Zitting van 17 december 2013
ZITTINGEN GR. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.
Juridische gronden
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De raad keurt de notulen van de zitting van 19 november 2013 goed.
Zitting van 17 december 2013
GEMEENTERAADSLEDEN. KENNISNAME VERHINDERING RAADSLID GRIET VERHENNEMAN.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Artikel 1:
De raad neemt kennis van de verhindering wegens ouderschapsverlof van raadslid Griet Verhenneman (sp.a) vanaf 16 december 2013. Roger De Muylder wordt als tweede opvolger van de lijst sp.a uitgenodigd om het mandaat van gemeenteraadslid tijdelijk op te nemen.
Zitting van 17 december 2013
GEMEENTERAADSLEDEN. ONDERZOEK GELOOFSBRIEVEN ROGER DE MUYLDER.
Voorgeschiedenis
Juridische gronden
Argumentatie
De geloofsbrieven omvatten de schriftelijke bewijsstukken die elke verkozene of opvolger, opgeroepen om de eed af te leggen, moet voorleggen en waaruit blijkt dat hij/zij op een wettige wijze is verkozen en dat er tegen zijn/haar verkiezing geen bezwaren zijn. De opvolger moet volgende stukken voorleggen:
De geloofsbrieven van Roger De Muylder werden behoorlijk en tijdig ingediend en werden ter inzage gelegd met respect voor de decretale bepalingen.
Het doel van het onderzoek is om na te gaan of men nog aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden voldoet en zich niet in een van de gevallen van onverenigbaarheid bevindt (artikel 11 van het gemeentedecreet):
1. Belgische nationaliteit of EU-onderdaan (met actief stemrecht)
2. Leeftijd van 18 jaar bereikt hebben
3. Ingeschreven in bevolkings- of vreemdelingenregister (voor niet-Belgische EU-onderdanen)
4. Geen uitsluiting/schorsing kiesrecht of veroordeling.
Uit het onderzoek van de geloofsbrieven door de gemeenteraad, blijkt dat Roger De Muylder voldoet aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden. Hij heeft verklaard zich niet in een van de gevallen van onverenigbaarheid te bevinden.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De geloofsbrieven van Roger De Muylder (sp.a) worden goedgekeurd.
Zitting van 17 december 2013
GEMEENTERAADSLEDEN. EEDAFLEGGING ROGER DE MUYLDER.
Voorgeschiedenis
Juridische gronden
Mededeling
De gemeenteraad neemt kennis van de eedaflegging van Roger De Muylder in handen van de voorzitter van de gemeenteraad.
De gemeentesecretaris brengt de Vlaamse regering binnen de twintig dagen van de eedaflegging op de hoogte via de mandatendatabank.
Zitting van 17 december 2013
GEMEENTERAADSLEDEN. VASTSTELLING RANGORDE GEMEENTERAADSLEDEN.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De rangorde van gemeenteraadsleden wordt als volgt vastgesteld:
1. Marc Morris
2. Albert Mees
3. Greet Goossens
4. Roger De Muylder
5. Ludo Croonenberghs
6. Jan Buysse
7. Maria Andries
8. Leonard Vranckx
9. Kristien Van Essche
10.Yvette Laes
11.Herman Ginis
12.Roos De Backer
13.Sonia Stiasteny
14.Joël Vander Elst
15.Joery Verhoeven
16.Jan De Keyzer
17.Tom Philips
18.Joris Fonteyn
19.Ken Geyns
20.Karin Baudemprez
21.Anja De Herdt
Eddy Vranckx Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Dirk Stoffelen Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Jan De Keyzer Herman Ginis Jan Buysse Joël Vander Elst Albert Mees Joery Verhoeven Roger De Muylder Roos De Backer Leonard Vranckx Sonia Stiasteny Greet Goossens Tom Philips Yvette Laes Marc Morris Ken Geyns Joris Fonteyn Karin Baudemprez Maria Andries Anja De Herdt Ludo Croonenberghs Kristien Van Essche aantal voorstanders: 15 , aantal onthouders: 6 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 17 december 2013
STRATEGISCHE MEERJARENPLANNING. GOEDKEURING STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2019 GEMEENTEBESTUUR BERTEM.
Feiten en context
De Vlaamse gemeenten hebben het momenteel niet gemakkelijk, in het bijzonder op financieel vlak. Door de economische en financiële crisis zijn een aantal inkomstenbronnen verdwenen, en stijgen de inkomsten trager dan pakweg 5 à 10 jaar geleden. Dit is ook voor Bertem zo en daarmee is rekening gehouden.
De afgelopen paar jaar werd er in onze gemeente ook al flink geïnvesteerd: o.m. de bouw van het Sociaal Huis en van het gemeenschapscentrum Vlieg-In, en de wegen- en rioleringswerken in de Dorpstraat in Bertem en Leefdaal zijn daar belangrijke voorbeelden van.
Toch kan een SMJP voorgesteld worden met een positieve autofinancieringsmarge in 2019.
Dit wordt bereikt met drie belangrijke maatregelen:
a) Een reeks van structurele maatregelen die zowel besparingen bevatten als aanpassingen van diverse retributietarieven, waarvan de meeste inmiddels door de gemeenteraad al zijn goedgekeurd, en verkoop van eigendommen die niet meer nuttig zijn voor het uitvoeren van het voorgenomen beleid. Deze maatregelen zijn terug te vinden op pagina 47 van het SMJP.
b) Het maken van duidelijke keuzes bij de investeringen. Dit impliceert natuurlijk dat niet alles kan.
c) Werken aan een efficiënter en effectiever bestuur door doorgedreven informatisering, een verbeterde communicatie, een vereenvoudiging van de werkprocessen en een structurele samenwerking tussen gemeente en OCMW.
In dit plan is lang niet alles opgenomen waar dit gemeentebestuur dagelijks mee bezig is. Indien dit wel zou gebeuren, dan zou dit SMJP een onleesbare turf zijn.
Er wordt met dit plan gefocust op de nieuwe accenten die het gemeentebestuur de komende jaren wilt leggen, vertaald in te bereiken doelstellingen, met het hoofdaccent op deze doelstellingen die een financiële weerslag hebben.
De aanpak en voortgang van deze doelstellingen wil het gemeentebestuur sterk monitoren en opvolgen. Indien omstandigheden of gehanteerde parameters in de toekomst zouden wijzigen, dan zullen die bijgestuurd worden.
De doelstellingen die zich situeren binnen de beleidsdomeinen cultuur, jeugd en sport, zijn uitvoeriger weergegeven.
Dit is een verplichting, opgelegd door de Vlaamse overheid ter verantwoording van de subsidies die de gemeente ontvangt.
Dit betekent echter niet dat de andere beleidsvoornemens en vooral de dagelijkse werkzaamheden in andere beleidsdomeinen niet even belangrijk zouden zijn. Voor de uitvoering van dit constant beleid is eveneens budget voorzien onder de rubrieken overig beleid.
De gemaakte keuzes zijn volledig conform met de beleidsverklaring die dit college voor deze gemeenteraad heeft afgelegd begin 2013.
Enkele van de voornaamste krachtlijnen zijn:
Deze keuzes zijn onderbouwd door de missie van onze gemeente, door de bevindingen zoals die blijken uit de omgevingsanalyse, door het voorbereidend werk van de gemeentelijke administratie via zelfevaluatie en risicoanalyse, door informeel en formeel overleg met de belanghebbenden en door grondig cijferwerk.
Het zijn de keuzes die door de bestuursploeg gezamenlijk zijn gemaakt en die zij wenst te realiseren tijdens deze bestuursperiode.
De visie over wat het gemeentebestuur wil doen, staat compact neergeschreven op pagina’s 60-63 van het SMJP. De hoofdlijnen van deze visie zijn:
Het is de bedoeling om oud en nieuw te combineren. De oude charme van de dorpen met voorzieningen voor veilig verkeer. Ouderwetse gezelligheid in de buurt met moderne communicatie en efficiënt besturen. Het eeuwenoude landschap en onze monumenten met vernieuwde sportinfrastructuur.
Het gemeentebestuur wil dit meerjarenplan waarmaken samen en in dialoog met de gemeenteraad, de adviesraden, de burgers, de verenigingen, en met wie beroepshalve actief is in de gemeente.
Juridische gronden
Adviezen
Bijlagen
Besluit
15 stemmen voor: Albert Mees, Marc Morris, Joël Vander Elst, Greet Goossens, Jan Buysse, Leonard Vranckx, Yvette Laes, Roos De Backer, Herman Ginis, Sonia Stiasteny, Joery Verhoeven, Jan De Keyzer, Tom Philips, Ken Geyns en Roger De Muylder
6 onthoudingen: Ludo Croonenberghs, Maria Andries, Kristien Van Essche, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez en Anja De Herdt
Motivatie onthouding Kristien Van Essche: Raadslid Kristien Van Essche wenst zich te onthouden omdat er in het plan een aantal punten staan die rechtstreeks gevolgen kunnen hebben voor haar bedrijf. Zij wenst te voorkomen dat een stem voor de integrale goedkeuring van het meerjarenplan haar zou beletten om steeds neutraal te kunnen onderhandelen. Voor de rest krijgt de coalitie al haar steun.
Artikel 1:
De raad keurt het strategisch meerjarenplan 2014-2019 van het gemeentebestuur Bertem goed.
Eddy Vranckx Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Dirk Stoffelen Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Tom Philips Sonia Stiasteny Joël Vander Elst Ken Geyns Yvette Laes Jan De Keyzer Jan Buysse Roger De Muylder Joery Verhoeven Albert Mees Leonard Vranckx Marc Morris Greet Goossens Herman Ginis Roos De Backer Kristien Van Essche Anja De Herdt Maria Andries Joris Fonteyn Ludo Croonenberghs Karin Baudemprez aantal voorstanders: 16 , aantal onthouders: 5 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 17 december 2013
BUDGET. GOEDKEURING BUDGET 2014 GEMEENTEBESTUUR BERTEM.
Juridische gronden
Adviezen
Bijlagen
Besluit
16 stemmen voor: Albert Mees, Marc Morris, Joël Vander Elst, Greet Goossens, Jan Buysse, Leonard Vranckx, Kristien Van Essche, Yvette Laes, Roos De Backer, Herman Ginis, Sonia Stiasteny, Joery Verhoeven, Jan De Keyzer, Tom Philips, Ken Geyns en Roger De Muylder
5 onthoudingen: Ludo Croonenberghs, Maria Andries, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez en Anja De Herdt
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt het budget 2014 goed met een batig resultaat van 404 228 euro en met een negatieve autofinancieringsmarge van -48.960 euro.
Zitting van 17 december 2013
BELASTINGEN. VASTSTELLING OPCENTIEMEN OP DE ONROERENDE VOORHEFFING AANSLAGJAREN 2014-2018.
Juridische gronden
Financiële gevolgen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Voor de aanslagjaren 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018 vestigt de gemeenteraad 1050 opcentiemen op de onroerende voorheffing.
Artikel 2:
Deze gemeentelijke opcentiemen worden ingevorderd door het Vlaams Gewest overeenkomstig de regels bepaald voor de gewestbelastingen.
Zitting van 17 december 2013
BELASTINGEN. GOEDKEURING AANVULLENDE BELASTING OP DE PERSONENBELASTING AANSLAGJAREN 2014 TOT EN MET 2018.
Juridische gronden
Financiële gevolgen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Voor de aanslagjaren 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018 wordt een aanvullende gemeentebelasting vastgesteld op de belasting op de natuurlijke personen die op 1 januari van het betrokken aanslagjaar in de gemeente gedomicilieerd zijn.
Artikel 2:
Het percentage van de belasting voor al de belastingplichtigen wordt vastgesteld op 7,5 % van het gedeelte van de personenbelasting dat voor hetzelfde aanslagjaar aan de Staat verschuldigd is. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.
Artikel 3:
De vaststelling en de inning van de gemeentebelasting zal door toedoen van het bestuur van de directe belastingen gebeuren zoals bepaald in artikel 469 van het wetboek van de inkomstenbelastingen van 1992.
Zitting van 17 december 2013
BELASTINGEN. GOEDKEURING HEFFINGSREGLEMENT GEBOUWEN EN WONINGEN OPGENOMEN IN HET LEEGSTANDSREGISTER.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Argumentatie
De gemeente wenst leegstand van woningen en gebouwen te ontmoedigen door het opleggen van een belasting. Er zijn uitzonderingen voorzien waarbij rekening wordt gehouden met sociale omstandigheden en met bepaalde vormen van overmacht.
Voor de opmaak van een leegstandsregister legt het grond- en pandenbeleid bepaalde voorwaarden op. Het minimumbedrag van de heffing bedraagt 990 euro gekoppeld aan de evolutie van de ABEX-index. De gemeenteraad opteert voor een vast bedrag van 1250 euro.
De heffing is verschuldigd op het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van 12 maanden vanaf de datum van de eerste verjaardag (datum van opname in het leegstandsregister).
