BESLUITENLIJST VAN HET COLLEGE BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

 

Gemeente Bertem

 

Zitting van 3 mei 2021

Van 14.45 uur tot 15.30 uur

 

Aanwezig:

Burgemeester:

Joël Vander Elst

Schepenen:

Marc Morris, Yvette Laes, Joery Verhoeven en Tom Philips

Algemeen directeur:

Dirk Stoffelen

Waarnemend algemeen directeur:

Joke Van Gansberghe

 

Algemeen directeur Dirk Stoffelen verlaat de vergadering vanaf punt 7.

Waarnemend algemeen directeur Joke Van Gansberghe vervoegt de vergadering vanaf punt 7.

Algemeen directeur Dirk Stoffelen vervoegt de vergadering vanaf punt 8.

Waarnemend algemeen directeur Joke Van Gansberghe verlaat de vergadering vanaf punt 8.


Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

ZITTINGEN CBS. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.

 

Juridische grond

  • Artikel 50 van het decreet lokaal bestuur
    De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het college van burgemeester en schepenen.

 

 

Bijlagen

  • Notulen van de zitting van 26 april 2021.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de notulen van de zitting van 26 april 2021 goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

DIENST INVESTERINGSPROJECTEN. OPSTART BEVORDERINGSPROCEDURE VOLTIJDS STATUTAIR INGENIEUR INVESTERINGSPROJECTEN OP NIVEAU A1A-A2A.

 

Voorgeschiedenis

  • Raadsbesluiten van 15 december 2020 over de aanpassing van de personeelsformatie en organogram van lokaal bestuur Bertem.
  • Directeursbesluit van 15 april 2021 over de vaststelling en goedkeuring van de functiebeschrijving voor ingenieur investeringsprojecten A1a-A2a.

 

Feiten en context

  • In het goedgekeurde organogram is een functie van statutair ingenieur investeringprojecten op niveau A1a-A2a voorzien.
  • Deze functie kan worden ingevuld bij wijze van bevordering.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 2° van het decreet lokaal bestuur
    Het college is bevoegd voor het aanstellen en het ontslaan van het personeel.

         Hoofdstuk XII van titel 2 van de rechtspositieregeling voor het personeel van lokaal bestuur Bertem, goedgekeurd op 24 november 2020
Dit hoofdstuk handelt over de invulling van een vacature bij wijze van bevordering.

 

Argumentatie

Om de functie van voltijds statutair ingenieur investeringsprojecten op niveau A1a-A2a bij wijze van bevordering te kunnen invullen, dient een bevorderingsprocedure opgestart te worden.

 

 

Bijlagen

  • Ontwerptekst oproep kandidaturen bevorderingsprocedure ingenieur investeringsprojecten op niveau A1a-A2a

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Een bevorderingsprocedure wordt opgestart met aanleg van een bevorderingsreserve, geldig voor één jaar, voor een betrekking van voltijds statutair ingenieur investeringsprojecten op niveau A1a-A2a.

 

Artikel 2:

De kandidaten moeten voldoen aan de bevorderingsvoorwaarden, zoals bepaald in artikel 127 van de rechtspositieregeling.

 

Artikel 3:

De uitnodiging om zich kandidaat te stellen, wordt aan de personeelsleden van gemeente Bertem die voor deze functie in aanmerking komen, meegedeeld via een affiche op de werkplaats (tikklok) en via intranet.

De personeelsleden die vanwege hun afwezigheid geen kennis kunnen nemen van de vacature binnen de termijn nodig voor de indiening van de kandidaturen, worden per post op de hoogte gebracht van de vacature.

 

Artikel 4:

De kandidaturen moeten, op een wijze bepaald in artikel 121 §4 van de rechtspositieregeling, worden ingediend ter attentie van het college van burgemeester en schepenen uiterlijk op 19 mei 2021.

 

Artikel 5:

De selectieprocedure wordt vanaf de aanvaarding van de kandidaturen geheel uitgevoerd door CC Select.

