BESLUITENLIJST VAN HET COLLEGE BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

 

Gemeente Bertem

 

Zitting van 8 augustus 2022

Van 14 uur tot 17 uur

 

Aanwezig:

Burgemeester:

Joël Vander Elst

Schepenen:

Marc Morris, Yvette Laes en Tom Philips

Waarnemend algemeen directeur:

Kris Philips

 

Verontschuldigd:

Schepen:

Joery Verhoeven

 

 

 


Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

ZITTINGEN CBS. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.

 

Juridische grond

        Artikel 50 van het decreet lokaal bestuur
De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het college van burgemeester en schepenen.

 

 

Bijlagen

        Notulen van de zitting van 1 augustus 2022.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de notulen van de zitting van 1 augustus 2022 goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

INFO BERTEM SEPTEMBER-OKTOBER 2022

 

Besluit

Motivering

 

Info Bertem verschijnt 6 keer per jaar met alle informatie die relevant zou kunnen zijn voor de burgers. De dienst communicatie bereidt het infoblad voor op basis van een maandelijks communicatieoverleg waarin alle diensten vertegenwoordigd zijn en de planning invullen. In combinatie met de input van burgemeester, schepenen en onze verenigingen krijgt het infoblad vorm.

 

Bespreking

Info Bertem

Als bijlage vindt u een eerste versie van de teksten van Info Bertem september-oktober 2022. Het voorwoord en een kort verslag van de resultaten van het bibliotheekonderzoek worden later nog toegevoegd.

De dienst communicatie staat open voor feedback. Kirsten is graag aanwezig bij de bespreking. Op die manier kunnen wij de laatste aanpassingen doorvoeren en het infoblad op tijd bij de drukker aanleveren.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

CONTRACTEN. GOEDKEURING BESTELBONS.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.
    Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst van de bestelbons.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de bestelbons goed van nr. 2022/373 tot en met nr. 2022/380 voor een totaal bedrag van 17 383,52 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

INKOMENDE FACTUREN. GOEDKEURING FACTUREN.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.

Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst facturen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de facturen goed van nr. 2022/3180 tot en met nr. 2022/3428 voor een totaal bedrag van 664 772,25 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

VERHUUR ZALEN. VERHUUR WAGENHUIS EN PASTORIJ.

 

Voorgeschiedenis

        Gemeenteraadsbesluit betreffende het gebruiksreglement gemeentelijke infrastructuur van 25 mei 2021.

        Mail van 19 juli 2022 van de Erfgoedkamer in verband met het huren van het wagenhuis van de pastorij op 24 september 2022.

 

Feiten en context

         Afwijkingen op het gebruiksreglement gemeentelijke infrastructuur kunnen, binnen de mogelijkheden voorzien in het decreet lokaal bestuur, door het college van burgemeester en schepenen worden toegestaan met een beslissing die uitdrukkelijk en afdoende gemotiveerd is.

 

Juridische gronden

         Artikel 40, §3 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 201
De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen, waaronder het retributiereglement, vast.

         Artikel 41, 2e lid, 14° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
De bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van de gemeentebelastingen en het vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, inclusief verminderingen en vrijstellingen, is niet delegeerbaar naar het college van burgemeester en schepenen.

         Artikel 56, §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

 

Argumentatie

Het Wagenhuis van de pastorij is niet opgenomen in het gebruikersreglement gemeentelijke infrastructuur, goedgekeurd op de gemeenteraad van 25 mei 2021.

De dienst facilitair beheer vraagt aan het college om volgende reservatie goed te keuren.

 

Er werd een nieuwe aanvraag ingediend voor het huren van de pastorij en het wagenhuis:

        Erfgoedkamer: De pastorij voor het houden een tentoonstelling 'Terug naar de tram van toen" en het wagenhuis om in te richten als cafetaria op zaterdag 24 september 2022

 

Financiële gevolgen

/

 

 

Bijlagen

         Bijlage 1_Inventaris gemeentelijke infrastructuur van toepassing op het gebruiksreglement met toegepaste tarieven.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating om het wagenhuis van de pastorij en de pastorij te verhuren aan:

        De Erfgoedkamer op 24 september 2022.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

VERKOOP EIGENDOMMEN. VERDER VERLOOP DOSSIER SPEELTUIN GRAUWE STEENBERG.

 

Besluit

Motivering

Op 9 mei 2022 vond er een eerste infovergadering plaats met de bewoners van Kouter, Hoogveldbaan en Grauwe Steenberg over de toekomstige bestemming van het buurtspeelplein gelegen aan de Grauwe Steenberg.

 

Een van de mogelijkheden, door het bestuur voorgesteld, is verkoop van de 2 percelen in zijn geheel of in deelpercelen aan geïnteresseerden.

 

De deelnemers van de infovergadering werden ook gevraagd om hun bevindingen aan te geven in een enquête.

Het besluit van de enquête vindt u in bijlage in een overzichtslijst. Samengevat is dit het resultaat:

        6 van de aangelanden aan het speelplein zijn geïnteresseerd in de aankoop van het perceel dat achter hun eigendom ligt (als de prijs haalbaar is).

        2 aangelanden kunnen nog geen besluit maken omdat ze meer info over prijs + bestaande toestand willen, … .

        1 aangelande eigenaar was niet aanwezig (huis wordt verhuurd)

        2 geïnteresseerde aankopers zijn geen aangelanden.

        De overige bevraagden hebben geen mening of willen dat het gemeenschap blijft. De personen met deze mening zijn geen aangelanden.

 

Bespreking

Het college is akkoord met de verder zetting van de verkoopsprocedure van de 2 percelen van het speelpein aan de Grauwe Steenberg op basis van het argument dat bijna alle aangelanden interesse hebben tot aankoop van een deelperceel.

 

Als bijlage:

         Aanduiding van de bestaande toestand

         een voorstel tot opdeling van de 2 percelen in totaal 9 deelpercelen.

         een kostenoverzicht verbonden aan de verkoop/aankoop van de percelen op basis van geschatte oppervlaktes en een verkoopsprijs van €50/m².

 

Het overzicht geeft de kosten weer van het kleinste deelperceel (+/-180m²) en het grootste deelperceel (+/-350m²).

 

Als volgende stap in dit dossier zullen de bewoners van Kouter, Hoogveldbaan en Grauwe Steenberg opnieuw op de hoogte gebracht worden dat er een nieuwe infovergadering georganiseerd wordt om hen in te lichten van het aangenomen standpunt en hen een overzicht te geven van de kosten en het verder verloop van het dossier.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

MANDATERING VAN GEMEENTE TERVUREN IN HET KADER VAN OVERHEIDSOPDRACHT VOOR WERKEN GIETASFALT.

 

Voorgeschiedenis

        op 31 januari 2022 liet het afdelingshoofd Ruimte van lokaal bestuur Tervuren weten dat hun gemeente het bestek "Raamovereenkomst voor herstellings- en onderhoudswerken aan wegen met gietasfalt" wenst te vernieuwen en zij stelden de vraag aan alle gemeenten uit de regio of zij geïnteresseerd waren om hieraan deel te nemen.

 

Feiten en context

        Het lokaal bestuur van Gemeente Tervuren wenst hun bestek "Raamovereenkomst voor herstellings- en onderhoudswerken aan wegen met gietasfalt" te hernieuwen.

        Lokaal bestuur Tervuren stelt de deelname aan dit bestek open voor alle gemeenten uit de regio.

        Gezien lokaal bestuur Bertem slechts een beperkte capaciteit heeft om zulke grote overheidsopdrachten voor te bereiden, te voeren en op te volgen, is het efficiënt om hierin te participeren.