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Geraamde inkomsten |
1419/002/003/002/006/73740000/0020 | € 7500 | € 7500 in 2014 € 12 500 vanaf 2015 |
Besluit
eenparig
Artikel 1: definities
• inventarisatiedatum: de datum waarop het gebouw en/of woning op de inventaris wordt opgenomen. Dit is tevens de datum van de akte en referentiepunt om de verjaardag te bepalen.
• verjaardag: het verstrijken van de eerste of een volgende termijn van twaalf maanden sinds de inventarisatiedatum.
• zakelijk gerechtigde: de houder van één van de volgende zakelijke rechten:
- de volle eigendom
- het recht van opstal of van erfpacht
- het vruchtgebruik
• Gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van de bedrijfsruimten. Een bedrijfsruimte wordt in artikel 2, 1° van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten als volgt gedefinieerd: de verzameling van alle percelen met een oppervlakte van minstens 5 are, waarop zich minstens 1 bedrijfgsgebouw bevindt, als één geheel te beschouwen en waar de economische activiteit heeft plaatsgevonden of plaatsvindt.
• woning: elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande.
• eengezinswoning: elk bebouwd onroerend goed dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van één gezin of één alleenstaande, waarin zich geen andere woningen bevinden.
• pand: een gebouw of een woning.
• beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen:
- een aangetekend schrijven
- een afgifte tegen ontvangstbewijs
- elke andere door de Vlaamse regering toegelaten betekeningswijze waarbij
de datum van kennisgeving met zekerheid kan worden vastgesteld
Artikel 2: algemeen
Er wordt een jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de woningen en gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister, waarvan de nadere regels zijn vastgelegd in de gemeenteraadsbeslissing van 29 juni 2010, herzien op 24 april 2012, over de inventarisatie van leegstaande woningen en/of gebouwen en indicaties ter bepaling van leegstand.
Artikel 3: de belastingplichtige
De belasting is verschuldigd door de zakelijk gerechtigde van het leegstaande gebouw of de leegstaande woning op de verjaardag van inventarisatiedatum.
Als er meerdere zakelijk gerechtigden zijn, zijn deze hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld, dit wil zeggen dat het volledige bedrag van de belasting bij één van hen kan worden opgeëist.
Bij overdracht van het zakelijk recht, bijvoorbeeld bij een verkoop, moet de overdrager de verkrijger op de hoogte brengen van de opname van het pand in het leegstandsregister. Daarnaast moet de overdrager van het zakelijk recht de gemeente per aangetekend schrijven een kopie van de notariële akte bezorgen, en dit binnen twee maanden na het verlijden van deze akte.
De kopie bevat minstens de volgende gegevens:
• naam en adres van de verkrijger van het zakelijk recht en zijn eigendomsaandeel en de aard van het zakelijk recht dat wordt overgedragen;
• datum van de akte, naam en standplaats van de notaris;
• nauwkeurige aanduiding van de overgedragen woning of het gebouw, dit wil zeggen: het adres en kadastraal nummer van het overgedragen goed en de oppervlakte.
Als de overdrager van het zakelijk recht nalaat deze kennisgevingen te doen, wordt hij als belastingschuldige beschouwd voor de eerstvolgende belasting na de overdracht.
Artikel 4: de belasting
De belasting bedraagt 1250 euro voor een gebouw of eengezinswoning.
De belasting voor een leegstaande woning of een leegstaand gebouw is de eerste maal verschuldigd op het moment dat die woning of dat gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden is opgenomen in het leegstandsregister. Hierbij wordt vertrokken van de datum van de akte.
Zolang het leegstaand gebouw of de leegstaande woning niet uit het leegstandsregister werd geschrapt, is de belasting van het aanslagjaar verschuldigd telkens een nieuwe termijn van twaalf maanden verstrijkt na datum van opname in het leegstandsregister.
Artikel 5: woningen of gebouwen die voor 1 januari 2014, de inwerkingtreding van dit reglement, opgenomen zijn in het leegstandsregister
De zakelijk gerechtigden van de woningen of gebouwen, opgenomen in het leegstandsregister voor 1 januari 2014, krijgen tot de verjaardag van de inventarisatiedatum in 2014 de mogelijkheid om een vrijstelling van belasting aan te vragen.
De gemeentelijke leegstandsbelasting zal in 2014 volgens artikel 6 van het reglement op de inventarisatiedatum geheven worden.
Artikel 6: vrijstelling van belasting
1. Persoonsgebonden vrijstellingen:
• de heffingsplichtige die volle eigenaar is van één enkele woning, bij uitsluiting van enige andere woning;
• de heffingsplichtige die in een erkende ouderenvoorziening verblijft of voor een langdurig verblijf werd opgenomen in een psychiatrische instelling of zich in een gelijkaardige situatie bevindt waarbij overmacht kan worden bewezen.
Een bewijs van verblijf moet worden afgeleverd door de instelling waar de belastingsplichtige verblijft of bij overmacht een relevant bewijsstuk;
• de heffingsplichtige waarvan de handelingsbekwaamheid beperkt werd ingevolge een gerechtelijke beslissing;
• de heffingsplichtige die sinds minder dan één jaar zakelijk gerechtigde is van het gebouw of de woning, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt voor het heffingsjaar volgend op het verkrijgen van het zakelijk recht.
2. Objectgebonden vrijstellingen
• het gebouw of de woning is gelegen binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan;
• het gebouw of de woning kan geen voorwerp meer uitmaken van een stedenbouwkundige vergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld;
• het gebouw of de woning werd vernield ten gevolge van een plotse ramp. Deze vrijstelling geldt gedurende een periode van 3 jaar volgend op de datum van de vernieling of beschadiging;
• het gebouw of de woning kan onmogelijk daadwerkelijk gebruikt worden door een verzegeling in het kader van een strafrechterlijk onderzoek of door een expertise in het kader van een gerechtelijke procedure, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van twee jaar volgend op de aanvang van de onmogelijkheid tot daadwerkelijk gebruik;
• het gebouw of de woning wordt gerenoveerd blijkens een niet vervallen stedenbouwkundige vergunning. Deze vrijstelling geldt gedurende een termijn van 3 jaar volgend op het uitvoerbaar worden van de stedenbouwkundige vergunning;
• het gebouw of de woning wordt gerenoveerd zonder dat er een stedenbouwkundige vergunning is vereist of het gebouw of de woning maakt deel uit van een overeenkomst met het oog op renovatie, verbeterings- of aanpassingswerkzaamheden in de zin van artikel 18, § 2 van de Vlaamse Wooncode In dit geval moet er een renovatiedossier worden voorgelegd dat minstens volgende elementen bevat:
a. een plan of tekening en enkele foto’s van de bestaande toestand van het te renoveren gedeelte;
b. een plan of tekening van de toestand na renovatie als deze verschillend is van a;
c. een overzicht van de niet stedenbouwkundig vergunningsplichtige werken die worden uitgevoerd;
d. een raming van de kosten, vergezeld van offertes en / of facturen van reeds uitgevoerde werken;
e. een gedetailleerd tijdschema dat aangeeft wanneer de werken worden uitgevoerd.
De aanvrager geeft toelating om het pand en de geplande en uitgevoerde werken te controleren. De bevoegde overheid kan de aanvraag weigeren wanneer de bedoelde werken en investeringen onvoldoende zijn om 1 jaar te duren en / of wanneer de woning na de werken nog niet zou voldoen aan de normen van de Vlaamse wooncode.
Deze vrijstelling geldt voor een periode van 1 jaar en is tweemaal aaneensluitend verlengbaar voor telkens 1 jaar. De aanvraag voor een eerste en tweede verlenging dient te gebeuren voor het verstrijken van de lopende vrijstelling. De aanvrager voegt bij de verlengingsaanvraag:
a. één of meer facturen van maximum 1 jaar oud voor een bedrag van minstens 2500 euro inclusief btw die betrekking heeft of hebben op de uitgevoerde renovatiewerken;
b. in geval punt e. van bovenstaande paragraaf niet meer realiseerbaar is: een verantwoording waaruit blijkt dat de werken niet konden worden afgerond en een aangepast tijdsschema.
• het gebouw of de woning het voorwerp uitmaakt van een door de gemeente, het OCMW of een sociale woonorganisatie verkregen sociaal beheersrecht, zoals bedoeld in artikel 90 van de Vlaamse Wooncode.
Indien de heffingsplichtige de leegstand laat aanhouden omwille van een vreemde oorzaak die de heffingsplichtige niet kan worden toegerekend, wordt eveneens een vrijstelling verleend.
De vrijstelling van heffing heeft geen impact op de opname van het gebouw of de woning in het leegstandsregister. De anciënniteit van opname in het leegstandsregister blijft doorlopen tijdens de periode van vrijstelling. Dit betekent dat wanneer de reden tot vrijstelling komt weg te vallen, de heffing zal worden berekend op basis van de inventarisatiedatum. Indien er meerdere zakelijk gerechtigden zijn van een woning of gebouw en er aan één van de zakelijk gerechtigden een vrijstelling wordt toegekend, geldt de vrijstelling voor alle zakelijk gerechtigden, zelfs al hebben deze anderen geen aanvraag tot vrijstelling ingediend.
Vrijstellingen en schorsingen die door Wonen Vlaanderen werden toegestaan vervallen. De zakelijk gerechtigde kan een nieuwe vrijstelling aanvragen binnen het kader van dit reglement.
Artikel 7: aanvragen van een vrijstelling
De aanvraag tot vrijstelling van heffing dient te gebeuren voor het verstrijken van de eerste of een volgende termijn van twaalf maanden na datum van opname in het leegstandsregister. Eens de verjaardag van de inventarisatiedatum is verlopen, kan de gemeente overgaan tot het invorderen van de heffing. In dit stadium kan voor de voorbije termijn geen vrijstelling van heffing meer worden aangevraagd, maar kan er enkel nog bezwaar tegen de belasting worden ingediend zoals beschreven in artikel 8. Een aanvraag tot vrijstelling van heffing mag niet verward worden met een beroep tegen opname of met een aanvraag tot schrapping uit het leegstandsregister.
Aanvragen tot vrijstelling worden, vergezeld van de nodige bewijsstukken, via beveiligde zending bezorgd aan het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 8: inkohiering
De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen en dit ten laatste op 30 juni van het jaar volgend op het jaar waarvoor de belasting is verschuldigd.
Artikel 9:
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 10: bezwaar tegen belasting
De belastingplichtige kan tegen deze belasting bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, en moet ondertekend en gemotiveerd zijn. Het bezwaar moet via aangetekende zending of door afgifte van het bezwaar aan de balie van het gemeentehuis worden ingediend binnen drie maanden, te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Hierbij geldt de postdatum als bewijs. Bij afgifte van het bezwaar aan de balie van het gemeentehuis, geldt de datumstempel inkomende post als bewijs.
Het college van burgemeester en schepenen of het personeelslid dat door dit college hiervoor werd aangewezen, stuurt binnen vijftien kalenderdagen na indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding aan de belastingschuldige. De belastingschuldige zal worden uitgenodigd op een hoorzitting als hij dit heeft aangevraagd in zijn bezwaarschrift.
Artikel 11:
Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2014.
Zitting van 17 december 2013
RETRIBUTIES. GOEDKEURING RETRIBUTIEREGLEMENT OP WERKEN AAN NUTSVOORZIENINGEN OP GEMEENTELIJK OPENBAAR DOMEIN.
Voorgeschiedenis
Juridische gronden
Argumentatie
De gemeente en de burgers worden voortdurend geconfronteerd met de plaatsing van en/of onderhoud aan verschillende nutsvoorzieningen op het gemeentelijk grondgebied.
Deze nutsvoorzieningen vergen werkzaamheden langs de gemeentelijke wegen en hebben aldus een impact op het openbaar domein.
De gemeente heeft de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen goedgekeurd; die code heeft tot doel een snelle en vlotte uitvoering van de werken te bevorderen, om de hinder en de duur van de werken tot een minimum te herleiden.
Op het vlak van het onderhoud en de herstellingen moeten ook geregeld dringende werken worden uitgevoerd die verband houden met de continuïteit van de dienstverlening. Daarnaast zijn er een aantal werken zoals aansluitingswerken, herstellingen en andere kleine onderhoudswerken die omzeggens constant een impact hebben op het openbaar domein.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Geraamde inkomsten |
1419/001/001/001/001/ 73699000/0020 | € 26 022 | € 26 022 |
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Dit retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2014 voor een termijn eindigend op 31 december 2016.
Er wordt aan de eigenaar van elke nutsvoorziening een retributie aangerekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen.
Permanente nutsvoorzieningen zijn:
• alle installaties (zoals kabels, leidingen, buizen,…), inclusief hun aanhorigheden (zoals kabel-, verdeel-, aansluit-, e.a. kasten , palen, masten, toezichts-, verbindings-, e.a. putten…) dienstig voor het transport van elektriciteit, gas, gasachtige producten, stoom, drink-, hemel- en afvalwater, warm water, brandstof,
• telecommunicatie,
• radiodistributie en kabeltelevisie,
• de transmissie van enigerlei data,
ongeacht of een privé-gebruiker al dan niet op die installaties kan aangesloten worden,
• alle trein- en tramsporen die zich bevinden op de openbare weg worden eveneens aanzien als nutsvoorzieningen.