 

Artikel 6:

Het examenprogramma wordt als volgt samengesteld:

         competentieproef: 25 punten

         gevalstudie: 25 punten

         mondelinge proef: 50 punten.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

INFORMATIEVEILIGHEID. GOEDKEURING VERWERKERSOVEREENKOMST CCSC CV.

 

Voorgeschiedenis

         E-mails van 18 februari 2021 en 26 februari 2021 van Sofie Poncelet namens CCSC cv i.v.m. benchmark - contactgegevens diensten.

         E-mail van Sofie Poncelet namens CCSC cv van 4 maart 2021 waarin ze vraagt om de GDPR verwerkersovereenkomst ondertekend terug te bezorgen.

         E-mail van Sofie Poncelet namens CCSC cv van 17 maart 2021 waarin ze een aangepaste versie van de verwerkersovereenkomst aanlevert na advies van de DPO.

 

Feiten en context

         Lokaal bestuur Bertem werkt mee aan een benchmark in samenwerking met CC Consult om een digitaal platform uit te bouwen waar lokale besturen hun financiële, HR- en operationele kerndata kunnen monitoren.

         De VVSG heeft een model van verwerkingsovereenkomst opgesteld om de lokale besturen in de mogelijkheid te stellen om tegemoet te komen aan de GDPR-regelgeving.

         CCSC cv heeft een verwerkingsovereenkomst voor gemeente Bertem en OCMW Bertem aangeboden, opgesteld conform het model van de VVSG.

         De wettelijke verplichtingen die worden opgelegd door de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de Belgische wet, zijn opgenomen in deze overeenkomst.

 

Juridische gronden

         Titel 2, hoofdstuk IV, Afdeling 3, §3 van de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens
De verwerking door een verwerker wordt geregeld in een overeenkomst of andere rechtshandeling die de verwerker ten aanzien van de verwerkingsverantwoordelijke bindt, en waarin het onderwerpen de duur van de verwerking, de aard en het doel van de verwerking, het type persoonsgegevens en de categorieën van betrokkenen, en de rechten en verplichtingen van de verwerkingsverantwoordelijke worden omschreven.

 

 

Bijlagen

         Verwerkersovereenkomst tussen CCSC cv en gemeente Bertem

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de bijgevoegde verwerkersovereenkomst tussen CCSC cv, Winkelom 83 B1b, 2440 Geel met ondernemingsnummer BE 0806.137.801, en gemeente Bertem goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

CONTRACTEN. GOEDKEURING BESTELBONS.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.
    Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst van de bestelbons.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de bestelbons goed van nr. 2021/178 tot en met nr. 2021/189 voor een totaal bedrag van 8495,64 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

INKOMENDE FACTUREN. GOEDKEURING FACTUREN.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.

Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst facturen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de facturen goed van nr. 2021/1452 tot en met nr. 2021/1629 voor een totaal bedrag van 669 682,32 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

QUICK WINS N253 BERTEM/HULDENBERG DEEL 1. GOEDKEURING VORDERINGSSTAAT 4 DEEL BERTEM.

 

Voorgeschiedenis

         Gemeenteraadsbesluit van 25 april 2017 waarbij de samenwerkingsovereenkomst Quick Wins tussen AWV en gemeente Bertem voor aanleg van voetpaden langs de N253 werd goedgekeurd.

         Gemeenteraadsbesluit van 28 augustus 2018 waarbij het bestek met nr. X21/N253/21 en de raming voor de opdracht 'Quick Wins N253 Bertem/Huldenberg' werd goedgekeurd.

         Collegebesluit van 27 april 2020 waarbij de offerte van Willemen Infra en het aandeel voor de gemeente Bertem werden goedgekeurd onder voorbehoud van goedkeuring van de lastvoorwaarden door de gemeenteraad.