        Na intern overleg tussen dienst openbare werken en dienst investeringsprojecten, leek het zinvol en zelfs aangewezen om voor Bertem hieraan deel ten menen.

        Lokaal bestuur van gemeente Tervuren zorgde voorbije maanden voor de voorbereiding, op basis van ieders input.

        Het bestek zal gevoerd worden voor een periode van 4 jaren.

        Lokaal bestuur van gemeente Tervuren vraagt aan de deelnemende gemeenten het mandaat om deze overheidsopdracht namens de participerende besturen te mogen voeren.

        Na de mandatering en na akkoord van de gemeenteraad van Tervuren, zal Tervuren  het bestek publiceren en in samenspraak met de participerende gemeenten gunnen.

        Na gunning kunnen dan voor Bertem een aantal straten hersteld worden door renovatie met gietasfalt of door het vernieuwen van de voegvulling.

 

        Straten in Bertem die zeker in aanmerking kunnen komen, zijn:

     Meerbeeksesteenweg: gootvulling 1400m x 2

     Delle: gootvulling 1700m x 2

     Th. Woutersstraat: gootvulling 400m x 2

     Grensstraat & Diepestraat: gootvulling

 

     Mezenstraat: scheuren in asfalt thv versmalling tegen Dorpsstraat

     Dorpstraat: Leefdaal thv school en versmalling scheuren

     Coigesteenweg: vanaf kassei tot kruisstraat scheuren + rond eerdere herstellingen

     Kruisstraat: is s bocht scheuren + rond eerdere herstellingen

     Blankaart: voegvulling

     Dorpstraat: richting Leefdaal voegvulling

     Bosstraat: voegvulling

Deze lijst is niet bindend, maar hangt af van de evolutieve toestand van de wegen en van algemene prioritering van noodzakelijke herstellingen.

 

Juridische gronden

        De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten. De wet bevat de principes en basisregels die van toepassing zijn op een overheidsopdracht. Deze wet wordt verder de "wet” genoemd.

        De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, zoals gewijzigd door de wet van 4 december 2013, wet van 16 februari 2017 en wet van 15 april 2018. Deze wet wordt verder de "wet rechtsbescherming" genoemd.

        Het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren zoals gewijzigd door de wet van 15 april 2018. Dit koninklijk besluit wordt verder "KB plaatsing" genoemd.

        Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, zoals gewijzigd bij Koninklijk besluit van 7 februari 2014, Koninklijk besluit van 22 mei 2014 en Koninklijk besluit van 22 juni 2017 en wet van 15 april 2018. Dit Koninklijk besluit wordt verder "KB uitvoering" genoemd.

 

        Meer in het bijzonder artikel 36 en artikel 130 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten:

Twee of meer aanbestedende entiteiten kunnen overeenkomen bepaalde specifieke opdrachten gezamenlijk te plaatsen. Wanneer een volledige plaatsingsprocedure gezamenlijk wordt uitgevoerd namens en voor rekening van alle betrokken aanbestedende entiteiten, zijn zij gezamenlijk verantwoordelijk voor het nakomen van hun verplichtingen. Dit geldt ook wanneer een aanbestedende entiteit de plaatsingsprocedure beheert en optreedt voor rekening van zichzelf en voor rekening van de andere betrokken aanbestedende entiteiten.

 

Argumentatie

        Voor het lokaal bestuur van gemeente Bertem is het belangrijk om de algemene kwaliteit van onze wegenis in goede staat in stand te houden, om zo de degradatie structureel te voorkomen.

        Werken als gietasfaltvernieuwing en voegvulling-renovatie kunnen we niet in eigen beheer uitvoeren, omdat we hiervoor niet de geschikte middelen en expertise hebben, vandaar is het aangewezen om dit in onderaanneming uit te laten voeren.

        Gezien het lokaal bestuur van Bertem slechts een beperkte capaciteit en mogelijkheden heeft om zulke grote overheidsopdrachten voor te bereiden, te voeren en op te volgen, is het aangewezen om het aanbod van lokaal bestuur van Tervuren te accepteren en in deze overheidsopdracht te participeren.

 

Financiële gevolgen

 

        Voor de komende 4 jaren zal een budget van jaarlijks 22 000 € voorbehouden worden op het budget: artikel 0200-00/224500 van "Onderhoud & herstelling wegen"

        Deze werken werden tot nu toe niet specifiek in de meerjarenplanning gebudgeteerd, maar is op dit budget voor de komende jaren wel een algemeen budget voorzien van jaarlijks 75 000 €, plus nog niet opgenomen budgetten van voorbije jaren.  Voor deze laatste staan zijn er wel al enkel bestedingen vastgelegd.

 

artikel

budget

2022

vastgelegd 2022

budget 2023

budget 2024

budget 2025

0200-00/224500

522 003.52

147 981.95

95 000 €

75 000 €

75 000 €

 

 

Bijlagen

        Overheidsopdracht "wegdekherstellingen door middel van gietasfalt"

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen geeft principieel akkoord om aan de gemeenteraad van Bertem akkoord te vragen over artikels 2 tot en met 5

 

Artikel 2:

het lokaal bestuur van Bertem stelt de Gemeente Tervuren aan om in naam van en voor rekening van lokaal bestuur van Bertem de procedure te voeren en op te treden bij de gunning van de overheidsopdracht met betrekking tot de “Raamovereenkomst voor herstellings- en onderhoudswerken aan wegen met gietasfalt”.

 

Artikel 3:

De machtiging bedoeld in artikel 2 geldt voor het bestek met nr. WEB 2023/793 zoals in bijlage gevoegd.

 

Artikel 4:

In geval van een juridisch geschil omtrent deze overheidsopdracht, is elk deelnemend bestuur mee verantwoordelijk voor alle mogelijke kosten in verhouding tot zijn aandeel in de opdracht.

 

Artikel 5:
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG VAN MURIELLE HEROES EN FRANKY DEVLEESCHOUWER VOOR HET SLOPEN VAN DE BESTAANDE WONING EN HET BOUWEN VAN EEN NIEUWE WONING MET TIJDELIJKE BRONBEMALING IN 3061 LEEFDAAL, BLANKAART 38, AFDELING 3, SECTIE B NR 191 H2.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Voor het perceel uit voorliggende aanvraag zijn de volgende relevante voorgaande vergunningen gekend.

º         Op 7 juni 1978 heeft het college van burgemeester en schepenen een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het bouwen van een garage (intern kenmerk: 1978.19).

º         Op 29 november 1978 heeft het college van burgemeester en schepenen een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het bouwen van een garage (intern kenmerk: 1978.131).

         Op 31 mei 2022 hebben Murielle Heroes en Franky Devleeschouwer wonende te Bankblokstraat 25, 3061 Bertem een aanvraag ingediend voor voor het slopen van de bestaande woning en het bouwen van een nieuwe woning met tijdelijke bronbemaling in 3061 Leefdaal, Blankaart 38, afdeling 3, sectie B nr 191 H2.

         Op 29 juni 2022 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg of gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.

         De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin; behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven; gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft; de afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven (artikel 11 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         De bouwplaats is gelegen langsheen de Blankaart. De Blankaart ligt aan de noord-west rand van het kernweefsel van de deelgemeente Leefdaal met de groene voervallei en omliggende kouterlandschap als beeldbepalende elementen. In de omgeving van het goed zijn er voornamelijk percelen met woningen in open en halfopen bebouwing in verschillende verschijningsvormen. Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied gekend.

