goedkeuring van de statuten van de bibliotheekraad.
  • E-mail van Irena Stojinov van 4 mei 2017 waarin zij haar ontslag indient als lid van de bibliotheekraad.
  • E-mail van Marc Morris van 30 november 2017 waarin hij kandidaat Luc De Smet voorstelt als lid van de bibliotheekraad ter vervanging van Irena Stojinov.
  • E-mail van Leslie Vanden Plas van 1 december 2017 waarin zij haar ontslag indient als lid van de bibliotheekraad.
  • E-mail van Marc Morris van 2 december 2017 waarin hij kandidaat Marianne Van den Ende voorstelt als lid van de bibliotheekraad ter vervanging van Leslie Vanden Plas.
  • E-mail van Marc Morris van 18 december 2017 waarin hij meedeelt dat Marianne Van den Ende om persoonlijke redenen verzaakt aan de voordracht.

 

Feiten en context

  • Irena Stojinov en Leslie Vanden Plas hebben ontslag genomen als lid van de bibliotheekraad. Zij zetelden voor de politieke fractie CD&V.

 

Juridische gronden

  • Artikel 200, §2 en §4 van het gemeentedecreet.
    Ten hoogste twee derde van de leden is van hetzelfde geslacht.
    Gemeenteraadsleden en leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen stemgerechtigd lid zijn.
  • Artikel 5, §4 van de statuten van de bibliotheekraad van 25 maart 2014
    De leden van het beheersorgaan worden benoemd door de gemeenteraad.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De gemeenteraad neemt kennis van het ontslag van Irena Stojinov en van Leslie Vanden Plas.

 

Artikel 2:

De gemeenteraad keurt de kandidatuur goed van Luc De Smet als lid van de bibliotheekraad ter vervanging van Irena Stojinov.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

INSCHRIJVINGSBELEID BASISONDERWIJS. BEPALING CAPACITEIT GEMEENTESCHOLEN EN VASTLEGGING INSCHRIJVINGSPERIODES.

 

Voorgeschiedenis

  • Gemeenteraadsbeslissing van 27 januari 2015 tot goedkeuring van het schoolreglement van GBS Bertem en GBS Leefdaal.
  • E-mail directeur gemeentelijke basisschool Bertem van 22 mei 2017.
  • E-mail directeur gemeentelijke basisschool Leefdaal van 23 mei 2017.

 

Feiten en context

  • Het gemeentebestuur van Bertem bepaalt de maximumcapaciteit die voor de gemeentelijke basisscholen van Bertem en Leefdaal geldt. Deze wordt vastgelegd voor zover de veiligheid van de kinderen niet in het gedrang komt. Ondanks het bereiken van de capaciteit kan het schoolbestuur toch bepaalde leerlingen inschrijven.

 

Juridische gronden

  • Artikel 37 novies van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997
    In het gewoon basisonderwijs bepaalt het schoolbestuur de capaciteit op het niveau van de school, van de vestigingsplaats, het niveau kleuteronderwijs en het niveau lager onderwijs. Het schoolbestuur kan de capaciteit voor het kleuteronderwijs ook op niveau van het geboortejaar en voor het lager onderwijs ook op niveau van het leerjaar bepalen.
    Het schoolbestuur maakt voor al zijn scholen de capaciteiten die hij bepaald heeft, bekend aan alle belanghebbenden.
  • Artikel 21 van het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad
    Het schoolbestuur of zijn gemandateerde legt ieder ontwerp van beslissing voor overleg aan de schoolraad voor als dat betrekking heeft op het opstellen of wijzigen van het schoolreglement.
  • Artikel 42 van het gemeentedecreet
  • Decreet van 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht

 

Adviezen

  • Advies van de schoolraad GBS Bertem van 1 juni 2017: "Het schoolbestuur bepaalt het maximum aantal leerlingen dat opgevangen kan worden. De school handhaaft de eerder afgesproken maximumcapaciteit: 125 kinderen in de kleuterafdeling, 150 kinderen in de lagere school"
  • Advies van de schoolraad GBS Leefdaal van 9 november 2017: "Progressief invoeren van capaciteitsmaximum van 23 leerlingen per klas of 46 leerlingen per geboortejaar in te voeren vanaf geboortejaar 2016."

 

Argumentatie

Elk schoolbestuur moet de maximumcapaciteit voor een school vastleggen. Deze maximumcapaciteit wordt vastgelegd om de draagkracht van de school niet te overtreffen. De capaciteit geeft een indicatie welke draagkracht de klassen hebben.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De capaciteit wordt vanaf 1 september 2018 beperkt tot volgende maximumaantallen:

 

- Gemeentelijke basisschool 't Zonneveld Bertem, A.E. Verbiststraat 6, 3060 Bertem:

  • op niveau van de school: 275
    • op niveau kleuterschool: 125
    • op niveau lagere school: 150

- Gemeentelijke basisschool Leefdaal, Dorpstraat 540, 3061 Leefdaal:

  • op niveau van de school: 460
    • op niveau kleuterschool: 184
      • per geboortejaar: 46
    • op niveau lagere school: 276
      • per leerjaar: 46.
  • Deze capaciteitsbepaling wordt vanaf het schooljaar 2018-2019 progressief ingevoerd vanaf het geboortejaar 2016. In overgangsregeling (geboortejaar 2015 en vroeger) gelden de volgende capaciteiten per geboortejaar/leerjaar: 50.

 

Artikel 2:

De capaciteitsbepaling wordt bekendgemaakt via de website van de school, de infobrochure en de nieuwsbrieven van de scholen.

 

Artikel 3:

De inschrijvingsperiode voor de voorrangsgroep van leerlingen duurt 2 weken en start op de eerste schooldag van maart van het voorgaande schooljaar. Na het afsluiten van de voorrangsperiodes start de vrije inschrijvingsperiode voor kinderen die niet tot een voorrangsgroep behoren.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

BELASTINGEN. GOEDKEURING CONTANTBELASTINGREGLEMENT VOOR DE INZAMELING EN VERWERKING VAN HET HUISHOUDELIJK AFVAL EN DAARMEE VERGELIJKBAAR BEDRIJFSAFVAL VOOR DE HUIS-AAN-HUIS INZAMELING, INZAMELING OP AFROEP, VIA SORTEERSTRATEN EN DE INZAMELING OP HET RECYCLAGEPARK.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluit van 25 november 2003 over de oprichting van een opdrachthoudende vereniging 'EcoWerf'.
    De gemeente doet beheersoverdracht voor de inzameling en verwerking van afvalstoffen met uitzondering van snoeihout.
  • Raadsbesluit van 26 juni 2007 inzake beheersoverdracht ophaling en verwerking snoeihout naar EcoWerf.
  • Raadsbesluit van 17 december 2013 over de goedkeuring belastingreglement huis-aan-huisinzameling.
  • Raadsbesluit van 18 november 2014 over de aanpassing van het belastingreglement huis-aan-huisinzameling.
  • Raadsbesluit van 24 mei 2016 over de aanpassing van de politieverordening over het beheer van huishoudelijk afval en vergelijkbaar bedrijfsafval.
  • Raadsbesluit van 24 mei 2016 over de aanpassing van het belastingreglement containerpark.
  • Brief van EcoWerf van 30 juni 2017 over de beheersoverdracht zachte en harde plastics.
  • Raadsbesluit van 29 augustus 2017 over de beheersoverdracht van de inzameling en verwerking van zachte en harde plastics naar EcoWerf.
  • E-mail van EcoWerf van 10 november 2017 over het contantbelastingreglement en machtiging.

 

Feiten en context

  • Het afval van entiteiten met meer dan 200 m² oppervlakte wordt door EcoWerf beschouwd als bedrijfsafval en maakt geen deel uit van dit reglement.

 

Juridische gronden

  • Artikel 170, §4 van de grondwet
    Geen last of belasting kan door de agglomeratie, de federatie van gemeenten en de gemeente worden ingevoerd dan door een beslissing van hun raad.
  • Artikelen 42 en 43, §2, 15°van het gemeentedecreet van 15 juli 2005
    De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen, waaronder de gemeentelijke belasting- en retributiereglementen, vast. De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de gemeentebelastingen en het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.
  • Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen
  • Artikel 26 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen
    De gemeenten verhalen de kosten van het beheer van huishoudelijk afval op de afvalproducenten. De gemeente kan haar verzelfstandigde entiteiten of intergemeentelijke samenwerkingsverbanden ertoe machtigen die kosten te innen, ook als ze in de vorm van belastingen en retributies worden verhaald.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)
  • Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval, alsook het verslag van de advies- en inspraakreacties bij dit plan, zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering op 16 september 2016.

 

Argumentatie

EcoWerf stelt voor om alle dienstverleningen die via de DifTar-rekening betaald kunnen worden, te groeperen in één nieuw contantbelastingreglement. Dit vooral omdat het vanaf 1 januari 2018 mogelijk zal zijn om via de DifTar-rekening afvalleveringen op het recyclagepark te betalen en om een kohier te kunnen opmaken voor wanbetalers t.g.v. de verschillende diensten waarvoor via de DifTar-rekening betaald kan worden.

Op termijn is het de bedoeling dat EcoWerf de opvolging van de wanbetalers voor zijn rekening gaat nemen. Dit betreft dan vooral de administratieve voorbereiding en opvolging van de inkohiering.

Tegen einde 2018 wil EcoWerf het voor de burgers ook mogelijk maken om de betalingsuitnodiging via domiciliëring en een mobiele of webapplicatie te betalen.

 

De gemeente deed beheersoverdracht aan EcoWerf voor de inzameling van de hiernavolgende fracties van het huishoudelijk afval: het gewoon huisvuil, gft, pmd, papier en karton, zachte plastics en grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval).

 

De huis-aan-huis inzameling van het gewoon huisvuil en gft (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval) werd geautomatiseerd hetgeen impliceert dat de voormelde afvalfracties dienen aangeboden te worden in daartoe ter beschikking gestelde containers, voorzien van een elektronische gegevensdrager die toelaat de aanbieder te identificeren, en dat het aangeboden afval wordt gewogen en geregistreerd.

