Zitting van 26 april 2021
ZITTINGEN CBS. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.
Juridische grond
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt de notulen van de zitting van 19 april 2021 goed.
Zitting van 26 april 2021
LOKALE ECONOMIE. DEELNAME CAMPAGNE 'WEEK VAN DE MARKT'.
Besluit
Motivering
De provincie Vlaams-Brabant organiseert in samenwerking met de lokale besturen de campagne 'Week van de Markt'.
Deze gaat door van 28 juni tot 4 juli 2021. Voor Bertem is dit op donderdag 1 juli.
Het is de bedoeling om:
• alle Vlaams-Brabantse handelskernen te versterken en specifiek aandacht te hebben voor de ambulante handel
• de aantrekkingskracht van de markt en belevingswaarde op de markt te verhogen
• zowel jonge gezinnen als ouderen aanmoedigen om de markt te bezoeken
• de korte keten en de straffe streekproducten te promoten.
Per aankoop krijgt elke klant een invulbon. Tijdens de markt wordt een promostand ingericht met een wedstrijdurne. De invulbonnen worden in de wedstrijdurne gedeponeerd.
Hieruit worden een aantal winnaars geloot. De gemeente bepaalt het aantal prijzen (minimum één hoofdprijs). Er wordt gevraagd om overal dezelfde hoofdprijs te gebruiken nl. vakantiecheque voor een B&B weekend via Logeren in Vlaanderen ter waarde van 300 euro (gezamenlijk te bestellen via de provincie). De plaats en het tijdstip van de prijsuitreiking worden door de gemeente bepaald. De provincie levert zowel het digitale als het manuele promomateriaal (affiches, flyers, invulbonnen, zakjes...)
Bespreking
Het college gaat akkoord:
• met de deelname aan deze campagne
• om één hoofdprijs te voorzien (vakantiecheque B&B weekend - Logeren in Vlaanderen) ter waarde van 300 euro
• om 10 prijzen te voorzien nl. 10 B-bonnen van 10 euro
Plaats en datum van de prijsuitreiking worden later bepaald.
Zitting van 26 april 2021
CONTRACTEN. GOEDKEURING BESTELBONS.
Juridische gronden
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt de bestelbons goed van nr. 2021/171 tot en met nr. 2021/177 voor een totaal bedrag van 6 737,34 euro.
Zitting van 26 april 2021
INKOMENDE FACTUREN. GOEDKEURING FACTUREN.
Juridische gronden
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt de facturen goed van nr. 2021/1314 tot en met nr. 2021/1444 voor een totaal bedrag van 121 922,12 euro.
Zitting van 26 april 2021
OPTIMALISATIE OS DORPSTRAAT. GOEDKEURING VORDERINGSSTAAT 18 DEEL BERTEM.
Voorgeschiedenis
• Collegebesluit van 12 juni 2019 waarbij de gemeente heeft afgezien van zijn aandeel omdat het bedrag bij aanbesteding buiten proportie was t.o.v. het geraamde aandeel.
• Gemeenteraadsbesluit van 26 november 2019 waarbij de gemeente de samenwerkingsovereenkomst met Aquafin goedkeurt opdat de werken kunnen uitgevoerd worden ten laste van de gemeente Bertem.
• Proces-verbaal van vooruitgang der werken van vorderingsstaat 18 van studiebureau Evolta, opgemaakt op 12 april 2021, ontvangen op 16 april 2021.
• Vorderingsstaat 18 voor de periode 1 februari 2021 tot 28 februari 2021, opgemaakt door aannemer DSV nv op 26 maart 2021, ontvangen op 16 april 2021.
Feiten en context
Bedrag vorige vorderingsstaten |
| € 34 117,98 |
Huidige vorderingsstaat |
| € 5344,74 |
Prijsherzieningen | + | € 120,04 |
Totaal excl. btw | = | € 5464,78 |
Btw | + | € 1147,60 |
Totaal incl. 21% btw huidige vorderingsstaat | = | € 6612,38 |
Totaal uitgevoerde werken incl. 21% btw | = | € 40 730,37 |
Juridische gronden
Argumentatie
De werken werden correct uitgevoerd.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
0200-00/224707 | € 385 000 | € 281 355,84 | € 6612,38 |
Bijlagen
• PV van vaststelling vordering der werken
• Vorderingsstaat 18
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Goedkeuring wordt verleend aan vorderingsstaat 18 van DSV nv, Terheidelaan 69 te 3200 Aarschot voor de opdracht 'Bertem - Optimalisatie OS Dorpstraat' voor een bedrag van 5464,78 euro excl. btw of 6612,38 euro incl. 21% btw voor de gemeente Bertem.