         Het voorstel omvat het slopen van de huidige woning en het bouwen van een nieuwe woning met twee bouwlagen, afgewerkt met een plat dak. De voorgevellijn wordt voorzien op 10,12 m uit de as van de voorliggende weg en er wordt een bouwvrije strook van 3,00 m langsheen de linkerperceelgrens en 3,32 m langsheen de rechterperceelsgrens voorzien. De woning is 14,88 m breed. De bouwdiepte op het gelijkvloers bedraagt 15 m. De bouwdiepte op de eerste verdieping bedraagt 9,06 m en de nokhoogte ten opzichte van het genormaliseerd maaiveld bedraagt 6,37 m. Het vloerpeil situeert zich op ca. 1 m boven de as van de voorliggende weg.

         De nieuwe ingedeelde inrichting of activiteit betreft een bronbemaling in het kader van de plaatsing van een kelder bij een eengezinswoning:

-rubriek 53.2.2°b): bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen: gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m3 per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil wordt beperkt tot maximaal vier meter onder het maaiveld: bronbemaling voor de plaatsing van kelder bij een eengezinswoning een max. opgepompt debiet van 353 m³/dag en 30.596 m³/voor een periode van 120 dagen (bij de start een debiet van 353 m³/dag en geleidelijk aan een maximaal debiet van 251 m³/dag) (klasse 3).

         Watertoets

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijke effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd het watertoetsinstrument op internet doorlopen. De resultaten worden als bijlage toegevoegd. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Het ontwerp voorziet in een regenwaterput van 10.000 liter en een bijkomende infiltratieinrichting van 7.500 liter en 14,4 m3, zodat aan de verordening voldaan wordt. Onder deze voorwaarden is het ontwerp verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in eencentraalgebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         Titel IV en V van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM).

         Artikel 3.1.1. §1 van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 over de algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II).

De bepalingen van de delen 3, 4 en 5 van Vlarem II zijn van toepassing op de ingedeelde inrichtingen.

 Artikel 5.53.1.4 Vlarem II

Het is verboden de inrichtingen, vermeld in rubriek 53 van de indelingslijst, aan te leggen of te exploiteren als ze zich dieper dan 2,5 m onder het maaiveld bevinden en geheel of gedeeltelijk liggen in een beschermingszone van het type I of II van grondwaterwinningen, bestemd voor de openbare watervoorziening, zoals afgebakend in uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 maart 1985 houdende nadere regelen voor de afbakening van waterwingebieden en beschermingszones, tenzij ze noodzakelijk zijn voor de productie van drinkwater.

 Op 21 mei 1992 ging de Europese richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van  de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna in voege.

 Reglement bemaling van de gemeente Bertem (GR 30/06/2020).

Dit reglement bevat bepalingen waaraan moet voldaan worden als er geen retourbemaling mogelijk is.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van deze verordening.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanpalende buren werd op basis van artikel 83 van het omgevingsvergunningendecreet op 30 juni 2022 aangeschreven, aangezien de werken betrekking hebben op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

Er werden geen klachten ingediend.

 

         Externe adviezen

1. De adviesinstantie De Watergroep heeft op 6 juli 2022 een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht, nl:

Advies Aftakkingen en Aansluitingen

Gedeeltelijk gunstig advies met voorwaarden

Voor hogervermeld perceel is geen uitbreiding van het waterleidingnet nodig.

Voor de afbraak van het bestaande gebouw dient de eigenaar schriftelijk De Watergroep te verwittigen voor uitbraak van de bestaande aftakking.

Iedere wooneenheid dient over een afzonderlijke watermeter te beschikken.

De plaats van de watermeter dient te beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep.

Bij het plaatsen van de muurdoorgang dient rekening gehouden te worden met de afmetingen van de drinkwateraftakking.

Elke aftakking moet in rechte lijn, haaks op de rijweg kunnen uitgevoerd worden.

De kosten van de nieuwe aftakking(en) zijn ten laste van de aanvrager(s).

Advies Waterbronnen en Milieu

Volledig gunstig advies met voorwaarden

Dit is een deeladvies van De Watergroep omtrent de bescherming van de drinkwaterwinning (afdeling Waterbronnen en Milieu).

Het perceel is gelegen binnen de beschermingszone III van de grondwaterwinning die ondiep grondwater onttrekt voor de drinkwatervoorziening. Dit betekent dat het infiltrerend water ondergronds in de richting van de waterwinning stroomt en ooit zal opgepompt worden. Zuiver hemelwater mag in deze zone geïnfiltreerd worden.

De Watergroep geeft een gunstig advies voor wat betreft de bescherming van de waterwinning aangezien het project geen effect heeft op grondwaterkwaliteit of kwantiteit van de waterwinning.

Wel dient er met volgende zaken rekening gehouden te worden tijdens werken op het perceel:

º         koolwaterstoffen waarvan het gezamenlijke volume groter is dan 50 liter worden opgesteld in een opvangbak waarvan de inhoud minstens gelijk is aan de inhoud van de gestockeerde recipiënten;

º         het overgieten en/of vullen van recipiënten dient met de nodige omzichtigheid te gebeuren teneinde het morsen te voorkomen;

º         machines met enig verlies van olie of mazout dienen van de werf verwijderd te worden en boven een opvanglade geplaatst.

º         iedere verontreiniging dient onmiddellijk gemeld op het nummer 02/238 96 99 of via milieu@dewatergroep.be

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Functionele inpasbaarheid

Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven.

De aanvraag voorziet in het bouwen van een nieuwe vrijstaande ééngezinswoningeen typologie die ook de onmiddellijke omgeving kenmerkt.

Er wordt geen complementaire functie aan het wonen voorzien binnen deze aanvraag.

Mobiliteitsimpact

De aanvraag heeft een beperkte impact op de mobiliteit in de omgeving. De voorliggende weg is voldoende uitgerust om het verkeer te dragen. De capaciteit van de weg wordt door voorliggend project niet overschreden.

De stedenbouwkundige verordening betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg goedgekeurd door de gemeenteraad op datum van 26 oktober 2016 is van toepassing op deze aanvraag. De aanvraag is conform met de voorschriften van deze verordening, namelijk er worden 3 parkeerplaatsen en 2 fietsenstallingen voorzien. 

Schaal

De woning wordt voorzien van twee bouwlagen met een plat dak. De kroonlijst van de aanvraag is 6,37 meter hoog ten opzichte van het bestaande maaiveld. Het vloerpeil situeert zich op ca. 1 m boven de as van de voorliggende weg.

De schaal van de aanvraag overschrijdt de schaal van de woningen in de nabije omgeving niet.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De voorgevellijn wordt voorzien op 10,12 m uit de as van de voorliggende weg en er wordt een minimale bouwvrije strook van 3,00 m langsheen de linkerperceelgrens en 3,32 m langsheen de rechterperceelsgrens voorzien. De woning is 14,88 m breed. De bouwdiepte op het gelijkvloers bedraagt 15 m. De bouwdiepte op de eerste verdieping bedraagt 9,06 m. Door deze inplanting wordt de draagkracht van het terrein niet overschreden en past deze woning zich in in de omgeving en de toekomstige ordening van het gebied. De verharding in de voortuinzone is minimaal en betreft louter de noodzakelijke toegang. De verharding van het terras (dat aansluit aan de achtergevel) is deels overdekt. Het niet overdekte deel (ca. 15 m2) heeft een open voeg en watert op het eigen terrein af.

Visueel-vormelijke elementen

De gevels worden afgewerkt met een (licht) grijze genuanceerde gevelsteen, panelen van mat grijs aluminium en met aluminium buitenschrijnwerk in de kleur mat grijs. De dorpels worden voorzien van grijs aluminium en de regengoot van gepatineerd zink.

De nieuwe verschijningsvorm van de woning zal zich visueel-vormelijk inpassen in het wisselende straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag is niet gelegen in een beschermd dorpsgezicht of in de nabijheid van een beschermd monument.