         Gemeenteraadsbesluit van 26 mei 2020 waarbij het bestek met nr. 1M3D8F/19/37 voor het dossier X21/N253/21 'Quick Wins N253 Bertem/Huldenberg' en de raming werden goedgekeurd.

         Vorderingsstaat 4 voor de periode 1 februari 2021 tot 28 februari 2021 en verklaring van schuldvordering nr. 4 werden ingediend door de aannemer Willemen Infra op 29 maart 2021.

         Verificatie van schuldvordering voor vorderingsstaat 4 door AWV, ontvangen op 26 april 2021.

 

Feiten en context

  • De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 1M3D8F/19/37.
  • De werken vingen aan op 26 oktober 2020.
  • De uitvoeringstermijn bedraagt 100 werkdagen. Op 28 februari 2021 werden er reeds 70 dagen gewerkt, 7 verletdagen. Er zijn nog 30 werkdagen over.
  • Het aandeel voor de gemeente Bertem voor vorderingsstaat 4 betreft de uitvoering van zone 1.7B bis (bocht Nijvelsebaan tussen nr. 127 en nr. 121), 1.8B (Nijvelsebaan nr. 62 tot nr. 48) en 1.9B (Nijvelsebaan nr. 29 tot nr. 15).
  • De werken deel Bertem bereikten een bedrag van:

 

Bestelbedrag

 

€ 139 852,13

Btw

+

€ 29 368,95

TOTAAL

=

€ 169 221,08

Bedrag vorige vorderingsstaten incl. 21% btw

 

€ 103 644,16

Huidige vorderingsstaat

 

€ 36 478,21

Prijsherzieningen

+

€ 865,28

Totaal excl. btw

=

€ 37 343,49

Btw

+

€ 7842,13

Totaal incl. 21% btw huidige vorderingsstaat

=

€ 45 185,62

Totaal uitgevoerde werken incl. 21% btw

=

€ 148 829,78

 

Juridische gronden

  • De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen.
  • Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, meer bepaald artikel 5, § 2.
  • De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.
  • Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren.
  • Het decreet lokaal bestuur van van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.
  • Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
  • Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

 

Argumentatie

De werken werden correct uitgevoerd.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

2.20.70

0200-00/224707

€ 385 000

€ 281 355,84

€ 45 185,62

 

 

Bijlagen

         Factuur Bertem

         Vorderingsstaat 4

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Goedkeuring wordt verleend aan vorderingsstaat 4 van Willemen Infra, Booiebos 4 te 9031 Drongen voor de opdracht 'Quick wins N253 Bertem/Huldenberg (deel 1)' voor een bedrag van 37 343,49 euro excl. btw of 45 185,62 euro incl. 21% btw voor de gemeente Bertem.

 

Artikel 2:

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het investeringsbudget van 2021, op budgetcode 0200-00/224707.

 

Artikel 3:

De factuur en de vorderingsstaat 4 worden voor betaling overgemaakt aan de financiële dienst.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

SPEELPLEIN KATTESTROOF. GOEDKEURING AFSPRAKENNOTA GEBRUIK LOKALEN GEMEENTESCHOOL LEEFDAAL ZOMER 2021.

 

Feiten en context

         Tijdens de zomervakantie worden er zes weken speelpleinwerking georganiseerd van maandag 5 juli t.e.m. donderdag 12 augustus in de gemeenteschool in Leefdaal.

 

Adviezen

         De directeur van de gemeenteschool, Nele Verhellen, heeft de afsprakennota gunstig geadviseerd op 28 april 2021.

         Er werd ook rekening gehouden met de inbreng van de hoofdanimatoren tijdens het overleg van 15 maart 2021.

 

Argumentatie

Voor de organisatie van de speelpleinwerking Kattestroof tijdens de zomervakantie is het nodig om een afsprakennota op te maken voor het gebruik van de lokalen in de gemeenteschool in Leefdaal. De afsprakennota omvat o.a. het vastleggen van het gebruik van de infrastructuur en materiaal.