Artikel 2:
De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het investeringsbudget van 2021, op budgetcode 0200-00/224707.
Artikel 3:
De factuur en de vorderingsstaat 18 worden voor betaling overgemaakt aan de financiële dienst.
Zitting van 26 april 2021
LOGO OOST-BRABANT. ERKENNING 2022-2027.
Voorgeschiedenis
• Collegebesluit van 18 mei 2015 over de erkenning van LOGO Oost-Brabant 2016-2021
• Brief van LOGO van 9 april 2021 over de verlenging erkenning Logo Oost-Brabant
Feiten en context
• Logo Oost-Brabant is belast met de realisatie van de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen en doet dat in samenwerking met lokale en regionale partners in de regio Oost-Brabant waaronder lokale besturen.
• In het bijzonder ondersteunt Logo Oost-Brabant het lokaal bestuur Bertem bij de uitbouw van een integraal preventief gezondheidsbeleid. Logo Oost-Brabant biedt hiervoor zowel kant-en-klare thematische materialen aan, materialen voor procesbegeleiding en effectieve procesbegeleiding en coaching op maat. Voor onze gemeente ging het de afgelopen jaren concreet over "Bewegen op verwijzing"; "10.000 stappen: elke stap telt."; "Generatie rookvrij" en de deelname aan de lokale gezondheidsenquête.
• In het meerjarenplan 2020-2025 van Bertem is er aandacht voor gezondheidspromotie en ziektepreventie. Meer gezonde burgers in een gezond Bertem is de finaliteit.
• Ten gevolge van de COVID-crisis is het belang van gezondheidspromotie en ziektepreventie nog meer dan ooit duidelijk geworden. Effectieve gezondheidspromotie en ziektepreventie is integraal en gebeurt in samenwerking met lokale en regionale partners waarvan Logo Oost-Brabant een belangrijke partner is.
• Logo Oost-Brabant moet opnieuw erkend worden voor de periode 2022-2027.
• Hiervoor moet een lijst van erkende partners waaronder de lokale besturen die deel uitmaken van het werkingsgebied van Logo Oost-Brabant deze erkenning formeel ondersteunen.
• De ondersteuning van de erkenning houdt geen automatisch lidmaatschap van Logo Oost-Brabant in. Hierrond zal pas door Logo Oost-Brabant gecommuniceerd worden na goedkeuring van hun erkenning.
Juridische gronden
• Het decreet betreffende het preventieve gezondheidsbeleid in Vlaanderen van 21 november 2003
• Het besluit van de Vlaamse regering betreffende de Logo’s van 30 januari 2009
• Het decreet lokaal sociaal beleid van 9 februari 2018
• De omzendbrief van het departement Welzijn Volksgezondheid en Gezin over het lokaal sociaal beleid van 26 oktober 2018
• Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
• De Vlaamse gezondheidsdoelstellingen zoals terug te vinden op de site van het Agentschap Zorg en Gezondheid
Financiële gevolgen
De ondersteuning van de erkenning houdt geen financiële impact in.
Bijlagen
• Logo- en regio-omschrijving
• Formulier tot ondertekening erkenning
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college ondersteunt de erkenning van Logo Oost-Brabant voor de periode 2022-2027, ondertekent het erkenningsformulier en belast de afdeling mens met de verdere opvolging hiervan.
Zitting van 26 april 2021
SPORTHAL VERONA. BESPREKING OPENING.
Besluit
Motivering
De voltooiing van de sporthal Verona zit in de laatste rechte lijn. Als mogelijke datum voor de officiële opening was eerst einde augustus voorgesteld, maar dat valt samen met Korbeek-kermis. Als nieuw moment wordt het eerste weekend van september voorgesteld, maar dan is er wel de autocross.
Bespreking
Het college wenst de sporthal Verona officieel te openen in het eerste weekend van september 2021. De opening zal worden gespreid over 2 dagen/avonden; de eerste avond de protocollaire opening (aannemer, raadsleden, architect, verenigingen, adviesraad enz.), de tweede dag/avond zullen meer publieksgerichte activiteiten worden georganiseerd (bv. exhibitiewedstrijden volley en basket...).
Aan de dienst evenementen wordt opdracht gegeven om een werkgroep op te richten om het concept uit te werken en voor te leggen aan het college.