Reliëf

Voorliggend perceel is nagenoeg vlak (licht oplopend naar achteren toe), de vloerpas van de woning wordt ingeplant ca. 1 m hoger dan de as van de voorliggende weg centraal voor het perceel. Ter hoogte van de bouwzone zijn beperkte reliëfwijzigingen toegestaan. Dit geldt ook voor de noodzakelijke toegangen. Overige reliëfwijzingen zijn dan ook uitgesloten. 

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Het is verboden het hemelwater af te leiden naar aanpalende terreinen/percelen.

Het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders is van toepassing.

Het project vormt geen bijkomende hinder ten aanzien van de omgeving. Geluids- en trillingshinder zal zich enkel manifesteren tijdens de bouwwerken. Deze vorm van hinder is beperkt in de tijd.

Natuur

De aangevraagde locatie is:

 gelegen in grondwaterbeschermingszone type III van de grondwaterwinning Puttebos.

 niet gelegen in mogelijk overstromingsgevoelig gebied.

 niet gelegen in infiltratiegevoelig gebied.

 niet gelegen in het habitatrichtlijngebied: meest nabije ‘Valleien van de Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- en moerasgebieden’ op een afstand ca. 970 m.

 niet gelegen in GEN-gebied: meest nabije ‘De Dijlevallei’ op een afstand van 4,270 km.

 op 90 m gelegen van biologisch zeer waardevolle zone met karteringseenheid vochtig wilgenstruweel op voedselrijke bodem.

 voor de vegetatie is niet kwetsbaar voor verdroging.

Bemaling

De melding van de bronbemaling werd ingediend via het omgevingsloket en omvat volgende klasse 3 rubriek namelijk:

-rubriek 53.2.2°b)1°: bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen: gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m3 per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil wordt beperkt tot maximaal vier meter onder het maaiveld: bronbemaling voor de plaatsing van kelder bij een eengezinswoning een max. opgepompt debiet van 353 m³/dag en 30.596 m³/voor een periode van 120 dagen (bij de start een debiet van 353 m³/dag en geleidelijk aan een maximaal debiet van 251 m³/dag).

 

Bespreking addendum R53:

Type bemaling: filterbemaling via 12 filterputten die aangezet worden op 6 m- mv diepte.

De werfput is 14 m (l) x 7,5 m (b) x 3,2 m (d).

Er wordt bemaald tot de grondwatertafel tot op 3,70 m-mv komt.

De watervoerende laag is de aquifer Ledo Paniseliaan Brussel (codering HCOV_0600).

De aanvrager heeft het debiet niet berekend aan de hand van de VMM berekeningstool voor bemalingen, wel is er een geotechnisch rapport opgemaakt door Buro LM BV.

De ladder van Lansink voor bemaling dient toegepast te worden als zijnde oppompen beperken – retour/infiltratie – afvoer naar oppervlaktewater of RWA – afvoer naar de gemengde riolering.

De aanvrager argumenteert dat retourbemaling niet mogelijk is maar dat de afvoer van het opgepompte grondwater rechtstreeks naar de Voer is wel mogelijk.

 

In het gemeentelijk reglement bemalingen (GR 30 juni 2020) wordt opgelegd dat bij elke bemaling een buffervat dient geplaatst te worden voor de opvang van het opgepompte grondwater op privaat domein, grenzend aan of bereikbaar vanaf de openbare weg.

Tevens wordt in het gemeentelijk reglement bemalingen opgenomen dat indien er geen retourbemaling is of mogelijk is, rubriek 53.8.1°a) automatisch wordt opgenomen in de beslissing. Hierdoor kan het bemalingswater hergebruikt worden door landbouwers en derden gedurende de periode van bemaling.

Gedurende de bemalingsperiode en zeker wanneer deze waarschijnlijk samenvalt met een droogteperiode, dient voorafgaand aan de lozing van het bemalingswater een buffervat van minimaal 10 000 liter geplaatst te worden met overloop naar een lozingspunt. Op het buffervat dient een aftapkraantje geplaatst te worden zodat hergebruik eenvoudig en kosteloos mogelijk wordt voor derden. Tevens moet het mogelijk zijn voor landbouwers, bedrijven en dienstverleners om hieruit water te pompen om een tankwagen te vullen. Ook de aannemer van de werken zelf dient maximaal dit bemalingswater te recupereren voor de werken op de eigen werf en ter voorkoming van overmatige productie van opwervelend stof tijdens de werken.

Er dient op elk moment een vrije toegang te zijn vanop de openbare weg naar het buffervat, waarbij de veiligheid van de gebruikers van het water gegarandeerd is. Op het buffervat dient duidelijk, in waterbestendig opschrift, aangegeven te worden dat het water niet geschikt is voor menselijke consumptie.

De overloop van het buffervat dient altijd op een veilige en verantwoorde manier, bij voorkeur naar een gracht/waterloop in de omgeving geleid te worden. In dit geval kan de overloop van het buffervat geleid worden naar de Voer.

De installatie van het buffervat dient uiterlijk op de eerste werkdag na de start van de bemaling te gebeuren. De exploitant stuurt uiterlijk de dag na de installatie een e-mail met foto’s van het vat, de aftapmogelijkheden en het lozingspunt naar de dienst omgeving.

De bemaling dient een sondegestuurde bemaling te zijn, wanneer retourbemaling niet mogelijk is.

De meterstanden van de debietmeter van de bemaling dienen wekelijks aan de dienst omgeving te worden overgemaakt.

De invloedstraal strekt zich uit tot 306 m.

De invloedsstraal van de bemaling reikt niet tot beschermde natuurgebieden. Er is ook geen relevante invloed te verwachten op de nabijgelegen grondwaterwinning, die uitgevoerd wordt in een diepere watervoerende laag.

De invloedsstraal van de bemaling reikt niet tot in gekende percelen in de OVAM-databank bodem.

Er is geen aanleiding om te veronderstellen dat de bemaling mogelijke mobiele grondwaterverontreinigingen zou aantrekken.

Er zijn geen onaanvaardbare zettingsrisico’s te verwachten.

Er werd niets vermeld over het merk en type debietmeter. Dit zal worden opgelegd als bijzondere voorwaarde.

Er wordt geen bijstelling aangevraagd.

 

Conclusie

Het voorgestelde project is milieukundig, planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

        de verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken

        de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep van 6 juli 2022 moeten strikt worden nageleefd

        de verkrijger van de huidige vergunning moet alle nodige maatregelen treffen om de riolering te beschermen en niet te beschadigen. Bij eventuele calamiteiten moet onmiddellijk de gemeente op de hoogte gebracht worden

        alle afbraakmaterialen, afkomstig van de bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden

        indien er asbesthoudende materialen worden aangetroffen dienen deze correct te worden verwijderd en conform de milieuwetgeving te worden afgevoerd naar een recyclagepark of opgehaald te worden door de desbetreffende afvalintercommunale of milieudienst (https://www.ovam.be/asbest-correct-verwijderen-en-afvoeren)

        Bemalingspomp: De bemaling dient een sondegestuurde bemaling te zijn, wanneer retourbemaling niet mogelijk is.

        Debietmeter:

a) De exploitant plaatst op de bemalingspomp een debietmeter. Hij geeft de meterstand van de debietmeter van de pomp door via het Omgevingsloket en dit voor de start van de bemaling.

b) De exploitant geeft wekelijks tijdens de duur van de bemalingswerken de meterstand van de debietmeter van de bemaling door via het Omgevingsloket

c) De exploitant geeft op het einde van de bemalingswerken de meterstand van de debietmeter van de bemaling door via het Omgevingsloket.