 

Ook de uitbating van het recyclagepark werd geautomatiseerd hetgeen impliceert dat de bezoeker van het park geïdentificeerd wordt en zijn bezoek aan het park wordt geregistreerd, alsook de aangevoerde gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen.

 

De kosten voor de uitbating van het gemeentelijk recyclagepark, - en meer in het bijzonder hiermee verbonden kosten voor inzameling en verwerking van de daar aangeboden afvalstoffen -, wegen zwaar door op de gemeentelijke financiën.

Ook de kosten voor de inzameling van het gewoon huisvuil, gft, zachte plastics, snoeihout en grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval) wegen zwaar door op de gemeentelijke financiën.

 

De gemeentelijke inkomsten en uitgaven dienen in evenwicht te zijn zodat de kosten voor de uitbating van het recyclagepark en voor de huis-aan-huis inzameling best verhaald worden op de aanbieders via een gedifferentieerde contantbelasting. De invoering van een dergelijke gedifferentieerde contantbelasting laat de gemeente toe om het principe van “de vervuiler betaalt” toe te passen, om alzo prioriteit te verlenen aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie het hergebruik en tenslotte de recyclage van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen te stimuleren.

 

De behandeling van aanvragen van subsidies voor wegwerp incontinentiemateriaal en/of stomamateriaal en voor onthaalouders wordt administratief vereenvoudigd:

  • beide subsidies zullen door de dienst omgeving worden behandeld;
  • de verplichting voor onthaalouders om een attest van Kind&Gezin of Landelijke Kinderopvang bij te voegen, vervalt. De administratie zal deze attesten zelf opvragen bij de bevoegde diensten (MAGDA-principe);
  • voor de beide subsidies zal dezelfde uiterste aanvraagdatum worden gehanteerd.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgaven

0300/61360600

0300/64920500

€ 500 000

€ 245 000

€ 500 000

€ 245 000

€ 500 000

€ 245 000

 

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Geraamde inkomsten

0020/73324000

0020/73324100

€ 353 000

€ 35 000

€ 353 000

€ 35 000

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Met ingang van 1 januari 2018 wordt een contantbelasting gevestigd voor de huis-aan-huis inzameling van het gewoon huisvuil, het pmd-afval, het gft-afval, de zachte plastics, grofvuil, het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval, snoeihout, voor het ter inzameling en verwerking aanbieden van afvalstoffen die zijn toegelaten op het recyclagepark en voor de verkoop van geventileerde keukenafvalbakjes en composteerbare zakken.

 

§ 1 Definities algemeen

 

Gebruikersgroep: een selectie van aansluitpunten die op basis van het domicilie-adres geselecteerd worden, een elektronische toegangsbadge krijgen toegewezen en op deze wijze toegang krijgen tot een recyclagepark(en).

 

Aansluitpunt (ASP):

 

1) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van inschrijving in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden,

 

2) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden, en

 

3) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente waarin een instelling van openbaar nut, een school, een vereniging die deel uitmaakt van de gemeentelijke cultuur-, sport- of jeugd-, senioren- of milieuraad, gevestigd is, die op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.

 

Aansluitpunt commercieel:

 

Iedere entiteit, met een maximale oppervlakte van 200 m² (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een commerciële functie, waarin beroepsactiviteiten worden ontplooid (vrij beroep, handel, zorgactiviteiten…) die op basis van de inschrijving in het bevolkingsregister/handelsregister van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.

 

De juiste oppervlakte van het commercieel aansluitpunt wordt vastgelegd hetzij op basis van de goedgekeurde bouwvergunning, hetzij op basis van de afgesloten huurovereenkomst.

 

Aorta: de databank waarin EcoWerf per gezin of per onderneming registreert:

  • de relevante identificatiegegevens van het gezin of de onderneming en de referentiepersoon van het betrokken gezin of onderneming
  • de relevante DifTar-gegevens inzake inzameling en verwerking van huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval, individueel en gedifferentieerd per afvalstroom, zodat ze afzonderlijk kunnen getarifeerd worden. De relevante gegevens zijn onder meer de aard van de aangeboden afvalstof, het gewicht ervan en het aantal afvalbewegingen.

 

Om gebruik te kunnen maken van de dienstverlening voor de inzameling en de verwijdering van de aangeboden huishoudelijke afvalstoffen en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval en/of toegang te krijgen tot de recyclageparken, moeten de gezinnen of ondernemingen op het grondgebied van de gemeente zich laten registreren in Aorta. De registratie kan gebeuren bij de bevoegde gemeentedienst. Voor zover de gegevens van het gezin zijn opgenomen in het rijksregister (via het bevolkings- of vreemdelingenregister) en het gezin niet geregistreerd werd door de gemeente, voert EcoWerf de registratie zelf uit op basis van deze gegevens.

Voor elk gezin of elke onderneming zoals omschreven in dit reglement is een registratie verplicht en is er maximaal één registratie mogelijk.

 

Per gezin of per onderneming in het bedieningsgebied wordt er in Aorta een formulier aangemaakt. Het formulier omvat voor het gezin of de onderneming de vermelding van de referentiepersoon, het adres, een bankrekeningnummer, een detail van de diensten waarvan gebruik kan worden gemaakt, een rekenstaat, het rijksregisternummer of nummer van het vreemdelingenregister van de referentiepersoon, het ondernemingsnummer, en het EcoWerf-klantennummer. Er wordt geregistreerd of het formulier wordt aangemaakt voor een gezin, een tweede verblijf, een gemeenschap of voor een onderneming, vereniging, school, gemeentelijke overheid of andere overheid. Indien de referentiepersoon bereid is deze gegevens te verstrekken, vermeldt het formulier ook een telefoonnummer en een e-mailadres van het gezin of de onderneming.

 

In de databank wordt eveneens geregistreerd :

  • het type en het aantal van de ter beschikking gestelde containers per ophaalpunt
  • de (extra) toegangsbadges voor het recyclagepark die werden verleend.

 

Op basis van het bedrag van de rekenstaat in de databank en in functie van de beschikbare diensten wordt bepaald of er aan de belastingplichtige betalingsuitnodigingen verstuurd worden en of de belastingplichtige in de voorwaarden verkeert om dienstverlening inzake inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval te ontvangen.

 

De gegevens van Aorta kunnen door EcoWerf worden aangewend voor het versturen van betalingsuitnodigingen.

 

Wanneer er niet langer beroep wordt gedaan op enige dienst inzake verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval, en dit door de gemeente gemeld wordt aan EcoWerf, zal EcoWerf de mini-containers ophalen en eventueel de recyclageparkkaart blokkeren. Op vraag van de burger kan het eventuele onbestede tegoed op het rekeningnummer van de referentiepersoon terug betaald worden.

 

DifTar-rekening : de individuele rekening die per gezin of per onderneming in de databank wordt bijgehouden en waarop afzonderlijk worden ingeschreven :

  • de volgens dit reglement verschuldigde contantbelasting;
  • de volgens dit reglement verschuldigde kohierbelasting;

De rekenstaat geeft op elk ogenblik getrouw weer wat de schuld of het tegoed is van het gezin of de onderneming.

 

Referentiepersoon : de meerderjarige persoon die in Aorta als referentiepersoon voor het gezin of de onderneming wordt vermeld. Als de registratie gebeurt :

  • voor een gezin, wordt van rechtswege de persoon die, volgens de opgave van het rijksregister, als referentiepersoon van het gezin, vermeld staat in het bevolkingsregister of vreemdelingenregister, ook geregistreerd als referentiepersoon in de databank
  • voor een onderneming is het een meerderjarige natuurlijke persoon die geacht wordt de onderneming rechtsgeldig te vertegenwoordigen.

 

Toegangskaart: elektronische badge op naam van de referentiepersoon die bij aanbieding toegang verleend tot de ondergrondse containerterminal (OCT) en/of recyclagepark(en). De badge registreert de gebruiker en het volume of het gewicht van de aangeboden fractie. Elke gebruiker en bij uitbreiding ook de badge maakt deel uit van een door EcoWerf gedefinieerde gebruikersgroep.

 

§ 2 Definities afvalfracties

 

Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (aeea): Apparaten die elektrische stromen of elektronische velden nodig hebben om naar behoren te kunnen werken, en apparaten voor het opwekken, overbrengen en meten van die stromen en velden, die onder een van de categorieën, vermeld in artikel 3.4.4.2 van het VLAREMA, vallen en die bedoeld zijn voor gebruik met een spanning van maximaal 1000 volt bij wisselstroom en 1500 volt bij gelijkstroom. Daarin zijn ook alle onderdelen, subeenheden en verbruiksmaterialen begrepen die deel uitmaken van het product op het moment dat het wordt afgedankt. De volgende apparaten vallen niet onder deze definitie: apparaten die deel zijn van andere elektrische apparatuur, apparatuur die verband houdt met de bescherming van de wezenlijke belangen van de veiligheid van lidstaten, wapens, munitie en oorlogsmateriaal, tenzij het gaat om producten die niet specifiek voor militaire doeleinden zijn bestemd, en grote, niet-verplaatsbare industriële installaties van elektrische en elektronische gereedschappen en tuingereedschappen.

 

Asbestcement: Alle voorwerpen uit gebonden asbest zoals eternieten golfplaten, schaliën, vlakke eterniet … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van losse asbest, plastic golfplaten, …

 

Boomstronken: Alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik.

 

Bouwafval: Zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit) , cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde.

 

Cellenbeton: Alle schuimbeton ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

Recyclagepark: Een bij toepassing van titel I van het VLAREM vergunde inrichting waar particulieren en eventueel ook bedrijven onder toezicht op vastgestelde dagen en uren bepaalde gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en eventueel met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare afvalstoffen bedrijfsafvalstoffen kunnen deponeren.