Zitting van 26 april 2021
OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG DOOR EDDY DECOSTER VOOR HET PLAATSEN VAN EEN CONTAINER IN 3060 BERTEM, BOSSTRAAT 167, SECTIE A NR 197F.
VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR
Voorgeschiedenis
• Op 11 maart 2002 heeft Joris Peeters een aanvraag ingediend voor het bouwen van een driegevelwoning in 3060 Bertem, Bosstraat 167, sectie A nr 197f.
• Op 16 mei 2011 heeft Joris Peeters een aanvraag ingediend voor het verbouwen van een driegevelwoning in 3060 Bertem, Bosstraat 167, sectie A nr 197f.
• Op 5 maart 2021 werd een aanvraag ingediend voor het plaatsen van een tijdelijke container.
• Op 10 maart 2021 werd bijkomende informatie gevraagd die werd bekomen op 19 maart 2021.
• Op 24 maart 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.
Feiten en context
• Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.
• Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.
• De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven voor de eerste 50 m gelegen in woongebied met landelijk karakter. Het achterliggende gedeelte is gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
De woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven (artikel 6 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin; behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven; gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft; de afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven (artikel 11 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
• De bouwplaats is gelegen langsheen de Bosstraat ten noorden van het centrum van Bertem. De omgeving wordt gekenmerkt door hoofdzakelijk woningen in open en halfopen bebouwing langs de weg, het omliggende open agrarische gebied en een aantal zeer waardevolle boscomplexen.
Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.
• Het voorstel omvat het plaatsen van een tijdelijke container door plaatsgebrek in de loods. De tijdelijke container wordt geplaatst op het perceel van de Bosstraat 167 maar is eigenlijk bedoeld voor de achtergelegen boerderij (Bosstraat 169). Aangezien op het erf van de boerderij geen plaats is en eventueel hinder voor het vrachtverkeer zou kunnen veroorzaken, is ervoor gekozen om de tijdelijke container op het perceel van de dochter te plaatsen. Er is via de achterzijde van de Bosstraat 167 een toegangspoort om de tijdelijke container te bereiken. De tijdelijke container zal gebruikt worden voor opslag van verpakkingen, confituren, fruitsappen, koelkasten, enz.
• Watertoets
Het voorliggende project heeft nagenoeg geen invloed op het watersysteem, aangezien de tijdelijke container een beperkte oppervlakte van 8,8 m² heeft en het hemelwater afwatert op het eigen terrein, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.
• Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen
Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in een collectief te optimaliseren buitengebied.
Juridische gronden
• Koninklijk besluit van 28 december 1972
Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
• Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven
Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.
• Artikel 6.2.2.3.1, §2 Vlarem II van 1 juni 1995
In collectief te optimaliseren buitengebied worden lozingsvoorwaarden opgelegd. Het afvalwater moet worden gezuiverd door middel van een individuele voorbehandelingsinstallatie conform de code van goede praktijk.
• De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen
Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is van toepassing op de aanvraag.
• Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.
De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.
• Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.
• Het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
Dit decreet is niet van toepassing op de aanvraag.
• Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009
º Artikel 1.1.4.
De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.
• De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.
Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.
• Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
º artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen
º Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.
• De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014
De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst
• Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.
Adviezen
• Openbaar onderzoek
De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden.
• Externe adviezen
1. Voorwaardelijk gunstig advies van 12 april 2021 van het departement Landbouw en Visserij:
"De voorgestelde werken gaan uit van een fruitteeltbedrijf dat gevestigd is in landschappelijk waardevol agrarisch gebied, in tweede bouworde achter landelijk woongebied. Het gevraagde betreft de tijdelijke voorziening van een container met een oppervlakte van 4 m x 2,2 m, in de tuinzone van een aanpalend perceel. De inplantingsplaats is naast de bedrijfstoegang en betreft een perceel dat in bezit is door de dochter van de aanvrager. De voorgestelde container zou fungeren voor opslag van allerhande aan het bedrijf gerelateerde materialen en is bereikbaar door een poort in de omheining.
In feite heeft het departement Landbouw en Visserij geen bezwaar tegen de voorgestelde werken, er is dan ook duidelijk sprake van een tijdelijke constructie. Het departement Landbouw en Visserij acht het echter belangrijk dat de tijdelijkheid van deze constructie behoorlijk wordt beschreven in de vergunning."
Argumentatie
Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.