        Buffervat voor het opgepompte grondwater:

a) Voorafgaand aan de lozing van het bemalingswater dient een buffervat van minimaal 10 000 liter geplaatst te worden met overloop naar een lozingspunt in oppervlaktewater namelijk de Voer. Het buffervat dient geplaatst te worden op privaat domein, grenzend aan of bereikbaar vanaf de openbare weg.

Op het buffervat dient een aftapkraantje geplaatst te worden zodat hergebruik eenvoudig en kosteloos mogelijk wordt voor derden. Tevens moet het mogelijk zijn voor landbouwers, bedrijven en dienstverleners om hieruit water te pompen om een tankwagen te vullen. Ook de aannemer van de werken zelf dient maximaal dit bemalingswater te recupereren voor de werken op de eigen werf en ter voorkoming van overmatige productie van opwervelend stof tijdens de werken.

Er dient op elk moment een vrije toegang te zijn vanop de openbare weg naar het buffervat, waarbij de veiligheid van de gebruikers van het water gegarandeerd is. Op het buffervat dient duidelijk, in waterbestendig opschrift, aangegeven te worden dat het water niet geschikt is voor menselijke consumptie.

b) De installatie van het buffervat dient uiterlijk op de eerste werkdag na de start van de bemaling te gebeuren. De exploitant stuurt uiterlijk de dag na de installatie een e-mail met foto’s van het vat, de aftapmogelijkheden en het lozingspunt naar de dienst omgeving.

        Voorzorg: De exploitant neemt alle voorzorgen teneinde schade aan onroerende goederen binnen de invloedsstraal van een grondwaterwinning te vermijden. Indien door het onttrekken van het grondwater zettingsgevoelige gronden, inzonderheid veen en turf, ontwaterd kunnen worden, laat hij op zijn kosten voor de ingebruikname van de grondwaterwinning een plaatsbeschrijving uitvoeren van al de constructies gelegen in zettingsgevoelige gronden die door ontwatering een gevaar zijn voor de stabiliteit van deze constructies binnen de invloedszone. Op deze constructies worden zettingsbakens aangebracht en genivelleerd ten opzichte van een referentiepunt buiten de invloedszone.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, Vlarem en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Murielle Heroes en Franky Devleeschouwer wonende te Bankblokstraat 25, 3061 Bertem voor voor het slopen van de bestaande woning en het bouwen van een nieuwe woning met tijdelijke bronbemaling in 3061 Leefdaal, Blankaart 38, afdeling 3, sectie B nr 191 H2 voor volgende rubrieken

-rubriek 53.8.1°a): andere boringen van grondwaterwinningsputten en grondwaterwinning dan de boringen, vermeld in rubriek 53.1 tot en met 53.7 en 53.12, waarvan het totaal opgepompte debiet kleiner is dan of gelijk is aan 5000 m³ per jaar en alle putten een diepte hebben die kleiner is dan of gelijk is aan het locatiespecifieke dieptecriterium, zoals weergegeven op de kaart in bijlage 2ter van dit besluit;

-rubriek 53.2.2°b)1°: bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen: gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m3 per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil wordt beperkt tot maximaal vier meter onder het maaiveld: bronbemaling voor de plaatsing van kelder bij een eengezinswoning een max. opgepompt debiet van 353 m³/dag en 30.596 m³/voor een periode van 120 dagen (bij de start een debiet van 353 m³/dag en geleidelijk aan een maximaal debiet van 251 m³/dag).

onder volgende voorwaarden:

         de verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken

         de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep van 6 juli 2022 moeten strikt worden nageleefd

         de verkrijger van de huidige vergunning moet alle nodige maatregelen treffen om de riolering te beschermen en niet te beschadigen. Bij eventuele calamiteiten moet onmiddellijk de gemeente op de hoogte gebracht worden

         alle afbraakmaterialen, afkomstig van de bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden

         indien er asbesthoudende materialen worden aangetroffen dienen deze correct te worden verwijderd en conform de milieuwetgeving te worden afgevoerd naar een recyclagepark of opgehaald te worden door de desbetreffende afvalintercommunale of milieudienst (https://www.ovam.be/asbest-correct-verwijderen-en-afvoeren)

         Bemalingspomp: De bemaling dient een sondegestuurde bemaling te zijn, wanneer retourbemaling niet mogelijk is.

         Debietmeter:

a) De exploitant plaatst op de bemalingspomp een debietmeter. Hij geeft de meterstand van de debietmeter van de pomp door via het Omgevingsloket en dit voor de start van de bemaling.

b) De exploitant geeft wekelijks tijdens de duur van de bemalingswerken de meterstand van de debietmeter van de bemaling door via het Omgevingsloket

c) De exploitant geeft op het einde van de bemalingswerken de meterstand van de debietmeter van de bemaling door via het Omgevingsloket.

         Buffervat voor het opgepompte grondwater:

a) Voorafgaand aan de lozing van het bemalingswater dient een buffervat van minimaal 10 000 liter geplaatst te worden met overloop naar een lozingspunt in oppervlaktewater namelijk de Voer. Het buffervat dient geplaatst te worden op privaat domein, grenzend aan of bereikbaar vanaf de openbare weg.

Op het buffervat dient een aftapkraantje geplaatst te worden zodat hergebruik eenvoudig en kosteloos mogelijk wordt voor derden. Tevens moet het mogelijk zijn voor landbouwers, bedrijven en dienstverleners om hieruit water te pompen om een tankwagen te vullen. Ook de aannemer van de werken zelf dient maximaal dit bemalingswater te recupereren voor de werken op de eigen werf en ter voorkoming van overmatige productie van opwervelend stof tijdens de werken.

Er dient op elk moment een vrije toegang te zijn vanop de openbare weg naar het buffervat, waarbij de veiligheid van de gebruikers van het water gegarandeerd is. Op het buffervat dient duidelijk, in waterbestendig opschrift, aangegeven te worden dat het water niet geschikt is voor menselijke consumptie.

b) De installatie van het buffervat dient uiterlijk op de eerste werkdag na de start van de bemaling te gebeuren. De exploitant stuurt uiterlijk de dag na de installatie een e-mail met foto’s van het vat, de aftapmogelijkheden en het lozingspunt naar de dienst omgeving.

         Voorzorg: De exploitant neemt alle voorzorgen teneinde schade aan onroerende goederen binnen de invloedsstraal van een grondwaterwinning te vermijden. Indien door het onttrekken van het grondwater zettingsgevoelige gronden, inzonderheid veen en turf, ontwaterd kunnen worden, laat hij op zijn kosten voor de ingebruikname van de grondwaterwinning een plaatsbeschrijving uitvoeren van al de constructies gelegen in zettingsgevoelige gronden die door ontwatering een gevaar zijn voor de stabiliteit van deze constructies binnen de invloedszone. Op deze constructies worden zettingsbakens aangebracht en genivelleerd ten opzichte van een referentiepunt buiten de invloedszone.

         De Watergroep geeft een gunstig advies voor wat betreft de bescherming van de waterwinning aangezien het project geen effect heeft op grondwaterkwaliteit of kwantiteit van de waterwinning. Wel dient er met volgende zaken rekening gehouden te worden tijdens werken op het perceel:

o koolwaterstoffen waarvan het gezamenlijke volume groter is dan 50 liter worden opgesteld in een opvangbak waarvan de inhoud minstens gelijk is aan de inhoud van de gestockeerde recipiënten;

o het overgieten en/of vullen van recipiënten dient met de nodige omzichtigheid te gebeuren teneinde het morsen te voorkomen;

o machines met enig verlies van olie of mazout dienen van de werf verwijderd te worden en boven een opvanglade geplaatst.

o iedere verontreiniging dient onmiddellijk gemeld op het nummer 02/238 96 99 of via milieu@dewatergroep.be

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en adviesinstantie.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG VAN DE VLAAMSE MAATSCHAPPIJ VOOR WATERVOORZIENING VOOR HET SLOPEN VAN EEN HOEVE IN 3061 LEEFDAAL, BLOKKENSTRAAT 56, SECTIE D NRS. 175L EN 176D.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 8 juni 2022 heeft de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening een aanvraag ingediend voor het slopen van een hoeve in 3061 Leefdaal, Blokkenstraat 56, sectie D nrs. 175l en 176d.