 

E.P.S.: Zuiver witte piepschuim ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit met uitzondering van gekleurd piepschuim, verpakkingschips, verpakkingspiepschuim afkomstig van voedingsmiddelen, vervuild piepschuim, styrofoamplaten,…

 

Frituurolie en afgelaten motorolie: Alle soorten smeerolie en/of industriële olie, op minerale of synthetische basis ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit in het bijzonder afgewerkte motorolie, frituurolie, met uitzondering van grote hoeveelheden motorolie, olie met pcb’s of andere giftige stoffen.

 

Groente-, Fruit- en Tuinafval (gft): Organisch composteerbaar afval zoals aardappelschillen, schillen van citrus- of andere vruchten, groente- en fruitresten, doppen van noten, theebladeren en theezakjes, koffiedik en papieren koffiefilters, papier van keukenrol, plantaardig keukenafval en etensresten, verwelkte snijbloemen en kamerplanten, versnipperd snoeihout, haagscheersel, zaagmeel en schaafkrullen, gazonmaaisel in kleine hoeveelheden, bladeren, onkruid en resten uit groente- en siertuin en die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of uit een bedrijfsactiviteit die vergelijkbaar is met een huishouden.

 

Gips en kalk: Bouwafval uit gips en kalk zoals gipsplaten, kalk, gips, bezetsel … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van cement, stenen, asfalt, …

 

Gras- en bladafval: Alle vers gazonmaaisel en bladeren afkomstig van normaal tuinonderhoud, met uitzondering van oud en rot gazonmaaisel en gras vermengd met grond.

 

Groenafval: Organisch composteerbaar afval zoals plantenresten, haagscheersel, snoeihout, bladeren, organisch afval uit parken en plantsoenen, boomstronken, gazon - en wegbermmaaisel en kerstbomen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

Grofvuil: Alle huishoudelijke afvalstoffen en voorwerpen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en die omwille van de omvang, de aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen worden aangeboden, met uitzondering van: papier en karton, textiel, glas, kga (Klein Gevaarlijk Afval), gft (groenten, tuin– en fruitafval) en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, pmd, oude metalen, houtafval, snoeihout en groenafval, afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA), autobanden, steenachtige fracties van bouw - en sloopafval en andere selectief ingezamelde afvalstoffen.

 

Harde plastics: Alle zuivere harde plastics zoals deuren, rolluiken, buizen, dakgoten, tuinmeubelen, bloempotten, plastic kleerhangers, speelgoed, wasmanden, emmers ... ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van plastic flessen en flacons (pmd), verpakkingen van gevaarlijke producten (kga), bouw- en isolatiematerialen, tuinslang, verpakkingen van voedings- waren, plastic blisters en straps, cd’s, dvd’s en videobanden (restafval), ...

 

Herbruikbare goederen: Alle door de normale werking van een particuliere huishouding ontstane afvalstoffen die worden aanvaard door het erkend Kringloopcentrum en geschikt kunnen worden gemaakt voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed, …

 

Hol Glas: Betreft alle flessen en bokalen.

 

Huishoudelijk afval: Alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van de particuliere huishouding en/of afvalstoffen ontstaan door een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

Huisvuil: alle afvalstoffen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding (en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit)1, die in het voorgeschreven recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen geborgen worden, met uitzondering van papier en karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, groente-, fruit- en tuinafval (en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval)1 of groenafval, plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons (pmd) en andere verplicht in te zamelen selectieve afvalstoffen.

 

Keramiek: Alle keramiek ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit zoals wc-potten, lavabo’s, tegels, stenen borden en tassen, porselein, …, met uitzondering van steenafval.

 

Klein Gevaarlijk Afval (KGA): De afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1. van het VLAREMA.

 

Kurk: Alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking, ….

 

Glas: Hol glas en vlak glas ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteiten, ontdaan van dopsels, deksels en sluitingen, met uitzondering van vuurvaste voorwerpen en hittebestendig glas, gewapend glas, kristal, opaal glas, rookglas, autoruiten, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, tl-lampen, stenen, tegels, porselein, aardewerk, beeldbuizen, e.d.

 

Oude Metalen: Alle ferro- en non-ferro metalen voorwerpen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van ferro- en non-ferroverpakkingen, kga en elektrische en elektronische toestellen.

 

Papier en karton: Alle dag-, week-, en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoon- en faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee gelijkgestelde bedrijfsafvalstoffen, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeizakken e.d.

 

Plastic flessen en flacons, Metalen verpakkingen en Drankkartons (PMD): Plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen (inclusief kroonkurken) en drankkartons, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit. De aangeboden plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons mogen geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.

 

Sloophout: Alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.

 

Snoeihout: Alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin (met een diameter van minder dan 10 cm), haagscheersel.

 

Steenafval: Zuivere steenslag, (gewapend) beton, versteende cement, betonnen palen … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vervuilde steenslag (bv. met grond), asfalt, keramiek, gips en kalk, cellenbeton, asbest, …

 

Textiel: Alle niet verontreinigde kleding, huishoudlinnen, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), beddengoed, schoeisel, handtassen en lederwaren ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.

 

Vlak glas: Alle glazen voorwerpen zoals vensterglas ontdaan van inlijstingen, serreglas, niet-gewapend glas, die geen hol glas zijn.

 

Zachte plastics: Alle zuiver zachte plastics zoals zakjes, draagtassen, blisters (zonder aluminiumfolie), (noppen)folies, kuipjes, vlootjes, (yoghurt)potjes, bloempotjes, plantentrays, speelgoed (zonder batterijen of elektronica) en harde plastics kleiner dan een emmer van 10 liter, met uitzondering van plastic flessen en flacons (pmd), klein gevaarlijk afval (siliconentubes, bussen van detergenten, olievaten, verfpotten), piepschuim, (schuim)rubber, zwembandjes, zilverkleurige folies, pvc, touwen en netten.

 

Artikel 2:

Het bedrag van de contantbelasting voor de verkoop van geventileerde keukenafvalbakjes en composteerbare zakken wordt vastgesteld op:

  • 2,50 euro per keukenafvalbakje
  • 3 euro per rol van 50 composteerbare zakjes van 8 liter
  • 3 euro per rol van 10 zakken van 40 liter
  • 5 euro per rol van 10 zakken van 120 liter.

Deze contantbelasting dient contant te worden betaald bij afhaling van de bakjes of zakjes bij de technische dienst van de gemeente.

 

Artikel 3:

De contantbelasting is verschuldigd door de gebruiker op basis van de kostprijs van de specifieke dienstverlening en wordt aangerekend naar gelang de soort en de hoeveelheid of het gewicht van het afval bij de huis-aan-huis inzameling dan wel de inzameling via het recyclagepark van het gewoon huisvuil, gft, pmd, zachte plastics, snoeihout, grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval).

 

Artikel 4:

§ 1. DifTar huis-aan-huis inzameling

De contantbelasting voor de huis-aan-huis inzameling in functie van de fractie en het gewogen gewicht of het volume van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen is hieronder weergegeven. De gewichtsmeting is tot op 0,5 kg nauwkeurig.

 

a) Huisvuil

 

De contantbelasting bestaat uit een bedrag per kg huisvuil vermeerderd met een vergoeding per aanbieding en een gebruiksrecht van de container per maand. De bedragen zijn uitgedrukt in euro.

 

Inzameling en verwerking

 

Particulieren

KMO

per kg gewogen huisvuil

0,25

0,25

per aanbieding 40 liter container

0,50

-

per aanbieding 120 liter container

0,50

0,50

per aanbieding 240 liter container

1

1

per aanbieding 360 liter container (2)

1,50

1,50

per aanbieding 1100 liter container

5

5

voorrijkost per afroep (1)

75

75

 

Gebruiksrecht container per maand

 

Particulieren

KMO

container 40 liter

0,84

-

container 120 liter

0,84

1,84

container 240 liter

1,66

2,47

container 360 liter (2)

1,81

2,64

container 1100 liter

4,58

7,07

aankoop slot (optioneel)

25

25

 

(1) Inwoners die uitzonderlijk een hoeveelheid huisvuil wensen aan te bieden die groter is dan de gebruikte container kunnen tot 3 maal per jaar, mits een aanvraag minimaal 1 werkdag voor de ophaaldag, maximaal 6 zakken (maximaal 60 l) aanbieden naast de container. Wanneer dit ontoereikend is, kan men kiezen voor inzameling op afroep waarbij de voorrijkost wordt aangerekend. In beide gevallen wordt het huisvuil gewogen en aangerekend.

 

(2) De 360 l container kan niet afzonderlijk gehuurd worden. Deze worden alleen in een set van 3 stuks aangeboden als alternatief voor een 1100 l container wanneer de 1100 l container niet geledigd kan worden door het ingezette materieel van EcoWerf.

 

b) Gft-afval

 

De contantbelasting bestaat uit een bedrag per kg huisvuil vermeerderd met een gebruiksrecht van de container per maand.

 

Inzameling en verwerking

 

Particulieren

KMO

per kg gewogen GFT

0,18

0,18

 

Gebruiksrecht container

 

Particulieren

KMO

container 40 liter

0,84

-

container 120 liter

0,84

1,84

container 240 liter

1,66

2,47

container 1100 liter

4,58

7,07

aankoop slot (optioneel)

25

25

 

c) Pmd

 

 

Particulieren

KMO

per zak van 60 liter

0,15

0,15

 

d) Zachte plastic

 

 

Particulieren

KMO

per zak van 60 liter

0,25

0,25

 

e) Grofvuil

 

 

Particulieren

KMO

voorrijkost op afroep

25

25

verwerking per begonnen 0,5 m³

5

5

 

of

 

 

Particulieren

KMO

1-persoonsmatras

5

5

1-persoonsbed

5

5

2-persoonsmatras

10

10

2-persoonsbed

10

10

zetel: 1-zit

5

5

zetel: 2-zit

10

10

zetel: 3-zit

15

15

stoel (2 stuks)

5

5

(tuin)tafel

5

5

 

f) Snoeihout

 

 

Particulieren

KMO

per bussel

2,50

2,50

 

§ 2 DifTar recyclagepark

 

 

Particulieren

KMO

a) Bezoek aan het recyclagepark

- auto, voetganger, fiets

2,50

5

- aanhangwagen

7,50

15

- bestelwagen

20

30

b) Asbestcement, kga, aeea, papier en karton en zachte plastics

Een voertuig dat enkel asbest- cement, kga, aeea en papier en karton en zachte plastics aanvoert, heeft gratis toegang tot het recyclagepark

-

c) Gratis toegangsbeurten per jaar

- 4 toegangsbeurten per aansluitpunt

- Een personen- wagen, fietser of voetganger wordt verrekend als 1 gratis toegangsbeurt.