De retributie is niet verschuldigd indien de werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voorafgaand aan wegen- of rioleringswerken uitgevoerd door de gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de gemeente.
Artikel 2:
De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per lopende meter openliggende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt voor werken in rijwegen 2 euro, voor werken in voetpaden 1,50 euro en voor werken in aardewegen 0,90 euro.
Wanneer in dezelfde sleuf gelijktijdig werken uitgevoerd worden voor twee of meer nutsvoorzieningen, bedraagt voormelde retributie voor de eigenaar van elke nutsvoorziening 60 % van hoger vermeld(e) bedrag(en).
Een begonnen dag geldt voor een volledige dag.
Elk deel van een lopende meter wordt als een volledige lopende meter in rekening gebracht.
Artikel 3:
Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken met een sleufoppervlakte van maximum 3 m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1 euro per op het grondgebied van de gemeente aanwezig aansluitingspunt.
Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,50 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de gemeente.
Deze retributies zijn verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitingspunten op het grondgebied van de gemeente.
Artikel 4:
De retributie dient te worden betaald binnen de 30 kalenderdagen na toezending van de facturen.
Eddy Vranckx Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Dirk Stoffelen Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Albert Mees Marc Morris Kristien Van Essche Herman Ginis Tom Philips Ken Geyns Jan De Keyzer Joery Verhoeven Leonard Vranckx Sonia Stiasteny Jan Buysse Roger De Muylder Joël Vander Elst Greet Goossens Roos De Backer Yvette Laes Karin Baudemprez Maria Andries Ludo Croonenberghs Joris Fonteyn Anja De Herdt aantal voorstanders: 16 , aantal onthouders: 5 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 17 december 2013
BELASTINGEN. GOEDKEURING BELASTINGREGLEMENT HUIS-AAN-HUISINZAMELING.
Voorgeschiedenis
Juridische gronden
Argumentatie
Het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 voor het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (Vlarema) heeft nieuwe spelregels vastgelegd voor het berekenen en doorrekenen van de afvalkost aan de inwoners. Er werd nu gekozen voor contantbelastingen en niet voor retributies omdat de vergoeding die wordt gevraagd niet kostendekkend is, omdat het geen dienst is waar de burger vrijwillig om vraagt en omdat een contantbelasting het signaal wil geven dat het afval maar kan en mag worden aangeboden binnen het reglementaire kader dat de gemeente daarvoor heeft opgesteld.
Dit ontwerp is er gekomen na overleg binnen EcoWerf met de deelnemende gemeenten en werd afgetoetst met de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM).
De huis-aan-huisinzameling van het gewoon huisvuil en gft (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval) werd met ingang van 1 april 2005 geautomatiseerd. Deze automatisering impliceert dat deze afvalfracties dienen te worden aangeboden in daartoe ter beschikking gestelde containers, voorzien van een elektronische gegevensdrager die toelaat de aanbieder te identificeren, en dat het aangeboden afval wordt gewogen en geregistreerd.
De kosten voor de huis-aan-huisinzameling van het gewoon huisvuil, het grofvuil, gft, pmd, (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval) wegen zwaar door op de gemeentelijke financiën.
De gemeentelijke inkomsten en uitgaven dienen in evenwicht te zijn. Daarom worden de kosten voor de huis-aan-huisinzameling best verhaald op de aanbieders via een gedifferentieerde contantbelasting. Deze contantbelasting wordt gedifferentieerd in functie van de fractie en het volume of het gewicht van de aangeboden afvalstoffen. Dergelijke gedifferentieerde contantbelasting laat de gemeente toe om het principe van 'de vervuiler betaalt' toe te passen, om alzo prioriteit te verlenen aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie het hergebruik en tenslotte de recyclage van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen te stimuleren. Deze contantbelasting is, in combinatie met de basisfinanciering vanuit de algemene middelen van de gemeente, een optimale invulling van het principe van 'de vervuiler betaalt'.
Er wordt naar gestreefd om de contantbelasting op het hergebruik, de recyclage, de nuttige toepassing en de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen (en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen) in de gemeenten zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
0301/61290200 0301/61360600 0301/64920600 | € | € | € 497 584,75 |
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Geraamde inkomsten |
0301/73324000 | € | € 367 048 |
De kredieten voor 2014-2019 moeten nog voorzien worden bij de goedkeuring van de budgetten.
Besluit
16 stemmen voor: Albert Mees, Marc Morris, Joël Vander Elst, Greet Goossens, Jan Buysse, Leonard Vranckx, Kristien Van Essche, Yvette Laes, Roos De Backer, Herman Ginis, Sonia Stiasteny, Joery Verhoeven, Jan De Keyzer, Tom Philips, Ken Geyns en Roger De Muylder
5 onthoudingen: Ludo Croonenberghs, Maria Andries, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez en Anja De Herdt
Motivatie onthouding Joris Fonteyn: De N-VA fractie onthoudt zich omdat het principe van "De vervuiler betaalt" onvoldoende wordt toegepast in dit reglement.
Artikel 1:
Het raadsbesluit van 19 november 2013 over het belastingreglement op de huis-aan-huisinzameling van afval wordt ingetrokken.
Artikel 2:
Met ingang van 1 januari 2014 wordt in de gemeente Bertem een contantbelasting gevestigd voor:
• de huis-aan-huisinzameling van het gewoon huisvuil, het vergelijkbaar bedrijfsafval, het grofvuil, het pmd-afval, het gft-afval en het snoeihout
• de verkoop van geventileerde keukenafvalbakjes en composteerbare zakken van 8, 40 en 120 liter.
Voor de toepassing van onderhavig reglement wordt verstaan onder:
Huishoudelijk afval: Alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van de particuliere huishouding en/of afvalstoffen ontstaan door een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Groente-, Fruit- en Tuinafval (gft): Organisch composteerbaar afval zoals aardappelschillen, schillen van citrus- of andere vruchten, groente- en fruitresten, doppen van noten, theebladeren en theezakjes, koffiedik en papieren koffiefilters, papier van keukenrol, plantaardig keukenafval en etensresten, verwelkte snijbloemen en kamerplanten, versnipperd snoeihout, haagscheersel, zaagmeel en schaafkrullen, gazonmaaisel in kleine hoeveelheden, bladeren, onkruid en resten uit groente- en siertuin en die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of uit een bedrijfsactiviteit die vergelijkbaar is met een huishouden.
Grofvuil: Alle huishoudelijke afvalstoffen en voorwerpen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en die omwille van de omvang, de aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen worden aangeboden, met uitzondering van: papier en karton, textiel, glas, kga (Klein Gevaarlijk Afval), gft (groenten, tuin– en fruitafval) en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, pmd, oude metalen, houtafval, snoeihout en groenafval, afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA), autobanden, steenachtige fracties van bouw - en sloopafval en andere selectief ingezamelde afvalstoffen.
Plastic flessen en flacons, Metalen verpakkingen en Drankkartons (PMD): Plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen (inclusief kroonkurken) en drankkartons, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit. De aangeboden plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons mogen geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.
Papier en karton: Alle dag-, week-, en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoon- en faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee gelijkgestelde bedrijfsafvalstoffen, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeizakken e.d.
Herbruikbare goederen: Alle door de normale werking van een particuliere huishouding ontstane afvalstoffen die worden aanvaard door het erkend Kringloopcentrum en geschikt kunnen worden gemaakt voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed, …
Textiel: Alle niet-verontreinigde kleding, huishoudlinnen, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), beddengoed, schoeisel, handtassen en lederwaren ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Frituurolie en afgelaten motorolie: Alle soorten smeerolie en/of industriële olie, op minerale of synthetische basis ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit in het bijzonder afgewerkte motorolie, frituurolie, met uitzondering van grote hoeveelheden motorolie, olie met pcb’s of andere giftige stoffen.
Klein Gevaarlijk Afval (kga): De afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1. van het VLAREMA.
Glas: Hol glas en vlak glas ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteiten, ontdaan van dopsels, deksels en sluitingen, met uitzondering van vuurvaste voorwerpen en hittebestendig glas, gewapend glas, kristal, opaal glas, rookglas, autoruiten, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, tl-lampen, stenen, tegels, porselein, aardewerk, beeldbuizen, e.d.
Hol glas: Betreft alle flessen en bokalen.
Vlak glas: Alle glazen voorwerpen zoals vensterglas ontdaan van inlijstingen, serreglas, niet-gewapend glas, die geen hol glas zijn.
Groenafval: Organisch composteerbaar afval zoals plantenresten, haagscheersel, snoeihout, bladeren, organisch afval uit parken en plantsoenen, boomstronken, gazon- en wegbermmaaisel en kerstbomen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Snoeihout: Alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin (met een diameter van minder dan 10 cm), haagscheersel.
Gras- en bladafval: Alle vers gazonmaaisel en bladeren afkomstig van normaal tuinonderhoud, met uitzondering van oud en rot gazonmaaisel en gras vermengd met grond.
Boomstronken: Alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik.
Oude Metalen: Alle ferro- en non-ferro metalen voorwerpen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van ferro- en non-ferroverpakkingen, kga en elektrische en elektronische toestellen.
Bouwafval: Zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbestcementplaten (o.a. Eternit) , cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde.
Steenafval: Zuivere steenslag, (gewapend) beton, versteende cement, betonnen palen … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vervuilde steenslag (bv. met grond), asfalt, keramiek, gips en kalk, cellenbeton, asbest, …
Keramiek: Alle keramiek ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit zoals wc-potten, lavabo’s, tegels, stenen borden en tassen, porselein, …, met uitzondering van steenafval.
Gips en kalk: Bouwafval uit gips en kalk zoals gipsplaten, kalk, gips, bezetsel … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van cement, stenen, asfalt, …
Cellenbeton: Alle schuimbeton ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
Asbestcement: Alle voorwerpen uit gebonden asbest zoals eternieten golfplaten, schaliën, vlakke eterniet … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van losse asbest, plastic golfplaten, …
Sloophout: Alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.
E.P.S.: Zuiver witte piepschuim ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit met uitzondering van gekleurd piepschuim, verpakkingschips, verpakkingspiepschuim afkomstig van voedingsmiddelen, vervuild piepschuim, styrofoamplaten,…
Plastic folies: Alle folies gemengd en ontdaan van onzuiverheden. Zuivere, transparante en gekleurde folies en zakken ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van noppenfolies, plastic straps, plastic blisters, isomo, landbouwfolie, bigbags, flessen, verpakkingen van voedingswaren, ...
Harde plastics: Alle zuivere harde plastics zoals deuren, rolluiken, buizen, dakgoten, tuinmeubelen, bloempotten, plastic kleerhangers, speelgoed, wasmanden, emmers ... ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van plastic flessen en flacons (pmd), verpakkingen van gevaarlijke producten (kga), bouw- en isolatiematerialen, tuinslang, verpakkingen van voedingswaren, plastic blisters en straps, cd’s, dvd’s en videobanden (restafval), ...
Afgedankte elektrische en elektronische apparaten: Apparaten die elektrische stromen of elektronische velden nodig hebben om naar behoren te kunnen werken, en apparaten voor het opwekken, overbrengen en meten van die stromen en velden, die onder een van de categorieën, vermeld in artikel 3.4.4.2 van het VLAREMA, vallen en die bedoeld zijn voor gebruik met een spanning van maximaal 1000 volt bij wisselstroom en 1500 volt bij gelijkstroom. Daarin zijn ook alle onderdelen, subeenheden en verbruiksmaterialen begrepen die deel uitmaken van het product op het moment dat het wordt afgedankt. De volgende apparaten vallen niet onder deze definitie: apparaten die deel zijn van andere elektrische apparatuur, apparatuur die verband houdt met de bescherming van de wezenlijke belangen van de veiligheid van lidstaten, wapens, munitie en oorlogsmateriaal, tenzij het gaat om producten die niet specifiek voor militaire doeleinden zijn bestemd, en grote, niet-verplaatsbare industriële installaties van elektrische en elektronische gereedschappen en tuingereedschappen.
Kurk: Alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking, …
Containerpark: Een bij toepassing van titel I van het VLAREM vergunde inrichting waar particulieren en eventueel ook bedrijven onder toezicht op vastgestelde dagen en uren bepaalde gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en eventueel met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare afvalstoffen bedrijfsafvalstoffen kunnen deponeren.
Artikel 2:
De contantbelasting op de huis-aan-huisophaling is verschuldigd in functie van de fractie en het gewogen gewicht en/of het volume bij de huis-aan-huisinzameling van het gewoon huisvuil, het vergelijkbaar bedrijfsafval, het grofvuil, gft, pmd en het snoeihout.