Functionele inpasbaarheid
Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven aangezien agrarische gebieden bestemd zijn voor de landbouw in de ruime zin. Zo ook, behoudens bijzondere bepalingen, voor benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische activiteiten. Het plaatsen van een tijdelijke container bij een bestaande naastgelegen woning is functioneel inpasbaar.
Mobiliteitsimpact
De voorgestelde werken hebben geen impact op de mobiliteit in de omgeving. De gemeentelijke stedenbouwkundige verordening betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg is niet van toepassing op dit project.
Schaal
De schaal van de container is in overeenstemming met de losstaande bijgebouwen in de omgeving.
Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De voorziene werken hebben geen impact op de bouwdichtheid op het perceel.
Visueel-vormelijke elementen
De werken worden uitgevoerd aan de achtergevel ter hoogte van de achtertuinzone zodat het straatbeeld niet wordt gewijzigd. Tevens is de tijdelijke container afgeschermd door aanwezige bomen en struiken.
Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing op de aanvraag.
Reliëf
Er worden geen reliëfwijzigingen voorzien.
Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
Niet van toepassing op de aanvraag.
Conclusie
Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.
Advies en voorwaarden
De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:
• De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.
• De voorwaarden opgelegd in het advies van 12 april 2021 van het departement Landbouw en Visserij moeten worden nageleefd.
• De vergunning wordt afgeleverd voor een periode van 5 jaar.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.
Artikel 2:
Het college levert een vergunning af voor 5 jaar aan Eddy Decoster, Bosstraat 169, 3060 Bertem, voor het plaatsen van een tijdelijke container in 3060 Bertem, Bosstraat 167, sectie A nr 197f onder volgende voorwaarden:
• De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.
• De voorwaarden opgelegd in het advies van 12 april 2021 van het departement Landbouw en Visserij moeten worden nageleefd.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en het departement Landbouw en Visserij.
Zitting van 26 april 2021
OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG VAN GUIDO YSERBIJT VOOR HET BOUWEN VAN EEN TUINHUIS IN 3061 LEEFDAAL, DORPSTRAAT 697, SECTIE B NR 107E.
VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR
Voorgeschiedenis
• Op 24 augustus 2015 heeft het college een vergunning afgeleverd voor het verkavelen van een perceel in 2 loten in 3061 Leefdaal, Dorpstraat, sectie B nr 107b.
• Op 6 mei 2019 heeft het college een omgevingsvergunning afgeleverd aan Guido Yserbijt voor het bouwen van een woning met bijgebouw in 3061 Leefdaal, Dorpstraat 697, sectie B nr 107e.
In de beslissing werden voorwaarden opgelegd betreffende de inplanting van het bijgebouw.
• Op 15 januari 2021 heeft Guido Yserbijt een nieuwe omgevingsaanvraag ingediend voor het bouwen van een tuinhuis in 3061 Leefdaal, Dorpstraat 697, sectie B nr 107e.
• Op 25 januari 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.
Feiten en context
• Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.
• De bouwplaats is gelegen in een niet-vervallen verkaveling van 24 augustus 2015, nr. T874-2-2015.7.
Het betreft lot 1 van de verkaveling met als algemene bestemming: eengezinswoning.
De aanvraag is niet conform de verkavelingsvoorschriften.
De voorschriften bepalen dat de maximale oppervlakte van een bijgebouw in de tuinzone 10 m² mag bedragen
De aanvraag wijkt hiervan af.
• De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied met landelijk karakter.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
De woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven (artikel 6 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
• De bouwplaats is gelegen langsheen de Dorpstraat.
Het perceel is gelegen aan de rand van een gebouwencluster die tussen de kernen van Leefdaal en de aangrenzende gemeente Vossem is ontstaan en aansluit bij de bebouwing van deze buurgemeente. Deze cluster bestaat uit woningen in verschillende verschijningsvormen. Het perceel ligt in helling vanaf de Dorpstraat. Een dubbele Fluxys-leiding doorkruist het perceel. Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.
• Het voorstel omvat het plaatsen van een tuinhuis op 1 m van de linker perceelsgrens.
Het tuinhuis heeft een oppervlakte van 40 m² (8 m op 5 m) en een hoogte van 3 m. Het tuinhuis wordt ingeplant op 6 m van de achtergevel van de vergunde woning.
• Watertoets
Het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.
• Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen
Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in het verlengde van een collectief te optimaliseren buitengebied.