Een particulier die enkel over een bestelwagen beschikt, kan toelating vragen aan het college om gelijkgesteld te worden met de gebruiker van een wagen.

- Een aanhang- wagen wordt geteld als 3 toegangsbeurten.

-

d) Tarief grote hoeveelheden

Vanaf het 19e bezoek binnen hetzelfde kalenderjaar worden de KMO tarieven van toepassing op de betrokken particulier.

-

e) Grofvuil (extra vergoeding)

 

 

- Per volume 1 perskamer

20

20

of

 

 

- per pakket van begonnen 0,5 m³

5

5

of

 

 

-1-persoonsmatras

5

5

- 1-persoonsbed

5

5

- 2-persoonsmatras

10

10

- 2-persoonsbed

10

10

- zetel: 1-zit

5

5

- zetel: 2-zit

10

10

- zetel: 3-zit

15

15

- stoel (2 stuks)

5

5

- (tuin)tafel

5

5

 

Artikel 5:

Indien het afval wordt aangeboden door een gezin dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon van het gezin en alle meerderjarige leden van het gezin die in de woongelegenheid van de referentiepersoon verblijven.

 

Indien het afval wordt aangeboden door een onderneming of vereniging dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon en de onderneming, zijnde iedere natuurlijke of rechtspersoon die de onderneming uitmaakt of de leden van de vereniging, indien deze geen rechtspersoonlijkheid heeft.

 

Artikel 6:

§ 1. De personen die gebruikmaken van de door de gemeente voorgeschreven containers zijn de contantbelasting betreffende de inzameling en verwerking verschuldigd op het ogenblik dat de kipbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven afval door de ophaalwagen worden geregistreerd.

De contantbelasting betreffende het gebruik van de containers is maandelijks verschuldigd in de helft van de maand.

 

§ 2. Iedere gebruiker van een container dient vooraf een bedrag te storten op de DifTar-rekening en dit in functie van de gebruikte containers.

 

Aantal en type containers

Voorschot (euro)

1 of meerdere containers van 40 en 120 liter

50

Per container van 240 liter

100

Per container van 1100 liter of per set van 3 x 360 l containers

500

 

Bij elke registratie van een kipbeweging en het gewicht van het meegegeven afval, zal de contantbelasting, zoals bepaald in artikel 3, in mindering worden gebracht van het vooraf betaalde bedrag. De contantbelasting voor het meegegeven gewicht zal afgerond worden tot op 2 cijfers na de decimaal.

 

Zodra het beschikbare bedrag lager is dan 10 euro wordt een nieuwe betalingsuitnodiging gestuurd naar de referentiepersoon. De containers worden niet meer geledigd van zodra de vervaldatum van de herinnering is verlopen en het beschikbare bedrag lager is dan 0 euro. Het aanzuiveren van de DifTar-rekening is mogelijk door betaling via overschrijving of door betaling met Bancontact in het recyclagepark.

 

Indien de niet-geledigde containers niet tijdig worden binnengehaald, kunnen ze worden geledigd aan het tarief vastgesteld in het gemeentelijk retributiereglement betreffende de uitvoering van werken ten laste van derden.

 

Bij afmelding (verhuis, overlijden…) wordt de DifTar-rekening gesloten en wordt het nog beschikbare bedrag teruggestort op rekeningnummer van de begunstigde, tenzij de begunstigde nog een openstaande schuld heeft aan de gemeente. Een eindafrekening wordt afgeleverd aan de begunstigde.

 

§3. De personen die gebruikmaken van de door de gemeente voorgeschreven pmd-zakken en zakken voor de inzameling van zachte plastics (roze zak) zijn de contantbelasting verschuldigd bij de aankoop ervan op de door de gemeente vastgestelde plaats(en).

 

§4. Voor personen die gebruikmaken van de gemeentelijke dienstverlening inzake inzameling van grofvuil en snoeihout op afroep en die aangesloten zijn bij DifTar huis-aan-huis wordt de contantbelasting aangerekend via de DifTar-rekening. Personen die niet aangesloten zijn bij DifTar huis-aan-huis krijgen een betalingsuitnodiging met daarop de verschuldigde contantbelasting.

 

§5. Op het recyclagepark is de contantbelasting verschuldigd door de bezoeker (particulier en KMO) die de afvalstoffen aanbiedt en is betaalbaar via de DifTar-rekening of met de betaalkaart.

 

§6. Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering nog niet verlopen is, zal de bezoeker van het recyclagepark hierop attent gemaakt worden en geen mogelijkheid meer hebben om het tarief voor betalende fracties via de DifTar-rekening te betalen. In dit geval zal ook steeds gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld.

 

Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering is verlopen, zal bij de ingang gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld. Indien het saldo niet wordt aangezuiverd zal hij/zij geen toegang krijgen. Men zal ook geen gebruik meer kunnen maken van de inzameling op afroep tot het saldo werd aangezuiverd.

 

Artikel 7:

Voor de vervanging van een verloren, beschadigde en of gestolen toegangskaart wordt een contantbelasting gevraagd van 5 euro. Dit bedrag zal aangerekend worden via de DifTar-rekening.

 

Niet-inwoners of toekomstige inwoners van de gemeente kunnen, voor het aanbrengen van afval afkomstig vanuit de gemeente, een kaart voor het recyclagepark aanvragen bij het gemeentebestuur. De kaarten worden uitgeleend voor een periode van maximum 6 maanden, tegen een waarborg van 100 euro.

 

Verwanten van overleden inwoners kunnen, voor het aanbrengen van afval afkomstig vanuit de gemeente, een kaart voor het containerpark aanvragen bij het gemeentebestuur. De kaarten worden uitgeleend voor een periode van maximum 2 weken tegen een waarborg van 100 euro.

 

Artikel 8:

Bij ontstentenis van betaling wordt de contantbelasting conform artikel 4, § 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen omgezet in een kohierbelasting.

 

Door de opname in een kohier verkrijgt de belasting vanaf dan alle kenmerken van een kohierbelasting, met inbegrip van een betalingstermijn van twee maanden en een bezwaartermijn van drie maanden vanaf de verzending van het aanslagbiljet.

De belasting is persoonsgebonden waardoor de gemeente de mogelijkheid heeft om gebruik te maken van het positief saldo op een ander particulier ASP betreffende dezelfde persoon om het negatief saldo aan te zuiveren, alvorens over te gaan tot inkohiering.

 

Artikel 9:

De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar op afgiftebewijs indienen tegen deze contantbelasting bij het college van burgemeester en schepenen .

 

Het bezwaar moet op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van de contante inning/aanrekening op de DifTar-rekening .

 

Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding gestuurd, binnen vijftien kalenderdagen na indiening ervan.

 

Het bezwaar wordt behandeld volgens de bepalingen van artikel 9, § 4 en 5 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De kennisgeving van de beslissing zal de instantie vermelden waarbij, en de termijn waarbinnen, er tegen de beslissing beroep kan aangetekend worden conform artikel 10 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

 

Een afschrift van de beslissing zal meegedeeld worden aan EcoWerf.

 

Artikel 10:

Deze belasting zal definitief zijn indien geen tijdige dan wel ontvankelijke bezwaren ingediend werden.

 

Artikel 11:

§1 Voor de gezinnen met fiscaal minimum 3 kinderen ten laste (toestand op 1 januari van het dienstjaar) zal de rekening éénmaal per jaar worden gecrediteerd met een bedrag van 18 euro.

 

§2 Voor de inwoner van de gemeente Bertem die deelneemt aan het DifTarsysteem en die onthaalouder is, erkend door Kind&Gezin of die voor zijn persoonlijk welzijn gebruik dient te maken van wegwerp incontinentiemateriaal en/of stomamateriaal, zal de rekening éénmaal per jaar worden gecrediteerd met een bedrag van 18 euro en mits te voldoen aan volgende voorwaarden:

  • Het indienen van een aanvraag waarvan het model wordt opgesteld en ter beschikking gesteld door het college van burgemeester en schepenen en in te dienen uiterlijk op 1 mei van het jaar waarvoor de aanvraag geldt. Voor 2018 wordt de uiterste indieningsdatum voor incontinentiemateriaal en/of stomamateriaal behouden op 1 december en voor onthaalouders op 5 februari.
  • In het geval van incontinentiemateriaal en/of stomamateriaal: attest van de behandelende arts waarbij de noodzakelijkheid van het gebruik van incontinentiemateriaal wordt bevestigd.

 

Artikel 12:

De raadsbesluiten van 17 december 2013 over de goedkeuring van de contantbelasting voor de huis-aan-huisophaling, van 18 november 2014 over de aanpassing belastingsreglement huis-aan-huisinzameling en van 24 mei 2016 over de aanpassing van het belastingreglement recyclagepark worden opgeheven op 1 januari 2018.

 

Artikel 13:

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2018.

 

Artikel 14:

Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

BELASTINGEN. GOEDKEURING AANVULLING MANDAAT INNEN BELASTINGEN RECYCLAGEPARK DOOR ECOWERF.

 

Voorgeschiedenis

         Raadsbesluit van 20 december 2016 over de goedkeuring van het mandaat voor EcoWerf voor het innen van belastingen op het recyclagepark.

         E-mail van EcoWerf van 10 november 2017 waarin wordt gevraagd om EcoWerf machtiging te verlenen om de contantbelasting die door de burger verschuldigd is voor de ophaling en verwerking van betalende afvalfracties, te innen in naam en voor rekening van de gemeente.

         Raadsbesluit van 19 december 2017 over de goedkeuring van het contantbelastingreglement voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval voor de huis-aan-huis inzameling, inzameling op afroep, via sorteerstraten en de inzameling op het recyclagepark.