Artikel 3:
De contantbelasting in functie van de fractie en het gewogen gewicht en het volume van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen bedraagt:
Fractie | Contantbelasting particulieren | Contantbelasting KMO |
Huisvuil |
|
|
- ophaling en verwerking |
|
|
- per kg gewogen gewicht | € 0,25/kg | € 0,25/kg |
- aanbieding 40 l container | € 0,50/ aanbieding | - |
- aanbieding 120 l container | € 0,50/aanbieding | € 0,50/aanbieding |
- aanbieding 240 l container | € 1,00/aanbieding | € 1,00/aanbieding |
- aanbieding 1100 l container | € 5,00/aanbieding | € 5,00/aanbieding |
- voorrijkost op afroep (1) | € 75,00/inzameling op afroep | € 75,00/inzameling op afroep |
- gebruiksrecht container |
|
|
- container 40 l | € 0,84/maand | - |
- container 120 l | € 0,84/maand | € 1,84/maand |
- container 240 l | € 1,66/maand | € 2,47/maand |
- container 1100 l | € 4,58/maand | € 7,07/maand |
- aankoop slot | € 25,00/slot | € 25,00/slot |
(1) Inwoners die uitzonderlijk een hoeveelheid huisvuil wensen aan te bieden die groter is dan de gebruikte container, kunnen tot 3 maal per jaar, mits een aanvraag minimaal 1 werkdag voor de ophaaldag, maximaal 6 zakken (maximaal 60 l) aanbieden naast de container. Wanneer dit ontoereikend is, kan men kiezen voor inzameling op afroep waarbij de voorrijkost wordt aangerekend. In beide gevallen wordt het huisvuil gewogen en aangerekend.
Fractie | Contantbelasting particulieren | Contantbelasting KMO |
GFT |
|
|
- ophaling en verwerking | € 0,18/kg | € 0,18/kg |
- per kg gewogen gewicht |
|
|
- gebruiksrecht container |
|
|
- container 40 l | € 0,84/maand | - |
- container 120 l | € 0,84/maand | € 1,84/maand |
- container 240 l | € 1,66/maand | € 2,47/maand |
- container 1100 l | € 4,58/maand | € 7,07/maand |
- aankoop slot | € 25,00/slot | € 25,00/slot |
Fractie | Contantbelasting particulieren | Contantbelasting KMO |
Grofvuil |
|
|
- voorrijkost op afroep | € 25,00/aanleveringsbeurt | € 25,00/aanleveringsbeurt |
- verwerking per pakket | € 5,00/begonnen 0,5 m³ | € 5,00/begonnen 0,5 m³ |
of |
|
|
- 1-persoonsmatras | € 5,00 | € 5,00 |
- 1-persoonsbed | € 5,00 | € 5,00 |
- 2-persoonsmatras | € 10,00 | € 10,00 |
- 2-persoonsbed | € 10,00 | € 10,00 |
- zetel: 1-zit | € 5,00 | € 5,00 |
- zetel: 2-zit | € 10,00 | € 10,00 |
- zetel: 3-zit | € 15,00 | € 15,00 |
- stoel (2 stuks) | € 5,00 | € 5,00 |
- (tuin)tafel | € 5,00 | € 5,00 |
Fractie | Contantbelasting particulieren | Contantbelasting KMO |
PMD (60 l zak) | € 0,25/zak | € 0,25/zak |
Fractie | Contantbelasting particulieren | Contantbelasting KMO |
Groenafval - bussel snoeihout | € 2,50/bussel | € 2,50/bussel |
Artikel 4:
§ 1. De personen die gebruikmaken van de door de gemeente voorgeschreven containers zijn de contantbelasting over de ophaling en verwerking verschuldigd op het ogenblik dat de kipbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven afval door de ophaalwagen worden geregistreerd.
De contantbelasting over het gebruik van de containers is maandelijks verschuldigd in de helft van de maand.
Iedere gebruiker van een container dient vooraf een bedrag te storten op de DifTar-rekening en dit in functie van de gebruikte containers.
Aantal en type containers | Voorschot |
1 of meerdere containers van 40 en 120 liter | € 50,00 |
Per container van 240 l | € 100,00 |
Per container van 1100 l | € 500,00 |
Bij elke registratie van een kipbeweging en het gewicht van het meegegeven afval zal de contantbelasting, zoals bepaald in artikel 2, in mindering worden gebracht van het vooraf betaalde bedrag. De contantbelasting voor het meegegeven gewicht zal afgerond worden tot op 2 cijfers na de decimaal.
Zodra het beschikbare bedrag lager is dan 10 euro, wordt door de financieel beheerder een nieuwe betalingsuitnodiging gestuurd. De containers worden niet meer geledigd van zodra de vervaldatum van de herinnering is verlopen en het beschikbare bedrag lager is dan 0 euro.
Indien de niet-geledigde containers niet tijdig worden binnengehaald, kunnen ze worden geledigd aan het tarief vastgesteld in het gemeentelijk retributiereglement van 22 oktober 2013 over het uitvoeren van werken ten laste van derden.
Bij afmelding (verhuis, overlijden…) wordt de DifTar-rekening gesloten en wordt het nog beschikbare bedrag door de financieel beheerder teruggestort op het rekeningnummer van de begunstigde. Een eindafrekening wordt afgeleverd.
§ 2. De personen die gebruikmaken van de door de gemeente voorgeschreven pmd-zakken zijn de contantbelasting verschuldigd bij de aankoop ervan op de door de gemeente vastgestelde plaats(en).
§ 3. Voor personen die gebruikmaken van de gemeentelijke dienstverlening inzake inzameling van grofvuil en snoeihout op afroep en die aangesloten zijn bij DifTar huis-aan-huis wordt de contantbelasting aangerekend via de DifTar-rekening. Personen die niet aangesloten zijn bij DifTar huis-aan-huis krijgen een betalingsuitnodiging met daarop de verschuldigde contantbelasting.
Artikel 5:
Bij ontstentenis van betaling wordt de belasting een kohierbelasting.
Door de opname in een kohier verkrijgt de belasting vanaf dan alle kenmerken van een kohierbelasting, met inbegrip van een betalingstermijn van twee maanden en een bezwaartermijn van drie maanden vanaf de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 6:
Het bedrag van de contantbelasting voor de verkoop van geventileerde keukenafvalbakjes en composteerbare zakken wordt vastgesteld op:
• 2,50 euro per keukenafvalbakje
• 3 euro per rol van 50 composteerbare zakjes van 8 liter
• 3 euro per rol van 10 zakken van 40 liter
• 5 euro per rol van 10 zakken van 120 liter.
Deze contantbelasting dient contant te worden betaald bij afhaling van de bakjes of zakjes bij de technische dienst van de gemeente.
Artikel 7:
De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar op afgiftebewijs indienen tegen deze contantbelasting bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van de contante inning.
Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding gestuurd, binnen vijftien kalenderdagen na indiening ervan.
Artikel 8:
De volgende raadsbesluiten worden opgeheven vanaf 1 januari 2014:
• raadsbesluit van 18 december 2001 over het retributiereglement voor de verkoop van pmd-zakken.
• raadsbesluit van 22 maart 2005 over de retributie op de verkoop van huisvuilzelfklevers voor de ophaling van grof huisvuil.
• raadsbesluit van 29 januari 2008 over de aanpassing van het retributiereglement ophaling en verwerking gewoon huisvuil en gft.
Artikel 9:
De raad gelast het college van burgemeester en schepenen met de uitvoering van dit besluit.
Eddy Vranckx Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Dirk Stoffelen Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Marc Morris Maria Andries Joery Verhoeven Herman Ginis Yvette Laes Ken Geyns Sonia Stiasteny Albert Mees Leonard Vranckx Roger De Muylder Kristien Van Essche Roos De Backer Joël Vander Elst Tom Philips Jan De Keyzer Greet Goossens Jan Buysse Ludo Croonenberghs Karin Baudemprez Joris Fonteyn Anja De Herdt aantal voorstanders: 17 , aantal onthouders: 4 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 17 december 2013
POLITIEZONE. GOEDKEURING GEMEENTELIJKE DOTATIE 2014.
Feiten en context
Juridische gronden
Argumentatie
De gemeentebesturen moeten de financiële middelen van de zones van de lokale politie aanvullen met een gemeentelijke dotatie. Dit bedrag moet minimaal volstaan om de zone waar de gemeente deel van uitmaakt haar wettelijk verplichte opdrachten te laten vervullen.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
1419/001/001/001/001/ 64920800/0400 | € 849 991 | € 849 991 | € 849 991 |
Besluit
17 stemmen voor: Albert Mees, Marc Morris, Joël Vander Elst, Greet Goossens, Jan Buysse, Maria Andries, Leonard Vranckx, Kristien Van Essche, Yvette Laes, Roos De Backer, Herman Ginis, Sonia Stiasteny, Joery Verhoeven, Jan De Keyzer, Tom Philips, Ken Geyns en Roger De Muylder
4 onthoudingen: Ludo Croonenberghs, Joris Fonteyn, Karin Baudemprez en Anja De Herdt
Motivatie onthouding Joris Fonteyn: De N-VA fractie wenst zich conform haar stemgedrag in de politieraad te onthouden.
Artikel 1:
De gemeenteraad beslist een dotatie van 849 991 euro aan de politiezone Bertem-Huldenberg-Oud-Heverlee goed te keuren.
Zitting van 17 december 2013
PATRIMONIUM. GOEDKEURING VOORWAARDEN VERKOOP PERCEEL GROND TERVUURSESTEENWEG 145.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
De gemeente heeft dit perceel niet nodig voor de realisatie van eigen projecten of doelstellingen. Door de verkoop van dit perceel wordt aan kandidaat-bouwers de kans geboden om in onze gemeente een eigen woning op te richten.
Het Grondwettelijk Hof heeft in een arrest over het Vlaamse decreet over het Grond- en Pandenbeleid (DGP) geoordeeld dat een aantal fundamentele vrijheden (vrijheid van dienstverlening, van kapitaal, van verkeer en van vestiging) werden beperkt door de regeling van het 'wonen in eigen streek' in het DGP. De verkoopsvoorwaarden voor het perceel aan de Tervuursesteenweg 145 waren gelijkaardig aan die van de regeling 'wonen in eigen streek'. Bijgevolg zijn ook die verkoopsvoorwaarden niet meer wettelijk en is de procedure van de openbare verkoop stopgezet door het college van burgemeester en schepenen.
Om het perceel Tervuursesteenweg 145 te kunnen verkopen, moeten nieuwe verkoopsvoorwaarden worden vastgesteld.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Geraamde inkomsten |
1419/002/005/001/002/ 22000020/0110 | € 214 000 | € 214 000 (Tervuursesteenweg en Oude Baan samen) |
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het perceel bouwgrond gelegen te Bertem, 1ste afdeling, sectie C, nrs 214/02 M (deel) en 214/02 N (deel), 5a 53ca groot, eigendom van de gemeente, wordt verkocht via openbare verkoop.
Artikel 2:
De verkoop moet gebeuren volgens de volgende bijzondere voorwaarden:
Artikel 3:
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om tot de aanstelling van een notaris over te gaan die belast wordt met de openbare verkoop van het perceel.
Artikel 4:
De voorzitter van de gemeenteraad en de gemeentesecretaris worden gemachtigd om de gemeente te vertegenwoordigen bij de notariële verplichtingen die voortvloeien uit deze beslissing.
Zitting van 17 december 2013
PATRIMONIUM. GOEDKEURING VOORWAARDEN VERKOOP PERCEEL GROND OUDE BAAN.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
De gemeente heeft dit perceel niet nodig voor de realisatie van eigen projecten of doelstellingen. Door de verkoop van dit perceel wordt aan kandidaat-bouwers de kans geboden om in onze gemeente een eigen woning op te richten.
Het Grondwettelijk Hof heeft in een arrest over het Vlaamse decreet over het Grond- en Pandenbeleid (DGP) geoordeeld dat een aantal fundamentele vrijheden (vrijheid van dienstverlening, van kapitaal, van verkeer en van vestiging) werden beperkt door de regeling van het 'wonen in eigen streek' in het DGP. De verkoopsvoorwaarden voor het perceel aan de Tervuursesteenweg 145 waren gelijkaardig aan die van de regeling 'wonen in eigen streek'. Bijgevolg zijn ook die verkoopsvoorwaarden niet meer wettelijk en is de procedure van de openbare verkoop stopgezet door het college van burgemeester en schepenen.
Door de betwisting van het opmetingsplan van 13 november 2012 en het niet-respecteren van de procedure tot kennisgeving van de pachter van het perceel, moet een nieuwe procedure van openbare verkoop worden opgestart.
Om het perceel Tervuursesteenweg 145 te kunnen verkopen, moeten nieuwe verkoopsvoorwaarden worden vastgesteld. Rekening houdend met de unieke ligging van het perceel wenst de gemeente het perceel bouwgrond te verkopen voor een minimumprijs van 100 000 euro.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Geraamde inkomsten |
1419/002/005/001/002/ 22000020/0110 | € 214 000 | € 214 000 (Tervuursesteenweg en Oude Baan samen) |
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het perceel bouwgrond gelegen te Bertem, 1ste afdeling, sectie A, nr 484 A, eigendom van de gemeente, wordt verkocht via openbare verkoop.