 

 

Bijlagen

         Afsprakennota speelplein Kattestroof zomervakantie 2021

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de afsprakennota voor het gebruik van de lokalen in de gemeenteschool in Leefdaal door het speelplein Kattestroof tijdens de zomervakantie 2021 goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

OPTIMALISEREN PUBLIEKSWERKING BIBLIOTHEEK. ONDERTEKENING LICENTIE 'ONLINE BETALEN VIA DE WEBSITE VAN DE BIB'.

 

Feiten en context

         Sedert begin maart 2021 zit de bibliotheek in het Eengemaakt Bibliotheeksysteem (EBS).

         Cultuurconnect biedt voor bibliotheken die in het EBS zitten de mogelijkheid aan, om via de website van de bib, online betalingen te registreren.

         Bibliotheekgebruikers kunnen dan gemakkelijk alle openstaande kosten bij de bib online afrekenen via hun 'Mijn Bibliotheekprofiel'.

         Bibliotheekgebruikers kunnen dan ook helemaal automatisch hun lidmaatschap vernieuwen. Nu moeten ze daarvoor altijd eerst naar de bib komen waardoor ze soms niet meer kunnen verlengen.

 

Juridische gronden

         Artikel 9 van het decreet van 6 juli 2012 betreffende het lokaal cultuurbeleid 1ste beleidsprioriteit: inspelen op maatschappelijke uitdagingen zoals de digitalisering van de samenleving

         Verordening van het Europees parlement en de raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming)

         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

         Wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens

         Artikel 56, § 3, 5° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip `dagelijks bestuur'.

         Besluit van de gemeenteraad van 28 april 2020 over de vaststelling van het begrip dagelijks bestuur.

 

Adviezen

         Gunstig advies van de financieel directeur van 27 april 2021

 

Argumentatie

Via de nieuwe dienst 'online betalen' kunnen gebruikers alle bibliotheekkosten online, snel, handig en coronavirusvrij afhandelen van thuis uit. Het voordeel is dat dit systeem geconnecteerd is met het bibliotheeksysteem Wise, zodat de betalingen niet meer door het personeel manueel moeten opgezocht en verwerkt worden.

De transacties met kleingeld worden op die manier geminimaliseerd en er is een makkelijkere controle op de financiële transacties van de bib mogelijk.

 

Financiële gevolgen

Deze dienst loopt via een raamcontract van de federale overheid met betaalprovider Worldline. De gemeente sluit langs die weg rechtstreeks een contract af met Worldline. Cultuurconnect is geen contractpartij en staat enkel in voor de technische koppeling met je bibliotheekwebsite en -systeem.

Worldline factureert € 0,21 per betaaltransactie via Bancontact/Payconiq eBTW.

 

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

614060/0111-00

1500 euro

733,97 euro

100 euro

 

 

Bijlagen

         Gebruikersovereenkomst

         Bestelbon

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college is akkoord met het aanbieden van de dienstverlening online betalen via de bibliotheekwebsite.

 

Artikel 2:

Het college keurt de bijgevoegde gebruikersovereenkomst goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

DIENST OMGEVING. GOEDKEURING BIJKOMENDE ONDERSTEUNING INTERLEUVEN VOOR DOSSIERS RO.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail van Interleuven van 8 april 2021 met offerte voor bijkomende ondersteuning van onze dienst omgeving.