 

Feiten en context

         Het aanbieden van huisvuil en gft huis-aan-huis geschiedt volgens het DifTar-principe van "de vervuiler betaalt". Het aanbieden van grofvuil en snoeihout huis-aan-huis geschiedt op afroep en de aangeboden hoeveelheid en een eventuele voorrijkost worden aangerekend via een factuur aan de aanbieder. De betaling van de daaraan verbonden contantbelasting gebeurt volgens volgend schema:

º         de inwoner betaalt op een rekening van de gemeente;

º         EcoWerf registreert en rapporteert naar de gemeente;

º         de gemeente betaalt maandelijks een werkingsbijdrage aan EcoWerf.

         De opvolging van wanbetalers is thans de verantwoordelijkheid van de gemeente.

         Het Materialendecreet laat toe dat gemeenten het innen van retributies en belastingen toevertrouwen aan een intergemeentelijk samenwerkingsverband.

         De betaling van de contantbelasting zal na de machtiging gebeuren volgens volgend schema:

º         de inwoner betaalt rechtstreeks aan EcoWerf;

º         EcoWerf factureert de werkingsbijdrage voor haar dienstverlening aan de gemeente maar maakt tegelijk een creditnota over aan de gemeente voor de ontvangen inkomsten;

º         het eventueel saldo zal dan worden overgemaakt hetzij door EcoWerf hetzij door de gemeente.

 

Juridische gronden

         Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

         Raadsbesluit van 25 november 2003 inzake de intergemeentelijke samenwerking - oprichting van een opdrachthoudende vereniging - goedkeuring definitief voorstel overlegorgaan - oprichtingsdossier.
De gemeente heeft beheersoverdracht gedaan aan EcoWerf voor de ophaling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbaar bedrijfsafval.

         Gemeentedecreet van 15 juli 2005.

         Artikel 26 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (Materialendecreet).
De gemeente kan haar intergemeentelijke samenwerkingsverband ertoe machtigen de kosten van het beheer van huishoudelijk afval te innen, ook als ze in de vorm van belastingen en retributies worden verhaald.

         Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (Vlarema).

         Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval van 16 september 2016.

 

Argumentatie

De betalingsprocedure wordt eenvoudiger en efficiënter. EcoWerf centraliseert en draagt zorg voor alles terwijl de gemeente wordt ontlast.

De vereenvoudiging geldt tevens voor de artikelverkoop op het containerpark (compost, roze zakken...), Deze moet dan niet langer aan EcoWerf terugbetaald worden door de gemeente. Voor de containerparken die bezocht worden door inwoners van verschillende gemeenten, moeten de onderlinge verrekeningen niet meer tussen de gemeenten gebeuren, maar gebeurt de verrekening automatisch via EcoWerf.

Vanaf 2018 (na de aanpassing van de nodige software en een eerste pilootproject), zouden de wanbetalingen bovendien door EcoWerf kunnen opgevolgd worden.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Met ingang van 1 januari 2018 wordt EcoWerf gemachtigd de contantbelasting die door de burger verschuldigd is voor het aanbieden van afvalfracties aan huis, te innen in naam en voor rekening van de gemeente.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

ROOILIJNPLANNEN. DEFINITIEVE VASTSTELLING ROOILIJNPLAN WALENPOT.

 

Voorgeschiedenis

  • Collegebesluit van 8 juni 2015 waarbij het bestek, raming, gunningswijze via onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking wordt goedgekeurd voor de opdracht 'Opmaak rooilijnplan Walenpot'.
  • Collegebesluit van 21 september 2015 waarbij de opdracht 'Opmaak rooilijnplan Walenpot' gegund wordt aan Interleuven cvba.
  • Infoavond voor de bewoners op 21 maart 2017.
  • Gemeenteraadsbesluit van 26 september 2017 over de voorlopige vaststelling van het rooilijnplan Walenpot.

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft een openbaar onderzoek gevoerd van 16 oktober 2017 tot en met 14 november 2017. Alle eigenaars van de onroerende goederen die zich bevinden in het ontwerp van rooilijnplan, ontvingen een aangetekende brief van 28 september 2017.
  • Het openbaar onderzoek werd op 2 oktober 2017 aangekondigd in het Belgisch Staatsblad.
  • Uit het proces-verbaal van sluiting van het openbaar onderzoek van 31 oktober 2017 blijkt dat geen enkele klacht of opmerking tijdens het openbaar onderzoek werd ingediend wat betreft het rooilijnplan of individuele grondinnemingsplannen.

 

Juridische gronden

  • Artikel 9, §5 en 10 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen van 8 mei 2009.

De gemeenteraad stelt binnen zestig dagen na het einde van het openbaar onderzoek het gemeentelijk rooilijnplan definitief vast.
Het besluit over de definitieve vaststelling van het gemeentelijk rooilijnplan wordt bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd binnen zestig dagen na de definitieve vaststelling. Het gemeentelijk rooilijnplan treedt in werking veertien dagen na de bekendmaking.

 

Argumentatie

In de Walenpot zal riolering worden aangelegd (Aquafin en Infrax) en de wegenis zal worden vernieuwd. Gezien de Walenpot volledig op privé-eigendom van de aangelanden ligt, dient de weg eerst ingenomen te worden. De aangelanden doen gratis grondafstand in ruil voor een uitgeruste weg. Hiervoor heeft Interleuven een rooilijnplan en individuele grondinnemingsplannen opgemaakt.

 

Tijdens het openbaar onderzoek werd geen enkele klacht of opmerking ingediend voor het ontwerp van rooilijnplan of de individuele grondinnemingsplannen.

 

De regelgeving van het rooilijndecreet vereist nu dat het rooilijnplan definitief wordt vastgesteld.

 

 

Bijlagen

  • Rooilijnplan en individuele grondinnemingsplannen

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het bijgevoegde rooilijnplan 'Bertem Walenpot' (plan 1 en plan 2) en de bijgevoegde individuele grondinnemingsplannen worden definitief vastgesteld.

 

Artikel 2:

Dit besluit over de definitieve vaststelling van het rooilijnplan wordt bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd binnen zestig dagen na de definitieve vaststelling. Het gemeentelijk rooilijnplan treedt in werking veertien dagen na de bekendmaking.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

STRAATNAMEN. PRINCIPIËLE BESLISSING TOT HET VASTSTELLEN VAN EEN NAAM VOOR HET DORPSPLEIN IN LEEFDAAL.

 

Feiten en context

  • Het plein in Leefdaal op perceel 3de afdeling sectie F nr 177L is eigendom van de gemeente.
  • Dit plein heeft een openbaar karakter en zal bij de heraanleg van centrum Leefdaal ook volledig worden heraangelegd.
  • De eigenaars van de bouwgronden rond het plein hebben de intentie om een woonproject met meergezinswoningen en commerciële ruimten te realiseren rond het plein.
  • Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om het plein de naam "Dorpsplein" te geven.

 

Juridische gronden

  • Decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van openbare wegen en pleinen.
    Dit decreet bepaalt de bevoegdheden, voorwaarden en procedures voor de naamgeving van openbare wegen en pleinen.

 

Argumentatie

Bij een projectontwikkeling rond het dorpsplein wordt best een nieuwe straatnaam gegeven. De naam "Dorpsplein" is algemeen gekend en wordt ook gebruikt door de bevolking. Deze naam wordt traditioneel gegeven als benoeming van een plein in het centrum van een dorp. Het plein ligt effectief in het centrum van het dorp: tegenover de kerk, vlakbij het oude gemeentehuis en midden in een cluster van handelszaken.

 

De naam "Dorpsplein" is dan ook een logische keuze om te geven aan het plein in het centrum van Leefdaal.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De gemeenteraad besluit principieel tot vaststelling van de straatnaam "Dorpsplein" voor het plein in het centrum van Leefdaal, aan het kruispunt Dorpstraat - Neerijse steenweg.

 

Artikel 2:

Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het instellen van het openbaar onderzoek en het voeren van de procedure overeenkomstig het decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van openbare wegen en pleinen.

 

Artikel 3:

De raad verzoekt het college van burgemeester en schepenen om advies te vragen aan de gemeentelijke cultuurraad.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

BELASTINGEN. GEMEENTELIJKE OPCENTIEMEN ONROERENDE VOORHEFFING AANSLAGJAAR 2018.

 

Voorgeschiedenis

         Raadsbesluit van 17 december 2013 over de vaststelling van de opcentiemen op de onroerende voorheffing aanslagjaren 2014-2018.

 

Feiten en context

         Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en de gewijzigde financiering van de provincies wijzigt, door een inkrimping van het takenpakket van de provincies, ook de financiering van het Gewest, de provincies en de gemeenten.

         Om de overheveling van persoonsgebonden taken, bevoegdheden en instellingen naar het Vlaamse en gemeentelijke bestuursniveau te kunnen financieren, voorziet het decreet in een gedeeltelijke integratie van de provinciale opcentiemen onroerende voorheffing in de Vlaamse basisheffing. Vandaar dat de Vlaamse basisheffing vanaf het aanslagjaar 2018 stijgt van 2,5% naar 3,97% voor het basistarief en van 1,6% naar 2,54% voor het sociaal tarief (een verhoging met factor 1,588).

         Aangezien de gemeentelijke opcentiemen geheven worden op de Vlaamse basisheffing, heeft een verhoging van de basisheffing in gelijke mate ook een impact op de opbrengst van de gemeentelijke opcentiemen. Artikel 31 van het bovenvermelde decreet van 18 november 2016 legt de gemeenten daarom op om hun opcentiemen aan de gewijzigde situatie aan te passen.

 

Juridische gronden

         Artikel 170, §4 van de grondwet
Geen last of belasting kan door de agglomeratie, de federatie van gemeenten en de gemeente worden ingevoerd dan door een beslissing van hun raad.

         Artikel 464-1° van het wetboek van de inkomstenbelasting van 10 april 1992
De gemeenten zijn gemachtigd om opcentiemen te heffen op de onroerende voorheffing.

         Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

         Artikel 42 van het gemeentedecreet
De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Onverminderd de federale wetgeving over de bevoegdheid van de gemeenteraad tot vaststelling van politieverordeningen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies en op het inwendig bestuur van de gemeente.

         Artikel 43, §2, 15° van het gemeentedecreet
De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de gemeentebelastingen en het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen

         Het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit.

         Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies.

 

Argumentatie

De Vlaamse basisheffing onroerende voorheffing neemt vanaf 2018 toe met een factor 1,588. Om de gemeentelijke fiscale druk inzake onroerende voorheffing op hetzelfde niveau te houden als voor het aanslagjaar 2017, moet de gemeente haar opcentiemen ten opzichte van het aanslagjaar 2017 bijgevolg delen door 1,588. Deze aanpassing komt neer op een tarief van 661 opcentiemen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Voor het aanslagjaar 2018 worden ten bate van de gemeente 661 opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing.

 

Artikel 2:

De vestiging en de inning van de gemeentebelasting gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

BUDGET. GOEDKEURING BUDGET 2018 EN AANPASSING MEERJARENPLAN 2014-2019.

 

Voorgeschiedenis

         Raadsbesluit van 20 december 2016 over de goedkeuring van het budget 2017 en de aanpassing van het meerjarenplan 2014-2019.

         Raadsbesluit van 29 augustus 2017 over de goedkeuring van de eerste budgetwijziging voor het boekjaar 2017.

         Raadsbesluit van 28 november 2017 over de goedkeuring van de tweede budgetwijziging voor het boekjaar 2017.

 

Juridische gronden

         Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, meer bepaald de artikelen 43, §2, 3°, 87, §4, 93, 148, 149 en 150.

         Het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

         Het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

         Het ministerieel besluit van 9 juli 2013 over de digitale rapportering van gegevens van de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

         De omzendbrief BB 2017/3 van 14 juli 2017 betreffende de aanpassing van de meerjarenplannen 2014-2019 en de budgetten 2018.

 

Adviezen

         Het managementteam bracht een gunstig advies uit in zitting van 24 oktober 2017.

 

 

Bijlagen

         Budget 2018

         Aangepast meerjarenplan

 

Besluit

 

15 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Tom Philips, Jan Buysse, Leonard Vranckx, Kristien Van Essche, Yvette Laes, Herman Ginis, Roos De Backer, Sonia Stiasteny, Jan De Keyzer, Wouter Fock, Diane Vander Elst en Albert Mees

4 onthoudingen: Ludo Croonenberghs, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez en Marc De Vlieger

 

Artikel 1:

De raad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2014-2019 en het budget voor het boekjaar 2018 goed. Het aangepaste meerjarenplan loopt tot en met 2020 en eindigt in 2020 met een batig resultaat op kasbasis van € 94 602 en een positieve autofinancieringsmarge van € 628 629.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

ONTWIKKELINGSSAMENWERKING. WIJZIGING SUBSIDIEREGLEMENT.

 

Voorgeschiedenis

  • Gemeenteraadsbesluit van 17 november 2015 over de wijziging van het subsidiereglement voor ontwikkelingssamenwerking.
  • Collegebesluit van 27 november 2017 over de toekenning van de subsidies voor ontwikkelingssamenwerking

 

Feiten en context

  • Het gemeentebestuur ontvangt jaarlijks een aantal aanvragen voor subsidie in het kader van ontwikkelingssamenwerking.
  • Het subsidiereglement werd voor de eerste keer gewijzigd in 2015.
  • Uit een evaluatie van het reglement door de aangestelde deskundigen blijkt dat er enkele aanpassingen moeten worden doorgevoerd.

 

Juridische gronden

  • Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen
    Ieder trekker van een gemeentelijke toelage moet deze gebruiken voor het doel waarvoor zij is toegekend en moet het gebruik ervan rechtvaardigen. Elke beslissing tot verlening van een toelage moet bepalen: de aard, de omvang en de aanwendingsvoorwaarden van de toelage, welke verantwoording van de toelagetrekker wordt geëist en de termijn waarbinnen die verantwoording dient te worden overgelegd.
    Ieder verstrekker heeft het recht om ter plaatse de aanwending van de verleende toelage te doen controleren.
  • Artikel 42, §3 en artikel 43, §2, 2° van het gemeentedecreet van 15 juli 2005
    De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. De bevoegdheid kan niet worden gedelegeerd aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Financiële gevolgen

 

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

1419/001/001/001/001

64900000/0160

€ 3000

€ 3000

€ 3000

 

Besluit

eenparig

 

HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1:

De gemeente voorziet jaarlijks in het budget kredieten voor ontwikkelingssamenwerking en humanitaire acties.

Het krediet voor ontwikkelingssamenwerking en humanitaire acties wordt aangewend voor drie soorten uitgaven:

  •                   Zuidwerking: vaste subsidie en projecten: 2/3 van het totaalbudget
  •                   Noordwerking: educatie en sensibilisatie: 1/6 van het totaalbudget
  •                   Humanitaire acties: 1/6 van het totaalbudget.

 

HOOFDSTUK 2: ZUIDWERKING

Artikel 2: Algemeen

De gemeente subsidieert projecten die plaatsvinden in een officieel ontwikkelingsland vermeld op de meest recente OESO-DAC-lijst van de Verenigde Naties.

 

Artikel 3: Verdeelsleutel

2/3 van de middelen voor ontwikkelingssamenwerking worden voorbehouden voor de Zuidwerking.

1/4 hiervan wordt voorbehouden als vaste subsidie voor de Vlaamse koepel van noordzuid-bewegingen. Dit geld wordt desgevallend overgemaakt via een erkende Bertemse afdeling.

3/4 hiervan wordt als projectsubsidie uitgekeerd aan Bertemse organisaties of vrijwilligers.

 

Onder Bertemse organisaties wordt verstaan: organisaties met zetel of vrijwilligerswerking op Bertems grondgebied.

Onder Bertemse vrijwilligers wordt verstaan: personen met woonplaats in Bertem sinds 2 jaren of personen die voorheen minimaal 5 jaren in Bertem gewoond hebben.

 

Artikel 4: Aanvraagprocedure

Bertemse organisaties of vrijwilligers dienen jaarlijks voor 1 juni hun projectaanvragen in.

 

De projectaanvraag gebeurt via het aanvraagformulier op de gemeentelijke website en bevat minimaal volgende informatie:

  • Organisatie/vrijwilliger
  • Lokale verantwoordelijke en contactpersoon (adres in Bertem)
  • Doelstelling en omschrijving van het project waarbinnen de subsidie wordt aangevraagd
  • Achtergrond en voorgeschiedenis van het project
  • Geplande besteding van het budget
  • Bijkomende fundraising die voor het project werd gerealiseerd & herkomst ervan
  • Plaatselijke werking en sensibilisering rond het project in Bertem (gepland of uitgevoerd) (verplicht).
  • Het rekeningnummer waarop de subsidie gestort kan worden

De beoordeling van de projecten gebeurt door twee onafhankelijke experten aangeduid door het college van burgemeester en schepenen.

Alleen ingediende projecten die voldoen aan de basisvoorwaarden (volledig en correct ingevulde aanvraag; plaatselijke werking en sensibilisering; Bertemse organisaties of vrijwilligers; ontvangen evaluatierapporten) hebben recht op de basissubsidie. Op basis van het advies van de experten wordt aan een aantal projecten een verhoogde projectsubsidie gegeven.

 

Het basisbedrag voor ondersteuning bedraagt 75 euro, het maximumbedrag voor projectsubsidie 1500 euro.

 

Criteria van beoordeling zijn:

  • De aanvraag wordt ingediend conform de aanvraagprocedure vermeld in dit artikel
  • Het project is gericht op een kansarme bevolkingsgroep
  • Het project is gericht op de basisbehoeften van de bevolking: water- en voedselvoorziening, gezondheidszorg, een duurzame leefomgeving en onderwijs
  • Het project draagt bij tot meer onafhankelijkheid, emancipatie en zelforganisatie van de doelgroep op sociaal-economisch vlak
  • Het project stimuleert een persoonlijk en collectief bewustzijn dat leidt tot een ingrijpen in de eigen situatie en dat gericht is op het tegengaan van onderdrukkende structuren en toestanden
  • De volledige participatie (medewerking en/of medezeggenschap en/of financiële bijdrage) van de doelgroep is gegarandeerd
  • Er zijn garanties op de continuïteit van de projectvoering en op het feit dat het initiatief na het beëindigen van de financiële steun op een zelfstandige manier kan verderwerken
  • Het project is gericht op de overname, technisch en organisatorisch, door de plaatselijke bevolking en het overbodig maken van buitenlandse begeleiding
  • Het project beoogt een duurzame ontwikkeling en wordt op duurzame wijze georganiseerd: met respect voor het milieu, met respect voor de culturele eigenheid van de doelgroep en met respect voor de mensenrechten
  • Het vernieuwende karakter van het project (ook binnen de Bertemse context)
  • De uitvoering van lokale, Bertemse sensibilisering en acties rond het project.
  • Reeds ontvangen steun in de voorgaande jaren en de rapportering hierrond.

 

Artikel 5: Verplichtingen van de aanvrager

De aanvrager verbindt zich ertoe om het volgende jaar voor 1 mei een gedetailleerd verslag te bezorgen aan het college van burgemeester en schepenen en dit via het daarvoor voorziene evaluatieformulier op de website. Dit gebeurt op initiatief van de projectverantwoordelijke. Deze evaluatie wordt eveneens voorgelegd aan de deskundigen. Zij zullen op hun beurt controleren of de aanwending van de toelage al dan niet goed besteed werd. Deze evaluatie zal invloed hebben op eventueel latere aanvragen tot de projectsubsidie.

Na het ontvangen van het evaluatieverslag zal de Bertemse bevolking geïnformeerd worden over het project via het gemeentelijk informatieblad en/of website.

Zonder rechtvaardiging met bewijsstukken van eerder ontvangen subsidies kan een individu of organisatie niet langer een beroep doen op nieuwe subsidies via dit reglement.