Artikel 2:
Het perceel zal worden verkocht voor een minimumprijs van 100 000 euro en volgens de volgende bijzondere voorwaarden:
Artikel 3:
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om tot de aanstelling van een notaris over te gaan die belast wordt met de openbare verkoop van de grond, rekening houdende met de vastgestelde minimumprijs van 100 000 euro.
Artikel 4:
De voorzitter van de gemeenteraad en de gemeentesecretaris worden gemachtigd om de gemeente te vertegenwoordigen bij de notariële verplichtingen die voortvloeien uit deze beslissing.
Zitting van 17 december 2013
ERFGOEDCONVENANT. GOEDKEURING VERLENGING CONVENANT MET DE ERFGOEDKAMER BERTEM VZW.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Ieder trekker van een gemeentelijke toelage moet deze gebruiken voor het doel waarvoor zij is toegekend en moet het gebruik ervan rechtvaardigen. Elke beslissing tot verlening van een toelage moet bepalen: de aard, de omvang en de aanwendingsvoorwaarden van de toelage, welke verantwoording van de toelagetrekker wordt geëist en de termijnen waarbinnen die verantwoording dient te worden overgelegd.
Ieder verstrekker heeft het recht om ter plaatse de aanwending van de verleende toelage te doen controleren.
Adviezen
Argumentatie
De Erfgoedkamer Bertem vzw heeft een meerjarenplan 2014-2019 opgemaakt. Op basis van dit meerjarenplan kan de Erfgoedkamer Bertem vzw aantonen dat ze ruimschoots aan de hoofddoelstelling van het convenant met de gemeente voldoet nl. inwoners van Bertem en de bezoekers aan onze gemeente laten genieten van de historische, culturele, toeristische en ecologische waarde van de pastorij van Bertem, zowel het gebouw als de tuin. Uit het meerjarenplan, jaarverslag 2012 en begroting 2013 blijkt eveneens dat de Erfgoedkamer Bertem vzw voldoende werkingskosten kan aantonen en voldoende uitgaven voorziet voor de komende jaren.
Hun visie 'vinden, bewaren en tonen' met doelstellingen voor 2014-2019 toont opnieuw de nodige ambitie om hun rol als Erfgoedkamer te vervullen.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
1419/001/001/001/001 64900500/0529 | € 5000 | € 5000 | € 5000 |
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De raad beslist om het bijgevoegde convenant tussen het gemeentebestuur en de Erfgoedkamer Bertem vzw goed te keuren met als ingangsdatum 1 januari 2014 en als einddatum 31 december 2019.
Artikel 2:
De raad keurt de verderzetting van de 'stuurgroep erfgoedconvenant' goed, die bestaat uit 3 leden aangeduid door het college van burgemeester en schepenen (2 leden van het college van burgemeester en schepenen + 1 personeelslid van de gemeente) en 3 leden aangeduid door de raad van bestuur van de Erfgoedkamer.
Zitting van 17 december 2013
RESTAURATIE KERK SINT-PIETER. GOEDKEURING ONTWERP, RAMING, LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
Het ontwerpdossier voor fase 1, de restauratie van de kerk Sint-Pieter en de omgevingsaanleg, werd afgewerkt door architect Piet Stevens. Na goedkeuring van het dossier door de gemeenteraad wordt het voor pre-advies ingediend bij Onroerend Erfgoed. Na gunstig advies kan het dossier bij de provincie worden ingediend voor aanvraag van de restauratiepremie. Vervolgens is het wachten op de premie alvorens tot aanbesteding kan worden overgegaan.
Financiële gevolgen
Begrotingsartikel | Begrotingskrediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
1419/002/002/002/001/ 22103500/0790 | € 200 000 | € 200 000 | € 91 821,46 (fase 1) |
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het bijzonder bestek en de raming voor de opdracht "Restauratie parochiekerk Sint-Pieter en kerkhof te Bertem, fase 1: Restauratie parochiekerk en buitenaanleg", opgesteld door de ontwerper, ir. architect Piet Stevens, Mastellestraat 37 te 3020 Veltem-Beisem worden goedgekeurd, waarbij de gemeenteraad de volgende opmerkingen wenst te formuleren:
1. Toegankelijkheid
Voor de toegang tot de kerk vanuit de Groenendaal wordt in het ontwerpdossier het (her)gebruik van witte bolvormige kasseien voorzien.
Dit is zeer onvriendelijk voor rolstoelgebruikers, kinderwagens, iedereen die moeilijk te been is.
Het handboek toegankelijkeid gepromoot door de Vlaamse Overheid stelt:
"Een gebouw of omgeving moet vandaag meer dan ooit antwoord kunnen bieden op de verschillende noden en behoeften van een grote groep gebruikers. Hoge eisen worden gesteld aan het realiseren van onze bebouwde omgeving. Uit een reeks van vele criteria is 'toegankelijkheid' er slechts één. Het is er echter wel één met grote relatie tot het gebruik van het gebouw.
Een toegankelijke leefomgeving en dienstverlening zijn vandaag uitgegroeid tot een basisrecht. Zij vormen bovendien de sleutel tot een volwaardige maatschappelijke integratie en participatie van iedereen.
'Toegankelijkheid' in (voor het publiek toegankelijke) gebouwen betekent o.m. dat gebouwen en hun omgeving bereikbaar, betreedbaar en bruikbaar moeten zijn. Dit opdat iedereen deze op een onafhankelijke en gelijkwaardige manier kan gebruiken.
De gemeenteraad is van oordeel dat dit onderdeel van het dossier herbekeken wordt teneinde de restauratie van het monument beter te verzoenen met de toegankelijkheid van onze kerk.
2. Herbepleistering achter het altaar
Sinds zeer vele jaren is een gedeelte van de muren achter het altaar van de kerk niet bepleisterd. Dit oogt mooi.
De gemeenteraad is van oordeel dat het bepleisteren van deze muren kostenverhogend is, geen meerwaarde betekent en dus beter ongewijzigd zou blijven.
De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. Het aandeel voor de gemeente Bertem bedraagt 75 885,50 euro excl. btw of 91 821,46 euro incl. 21% btw.
Artikel 2:
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open aanbesteding.
Artikel 3:
Het goedgekeurde dossier wordt voor pre-advies overgemaakt aan de erfgoedconsulent bij het provinciale team Onroerend Erfgoed.
Artikel 4:
Na gunstig advies wordt aan de ontwerper opdracht gegeven om het aanvraagdossier voor de restauratiepremie op te stellen voor indiening bij de provincie.
Artikel 5:
De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het budget van 2018, op artikel 1419/002/002/002/001/22103500/0790 van het investeringsbudget.
Zitting van 17 december 2013
VERKAVELINGEN. BESLISSING WEGENIS VERKAVELING NUBRIX TE 3060 KORBEEK-DIJLE, NIJVELSEBAAN.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
De gemeenteraad is van mening dat deze ventweg op het gebied van veiligheid en bereikbaarheid geen meerwaarde biedt aan de ontwikkeling van deze zone. De Nijvelsebaan is ter hoogte van het project heel overzichtelijk en voldoende veilig om een rechtstreekse ontsluiting te realiseren. Door de aanleg van een parallelweg worden de lasten van de bewoners van de eerste fase langsheen de Veeweide (verkavelingsvergunning 18 oktober 2010) verhoogd. Door het sterk afhellend karakter van het terrein zal voor de aanleg van de ventweg een sterke ophoging nodig zijn. Deze ophoging kan voor heel wat wateroverlast zorgen voor de omliggende percelen. Door de aanleg van deze ventweg wordt ook het natuurgebied kleiner.
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De overeenkomst tussen de verkavelaars en het college van burgemeester en schepenen van 18 februari 2013 over de uitrusting van deze verkaveling wordt door de raad niet bekrachtigd.
Artikel 2:
De raad neemt kennis van de resultaten van het openbaar onderzoek waaruit blijkt dat er 4 klachten zijn ingekomen.
Artikel 3:
Het tracé van de voorziene wegenis in deze verkavelingsaanvraag en zoals voorgesteld op het wegenisdossier van Architectuurwerkplaats Patrick Morren wordt niet goedgekeurd.
Zitting van 17 december 2013
SPEELPLEINWERKING KATTESTROOF. GOEDKEURING RETRIBUTIEREGLEMENT.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen, waaronder de gemeentelijke belasting- en retributiereglementen, vast.
De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de gemeentebelastingen en het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.
Adviezen
Bemerking 1
De jeugdraad kan zich vinden in een verhoging van de dagprijzen om zo de verschillen met de omliggende gemeenten weg te werken. Er zou zelfs nog een groter verschil mogen zijn tussen de dagprijs voor kinderen van inwoners binnen de gemeente en buiten de gemeente.
Bemerking 2
De opvangtarieven zouden gelijkgesteld worden met de tarieven van de voor- en naschoolse opvang. De jeugdraad heeft hier geen problemen mee. Alleen vinden ze de 5 euro per begonnen kwartier, die zou gevraagd worden als boete wanneer ouders hun kinderen later dan 18 uur komen ophalen, overdreven. Men is bang om boze reacties van de ouders te krijgen als ze bijvoorbeeld 3 minuten te laat zijn omdat ze in de file stonden. De jeugdraad zou liever de oude boete behouden nl. de vaste prijs van 2,50 euro bij afhaling na 18 uur.
Argumentatie
Het huidige retributiereglement voor de gemeentelijke speelpleinwerking Kattestroof eindigt op 31 december 2013. De tarieven zijn niet meer aangepast sinds 2006. De organisatie van de speelpleinwerking brengt uitgaven en inkomsten met zich mee. De uitgaven zijn gestegen, terwijl de inkomsten niet mee zijn geëvolueerd sinds 2006.
Een verhoging van de tarieven is aangewezen. De nieuwe voorstellen van tarieven zijn gebaseerd op een vergelijking met de omliggende gemeenten. De meeste omliggende gemeenten vragen gemiddeld 2 euro meer voor een dagdeelname.
De korting die toegestaan wordt vanaf drie kinderen of meer valt weg omdat de deelnameprijs zeer betaalbaar blijft en omdat de kosten voor kinderopvang fiscaal aftrekbaar zijn (11,20 euro per opvangdag en per kind jonger dan 12 jaar). Ook mutualiteiten geven een tussenkomst in de deelname aan speelpleinwerking.
De opvangtarieven worden best gelijkgesteld aan de tarieven van de voor- en naschoolse opvang in de scholen.
Een vereenvoudiging in de prijzen voor de speciale activiteiten is eveneens wenselijk.
Momenteel wordt de prijs van de speciale activiteiten telkens individueel bepaald. Een opdeling in twee prijscategorieën (activiteiten ter plaatse en activiteiten met busverplaatsing) maakt het betaalsysteem eenvoudiger.
Op de verkoop van T-shirts en sweaters moet een kleine prijsverhoging worden toegepast om de stijgende kosten op te vangen.
Door de variërende prijzen van vormingsactiviteiten en jeugdinfrastructuur is het aangewezen dat het college van burgemeester en schepenen de deelnameprijs voor een vormingsactiviteit of vormingsweekend apart vastlegt. De gemeenteraad kan het vaststellen van het tarief en de bepaling van de wijze van inning delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Met ingang van 1 januari 2014 en voor een termijn die eindigt op 31 december 2018 wordt een retributie geheven op de deelname van kinderen aan de activiteiten van de gemeentelijke speelpleinwerking en op de deelname aan de animatorenwerking van de gemeentelijke speelpleinwerking.
Artikel 2:
De retributie is verschuldigd door de persoon die de inschrijving van het kind voor de gemeentelijke speelpleinwerking vraagt of door de persoon die deelneemt aan de animatorenwerking van de gemeentelijke speelpleinwerking.
Artikel 3:
De tarieven worden als volgt vastgesteld:
SPEELPLEINWERKING
Dagdeelname
Speciale activiteiten
Het college wordt gemachtigd om de activiteiten in te delen in hetzij de categorie "Activiteit ter plaatse, met lijnbus of lage toegangsprijs" hetzij de categorie "Activiteit met busverplaatsing of hoge toegangsprijs".
De retributie voor deelname aan een speciale activiteit wordt niet gecumuleerd met de retributie voor dagdeelname.
Drank
Opvang
Kledij
ANIMATORENWERKING
Kledij
Artikel 4:
Voor de volgende activiteiten machtigt de gemeenteraad het college van burgemeester en schepenen tot het bepalen van het tarief van de retributies:
Artikel 5:
Het bedrag van de retributie wordt op volgende wijze geïnd:
SPEELPLEINWERKING
ANIMATORENWERKING
Artikel 6:
Dit besluit wordt binnen de 20 dagen voor kennisgeving overgemaakt aan de provinciegouverneur.
Zitting van 17 december 2013
PARTICIPATIE DOOR DE BURGER. GOEDKEURING STATUTEN JEUGDRAAD.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
De bevoegdheid tot het inrichten van adviesraden en overlegstructuren kan niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd.
Alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren.