Juridische gronden
• Koninklijk besluit van 28 december 1972
Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
• Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven
Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.
• Artikel 6.2.2.3.1, §2 Vlarem II van 1 juni 1995
In collectief te optimaliseren buitengebied worden lozingsvoorwaarden opgelegd. Het afvalwater moet worden gezuiverd door middel van een individuele voorbehandelingsinstallatie conform de code van goede praktijk.
• De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen
Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is van toepassing op de aanvraag.
• Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.
De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.
• Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.
• Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009
º Artikel 1.1.4.
De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.
• De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.
Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.
• Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
º artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen
º Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.
• De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014
De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst
• Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.
• Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.
Adviezen
• Openbaar onderzoek
De aanvraag werd van 4 februari 2021 tot 5 maart 2021 openbaar gemaakt volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Er werden geen klachten ingediend.
• Externe adviezen
///
Argumentatie
Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.
Art. 4.3.1.§2 Vlaamse codex ruimtelijke ordening
De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen :
1° het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;
2° het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook de volgende aspecten in rekening brengen:
a) beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in punt 1° ;
b) de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement voor zover:
1) de rendementsverhoging gebeurt met respect voor de kwaliteit van de woon- en leefomgeving;
2) de rendementsverhoging in de betrokken omgeving verantwoord is;
3° indien het aangevraagde gelegen is in een gebied dat geordend wordt door een ruimtelijk uitvoeringsplan, een gemeentelijk plan van aanleg of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarvan niet op geldige wijze afgeweken wordt, en in zoverre dat plan of die vergunning voorschriften bevat die de aandachtspunten, vermeld in 1°, behandelen en regelen, worden deze voorschriften geacht de criteria van een goede ruimtelijke ordening weer te geven. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan gemotiveerd beslissen dat bepaalde voorschriften van verkavelingen ouder dan vijftien jaar, zoals bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, c), of voorschriften van bijzondere plannen van aanleg ouder dan vijftien jaar, waarvan op grond van artikel 4.4.9/1 op rechtsgeldige wijze kan worden afgeweken, nog steeds de criteria van goede ruimtelijke ordening weergeven.
De Vlaamse Regering kan, thematisch of gebiedsspecifiek, integrale ruimtelijke voorwaarden bepalen, ter beoordeling van de inpassing van welbepaalde handelingstypes, of van handelingen in specifieke gebieden, in een goede ruimtelijke ordening, onverminderd strengere planologische voorschriften of verkavelingsvoorschriften.
Het voorgestelde project geeft uitvoering aan de opties die voorzien zijn in de verkaveling.
De bestemming, inplanting en materiaalgebruik zijn in overeenstemming met de bepalingen van deze verkaveling.
De afmeting wijkt af van de verkavelingsvoorschriften. De maximale oppervlakte van een bijgebouw in de tuinzone bedraagt 10 m² volgens de voorschriften.
Het tuinhuis van de aanvraag heeft een oppervlakte van 40 m². De constructie wordt ingeplant op 1 m van de linker perceelsgrens en heeft een maximale hoogte van 3 m.
Op een perceel van 15,05 are is het ruimtegebruik van het tuinhuis te verwaarlozen en is deze constructie ruimtelijk inpasbaar.
Conclusie:
Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig-architecturaal verantwoord.
Advies en voorwaarden
De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.
Artikel 2:
Het college levert een vergunning af aan Guido Yserbijt voor het bouwen van een tuinhuis in 3061 Leefdaal, Dorpstraat 697, sectie B nr 107e.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager.
Zitting van 26 april 2021
STEDENBOUWKUNDIGE MELDINGEN. AKTENAME MELDING VAN HUGO BUSSERS VOOR HET VERBOUWEN VAN EEN KEUKEN IN 3061 LEEFDAAL, BROEKSTRAAT 19, 3E AFDELING SECTIE B NR 217B2.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
• Het perceel is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.
• Het goed is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde, maar niet-vervallen verkaveling met nummer T874-1-1973.9 goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 23 oktober 1973.
Het betreft lot 1 van de verkaveling.
• De aanvraag omvat het samenvoegen van de bestaande keuken (13,94 m2) met de bestaande wasplaats (9,68 m2). Dit zal gedaan worden door het uitbreken van de bestaande tussenmuur (nieuw totaal = 23,96 m2). Vervolgens zal er een steunbalk geplaatst worden om steun te geven aan het gebouw. Bovendien zal de deuropening van de keuken worden aangepast/verplaatst. Tot slot zal het huidige keukenraam in de achtergevel vergroot en verbreed worden en voorzien van een rolluik.