         Op 22 juni 2022 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         De bouwplaats is gelegen in het ruimtelijk uitvoeringsplan 'sportpark Verona' definitief vastgesteld door de gemeenteraad van 25 april 2017 en verschenen in het Belgisch Staatsblad op 30 juni 2017.

De aanvraag is gelegen binnen de zone voor openbaar nut - waterwinning.

De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een vergunde en niet-vervallen verkaveling.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

Door het RUP 'sportpark Verona' is deze bestemming gewijzigd in een zone voor openbaar nut - Waterwinning

Toelichting bij de stedenbouwkundige voorschriften

VERORDENEND

Stedenbouwkundige voorschriften

Artikel 1.1: Gebiedscategorie

Gemeenschapsvoorzieningen en nutsvoorzieningen

De zone is specifiek bestemd voor de exploitatie van de drinkwaterwinning.

Artikel 1.2: Bestemming

Het gebied is bestemd voor openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen onder de vorm van waterwinning en aanvullende of complementaire functies en activiteiten.

Artikel 1.3: Inrichting en bebouwing

Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de

aanleg, inrichting en exploitatie van waterwinning zijn toegelaten.

Tevens zijn werken, handelingen en wijzigingen ten behoeve van de instandhouding, het herstel en de ontwikkeling van de natuur en het natuurlijk milieu en van de landschapswaarden toegelaten.

         De bouwplaats is gelegen langsheen de Blokkenstraat ten westen van het centrum van Bertem.

De aanvraag ligt in de overgang van de vallei van de Voer en het plateau tussen de Voer- en de Dijlevallei. Het terrein helt gedeeltelijk af naar de Voer.

De omgeving wordt gekenmerkt door sportvoorzieningen en het pompstation van De Watertgroep. De sportvoorzieningen zijn gedeeltelijk in de helling van het terrein in gewerkt. Een dicht begroeide berm langs de Kerstraat maakt de overgang naar het plateau van Duisburg ten zuiden van het plangebied. Deze berm vormt een visuele buffer tussen de lager gelegen infrastructuur met bebouwing en het hoger liggende plateau.

Rond de Dorpstraat, die een stuk lager gelegen is, ontwikkelde zich een bebouwingslint. Dit leidde tot de huidige structuur van het gehucht, waarvan de bebouwing voornamelijk geconcentreerd is tussen de parallelle Dorpstraat en Kerstraat. De sportvoorzieningen en het pompstation van De Watergroep bevinden zich op het einde van deze bebouwingsstrook.

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

         Het voorstel omvat de volledige sloop van de hoeve en het opruimen van het terrein.

De funderingen, kelderdelen en verhardingen worden mee verwijderd. De ontstane putten worden aangevuld en het terrein wordt genivelleerd zonder het profiel van het terrein te wijzigen

Na uitvoering van de werken zal het terrein worden ingezaaid als bloemrijk grasland van inheemse en streekeigen soorten.

         Watertoets

Het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in eencentraal gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden.

 

         Externe adviezen

1. Het Departement Landbouw en Visserij heeft op 12 juli 2022 gemeld dat door de ligging in het RUP 'Sportpark Verona' het perceel van de aanvraag niet meer gelegen is in een agrarische zone en dat er bijgevolg geen advies verstrekt wordt.

 

Argumentatie

Art. 4.3.1.§2 Vlaamse codex ruimtelijke ordening

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen :

1° het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2° het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook de volgende aspecten in rekening brengen:

a) beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in punt 1° ;

b) de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement voor zover:

1) de rendementsverhoging gebeurt met respect voor de kwaliteit van de woon- en leefomgeving;

2) de rendementsverhoging in de betrokken omgeving verantwoord is;

3° indien het aangevraagde gelegen is in een gebied dat geordend wordt door een ruimtelijk uitvoeringsplan, een gemeentelijk plan van aanleg of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarvan niet op geldige wijze afgeweken wordt, en in zoverre dat plan of die vergunning voorschriften bevat die de aandachtspunten, vermeld in 1°, behandelen en regelen, worden deze voorschriften geacht de criteria van een goede ruimtelijke ordening weer te geven. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan gemotiveerd beslissen dat bepaalde voorschriften van verkavelingen ouder dan vijftien jaar, zoals bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, c), of voorschriften van bijzondere plannen van aanleg ouder dan vijftien jaar, waarvan op grond van artikel 4.4.9/1 op rechtsgeldige wijze kan worden afgeweken, nog steeds de criteria van goede ruimtelijke ordening weergeven.

 

De Vlaamse Regering kan, thematisch of gebiedsspecifiek, integrale ruimtelijke voorwaarden bepalen, ter beoordeling van de inpassing van welbepaalde handelingstypes, of van handelingen in specifieke gebieden, in een goede ruimtelijke ordening, onverminderd strengere planologische voorschriften of verkavelingsvoorschriften.

 

Het voorgestelde project geeft uitvoering aan de opties die voorzien zijn in het RUP 'sportpark Verona' goedgekeurd op 25 april 2017.

De zone waarin de aanvraag is gelegen is bestemd voor openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen onder de vorm van waterwinning en aanvullende of complementaire functies en activiteiten.

Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de aanleg, inrichting en exploitatie van waterwinning zijn toegelaten.

Tevens zijn werken, handelingen en wijzigingen ten behoeve van de instandhouding, het herstel en de ontwikkeling van de natuur en het natuurlijk milieu en van de landschapswaarden toegelaten.

Het slopen van de hoeve draagt bij tot de instandhouding en herstel van de landschapswaarden.

 

Conclusie:

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig-architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

 

         de verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken

         de verkrijger van de huidige vergunning moet alle nodige maatregelen treffen om de riolering te beschermen en niet te beschadigen. Bij eventuele calamiteiten moet onmiddellijk de gemeente op de hoogte gebracht worden

         alle afbraakmaterialen, afkomstig van de bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden

         indien er asbesthoudende materialen worden aangetroffen dienen deze correct te worden verwijderd en conform de milieuwetgeving te worden afgevoerd naar een recyclagepark of opgehaald te worden door de desbetreffende afvalintercommunale of milieudienst (https://www.ovam.be/asbest-correct-verwijderen-en-afvoeren).

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening voor het slopen van een hoeve in 3061 Leefdaal, Blokkenstraat 56, sectie D nrs. 175l en 176d onder volgende voorwaarden:

         de verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken

         de verkrijger van de huidige vergunning moet alle nodige maatregelen treffen om de riolering te beschermen en niet te beschadigen. Bij eventuele calamiteiten moet onmiddellijk de gemeente op de hoogte gebracht worden

         alle afbraakmaterialen, afkomstig van de bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden

         indien er asbesthoudende materialen worden aangetroffen dienen deze correct te worden verwijderd en conform de milieuwetgeving te worden afgevoerd naar een recyclagepark of opgehaald te worden door de desbetreffende afvalintercommunale of milieudienst (https://www.ovam.be/asbest-correct-verwijderen-en-afvoeren).