Om voor subsidiëring in aanmerking te komen en met het oog op de organisatie van het overleg en de inspraak bij de voorbereiding en de uitvoering van het jeugdbeleid, inzonderheid in het kader van het meerjarenplan, richt de gemeenteraad een jeugdraad op of erkent de gemeenteraad een al bestaande jeugdraad.
Adviezen
Argumentatie
De statuten van de jeugdraad zijn sinds 2002 niet gewijzigd.
Bij de vernieuwing van de jeugdraad hoort het actualiseren en het conform maken van de statuten aan de huidige regelgeving.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt onderstaande statuten van de jeugdraad goed.
STATUTEN GEMEENTELIJKE JEUGDRAAD
ERKENNING
Artikel 1
De jeugdraad wordt erkend als adviesorgaan in uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepalingen van het provinciaal jeugdbeleid, conform de bepalingen van dit nieuwe decreet en volgens de voorwaarden bepaald in het gemeenteraadsbesluit van 30 april 2013.
De jeugdraad heeft zijn administratieve zetel op de dienst vrije tijd en communicatie in het gemeentehuis, Tervuursesteenweg 178, 3060 Bertem.
DOELSTELLINGEN
Artikel 2
De gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen zullen de jeugdraad betrekken bij de voorbereiding en de uitvoering van het gemeentelijk jeugdbeleid. Via overleg, inspraak, participatie en samenwerking tussen het gemeentebestuur, de jeugdraad, de jeugdwerkverenigingen en de individuele jeugd zal de jeugdraad meewerken aan het gemeentelijk jeugdbeleid in een zo breed mogelijke zin van het woord. De jeugdraad zal om advies gevraagd worden over alle aangelegenheden die te maken hebben met het jeugdbeleid. Met jeugdbeleid is zowel bedoeld het jeugdwerkbeleid, namelijk de beleidsmaatregelen naar kinderen en jongeren in hun vrije tijd als het jeugdwelzijnsbeleid, namelijk alle beleidsmaatregelen naar kinderen en jongeren in alle levenssituaties.
Eveneens heeft de jeugdraad de mogelijkheid over alle andere beleidsdossiers waarvan hij vindt dat er jeugdbelangen in het geding zijn op eigen initiatief een advies uit te brengen aan de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen.
De jeugdraad heeft daarnaast als opdracht om, al dan niet samen met het gemeentebestuur:
STRUCTUUR
Artikel 3
De jeugdraad heeft de volgende structuur:
SAMENSTELLING ALGEMENE VERGADERING
Artikel 4
De algemene vergadering van de jeugdraad bestaat uit volgende stemgerechtigde leden:
Politieke mandatarissen kunnen geen lid zijn van de jeugdraad.
Het dagelijks bestuur kan een beroep doen op personen met een bijzondere bekwaamheid bij de bespreking van bepaalde punten van de agenda van de algemene vergadering. Deze deskundigen zijn raadgevend.
PROCEDURE SAMENSTELLING ALGEMENE VERGADERING
Artikel 5
De algemene vergadering van de gemeentelijke jeugdraad wordt samengesteld volgens volgende procedure:
Deze afgevaardigden worden door de betrokken vereniging of organisatie aangeduid en moeten voldoen aan volgende voorwaarden:
80% van de leden van de jeugdraad moet in de gemeente wonen. De leden van het dagelijks bestuur moeten allemaal in de gemeente wonen.
Kandidaten moeten aan volgende voorwaarden voldoen:
Het aantal gecoöpteerde leden mag niet meer dan 1/4 van het totale aantal leden van de jeugdraad bedragen. De overige kandidaten worden opgenomen als waarnemende leden.
Een vereniging die na de oprichtingsvergadering lid van de jeugdraad wenst te worden, dient een schriftelijke aanvraag te richten aan het dagelijks bestuur van de jeugdraad. Indien ze beantwoordt aan de gestelde normen van erkenning kan ze toetreden tot de algemene vergadering. Na de erkenning wordt de organisatie stemgerechtigd.
ENGAGEMENT
Artikel 6
Alle stemgerechtigde leden van de jeugdraad zijn gehouden aan de volgende rechten en plichten:
1. Plichten van het stemgerechtigde lid:
2. Rechten van het stemgerechtigde lid:
EINDE MANDAAT
Artikel 7
Het mandaat van de stemgerechtigde leden wordt beëindigd:
Artikel 8
De algemene vergadering kan steeds waarnemende leden met raadgevende stem aanduiden. De waarnemende leden hebben geen stemrecht.
Volgende personen zijn steeds waarnemend lid:
SAMENSTELLING DAGELIJKS BESTUUR
Artikel 9
De algemene vergadering kiest om de zes jaar, bij het begin van een nieuw werkjaar dat loopt van 1 september tot 31 augustus, een dagelijks bestuur van minstens 4 personen waaronder een voorzitter en ondervoorzitter. Samen met de jeugdconsulent en schepen van jeugd vormen zij het dagelijks bestuur.
Het dagelijks bestuur bereidt de algemene vergadering administratief, praktisch en inhoudelijk voor. Ze formuleert eveneens de adviezen en doet de voorbereidingen van de adviezen aan het gemeentebestuur. Ze voert de taken uit die voortvloeien uit beslissingen van het bestuur.
Als het dagelijks bestuur het nodig acht of op vraag van de algemene vergadering kan zij werkgroepen opstarten.
VERGADEREN
Artikel 10
De algemene vergadering komt minstens tweemaal per jaar samen of op verzoek van het dagelijks bestuur of wanneer 1/3 van de leden erom vraagt. De vergaderingen zijn openbaar. De uitnodigingen worden digitaal verstuurd.
De algemene vergadering heeft de volgende bevoegdheden:
Verslagen en adviezen zijn ter inzage op de dienst vrije tijd en communicatie en worden via verschillende kanalen bekendgemaakt in de gemeente. De verslagen worden aan de leden toegestuurd via mail.
GELDIGE BESLISSINGEN NEMEN
Artikel 11
De algemene vergadering streeft bij alle beslissingen naar een zo groot mogelijke eensgezindheid. Er wordt enkel gestemd indien er een duidelijke consensus ontbreekt.
Om geldig te kunnen stemmen tijdens de algemene vergadering moet minstens 1/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn.
Indien er moet worden gestemd over aspecten van het huishoudelijk reglement en de statuten dient 2/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig te zijn.
Indien het nodige aantal stemgerechtigde deelnemers niet wordt bereikt, dan wordt het agendapunt verdaagd naar de volgende algemene vergadering. Ongeacht het aantal aanwezigen wordt er dan beslist over het agendapunt. Bij een staking van de stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
WERKGROEPEN
Artikel 12
De algemene vergadering kan steeds werkgroepen oprichten van tijdelijke of permanente aard. Elk lid van de jeugdraad en ook andere geïnteresseerde jongeren kunnen hiervan lid worden.
Deze jongeren moeten voldoen aan volgende voorwaarden:
Ook deskundigen kunnen deel uitmaken van de werkgroepen.
ONDERSTEUNING
Artikel 13
De gemeente biedt administratieve en logistieke ondersteuning aan de jeugdraad en stelt een ambtenaar ter beschikking voor het bijwonen van de vergaderingen en het secretariaatswerk.
AFSPRAKENNOTA EN HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 14
De jeugdraad respecteert de afsprakennota die met betrekking tot de werking van de adviesraden in relatie met het gemeentebestuur werd opmaakt. In de afsprakennota wordt de adviesfunctie geconcretiseerd.
In een huishoudelijk reglement kan de jeugdraad verder alles concretiseren wat niet door de statuten wordt bepaald.
HEROPRICHTING JEUGDRAAD
Artikel 15
Uiterlijk binnen de zes maanden volgend op de installatie van een nieuwe gemeenteraad moet de raad opnieuw opgericht en erkend worden.
De statuten van de gemeentelijke jeugdraad worden goedgekeurd door de gemeenteraad. De jeugdraad is gemachtigd wijzigingen aan de statuten aan de gemeenteraad voor te stellen.
Deze statuten vervangen alle voorgaande.
Zitting van 17 december 2013
PARTICIPATIE DOOR DE BURGER. GOEDKEURING STATUTEN CULTUURRAAD.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
De statuten van de cultuurraad zijn sinds 2002 niet gewijzigd.
Bij de vernieuwing van de cultuurraad hoort het actualiseren en het conform maken van de statuten aan de huidige regelgeving.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt de statuten van de cultuurraad goed.
Statuten van de gemeentelijke cultuurraad
ERKENNING
Artikel 1:
De gemeente organiseert een gemeentelijk adviesorgaan voor cultuur, de cultuurraad, in uitvoering van het decreet van 6/7/2012 betreffende het Lokaal Cultuurbeleid, volgens de nadere voorwaarden bepaald in dit organiek reglement.
DOELSTELLINGEN
Artikel 2:
De gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen zullen de cultuurraad betrekken bij de voorbereidingen en de uitvoering van het gemeentelijke cultuurbeleid.
Het adviesorgaan zal bijgevolg in het kader van de beleidsvoorbereiding en evaluatie om advies gevraagd worden over alle aangelegenheden, bedoeld in artikel 4, 1° tot en met 10° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, met uitzondering van 7° (jeugdbeleid) en 9° (sport). De cultuurraad zal ook om
advies worden gevraagd bij de opmaak en de uitvoering van het strategische meerjarenplan.
Daarnaast heeft de cultuurraad de mogelijkheid om over alle hierboven genoemde aangelegenheden en over alle andere beleidsdossiers, waarvan zij vindt dat er culturele belangen in het geding zijn, advies uit te brengen aan de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 3:
De cultuurraad heeft daarnaast als opdracht om het lokale culturele werk te stimuleren door overleg, coördinatie en samenwerking tot stand te brengen tussen enerzijds de culturele verenigingen en anderzijds niet-georganiseerde cultureel geïnteresseerde en geëngageerde inwoners.
INFORMATIEUITWISSELING EN OVERLEG
Artikel 4:
Om de adviesfunctie van de cultuurraad mogelijk te maken, kan de raad de agenda en het verslag (van de openbare zitting) van de gemeenteraad raadplegen op de gemeentelijke website.
De schepen bevoegd voor cultuur deelt aan de cultuurraad de agendapunten mee van de vergaderingen van het college van burgemeester en schepenen die te maken hebben met de beleidsmateries waarover de cultuurraad adviesbevoegdheid heeft.
Artikel 5:
Wanneer het gemeentebestuur de cultuurraad om advies vraagt, zal het bij de adviesvraag alle nodige informatie voegen. Ook hebben de leden van de cultuurraad het recht om inzage te nemen in alle documenten en dossiers die betrekking hebben op het dossier tenzij er wettelijke bezwaren zijn. Dit inzagerecht kan uitgeoefend worden via de gemeentesecretaris.
Wanneer de cultuurraad op eigen initiatief een advies wenst uit te brengen, kan hij steeds informatie opvragen aan het college van burgemeester en schepenen. Het college zal de informatie ter beschikking stellen tenzij er wettelijke bezwaren zijn. De schriftelijke verzoeken om informatie vanwege de adviesraad zullen binnen de dertig werkdagen beantwoord worden door de gevraagde informatie ter beschikking te stellen ofwel door de wettelijke bezwaren tegen de informatieverstrekking mee te delen.
Artikel 6:
De cultuurraad schenkt de nodige aandacht aan de informatie-uitwisseling op het gebied van culturele aangelegenheden of wat hiermee verband houdt, tussen de verschillende bestaande adviesraden en participatieorganen in de gemeente:
Deze raden behouden vanzelfsprekend de hun bij wet, decreet of andere gemeenteraadsbeslissingen toegekende advies- of beheersbevoegdheden.
ADVIES VRAGEN
Artikel 7:
Het gemeentebestuur zal de adviesvragen steeds schriftelijk stellen met:
Het gemeentebestuur geeft de cultuurrraad steeds minimaal een termijn van dertig werkdagen, te rekenen vanaf de datum van aankomst van de adviesvraag bij de adviesraad. Slechts om uitzonderlijke redenen en omwille van hoogdringendheid kan het gemeentebestuur deze termijn gemotiveerd inkorten. In onderlinge afspraak tussen adviesraad en gemeentebestuur kan de termijn ook met de helft worden verlengd. De maanden juli en augustus worden bij het berekenen van de termijn buiten beschouwing gelaten.
ADVIES UITBRENGEN
Artikel 8:
De cultuurraad zal de adviezen die hij uitbrengt steeds schriftelijk bezorgen aan het gemeentebestuur en in de adviezen melding maken van:
Deze tekst van de adviezen maakt steeds deel uit van het desbetreffende dossier dat wordt voorgelegd aan het college, de gemeenteraad of de hogere overheid.
Als de cultuurraad geen advies uitbrengt binnen de afgesproken termijn mag het advies als gunstig worden beschouwd.
BEANTWOORDING VAN ADVIEZEN
Artikel 9:
Het gemeentebestuur zal binnen een termijn van dertig werkdagen te rekenen vanaf de datum dat het advies bij het gemeentebestuur toekwam, een schriftelijk gemotiveerd antwoord op het advies bezorgen aan de erkende adviesraad als de beslissing van het gemeentebestuur afwijkt van het advies.