Een administratief niet-correcte afwikkeling kan leiden tot de uitsluiting voor volgende aanvragen.

 

HOOFDSTUK 3: NOORDWERKING

Artikel 6: Algemeen

De gemeente subsidieert Bertemse organisaties, instellingen en individuen die educatieve en sensibiliserende activiteiten rond ontwikkelingssamenwerking organiseren in Bertem.

Max. 1/6 van het voorziene budget kan hiervoor worden aangewend.

 

Artikel 7: Aanvraagprocedure

Bertemse organisaties, instellingen of vrijwilligers dienen jaarlijks voor 1 juni hun projectaanvragen in.

De projectaanvraag gebeurt via het aanvraagformulier op de gemeentelijke website en bevat minimaal volgende informatie:

 

  • Organisatie/vrijwilliger
  • Lokale verantwoordelijke en contactpersoon (adres in Bertem)
  • Doelstelling en omschrijving van de actie waarbinnen de subsidie wordt aangevraagd
  • Achtergrond en voorgeschiedenis van het project
  • Geplande besteding van het budget
  • Bijkomende fundraising die voor de actie werd gerealiseerd & herkomst ervan
  • Link met zuidwerking.
  • Het rekeningnummer waarop de subsidie gestort kan worden

 

De beoordeling van de projecten gebeurt door twee onafhankelijke experten aangeduid door het college van burgemeester en schepenen.

 

Op basis van hun beoordeling verdeelt het college het beschikbare budget over de ingediende projecten.

 

Criteria van beoordeling zijn:

  • De aanvraag wordt ingediend conform de aanvraagprocedure vermeld in dit artikel
  • De aangetoonde link met een project of problematiek in het Zuiden en de hierboven vermelde beoordelingscriteria
  • Het beoogde bereik van de actie binnen de gemeente
  • De mate van betrokkenheid van doelgroepen zoals scholen en jongeren
  • De efficiëntie van de ingezette middelen.

 

Artikel 8: Verplichtingen van de aanvrager

De aanvrager verbindt zich ertoe om het volgende jaar voor 1 mei een gedetailleerd verslag te bezorgen aan het college van burgemeester en schepenen en dit via het daarvoor voorziene evaluatieformulier op de website. Dit gebeurt op initiatief van de projectverantwoordelijke. Deze evaluatie wordt eveneens voorgelegd aan de deskundigen. Zij zullen op hun beurt controleren of de aanwending van de toelage al dan niet goed besteed werd. Deze evaluatie zal invloed hebben op eventueel latere aanvragen tot de projectsubsidie.

Na het ontvangen van het evaluatieverslag zal de Bertemse bevolking geïnformeerd worden over het project via het gemeentelijk informatieblad en/of website.

Zonder rechtvaardiging met bewijsstukken van eerder ontvangen subsidies, kan een individu of organisatie niet langer een beroep doen op nieuwe subsidies via dit reglement.

Een administratief niet-correcte afwikkeling kan leiden tot de uitsluiting voor volgende aanvragen.

 

HOOFDSTUK 4: HUMANITAIRE ACTIES

Artikel 9: Noodhulpfonds

De gemeente richt een noodhulpfonds op voor aanwending in het kader van internationale acties bij grootschalige humanitaire rampen. Jaarlijks wordt minimaal 1/6 van het budget hierin gestort, desgevallend aangevuld met niet-opgenomen projectmiddelen.

De gemeenteraad kan beslissen tot aanwending van de middelen in het noodhulpfonds, o.a. ter versterking van lokale acties in dit kader.

 

HOOFDSTUK 5: OPHEFFING EN INWERKINGTREDING

Artikel 10: opheffing

Het subsidiereglement ontwikkelingssamenwerking, goedgekeurd door de gemeenteraad op 17 november 2015, wordt opgeheven op 1 januari 2018.

 

Artikel 11: Inwerkingtreding

Dit subsidiereglement treedt in werking op 1 januari 2018.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

PATRIMONIUM. AANPASSING VOORWAARDEN VERKOOP WONING EGENHOVENSTRAAT 3.

 

Voorgeschiedenis

  • Bestelbonnr. 2017/00048, goedgekeurd door het college op 16 januari 2017, waarbij landmeterburo Jan Bogaerts wordt aangesteld om o.a. het schattingsverslag te maken voor de woning Egenhovenstraat 3.
  • Het schattingsverslag van 5 april 2017, opgesteld door landmeter-expert Jan Bogaerts, met het oog op de verkoop van de woning Egenhovenstraat 3.
  • Collegebesluit van 15 mei 2017 over de beëindiging van de terbeschikkingstelling van de woning Egenhovenstraat 3 aan Puuur.
  • Collegebesluit van 29 mei 2017 over de aanstelling van notaris Vangoetsenhoven voor de verkoop van de woning Egenhovenstraat 3.
  • Raadsbesluit van 27 juni 2017 over de goedkeuring van de verkoopvoorwaarden voor de woning Egenhovenstraat 3.
  • Schriftelijk verzoek van Albert Mees, voorzitter van de gemeenteraad, van 13 december 2017 om dit agendapunt toe te voegen aan de agenda van de gemeenteraadszitting.

 

Feiten en context

  • Het strategisch meerjarenplan voorziet om de woning Egenhovenstraat 3 te verkopen:
    • Woonhuis, 1ste afdeling, sectie C, nummer 410D.
    • Het perceel is gelegen in woongebied.
    • Het perceel heeft volgens het kadaster een grootte van 1a 91ca.
    • Het recht van voorkoop is van toepassing.

 

Juridische gronden

  • Artikel 22 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005
    Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de gemeentesecretaris, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.
  • Artikel 43, §2, 12° van het gemeentedecreet
    De gemeenteraad is bevoegd voor het stellen van daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen. Deze bevoegdheid kan niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd.
  • Omzendbrief van 12 februari 2010 betreffende de vervreemding van onroerende goederen door de provincies, gemeenten, OCMW's en besturen van de erkende erediensten.
    Deze omzendbrief bepaalt o.a. welke procedure moet worden gevolgd voor de verkoop van gemeentelijke eigendommen. Het vervreemden van onroerende goederen moet in de regel gebeuren via een openbare procedure. De minimale verkoopprijs is het bedrag van een recent schattingsverslag. Daar kan alleen maar van afgeweken worden om redenen van algemeen belang en mits goede motivering.

 

Argumentatie

De laatste gebruiker van de woning Egenhovenstraat 3, Puuur cvba, heeft de woning verlaten sinds 1 juni 2017. De gemeente heeft de woning Egenhovenstraat 3 niet nodig voor de realisatie van eigen projecten of doelstellingen. Door de verkoop van het perceel wordt aan kandidaat-kopers de kans geboden om in onze gemeente een eigen woning te betrekken.

 

De eerste zitdag van de openbare verkoop heeft weinig geïnteresseerden en een bod van slechts 100 000 euro opgeleverd. De eigendom werd ingehouden. Op de tweede zitdag werd geen hoger bod uitgebracht.

 

Door de prijs vast te leggen op 130% van de hoogste bieding en door het pand te verkopen middels een onderhandse verkoop, wordt gehoopt meer interesse op te wekken bij kandidaat-kopers op de woningmarkt.

 

De verkoop van de gebouwen en percelen kadert in het meerjarenplan van het gemeentebestuur en in de rationalisatie van eigendommen zonder rechtstreeks nut voor het gemeentebestuur, met het oog op de herinvestering van de verkoopsopbrengsten in nieuwe investeringsprojecten.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Geraamde inkomsten

22000020/0200

1419/001/001/001/001

€ 2 850 000 (2018)

€ 130 000

 

Besluit

 

15 stemmen voor: Joël Vander Elst, Marc Morris, Greet Goossens, Tom Philips, Jan Buysse, Leonard Vranckx, Kristien Van Essche, Yvette Laes, Herman Ginis, Roos De Backer, Sonia Stiasteny, Jan De Keyzer, Wouter Fock, Diane Vander Elst en Albert Mees

4 onthoudingen: Ludo Croonenberghs, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez en Marc De Vlieger

 

Artikel 1:

Het perceel gelegen aan de Egenhovenstraat 3 te Bertem, kadastraal gekend als 1ste afdeling, sectie C, nummer 410D, met een oppervlakte van 1a 91ca, eigendom van de gemeente, wordt verkocht via onderhandse verkoop.

 

Artikel 2:

De raad stelt de minimum verkoopprijs voor het perceel Egenhovenstraat 3 te Bertem vast op 130 000 euro.

 

Artikel 3:

De verkoop van het perceel moet gebeuren volgens de volgende voorwaarden:

  • het perceel wordt verkocht in de staat zoals het is;
  • de verkoopprijs mag niet lager zijn dan de prijs vastgesteld in artikel 2;
  • de minimale verkoopprijs wordt bekendgemaakt aan het publiek;
  • alle kosten (erelonen notaris, bezoekdagen, registratie- en zegelrechten, bodemattesten, schattingsverslag en opmetingsplan...) verbonden aan deze verkoop zijn ten laste van de koper.

 

Artikel 4:

Het college wordt gemachtigd om de onderhandelingen met kandidaat-kopers te voeren met het oog op de goedkeuring van de notariële akte door de gemeenteraad.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

PATRIMONIUM. GOEDKEURING AKTE VERKOOP GROND BERTEMSE HEIDEWEG.

 

Voorgeschiedenis

  • Op 22 augustus 2016 vond een overleg plaats met Rudi Swings, Eddy Macquoy (conservator Koeheide), Eric Malfait (Natuurpunt Bertem), de dienst openbare werken en de gemeentesecretaris.
  • Collegebespreking van 14 november 2016 over de procedure voor de verkoop van een perceel met bunker langs de Bertemse Heideweg.
  • Rudi Swings heeft zich op 18 november 2016 schriftelijk akkoord verklaard met de gestelde voorwaarden en de beschreven procedure, opgenomen in de collegenotulen van 14 november 2016.
  • Plan van deling opgemaakt op 15 februari 2017 door landmeter Johan Artois van Geoscoop.
  • Schattingsverslagen (dossier 9358) van landmeter-expert Johan Artois opgemaakt op 22 maart 2017.
  • Raadsbesluit van 28 maart 2017 over de principiële goedkeuring van de verkoop van gemeentelijke gronden.
  • Bespreking op 4 december 2017 door het college van de melding verdeling door notaris Stefan Vangoetsenhoven voor de percelen gelegen in 3060 Bertem, Bertemse Heideweg, sectie a nr 409b en gedeelte openbaar domein.
  • Schriftelijk verzoek van Albert Mees, voorzitter van de gemeenteraad, van 13 december 2017 om dit agendapunt toe te voegen aan de agenda van de gemeenteraadszitting.