 

Feiten en context

  • De omgevingsambtenaar is vermoedelijk voor langere tijd afwezig wegens ziekte. Interleuven kan een ruimtelijk planner ter beschikking stellen voor 1 dag/week vanaf de week van 12 april 2019 tot en met 30 september 2019. Met Interleuven werd afgesproken om in juni te evalueren of verdere ondersteuning nog nodig of wenselijk is.
  • De inhoudelijke stedenbouwkundige ondersteuning onder de formule ‘wekelijkse ondersteuning voor een bepaalde periode’ wordt gefactureerd onder het uurtarief van € 90/uur (index 1/04/2020). Deze ondersteuning valt onder de exclusiviteitsovereenkomst ‘2.4. adviesverlening gemeentelijk stedenbouwkundige dienst’.
  • Enkel de effectief gepresteerde uren worden aangerekend. Driemaandelijks krijgt de gemeente een detail met per gepresteerde dag een overzicht van de verleende ondersteuning en het aantal uren dat werd gepresteerd (op het gemeentehuis of bij Interleuven op kantoor).
  • Momenteel loopt ook nog de ondersteuning vanuit Proflow a rato van 2 dagen per week.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56 § 3, 4° en 5° van het decreet lokaal bestuur
    Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het voeren van de plaatsingsprocedure, de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten en voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip 'dagelijks bestuur'.
  • Raadsbesluit van 17 december 2019 over het toekennen van exclusiviteit voor bepaalde diensten aan de zelfstandige groepering 'Interleuven ondersteunende activiteiten'.
  • Besluit van de gemeenteraad van 28 april 2020 over de vaststelling van het begrip dagelijks bestuur.

 

Adviezen

         Visum van de financieel directeur van 29 april 2021

 

Argumentatie

De algemeen directeur heeft Marleen Mesmans aangeduid als waarnemend omgevingsambtenaar, maar haar beschikbare arbeidstijd is onvoldoende voor de tijdige behandeling van de omgevingsvergunningsaanvragen.

 

De bijkomende ondersteuning van Proflow, a rato van 2 dagen per week, is eveneens onvoldoende om de afwezigheid van de omgevingsambtenaar op te vangen.

 

Een bijkomende dag ondersteuning vanuit Interleuven is dan ook zeer aangewezen.

 

De selectieprocedure voor de aanwerving van de nieuwe beleidsmedewerker/expert omgeving wordt eerstdaags opgestart.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

613504/0600-00

€ 23 000

€ 11 880

€ 90 / uur

 

(wordt beschikbaar gesteld via budgetverschuiving personeel)

 

 

Bijlagen

         offerte

         visum

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college beslist om gemiddeld 1 dag per week een ruimtelijk planner van Interleuven in te zetten ter ondersteuning van de behandeling van omgevingsvergunningsaanvragen RO bij de dienst omgeving van midden april tot einde september 2021.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

RECHT VAN VOORKOOP. VOORKOOPRECHT WONING OUDE BAAN 25, AFD. 1 SECTIE A NUMMER 327D.

 

Feiten en context

  • Notaris Hugo Kuijpers heeft een recht van voorkoop aangeboden met als dossiernummer 136404 voor de woning Oude Baan 25 te 3060 Bertem, afd. 1 sectie A nummer 327d.

 

Juridische gronden

  • Artikel 85, §1, tweede lid van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse wooncode
    Het Vlaams Woningfonds, Vlabinvest apb, de sociale huisvestingsmaatschappijen binnen hun werkgebied, en de gemeenten op hun grondgebied, krijgen een recht van voorkoop op:
    1° een woning die opgenomen is in het leegstandsregister, vermeld in artikel 2.2.6 van het decreet Grond- en Pandenbeleid, in het register van verwaarloosde gebouwen en woningen, vermeld in artikel 25, § 1, van het Heffingsdecreet, of in de inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen, vermeld in artikel 26, § 1, van het Heffingsdecreet;
    2° de woning, bedoeld in artikel 19, die niet werd gesloopt binnen de door de Vlaamse regering bepaalde termijn;
    3° een perceel, bestemd voor woningbouw, dat gelegen is in een door de Vlaamse regering te bepalen bijzonder gebied.
  • Artikel 28 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 oktober 1998 over de erkenning van een aantal gebieden als bijzonder gebied.
    De volgende gebieden worden als bijzonder gebied in de zin van artikel 85, §1, tweede lid, 3°, van de Vlaamse Wooncode, beschouwd:
    De woonvernieuwings- en woningbouwgebieden in de volgende 26 gemeenten: (...), Bertem, (...).
  • Decreet van 25 mei 2007 houdende de harmonisering van de procedures van voorkooprechten
    Dit decreet bepaalt o.m. de werking van het e-voorkooprecht. Tevens bevat het de regels over de Vlaamse voorkooprechten en de procedure die moet gevolgd bij verkoop van een perceel dat in aanmerking komt voor voorkooprecht.