Als de verdere behandeling van het dossier langere tijd vraagt, zal het gemeentebestuur binnen de dertig dagen een antwoord bezorgen met melding van de procedure die het dossier nog verder moet volgen en de opgave van de datum waarop een definitief antwoord aan de cultuurraad zal worden bezorgd. De maanden juli en augustus worden bij het berekenen van de termijn buiten beschouwing gelaten.
ONDERSTEUNING
Artikel 10:
Het gemeentebestuur biedt de cultuurraad administratieve en logistieke ondersteuning door een ambtenaar ter beschikking te stellen voor het bijwonen van de vergaderingen van de raad en om de secretariaatswerkzaamheden waar te nemen.
SAMENSTELLING EN WERKING VAN DE RAAD
De cultuurraad stelt een huishoudelijk reglement op dat de samenstelling en werking ervan bepaalt.
Artikel 11:
Het adviesorgaan voor cultuur wordt samengesteld uit stemgerechtigde leden en waarnemers: alle culturele organisaties en instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten en die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
Stemgerechtigde leden zijn:
a) één afgevaardigde van alle culturele organisaties en instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers en een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente. Op de samenkomsten van het adviesorgaan kan de effectieve afgevaardigde zich laten vervangen door zijn plaatsvervanger.
b) één afgevaardigde van alle culturele organisaties en instellingen, zowel private als publieke, die werken met professionele beroepskrachten en een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente. Op de samenkomsten van het adviesorgaan kan de effectieve afgevaardigde zich laten vervangen door zijn plaatsvervanger.
c) deskundigen op vlak van cultuur, woonachtig in de gemeente.
Waarnemers zijn:
a) de schepen bevoegd voor cultuur;
b) de medewerker aangeduid door de gemeente ter ondersteuning van het adviesorgaan;
c) de fractieleiders van de politieke partijen.
Externe deskundigen kunnen gehoord worden in het kader van de adviesverlening over een specifiek item.
Artikel 12:
De cultuurraad respecteert de afsprakennota die met betrekking tot de werking van de adviesraden in relatie met het gemeentebestuur werd opmaakt. In de afsprakennota wordt de adviesfunctie geconcretiseerd.
In het huishoudelijk reglement kan de cultuurraad verder alles concretiseren wat niet door de statuten wordt bepaald. Het huishoudelijke reglement zal minimaal de volgende elementen bevatten die conform moeten zijn met de bepalingen van het decreet Lokaal Cultuurbeleid van 6 juli 2012:
Zitting van 17 december 2013
PARTICIPATIE DOOR DE BURGER. GOEDKEURING STATUTEN LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
De bevoegdheid tot het inrichten van adviesraden en overlegstructuren kan niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd.
Alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren.
Dit besluit regelt de oprichting, de opdracht en de organisatie van het Lokaal Overleg Kinderopvang.
Adviezen
Argumentatie
De statuten van het Lokaal Overleg Kinderopvang zijn sinds 2007 niet gewijzigd.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt onderstaande statuten van het Lokaal Overleg Kinderopvang goed.
Statuten van het lokaal overleg kinderopvang
ERKENNING
Artikel 1
Het Lokaal Overleg Kinderopvang wordt door de gemeenteraad erkend als adviesorgaan volgens de voorwaarden bepaald in het gemeenteraadsbesluit van 30 april 2013.
Het Lokaal Overleg Kinderopvang heeft haar administratieve zetel op de dienst vrije tijd en communicatie in het gemeentehuis, Tervuursesteenweg 178, 3060 Bertem.
DOELSTELLINGEN
Artikel 2
De gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen zullen het Lokaal Overleg Kinderopvang betrekken bij de voorbereiding en de uitvoering van het gemeentelijk kinderopvangbeleid. Via overleg, inspraak, participatie en samenwerking tussen het gemeentebestuur en de leden van het Lokaal Overleg Kinderopvang zal de adviesraad meewerken aan het gemeentelijk kinderopvangbeleid in een zo breed mogelijke zin van het woord. Het Lokaal Overleg Kinderopvang zal om advies gevraagd worden over alle aangelegenheden die te maken hebben met het kinderopvangbeleid.
Eveneens heeft het Lokaal Overleg Kinderopvang de mogelijkheid over alle andere beleidsdossiers (waarvan zij vindt dat de belangen rond kinderopvang in het gedrang zijn) op eigen initiatief een advies uit te brengen aan de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepen.
SAMENSTELLING EN VERTEGENWOORDIGING
Artikel 4
De algemene vergadering van het Lokaal Overleg Kinderopvang wordt samengesteld volgens volgende procedure:
De kandidaten moeten aan volgende voorwaarden voldoen:
Een organisatie of persoon die na de oprichtingsvergadering lid van het Lokaal Overleg Kinderopvang wenst te worden dient een schriftelijke aanvraag te richten aan de voorzitter van het Lokaal Overleg Kinderopvang. Indien ze beantwoordt aan de gestelde normen om erkend te worden door het gemeentebestuur, kan ze toetreden tot de algemene vergadering. Na erkenning door het gemeentebestuur is deze persoon stemgerechtigd.
Artikel 5
Het Lokaal Overleg Kinderopvang is samengesteld uit:
Stemgerechtigde leden
Waarnemende leden
ENGAGEMENT
Artikel 6
Alle stemgerechtigde leden van het Lokaal Overleg Kinderopvang zijn gehouden aan de volgende rechten en plichten:
VERGADEREN
Artikel 7
De algemene vergadering komt minstens één keer per jaar samen of op verzoek van het dagelijks bestuur of wanneer 1/3 van de leden erom vraagt. De uitnodigingen worden digitaal of op aanvraag per post verzonden.
De algemene vergadering heeft de volgende bevoegdheden:
Verslagen en adviezen zijn ter inzage op de dienst vrije tijd en communicatie en worden via verschillende kanalen bekendgemaakt in de gemeente. De verslagen worden aan de leden digitaal of op aanvraag per post bezorgd.
Artikel 8
De algemene vergadering kiest om de zes jaar tijdens de oprichtingsvergadering een dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur bestaat uit 4 personen: de voorzitter, een door de algemene vergadering aangeduid lid dat fungeert als ondervoorzitter, de ambtenaar van lokaal overleg kinderopvang en de schepen van kinderopvang.
Het dagelijks bestuur bereidt de algemene vergadering administratief, praktisch en inhoudelijk voor. Ze formuleert eveneens de adviezen en doet de voorbereidingen van de adviezen aan het gemeentebestuur. Ze voert de taken uit die voortvloeien uit de beslissingen van het bestuur.
Artikel 9
Het dagelijks bestuur kan zelf of op vraag van de algemene vergadering een werkgroep oprichten van tijdelijke of permanente aard. Elk lid van het lokaal overleg kinderopvang kan hiervan lid worden.
De niet-leden moeten aan volgende voorwaarden voldoen:
Ook deskundigen kunnen deel uitmaken van een werkgroep.
GELDIGE BESLISSINGEN NEMEN
Artikel 10
De algemene vergadering streeft bij alle beslissingen naar een zo groot mogelijke eensgezindheid. Er wordt enkel gestemd indien er een duidelijke consensus ontbreekt. Om geldig te kunnen stemmen tijdens de algemene vergadering moet minstens 1/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn.
Indien er moet worden gestemd over aspecten van het huishoudelijk reglement en de statuten dient 2/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig te zijn.
Indien het nodige aantal stemgerechtigde deelnemers niet wordt bereikt, dan wordt het agendapunt uitgesteld naar de volgende algemene vergadering. Ongeacht het aantal aanwezigen wordt er dan beslist over het agendapunt. Bij een staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
ADVIES VRAGEN
Artikel 11
Het gemeentebestuur zal de adviesvragen altijd schriftelijk bezorgen met:
Het gemeentebestuur geeft het Lokaal Overleg Kinderopvang minimaal dertig werkdagen, te rekenen vanaf de datum van aankomst bij de secretaris van de adviesraad. Slechts om uitzonderlijke redenen en omwille van hoogdringendheid kan het gemeentebestuur de termijn inkorten. In samenspraak tussen het gemeentebestuur en het Lokaal Overleg Kinderopvang kan de termijn ook met de helft verlengd worden. De maanden juli en augustus worden bij de berekening van de termijn niet meegerekend.
ADVIES UITBRENGEN
Artikel 12
Het Lokaal Overleg Kinderopvang zal de adviezen die ze uitbrengt altijd schriftelijk bezorgen aan het gemeentebestuur met:
Het advies zal steeds deel uitmaken van het dossier dat wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad of een hogere overheid.
BEANTWOORDING VAN HET ADVIES
Artikel 13
Het gemeentebestuur zal binnen een termijn van dertig werkdagen, te rekenen vanaf de datum waarop het advies bij het gemeentebestuur toekwam, een schriftelijk en gemotiveerd antwoord bezorgen als de beslissing afwijkt van het advies.
Als de verdere afhandeling van het dossier langere tijd vraagt, kan het gemeentebestuur binnen de dertig dagen een antwoord bezorgen met vermelding van de procedure die het dossier nog verder moet volgen en de datum waarop een definitief antwoord aan het lokaal overleg kinderopvang wordt bezorgd.
De maanden juli en augustus worden bij de berekening van de termijn niet meegerekend.
ONDERSTEUNING
Artikel 14
Het gemeentebestuur biedt administratieve en logistieke ondersteuning aan het Lokaal Overleg Kinderopvang en stelt een ambtenaar ter beschikking om de vergaderingen bij te wonen en de taak van secretaris waar te nemen.
AFSPRAKENNOTA EN HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 15
Het Lokaal Overleg Kinderopvang respecteert de afsprakennota die met betrekking tot de werking van de adviesraden en in relatie met het college van burgemeester en schepen werd opgemaakt. In de afsprakennota wordt de adviesfunctie geconcretiseerd.
In een huishoudelijk reglement kan het Lokaal Overleg Kinderopvang verder alles concretiseren wat niet door de statuten wordt bepaald. Dit reglement wordt door de algemene vergadering bij gewone meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden goedgekeurd.
EINDE MANDAAT
Artikel 16
Het mandaat van de stemgerechtigde leden wordt beëindigd:
Zitting van 17 december 2013
PARTICIPATIE DOOR DE BURGER. GOEDKEURING STATUTEN SENIORENADVIESRAAD.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
De bevoegdhied tot het inrichten van adviesraden en overlegstructuren kan niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd.
Alleen de gemeenteraad kan overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die tot opdracht hebben op regelmatig en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren.
Adviezen
Argumentatie
Bij de vernieuwing van de seniorenadviesraad hoort een actualisering van de statuten.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt onderstaande statuten van de seniorenadviesraad goed.
Statuten van de gemeentelijke seniorenadviesraad
ERKENNING
Artikel 1
De seniorenadviesraad wordt door de gemeenteraad erkend als adviesorgaan volgens de voorwaarden bepaald in het gemeenteraadsbesluit van 30 april 2013.
De seniorenadviesraad heeft haar administratieve zetel op de dienst vrije tijd en communicatie in het gemeentehuis, Tervuursesteenweg 178, 3060 Bertem.
DOELSTELLINGEN
Artikel 2
De gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen zullen de seniorenadviesraad betrekken bij de voorbereiding en de uitvoering van het gemeentelijk ouderenbeleid. Via overleg, inspraak, participatie en samenwerking tussen het gemeentebestuur, de seniorenadviesraad, de seniorenverenigingen en de individuele senioren zal de seniorenadviesraad meewerken aan het gemeentelijk ouderenbeleid in een zo breed mogelijke zin van het woord. De seniorenadviesraad zal om advies gevraagd worden over alle aangelegenheden die te maken hebben met het ouderenbeleid.
Eveneens heeft de seniorenadviesraad de mogelijkheid over alle andere beleidsdossiers (waarvan zij vindt dat de belangen van de senioren in het gedrang zijn) op eigen initiatief een advies uit te brengen aan de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 3
De seniorenadviesraad heeft daarnaast als opdracht om het lokaal seniorenwerk te stimuleren door overleg, coördinatie en samenwerking tot stand te brengen tussen enerzijds de seniorenverenigingen en anderzijds de niet-georganiseerde senioren.
SAMENSTELLING EN VERTEGENWOORDIGING
Artikel 4
De algemene vergadering van de gemeentelijke seniorenadviesraad wordt samengesteld volgens volgende procedure:
De kandidaten moeten aan volgende voorwaarden voldoen:
Een seniorenvereniging die na de oprichtingsvergadering lid van de seniorenadviesraad wenst te worden dient een schriftelijke aanvraag te richten aan de voorzitter van de seniorenadviesraad. Indien ze beantwoordt aan de gestelde normen om erkend te worden door het gemeentebestuur, kan ze toetreden tot de algemene vergadering van de seniorenadviesraad. Na erkenning door het gemeentebestuur is deze vereniging stemgerechtigd.
Artikel 5
De seniorenadviesraad is samengesteld uit:
Stemgerechtigde leden
Waarnemende leden
Externe deskundigen kunnen gehoord worden in het kader van de adviesverlening over een specifiek onderwerp.