 

Feiten en context

  • Rudi Swings, Bertemse Heideweg 6, 3060 Bertem, heeft aan de gemeente gevraagd of zij bereid is om:
    • een deel van haar perceel langs de Bertemse Heideweg, kadastraal gekend als sectie A perceelnr. 409B, met daarop een oude communicatiebunker, te verkopen;
    • de berm ter hoogte van het bovenvermelde deel van het perceel te verkopen.
  • Rudi Swings is eigenaar van het perceel sectie A perceelnr 488E (t.h.v. Bertemse Heideweg 6). Ten noorden van dit perceel ligt het perceel kadastraal gekend als sectie A nr. A409B dat tot het privaat patrimonium van de gemeente Bertem behoort.
  • Ten westen van het perceel sectie A perceelnr 488E, eigendom van Rudi Swings en Christine Geysens, maakt de Bertemse Heideweg een bocht naar links en bevindt zich de meest zuidelijke uitstulping van het perceel van de gemeente.
  • Door het doortrekken van de noordelijke grens van het perceel sectie A perceelnr 488E tot aan de Bertemse Heideweg ontstaat een nieuw driehoekig perceel dat - in combinatie met het perceel van de heer en mevrouw Swings-Geysens - de kadastrale situatie zou geweest zijn vóór de bouw van de bunker.
  • Volgens het plan van deling van landmeter Johan Artois is het af te splitsen deel van het perceel van de gemeente 93 ca groot.
  • Het perceel van de gemeente met kadastrale gegevens sectie A perceelnr. 409B wordt sinds 1 mei 2002 verhuurd aan Natuurpunt in het kader van het beheer van het natuurreservaat. De grond die de heer en mevrouw Swings-Geysens zouden willen kopen, kan niet afgesplitst en verkocht worden zonder akkoord van Natuurpunt. De overeenkomst bepaalt dat bij gehele of gedeeltelijke verkoop van het verhuurde perceel, de gemeente het perceel eerst aanbiedt aan Natuurpunt.
  • Natuurpunt heeft mondeling aan de gemeente meegedeeld dat zij geen bezwaar hebben tegen de afsplitsing en verkoop van het deel van het perceel dat zij huren van de gemeente. Zij verklaren ook dat Natuurpunt in voorkomend geval geen beroep zou doen op zijn recht van voorkoop, noch op basis van de wetgeving over de verwerving van natuurgebied, noch op basis van de pachtwetgeving, noch op basis van de overeenkomst tussen gemeente en Natuurpunt.
  • De venale waarde van Lot 1, kadastraal gekend als sectie A perceelnr. A409B/deel zoals aangeduid op het bijgevoegde plan van deling met referentienummer 24009/10151 en met een oppervlakte van 93 ca, wordt geschat op 465 euro.

 

Juridische gronden

  • Artikel 22 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005
    Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de gemeentesecretaris, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.
  • Artikel 43, §2, 12° van het gemeentedecreet
    De gemeenteraad is bevoegd voor het stellen van daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen. Deze bevoegdheid kan niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd.
  • Omzendbrief van 12 februari 2010 betreffende de vervreemding van onroerende goederen door de provincies, gemeenten, OCMW's en besturen van de erkende erediensten.
    Deze omzendbrief bepaalt o.a. welke procedure moet worden gevolgd voor de verkoop van gemeentelijke eigendommen. Het vervreemden van onroerende goederen moet in de regel gebeuren via een openbare procedure. De minimale verkoopprijs is het bedrag van een recent schattingsverslag. Daar kan alleen maar van afgeweken worden om redenen van algemeen belang en mits goede motivering.

 

Argumentatie

De onderhandse verkoop van de loten aan de heer en mevrouw Swings-Geysens wordt als volgt gemotiveerd:

  • Door de samenvoeging van het lot 1 sectie A nr. A409B/deel met het perceel van de kandidaat-kopers kunnen de bunker en zijn onmiddellijke omgeving beter en eenvoudiger beheerd en onderhouden worden zonder kosten voor de gemeente.
  • De kandidaat-kopers wensen van de bunker een ontmoetingspunt te maken voor de buurtbewoners. De verkoop van het lot 1 sectie A nr. A409B/deel moet een privaat initiatief met een maatschappelijk relevante, sociale doelstelling voor de buurtbewoners mogelijk maken.
  • Er is maar één private eigenaar van gronden die grenzen aan het af te splitsen lot van het perceel van de gemeente: de heer en mevrouw Swings-Geysens. De andere gronden die grenzen aan het af te splitsen lot behoren tot het privaat domein van de gemeente Bertem of tot het openbaar domein van de gemeente Bertem.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Geraamde inkomsten

22000020/0200

1419/001/001/001/001

€ 2 850 000 (2018)

€ 465

 

 

Bijlagen

  • Ontwerp akte

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De gemeenteraad gaat akkoord met de verkoop van lot 1, kadastraal gekend als sectie A perceelnr. A409B/deel zoals aangeduid op het bijgevoegde plan van deling met referentienummer 24009/10151 en met een oppervlakte van 93 ca, onder de opschortende voorwaarde van het schriftelijk akkoord van Natuurpunt.

 

Artikel 2:

Het perceel vermeld in artikel 1 zal onderhands worden verkocht aan de heer en mevrouw Swings-Geysens, Bertemse Heideweg 6, 3060 Bertem.

 

Artikel 3:

Alle kosten die rechtstreeks en onrechtstreeks betrekking hebben op de verkoop van het afgesplitste perceel vallen ten laste van de koper.

 

Artikel 4:

De gemeenteraad keurt de bijgevoegde notariële akte goed.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2017

 

VRAGENKWARTIERTJE.

 

Bespreking

 

  • Raadslid Kristien Van Essche heeft vernomen dat er in de gemeenteschool van Bertem een plant met giftige besjes zou staan. Vorig jaar zou dat reeds gemeld zijn aan de diensten.
  • Schepen Greet Goossens antwoordt dat aan de diensten is gevraagd om de planten te verwijderen.

 

  • Raadslid Kristien Van Essche vraagt waarom de bloembakken in de Bosstraat verwijderd zijn.
  • Burgemeester Joël Vander Elst legt uit dat de bloembakken tijdelijk zijn weggezet op vraag van de politie en van de dienst openbare werken. Dit is gebeurd omwille van de gladheid en het gevaar bij sneeuwval. Het is moeilijk om te strooien en te vegen langs de bloembakken, waardoor sommige stukken glad blijven. De bloembakken zullen na de winter worden teruggeplaatst.
  • Schepen Marc Morris vult aan dat de bloembakken ook in de Mezenstraat zijn verwijderd.

 

  • Raadslid Ludo Croonenberghs vraagt hoever het staat met de verkoop van de villa Louisa.
  • Burgemeester Joël Vander Elst licht toe dat er kandidaturen zijn opgevraagd. Eén kandidaat heeft te elfder ure gevraagd of er nog onderhandelingsmarge is over de prijs. De man heeft nog bedenktijd gevraagd tot 15 januari. Hij zou dan een afspraak vragen voor een gesprek. Het college wacht dat gesprek af.
  • Raadslid Ludo Croonenberghs vraagt of je dat dan kan laten doorgaan als er maar één kandidaat is.
  • Burgemeester Joël Vander Elst stelt dat, als de interesse er niet is, men dit alleen maar kan vaststellen. Hij zou ook liever 3 biedingen gehad hebben.
  • Raadslid Ludo Croonenberghs antwoordt dat het bestuur zelf de voorwaarden heeft beperkt voor de verkoop. Hij heeft het gevoel dat dit niet zuiver op de graat is zoals een openbare verkoop. Hij vraagt wat er gebeurt als het bod niet interessant is.
  • Burgemeester Joël Vander Elst acht dat niet uitgesloten. Hij stelt dat geprobeerd is of er via de gevolgde weg meer interesse zou zijn. Intussen is de grote tuin parking geworden.
  • Raadslid Ludo Croonenberghs antwoordt daarop dat het de keuze van het college is geweest om het perceel te verdelen.
  • De burgemeester zegt dat hij achter die keuze blijft staan en dat hij daar fier over is.
  • Schepen Marc Morris komt tussen en stelt de parking er gekomen is omdat er bij buurtbewoners vrees was dat bezoekers van de Vlieg-In zouden parkeren in de Vlieguit.
  • Raadslid Joris Fonteyn stelt dat er een hele verantwoordingsnota bij de kandidatuur moest zitten. Hij vraagt of dat dan niet gebeurd is bij die kandidatuur.
  • Burgemeester Joël Vander Elst antwoordt dat de kandidatuur inderdaad bijzonder mager was, het is maar een e-mail zonder verantwoordingsnota. Hij vindt het wel de moeite om met de kandidaat te praten. Sowieso zal hij met het dossier terug naar de raad komen, liefst in januari.

 

  • Raadslid Karin Baudemprez vraagt waarom de wegversmalling in Leefdaal richting Vossem is verlegd.
  • Burgemeester Joël Vander Elst antwoordt dat die is verplaatst op vraag van de bewoners en na advies van de verkeersdeskundige van de politie. Op het stuk tussen Vossem en Leefdaal worden grote snelheden gehaald. Aan de politie is gevraagd om dit nader te bekijken. Hij kondigt aan daarop terug te komen mocht blijken dat er aanpassingen nodig zijn.

 

 

 

Publicatiedatum: 20/02/2019