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG VAN GHEORGE IACONI VOOR DE REGULARISATIE VAN EEN AANTAL NIET VERGUNDE WERKEN EN DE AANVRAAG VAN DE AFBRAAK VAN DE BIJGEBOUWEN TUSSEN DE KEUKEN EN DE GARAGE BIJ DE WONING GELEGEN IN 3060 BERTEM, TERVUURSESTEENWEG 272, SECTIE B NR 235K.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Voor het perceel uit voorliggende aanvraag zijn de volgende relevante voorgaande vergunningen gekend.

º         Vergunning van 6 februari 1957 voor het bouwen van een nieuwe woning.

         Op 1 juni 2022 heeft Gheorge Iaconi een aanvraag ingediend voor de regularisatie van een aantal niet vergunde werken en de aanvraag van de afbraak van de bijgebouwen tussen de keuken en de garage bij de woning gelegen in 3060 Bertem, Tervuursesteenweg 272, sectie B nr 235k.

         Op 22 juni 2022 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

        Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg of gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.

        De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied met landelijk karakter.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

De woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven (artikel 6 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

        De bouwplaats is gelegen langsheen de gewestweg Tervuursesteenweg en de Oude Tervuursebaan ten noordwesten van het centrum van Bertem.

De woning situeert zich in een bouwblok langsheen de Tervuursesteenweg met halfopen en gesloten bebouwing. Schuin tegenover het bouwperceel is een omvangrijke groothandel in akkerbouwproducten en veevoeders gelegen.

Aan de rechterzijde grenst het perceel aan een woning in gesloten bebouwing, aan de linkerzijde aan een halfopen bebouwing. De tuinzone situeert zich tussen de woning en de Oude Tervuursebaan.

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

        Het voorstel omvat:

1. de regularisatie van een aantal werken niet conform uitgevoerd volgens de vergunning van 8 februari 1957 nl. de dakuitbouw werd niet uitgevoerd volgens de oorspronkelijke vergunning. Volgens de vergunde plannen werd er een dakuitbouw voorzien van +/- 3,50 m breed. In de uitvoering werd de dakuitbouw volledig doorgetrokken en heeft een breedte van 5,80 m.

In de oorspronkelijke vergunning werden 2 schouwen voorzien maar 1 schouw is alleen inwendig zichtbaar.

2. de afbraak van de bijgebouwen over een diepte van 11,80 m, tussen de keuken en de garage ter hoogte van de Oude Tervuursebaan.

        Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in eencentraal gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Adviezen

        Openbaar onderzoek

De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden.

 

        Externe adviezen

Op 22 juni 2022 werd advies gevraagd aan het Agentschap Wegen en Verkeer door de ligging van de aanvraag aan de gewestweg Tervuursesteenweg.

Op 22 juli 2022 heeft het Agentschap Wegen en Verkeer een gunstig advies uitgebracht nl.:

        Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N0030002 van 21.2 +8 tot 21.2 +14):

        de rooilijn ligt op 13 meter uit de as van de baan, volgens plan K1292-A

        de rooilijn valt samen met de bestaande voorgevellijn

        de minimaal te respecteren bouwlijn valt samen met de rooilijn

        Publiciteit: geen

        Geen andere werken dan deze in de aanvraag vervat en op het bijgevoegde plan aangeduid zullen aan dit gebouw worden uitgevoerd. Dit is het regulariseren van de dakuitbouw en de schouwen en de afbraak van bijgebouwen. De juiste plaatsing van de constructie of de aard van de verbouwing aan de constructie kan het voorwerp uitmaken van aanvullende voorwaarden van de gemachtigde ambtenaar van het Agentschap R-O Vlaanderen.

        De bestaande toegang blijft behouden via de gemeenteweg Oude Tervuursebaan.

        AWV stelt vast dat het openbaar domein (tussen de perceelsgrens en het fietspad) in het verleden met grind werd verhard thv de woningen 270 tot 274. Dit hoort een groenzone te zijn zodat dit niet als een parkeerplaats kan worden beschouwd.

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Functionele inpasbaarheid

Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven.

De regularisatie van de dakuitbouw en het extern ontbreken van de 2de schouw zijn uitgevoerd bij de uitvoering van de oorspronkelijke bouwaanvraag en zijn niet in strijd met de vigerende stedenbouwkundige voorschriften en normen.

De afbraak van de bijgebouwen zijn verantwoord gelet op de relatief beperkte tuinzone. Dit geeft een aanzet tot een betere stedenbouwkundige verantwoorde invulling van het perceel.

Mobiliteitsimpact

De aanvraag heeft geen beperkte impact op de mobiliteit in de omgeving. De bestaande garage ter hoogte van de Oude Tervuursebaan blijft behouden.

Schaal

De inperkingen van het verharde en bebouwde oppervlakte zijn in overeenstemming met de schaal van bijgebouwen en verhardingen in de nabije omgeving.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Door de afbraak van de bijgebouwen zal er meer ruimte over zijn die als tuinzone kan gebruikt worden. De bouwdichtheid van het perceel zal hierdoor worden verkleind en het ruimtegebruik wordt verbeterd.

Visueel-vormelijke elementen

De sloping van de bijgebouwen is beperkt zichtbaar vanaf de Oude Tervuursebaan en heeft een positieve impact op de omgeving.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing op de aanvraag.

Reliëf

Niet van toepassing op de aanvraag.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De ontharding en het verkleinen van het bijgebouw komen ten goede van het gebruiksgenot van het perceel. Desondanks moet de nodige aandacht worden geschonken aan het verwijderen en het afvoeren van de asbesthoudende platen conform de milieuwetgeving. Dit wordt opgenomen als voorwaarde in deze vergunning.

 

Conclusie

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

        de verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken

        de voorwaarden opgelegd in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer van 22 juli 2022 moeten strikt worden nageleefd

        de verkrijger van de huidige vergunning moet alle nodige maatregelen treffen om de riolering te beschermen en niet te beschadigen. Bij eventuele calamiteiten moet onmiddellijk de gemeente op de hoogte gebracht worden

        alle afbraakmaterialen, afkomstig van de bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden

        indien er asbesthoudende materialen worden aangetroffen dienen deze correct te worden verwijderd en conform de milieuwetgeving te worden afgevoerd naar een recyclagepark of opgehaald te worden door de desbetreffende afvalintercommunale of milieudienst (https://www.ovam.be/asbest-correct-verwijderen-en-afvoeren)

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Gheorge Iaconi voor de regularisatie van een aantal niet vergunde werken en de aanvraag van de afbraak van de bijgebouwen tussen de keuken en de garage bij de woning gelegen in 3060 Bertem, Tervuursesteenweg 272, sectie B nr 235k onder volgende voorwaarden:

        de verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken

        de voorwaarden opgelegd in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer van 22 juli 2022 moeten strikt worden nageleefd

        de verkrijger van de huidige vergunning moet alle nodige maatregelen treffen om de riolering te beschermen en niet te beschadigen. Bij eventuele calamiteiten moet onmiddellijk de gemeente op de hoogte gebracht worden

        alle afbraakmaterialen, afkomstig van de bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden

        indien er asbesthoudende materialen worden aangetroffen dienen deze correct te worden verwijderd en conform de milieuwetgeving te worden afgevoerd naar een recyclagepark of opgehaald te worden door de desbetreffende afvalintercommunale of milieudienst (https://www.ovam.be/asbest-correct-verwijderen-en-afvoeren)

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

RECHT VAN VOORKOOP. VOORKOOPRECHT DORPSTRAAT 372 TE 3061 BERTEM AFD. 3 SECTIE C NUMMER 294N, DORPSTRAAT 374 TE 3061 BERTEM AFD. 3 SECTIE C NUMMER 294P EN DORPSTRAAT 376 TE 3060 BERTEM AFD. 3 SECTIE C NUMMER 292P.