ENGAGEMENT
Artikel 6
Alle stemgerechtigde leden van de seniorenadviesraad zijn gehouden aan de volgende rechten en plichten:
plichten van het stemgerechtigde lid:
rechten van het stemgerechtigde lid:
VERGADEREN
Artikel 7
De algemene vergadering komt minstens tweemaal per jaar samen of op verzoek van het dagelijks bestuur of wanneer 1/3 van de leden erom vraagt. De uitnodigingen worden digitaal of op aanvraag per post verzonden.
De algemene vergadering heeft de volgende bevoegdheden:
Verslagen en adviezen zijn ter inzage op de dienst vrije tijd en communicatie en worden via verschillende kanalen bekendgemaakt in de gemeente. De verslagen worden aan de leden digitaal of op aanvraag per post bezorgd.
Artikel 8
De algemene vergadering kiest om de zes jaar tijdens de oprichtingsvergadering een voorzitter en een ondervoorzitter. Deze beide vormen samen met de schepen van ouderenbeleid en de ambtenaar van ouderenbeleid het dagelijks bestuur.
Het dagelijks bestuur bereidt de algemene vergadering administratief, praktisch en inhoudelijk voor. Ze formuleert eveneens de adviezen en doet de voorbereidingen van de adviezen aan het gemeentebestuur. Ze voert de taken uit die voortvloeien uit de beslissingen van het bestuur.
Artikel 9
Het dagelijks bestuur kan zelf of op vraag van de algemene vergadering een werkgroep oprichten van tijdelijke of permanente aard. Elk lid van de seniorenadviesraad en ook andere geïnteresseerde senioren kunnen hiervan lid worden.
De niet-leden moeten aan volgende voorwaarden voldoen:
Ook deskundigen kunnen deel uitmaken van een werkgroep.
GELDIGE BESLISSINGEN NEMEN
Artikel 10
De algemene vergadering streeft bij alle beslissingen naar een zo groot mogelijke eensgezindheid. Er wordt enkel gestemd indien er een duidelijke consensus ontbreekt. Om geldig te kunnen stemmen tijdens de algemene vergadering moet minstens 1/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn.
Indien er moet worden gestemd over aspecten van het huishoudelijk reglement en de statuten dient 2/3 van de stemgerechtigde leden aanwezig te zijn.
Indien het nodige aantal stemgerechtigde deelnemers niet wordt bereikt, dan wordt het agendapunt uitgesteld naar de volgende algemene vergadering. Ongeacht het aantal aanwezigen wordt er dan beslist over het agendapunt. Bij een staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
ADVIES VRAGEN
Artikel 11
Het gemeentebestuur zal de adviesvragen altijd schriftelijk bezorgen met:
Het gemeentebestuur geeft de seniorenadviesraad minimaal dertig werkdagen, te rekenen vanaf de datum van aankomst bij de secretaris van de adviesraad. Slechts om uitzonderlijke redenen en omwille van hoogdringendheid kan het gemeentebestuur de termijn inkorten. In samenspraak tussen het gemeentebestuur en de seniorenadviesraad kan de termijn ook met de helft verlengd worden. De maanden juli en augustus worden bij de berekening van de termijn niet meegerekend.
ADVIES UITBRENGEN
Artikel 12
De seniorenadviesraad zal de adviezen die ze uitbrengt altijd schriftelijk bezorgen aan het gemeentebestuur met:
Het advies zal steeds deel uitmaken van het dossier dat wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad of een hogere overheid.
BEANTWOORDING VAN HET ADVIES
Artikel 13
Het gemeentebestuur zal binnen een termijn van dertig werkdagen, te rekenen vanaf de datum waarop het advies bij het gemeentebestuur toekwam, een schriftelijk en gemotiveerd antwoord bezorgen als de beslissing afwijkt van het advies.
Als de verdere afhandeling van het dossier langere tijd vraagt, kan het gemeentebestuur binnen de dertig dagen een antwoord bezorgen met vermelding van de procedure die het dossier nog verder moet volgen en de datum waarop een definitief antwoord aan de seniorenadviesraad wordt bezorgd.
De maanden juli en augustus worden bij de berekening van de termijn niet meegerekend.
ONDERSTEUNING
Artikel 14
Binnen het goedgekeurde gemeentebudget voorziet het gemeentebestuur jaarlijks een werkingstoelage voor de seniorenadviesraad. De werkingskosten dienen binnen het voorziene budget te blijven. Extra uitgaven worden op voorhand aangevraagd aan het college van burgemeester en schepenen.
Het gemeentebestuur biedt administratieve en logistieke ondersteuning aan de seniorenadviesraad en stelt een ambtenaar ter beschikking om de vergaderingen bij te wonen en de taak van secretaris waar te nemen.
AFSPRAKENNOTA EN HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 15
De seniorenadviesraad respecteert de afsprakennota die met betrekking tot de werking van de adviesraden en in relatie met het college van burgemeester en schepenen werd opgemaakt. In de afsprakennota wordt de adviesfunctie geconcretiseerd.
In een huishoudelijk reglement kan de seniorenadviesraad verder alles concretiseren wat niet door de statuten wordt bepaald. Dit reglement wordt door de algemene vergadering bij gewone meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden goedgekeurd.
EINDE MANDAAT
Artikel 16
Het mandaat van de stemgerechtigde leden wordt beëindigd:
Zitting van 17 december 2013
SUBSIDIEREGLEMENTEN. OPHEFFING RAADSBESLUIT VAN 26 FEBRUARI 2002 OVER DE GEMEENTELIJKE PREMIE VOOR DE BOUW VAN INDIVIDUELE KLEINSCHALIGE WATERZUIVERING.
Voorgeschiedenis
Juridische gronden
Argumentatie
Het gemeenteraadsbesluit om een gemeentelijke subsidie van 1000 euro toe te kennen voor het plaatsen van een IBA is genomen toen particulieren de financiering van een IBA volledig zelf moesten dragen. Bovenop de gemeentelijke subsidie kon er - in het kader van het gemeentelijk milieuconvenant - een aanvullende subsidie van het Vlaams gewest bekomen worden voor een bedrag van 1250 euro. De samenwerkingsovereenkomst milieu loopt echter af op 31 december 2013. De Vlaamse overheid heeft geen nieuwe samenwerkingsovereenkomst milieu voorgesteld voor 2014 en de volgende jaren.
Op 9 mei 2008 besliste de Vlaamse regering het subsidiebesluit voor rioleringen uit te breiden. De mogelijkheid voor het bekomen van een subsidie van 2250 euro voor IBA's geplaatst vanaf 1 januari 2008 werd voorzien.
Infrax (voorheen Riobra) heeft beslist om zelf in te staan voor de plaatsing en financiering van IBA's. Zo wordt het beheer van deze installaties gecentraliseerd en wordt het uitvallen van de IBA's door slecht beheer geminimaliseerd.
De eenmalige vergoeding die aan de particulier wordt aangerekend voor de eerste ingebruikname van de IBA is gelijk aan deze voor een huisaansluiting op de riolering. De vergoeding wordt verhoogd met 500 euro als gebruik wordt gemaakt van de voorbezinkingsinstallatie geïntegreerd in de IBA.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het gemeenteraadsbesluit van 26 februari 2002 voor het toekennen van een gemeentelijke premie voor de bouw van een individuele kleinschalige waterzuivering wordt opgeheven.
Artikel 2:
Deze beslissing treedt in werking op 1 januari 2014.
Zitting van 17 december 2013
AANVULLEND REGLEMENT OP DE POLITIE VAN HET WEGVERKEER. INSTELLEN KISS&RIDE ZONE AAN DE SPORTHAL TE LEEFDAAL.
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
Bij aanvang van de school is er een tekort aan parkeerplaatsen. Een Kiss & Ride zone zou de drukte op de parking achter de sportzaal verminderen.
De huidige bushalte kan omgevormd worden tot een Kiss & Ride zone. Het parkeren van een bus die ingezet wordt bij schoolactiviteiten, kan er toegelaten worden.
Het afzetten en het ophalen van kinderen die deelnemen aan de verschillende activiteiten in de sporthal zou via deze Kiss & Ride zone ook meer mogelijkheden bieden voor de ouders.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
In 3061 Bertem, Dorpstraat ter hoogte van de sportzaal, zal de huidige bushalte omgevormd worden tot een Kiss & Ride zone. Het parkeren van een schoolbus wordt er toegelaten.
Artikel 2:
De weggebruikers worden op de hoogte gebracht van deze reglementering door de verkeersborden:
- E9a met onderbord type VII a met vermelding Kiss & Ride en schoolbus
voorgeschreven bij KB van 1 december 1975, gewijzigd door het KB van 27 april 1976 e.v. inzake het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer.
Eddy Vranckx Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Dirk Stoffelen Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Anja De Herdt Yvette Laes Ludo Croonenberghs Tom Philips Jan De Keyzer Karin Baudemprez Marc Morris Herman Ginis Maria Andries Greet Goossens Roos De Backer Leonard Vranckx Joery Verhoeven Ken Geyns Joël Vander Elst Kristien Van Essche Jan Buysse Sonia Stiasteny Albert Mees Joris Fonteyn Roger De Muylder Leonard Vranckx Sonia Stiasteny Greet Goossens Joël Vander Elst Tom Philips Maria Andries Marc Morris Ken Geyns Albert Mees Ludo Croonenberghs Roos De Backer Roger De Muylder Joery Verhoeven Yvette Laes Anja De Herdt Karin Baudemprez Herman Ginis Joris Fonteyn Jan Buysse Jan De Keyzer Kristien Van Essche aantal voorstanders: 20 , aantal onthouders: 1 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 17 december 2013
LANDINRICHTING PLATEAU VAN MOORSEL. GOEDKEURING EINDVOORSTEL EN FINANCIERINGSPLAN INRICHTINGSPROJECT 'VOERLIJNEN'.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Dit besluit bepaalt de voorwaarden voor de subsidies van het Vlaamse Gewest voor landinrichtingswerken.
Adviezen
Argumentatie
Het project Voerlijnen op grondgebied Bertem betekent voor de gemeente een financiële inbreng van 42 431 euro incl. btw, te spreiden over een periode van 4 jaren.
De maatregelen voor de wandelroute Voervallei zijn bovenlokaal van recreatief belang.
De aanleg van het ecokruispunt de Hegge is belangrijk wegens de ecologische relevantie, de maatregelen kaderen ook in de beleidsopties die genomen zijn in het ruimtelijk structuurplan Bertem.
Vooraleer tot realisatie over te gaan van het deel Hegge, dient er grondig overleg gepleegd te worden met de betrokken landbouwer(s) over het onderhoud en beheer van de aan te leggen kleine landschapselementen.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
1419/001/001/001/001 60102500/0200 | € 135 000 | € 135 000 | € 42 431 (gespreid over 4 jaar). € 10 608/jaar. |
De gemeente moet gedurende 20 jaar instaan voor het onderhoud van de gesubsidieerde werken. De kostprijs hiervan is niet inbegrepen in de vermelde uitgave.
Bijlagen
Besluit
20 stemmen voor: Albert Mees, Marc Morris, Joël Vander Elst, Greet Goossens, Jan Buysse, Ludo Croonenberghs, Maria Andries, Leonard Vranckx, Yvette Laes, Roos De Backer, Herman Ginis, Sonia Stiasteny, Joery Verhoeven, Jan De Keyzer, Tom Philips, Joris Fonteyn, Ken Geyns, Karin Baudemprez, Anja De Herdt en Roger De Muylder
1 onthouding: Kristien Van Essche
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt het afgeslankte voorstel van inrichtingsplan 2 'Voerlijnen' in het kader van het landinrichtingsproject Plateau van Moorsel – inrichtingsproject Voervallei, opgemaakt door de VLM, goed.
Artikel 2:
De gemeenteraad gaat akkoord met het financieringsplan waarbij het aandeel van de gemeente wordt geraamd op 42 431 euro incl. btw. De financiering gebeurt gespreid over 4 jaar.
Artikel 3:
De gemeente zal volgende maatregelen, die uitgevoerd worden door de Vlaamse Landmaatschappij, financieren ten bedrage van 30 % van de werkelijke kostprijs:
1. Wandelroute Voervallei
3. Ecokruispunt de Hegge
De gemeente zal de volgende maatregelen, die uitgevoerd worden door de Vlaamse Landmaatschappij, financieren ten bedrage van 50 % van de werkelijke kostprijs:
3. Ecokruispunt de Hegge
De gemeente zal de via subsidies ingerichte goederen zoals hierboven vermeld, gedurende een periode van 20 jaar in stand houden en beheren in functie van de doelstelling van openbaar nut vastgesteld in het inrichtingsplan.
Artikel 4:
Vooraleer overgegaan wordt tot realisatie van het ecokruispunt de Hegge is grondig overleg nodig met de betrokken landbouwer(s) over het beheer en onderhoud na uitvoering.
Zitting van 17 december 2013
VRAGENKWARTIERTJE.
Bespreking
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.