Juridische gronden
• Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Artikel 106.
Een melding kan slechts gedaan worden voor meldingsplichtige stedenbouwkundige handelingen, een meldingsplichtige exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten die het project omvat of een combinatie hiervan.
Artikel 111.
De bevoegde overheid gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens:
º 1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM;
º 2° artikel 4.2.2, § 1, en artikel 4.2.4 van de VCRO.
Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.
Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.
• Het besluit van de Vlaamse regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Het artikel 4 bepaalt:
Voor de oprichting van bijgebouwen die aangebouwd zijn aan de hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte woning, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden voldaan is:
1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd
2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd
3° de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen bedraagt maximaal 40 vierkante meter
4° de gebouwen worden geplaatst in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 2 meter van de perceelsgrenzen
5° de hoogte is beperkt tot 4 meter.
Argumentatie
• Toetsing aan de decretale regeling inzake zorgwonen
Niet van toepassing
• Toetsing aan de verplichte dossiersamenstelling, het meldingsbesluit (BVR 16/07/2010), de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften.
De aanvraag is volledig en ontvankelijk. Het voorgestelde project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het verkavelingsplan.
• De aanvraag is conform met artikel 4 van het meldingsbesluit van 16 juli 2020 nl.
º er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd
º het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd
º de totale oppervlakte van de constructie wordt niet uitgebreid
º de aanvraag heeft geen betrekking op de perceelsgrenzen
º de hoogte blijft ongewijzigd.
• Toetsing aan de stedenbouwkundige verordening(en) hemelwater
Niet van toepassing
• Toetsing die aanleiding kan geven tot het opleggen van voorwaarden
Er worden geen voorwaarden opgelegd.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college neemt akte van de melding van Hugo Bussers voor het verbouwen van zijn keuken in 3061 Leefdaal, Broekstraat 19, 3e afdeling sectie B nr 217b2.
Artikel 2:
De meldingsakte wordt overgemaakt aan de aanvrager.
Artikel 3:
Deze melding wordt ingeschreven in het vergunningenregister.
Zitting van 26 april 2021
RECHT VAN VOORKOOP. VOORKOOPRECHT WONING BLANKAART 47, AFD. 3 SECTIE B NUMMER 216F3; TUIN, AFD. 3 SECTIE B NUMMER 216X4, BERGPLAATS, AFD. 3 SECTIE B NUMMER 216W4, BERGPLAATS, AFD. 3 SECTIE B NUMMER 216D4.
Feiten en context
Juridische gronden
Bijlagen
• voorkooprecht Blankaart 47 INBRTM207633
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college van burgemeester en schepenen wenst zijn voorkooprecht voor volgende percelen niet uit te oefenen:
• afd. 3 sectie B nummer 216d4: garage.
Zitting van 26 april 2021
AANKOOP VAN EEN TELESCOPISCHE MAAIARM EN BIJHORENDE (KLEPEL)MAAIKOP (TD803-481). OPENING OFFERTES.
Besluit
Motivering
De gemeenteraad keurde op 30 maart 2021 het bestek en de lastvoorwaarden met nr. TD803-481 en de raming voor de opdracht "Aankoop van een telescopische maaiarm en bijhorende (klepel)maaikop" goed. De raming bedraagt 76 006,95 euro incl. btw.
De opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
De volgende ondernemers werden uitgenodigd om een offerte in te dienen:
• Vandaele Konstruktie, Stationsstraat 119 te 8780 Oostrozebeke;
• Millon nv, Kleine Spekstraat 1 te 3020 Herent;
• Pasteels F.V., Kapelstraat 31 te 3212 Pellenberg;
• Merckx Machines nv, Leuvensesteenweg 149 te 3390 Sint-Joris-Winge.
Mededeling
Het college neemt kennis van de ontvangen prijsoffertes voor de opdracht "Aankoop telescopische maaiarm en bijhorende (klepel)maaikop" besteknummer TD803-481.
Volgende offertes werden ontvangen:
• Vandaele Konstruktie, Stationsstraat 119 te 8780 Oostrozebeke;
• Millon nv, Kleine Spekstraat 1 te 3020 Herent;
• Merckx Machines nv, Leuvensesteenweg 149 te 3390 Sint-Joris-Winge.
Het college geeft opdracht aan de dienst openbare werken om de offertes verder te onderzoeken.