 

Voorgeschiedenis

 

Feiten en context

Notariskantoor Tom en Jan Coppens heeft een recht van voorkoop aangeboden met als dossiernummer 156301 voor volgende percelen:

        Dorpstraat 372 te 3061 Bertem afd. 3 sectie C nummer 294n,

        Dorpstraat 374 te 3061 Bertem afd. 3 sectie C nummer 294p,

        Dorpstraat 376 te 3061 Bertem afd. 3 sectie C nummer 292p.

 

Juridische gronden

        Artikel 85, §1, tweede lid van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse wooncode
Het Vlaams Woningfonds, Vlabinvest apb, de sociale huisvestingsmaatschappijen binnen hun werkgebied, en de gemeenten op hun grondgebied, krijgen een recht van voorkoop op:
1° een woning die opgenomen is in het leegstandsregister, vermeld in artikel 2.2.6 van het decreet Grond- en Pandenbeleid, in het register van verwaarloosde gebouwen en woningen, vermeld in artikel 25, § 1, van het Heffingsdecreet, of in de inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen, vermeld in artikel 26, § 1, van het Heffingsdecreet;
2° de woning, bedoeld in artikel 19, die niet werd gesloopt binnen de door de Vlaamse regering bepaalde termijn;
3° een perceel, bestemd voor woningbouw, dat gelegen is in een door de Vlaamse regering te bepalen bijzonder gebied.

        Artikel 28 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 oktober 1998 over de erkenning van een aantal gebieden als bijzonder gebied.
De volgende gebieden worden als bijzonder gebied in de zin van artikel 85, §1, tweede lid, 3°, van de Vlaamse Wooncode, beschouwd:
De woonvernieuwings- en woningbouwgebieden in de volgende 26 gemeenten: (...), Bertem, (...).

        Decreet van 25 mei 2007 houdende de harmonisering van de procedures van voorkooprechten
Dit decreet bepaalt o.m. de werking van het e-voorkooprecht. Tevens bevat het de regels over de Vlaamse voorkooprechten en de procedure die moet gevolgd bij verkoop van een perceel dat in aanmerking komt voor voorkooprecht.

 

 

Bijlagen

        voorkooprecht Dorpstraat 372, 374 en 376

        ligging Dorpstraat 372, 374 en 376

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen wenst zijn voorkooprecht voor volgende percelen niet uit te oefenen:

        Dorpstraat 372 te 3061 Bertem afd. 3 sectie C nummer 294n,

        Dorpstraat 374 te 3061 Bertem afd. 3 sectie C nummer 294p,

        Dorpstraat 376 te 3061 Bertem afd. 3 sectie C nummer 292p.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

RECHT VAN VOORKOOP. VOORKOOPRECHT NEERIJSE STEENWEG 31 TE 3061 BERTEM AFD. 3 SECTIE F NUMMER 180S8.

 

Voorgeschiedenis

 

Feiten en context

Notariskantoor Mostaert, Maere en Van Eslande, geassocieerde notarissen, heeft een recht van voorkoop aangeboden met als dossiernummer 156863 voor de woning Neerijse Steenweg 31 te 3061 Bertem, afd. 3 sectie F nummer 180s8.

 

Juridische gronden

        Artikel 85, §1, tweede lid van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse wooncode
Het Vlaams Woningfonds, Vlabinvest apb, de sociale huisvestingsmaatschappijen binnen hun werkgebied, en de gemeenten op hun grondgebied, krijgen een recht van voorkoop op:
1° een woning die opgenomen is in het leegstandsregister, vermeld in artikel 2.2.6 van het decreet Grond- en Pandenbeleid, in het register van verwaarloosde gebouwen en woningen, vermeld in artikel 25, § 1, van het Heffingsdecreet, of in de inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen, vermeld in artikel 26, § 1, van het Heffingsdecreet;
2° de woning, bedoeld in artikel 19, die niet werd gesloopt binnen de door de Vlaamse regering bepaalde termijn;
3° een perceel, bestemd voor woningbouw, dat gelegen is in een door de Vlaamse regering te bepalen bijzonder gebied.

        Artikel 28 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 oktober 1998 over de erkenning van een aantal gebieden als bijzonder gebied.
De volgende gebieden worden als bijzonder gebied in de zin van artikel 85, §1, tweede lid, 3°, van de Vlaamse Wooncode, beschouwd:
De woonvernieuwings- en woningbouwgebieden in de volgende 26 gemeenten: (...), Bertem, (...).

        Decreet van 25 mei 2007 houdende de harmonisering van de procedures van voorkooprechten
Dit decreet bepaalt o.m. de werking van het e-voorkooprecht. Tevens bevat het de regels over de Vlaamse voorkooprechten en de procedure die moet gevolgd bij verkoop van een perceel dat in aanmerking komt voor voorkooprecht.

 

 

Bijlagen

        voorkooprecht Neerijse Steenweg 31

        ligging Neerijse Steenweg 31

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen wenst zijn voorkooprecht voor de woning Neerijse Steenweg 31 te 3061 Bertem afdeling 3 sectie F nummer 180s8 niet uit te oefenen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022
Overzicht punten

Zitting van 8 augustus 2022

 

BEVOEGDHEDEN BURGEMEESTER. KENNISNAME BESLISSINGEN.

 

Besluit

Motivering

        Artikel 134 van de Nieuwe Gemeentewet

In geval van oproer, kwaadwillige samenscholing, ernstige stoornis van de openbare rust of andere onvoorziene gebeurtenissen, waarbij het geringste uitstel gevaar of schade zou kunnen opleveren voor de inwoners, kan de burgemeester politieverordeningen maken, onder verplichting om daarvan onverwijld aan de gemeenteraad kennis te geven, met opgave van de redenen waarom hij heeft gemeend zich niet tot de raad te moeten wenden. Die verordeningen vervallen dadelijk, indien zij door de raad in de eerstvolgende vergadering niet worden bekrachtigd.

        Artikel 63 van het decreet lokaal bestuur

Naast zijn bevoegdheden voor de uitvoering van de politiewetten, politiedecreten, politieverordeningen, politiereglementen en politiebesluiten, voor de bestuurlijke politie op het grondgebied van de gemeente en voor dringende politieverordeningen is de burgemeester bevoegd voor de uitvoering van de wetten, de decreten en de uitvoeringsbesluiten van de federale overheid, het gewest of de gemeenschap tenzij die bevoegdheid uitdrukkelijk aan een ander orgaan van de gemeente is opgedragen.

        Algemeen politiereglement van Bertem aangenomen door de gemeenteraad op 20 maart 2018, hoofdstuk 3, inzonderheid afdeling 3 en 5.

        Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd door het KB van 16 maart 1968.

 

Mededeling

        15 juli 2022: toelating tot noodkap van boom langs het Voerpad (vlak bij Langegracht).

        15 juli 2022: toelating tot noodkap van een 2e boom langs het Voerpad (vlak bij Langegracht) en het opkruinen van een andere scheefzakkende boom.

        IOD 220730-220730 Bosstraat 2A: het trottoir en de rijbaan. Verhuislift en verhuiswagen

        IOD 220729-220729 Tervuursesteenweg 189: het voetpad en 3 parkeervakken. Verhuisvrachtwagen.

        IOD 220729-220729 Kerkstraat 18: het voetpad en 3 parkeervakken. Verhuisvrachtwagen.

        IOD 220801-220806 Tervuursesteenweg 355: het voetpad: Stelling.

        IOD 220906-220906 Oude Baan 59: de rijbaan. Verhuiswagen.

        IOD 220808-220910 Dorpstraat 516: het trottoir en de rijbaan. Steiger, kraan en bouwmaterialen.

 

 

 

Publicatiedatum: 19/08/2022