Zitting van 26 april 2021
NUTSMAATSCHAPPIJEN. AANVRAAG FLUVIUS VOOR HET AANLEGGEN VAN EEN GASLEIDING LANGS DE NIJVELSEBAAN TUSSEN DE SCHOOLBERG EN TER DIJLE TE KORBEEK-DIJLE.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Argumentatie
Het is belangrijk om de goede kwaliteit van het openbaar domein in stand te houden.
Werken aan nutsleidingen, hoe noodzakelijk die ook zijn, vormen altijd een bedreiging voor die kwaliteit. Het is aangewezen om goede afspraken te maken met de nutsmaatschappijen om de kwaliteit van het openbaar domein te waarborgen en om de hinder voor de buurtbewoners tot een minimum te beperken.
Daarom moeten bij uitvoering van werken van nutsmaatschappijen een aantal voorwaarden van de gemeente worden nageleefd.
Bijlagen
• 332081_GAS01_Bandje A4-0840
• Aanvraag akkoord Bertem HNW332081
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college geeft toelating aan Fluvius, Aarschotsesteenweg 58 te 3012 Leuven, om de werken overeenkomstig de bijgevoegde plannen en onder de volgende voorwaarden uit te voeren:
Zitting van 26 april 2021
TIJDELIJKE POLITIEVERORDENING OP HET WEGVERKEER. GOEDKEURING MAATREGELEN M.B.T. DE DOORTOCHT VAN DE VELDTOERTOCHT 666GRAVEL HELL OF A RIDE OP 13 MEI 2021.
Voorgeschiedenis
• E-mail van 22 maart 2021 van het team E-tool VTT van Sport Vlaanderen.
Feiten en context
• TCB Pro Racing vzw met maatschappelijke zetel Oudebaan 26 te 3360 Korbeek-Lo heeft een aanvraag gedaan bij Sport Vlaanderen voor de organisatie van de veldtoertocht 666Gravel Hell of a Ride op 13 mei 2021.
• De route van deze veldtoertocht van 100 km loopt door Bertem, Herent, Huldenberg, Leuven, Oud-Heverlee, Overijse en Tervuren.
• Deelnemers gaan vanuit Leuven en Herent via de Nieuwstraat, Bosstraat, Oude Bertembosstraat, Vernagelstraat, Hoogveldbaan, Dreefstraat, Koppelstraat, Walenpotstraat, Oude Tervuursebaan, Tervuursesteenweg, Meerbeeksesteenweg, Blokkenstraat, Dorpstraat, Kerstraat, Slangenpoelweg, Van Hoofstraat, Kapellestraat, Dorpstraat, Het Bies, Voerhoek, Slagberg, Boskee, Mezenstraat, Blankaart, Dorpstraat en Lange Gracht naar Tervuren.
• Deelnemers vertrekken individueel tussen 8.00 uur en 9.30 uur.
• De route wordt niet bepijld.
Juridische gronden
• Artikel 119 van de Nieuwe Gemeentewet.
De gemeenteraad maakt de gemeentelijke politieverordeningen, met uitzondering van de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer bedoeld in artikel 130bis.
• Artikel 130bis van de Nieuwe Gemeentewet.
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.
• Algemeen politiereglement van Bertem aangenomen door de gemeenteraad op 20 maart 2018, inzonderheid afdeling 3, de artikels 5-7-9 en 10 en afdeling 5.
• Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd door het KB van 16 maart 1968.
• De wegcode (KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer).
• MB van 11 oktober 1976 betreffende de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens.
• MB van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg.
• Besluit van de Vlaamse Regering van 5 december 2008 betreffende de toegankelijkheid van de bossen en de natuurreservaten.
• Artikel 5 van het raadsbesluit van 29 augustus 2016 over de retributie voor inname van het openbare domein bij werken.
Van de retributie is vrijgesteld, de inname van het openbaar domein nodig voor de organisatie van sportwedstrijden, optochten (bv. carnavalstoet) en manifestaties van culturele, sportieve, educatieve of sociale aard op de openbare weg.
• Ministerieel besluit van 28 oktober 2021 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken.
Adviezen
• De provinciale promotiedienst van Sport Vlaanderen gaf positief advies: "er is geen overlap in datum en/of parcours tussen de verschillende aanvragen voor de organisatie van veldtoertochten"
• Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) verleende een toelating om de veldtoertocht 666Gravel Hell of a Ride, georganiseerd door TCB Pro Racing vzw op 15 mei 2021 in te richten.
Argumentatie
Deze manifestatie brengt, behoudens onvoorziene omstandigheden, de openbare veiligheid niet in gevaar, maar kan niet worden uitgevoerd zonder het treffen van speciale verkeersmaatregelen.
Bijlagen
• 666Gravel WK Editie 13052021 aanvraag.
• Toelating anb 666 gravel WK editie.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Onder voorbehoud van de strikte naleving van de hieronder vermelde voorschriften wordt toelating verleend aan de aanvrager om op donderdag 13 mei 2021 de gemeente Bertem te doorkruisen met de veldtoertocht 666Gravel Hell of a Ride.
De volgende voorwaarden moeten strikt nageleefd worden:
• alle deelnemers aan de tocht moeten het verkeersreglement respecteren en zij moeten zich respectvol en verdraagzaam gedragen ten aanzien van de andere weggebruikers, in het bijzonder op het Voerwegje;
• de organisator is verantwoordelijk voor het opruimen en meenemen van het overgebleven afval gerelateerd aan de activiteit;
• het gemeentebestuur van Bertem zal niet verantwoordelijk kunnen worden gesteld voor ongevallen en wendt alle verantwoordelijkheid in dit opzicht af;
• toezichters mogen de deelnemers aanwijzingen geven. Zij hebben geen politionele bevoegdheid (zij kunnen geen richtlijnen geven) aan andere weggebruikers.
Artikel 2:
Vóór de kruising met de Tervuursesteenweg moeten de deelnemers duidelijk gewaarschuwd worden dat zij een gevaarlijke oversteekplaats naderen.
Artikel 3:
Er worden geen wegwijzers, pijlen of bewegwijzering aangebracht.
Waarschuwingen of andere boodschappen aan de deelnemers mogen één week voor het evenement aangebracht worden langsheen gemeentewegen, voor zover zij geen hinder veroorzaken met de bestaande verkeerssignalisatie. Zij moeten, samen met het bevestigingsmateriaal, verwijderd worden ten laatste één week na het evenement.
Artikel 4:
De organisator moet de algemene bepalingen van het Agentschap voor Natuur en Bos strikt naleven, in het bijzonder:
• Hou honden steeds aan de leiband, zorg dat ze de wegen niet verlaten.
• Laat geen afval of wat dan ook achter, maak geen vuur.
• Respecteer de rust en stilte, gebruik geen geluidsversterking.
• Hinder andere bezoekers niet.
• Volg de onderrichtingen van de boswachters op.
• Oefen geen commerciële activiteit uit.
• Plaats geen infrastructuur (o.a. tenten).
Bij gebruik van wegmarkeringen gelden volgende regels:
• Wegmarkeringen bestaan uit vlot verwijderbare materialen (geen verf, kalk…).
Artikel 5:
De organisator dient alle veiligheidsmaatregelen te treffen die worden opgelegd in bovenvermeld ministerieel besluit van 28 oktober 2021 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken.
Artikel 6:
De organisator dient er zich van bewust te zijn dat de openbare weg en private percelen tijdens het evenement ook gebruikt kunnen worden door anderen, zoals jagers in het buitengebied.
De gemeentelijke dienst omgeving informeert de verantwoordelijke(n) van de Wildbeheereenheid, actief in Bertem, Leefdaal en Korbeek-Dijle, over dit evenement.
Artikel 7:
Dit besluit wordt van kracht op donderdag 13 mei 2021 om 8.00 uur en het blijft van kracht tot donderdag 13 mei 2021 om 20 uur.
Zitting van 26 april 2021
GEDEELTELIJKE INSTORTING VAN DE MUUR ROND DE HOEVE GROENENDAAL 21. KENNISNAME EN BETEKENING VONNIS BURGERLIJKE RECHTBANK VAN DE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LEUVEN 21 APRIL 2021.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college neemt kennis van het tussenvonnis van de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg Leuven van 21 april 2021 in de zaak van de gedeeltelijk ingestorte muur rond de hoeve Groenendaal 21.
Artikel 2:
Het college geeft opdracht aan zijn advocaat om onmiddellijk tot betekening van het vonnis over te gaan, zodat de beroepstermijn begint te lopen en verzoekt de advocaat om de gerechtsdeurwaarder te gelasten om hiertoe het nodige te doen.
Artikel 3:
Het vonnis en dit collegebesluit worden bezorgd aan het agentschap Onroerend Erfgoed.
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.