 

 

Bijlagen

         voorkooprecht Oude Baan 25 INBRTM207686

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen wenst zijn voorkooprecht voor de woning Oude Baan 25 te 3060 Bertem, afd. 1 sectie A nummer 327d, niet uit te oefenen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

STEDENBOUWKUNDIGE MELDINGEN. AKTENAME MELDING VAN VEERLE LONDERS VOOR HET RENOVEREN VAN DE WONING IN 3061 LEEFDAAL, DORPSTRAAT 707B, SECTIE F NR 5S2.

 

Voorgeschiedenis

  • Op 21 april 2021 heeft Veerle Londers een melding ingediend voor het renoveren van een woning in 3061 Leefdaal, Dorpstraat 707b, sectie F nr 5s2.

 

Feiten en context

  • Het perceel is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied met landelijk karakter en achterliggend landschappelijk waardevol agrarisch gebied.
  • Het goed is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde, maar niet-vervallen verkaveling met nummer T874-2-2007.13 goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 18 juni 2007.
    Het betreft lot 2 van de verkaveling.
  • Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.

         De aanvraag omvat het uitbreiden van de bestaande keuken.
Ter hoogte van de linkergevel wordt een uitbreiding voorzien met een diepte van 5,04 m, een breedte van 4,58 m en afgewerkt met een plat dak met een kroonlijsthoogte van 3,27 m ten opzichte van de vloerpas.
De uitbreiding wordt afgewerkt in hout.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan Leuven.
  • Omzendbrief van 8 juli 1977 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen. De omzendbrief is van toepassing op de aanvraag.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 106.

Een melding kan slechts gedaan worden voor meldingsplichtige stedenbouwkundige handelingen, een meldingsplichtige exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten die het project omvat of een combinatie hiervan.

Artikel 111.

De bevoegde overheid gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens:

º         1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM;

º         2° artikel 4.2.2, § 1, en artikel 4.2.4 van de VCRO.

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de  overheid de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.

         Het besluit van de Vlaamse regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het artikel 4 bepaalt:

Voor de oprichting van bijgebouwen die aangebouwd zijn aan de hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte woning, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden voldaan is:

1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd

2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd

3° de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen bedraagt maximaal 40 vierkante meter

4° de gebouwen worden geplaatst in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 2 meter van de perceelsgrenzen

5° de hoogte is beperkt tot 4 meter.

 

Argumentatie

         Toetsing aan de decretale regeling inzake zorgwonen

Niet van toepassing

         Toetsing aan de verplichte dossiersamenstelling, het meldingsbesluit (BVR 16/07/2010), de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften

De aanvraag is volledig en ontvankelijk. Het voorgestelde project is in overeenstemming met de voorschriften van de verkaveling.

         De aanvraag is conform met artikel 4 van het meldingsbesluit van 16 juli 2020 nl.:

º         er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd;

º         het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd;

º         de uitbreiding van de oppervlakte bedraagt minder dan 40 vierkante meter;

º         de uitbreiding is op 3 meter van de perceelsgrenzen;

º         de hoogte is minder dan 4 meter.

         Toetsing aan de stedenbouwkundige verordening(en) hemelwater

Niet van toepassing

         Toetsing die aanleiding kan geven tot het opleggen van voorwaarden

Er worden geen voorwaarden opgelegd.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college neemt akte van de melding van Veerle Londers voor het renoveren van de woning in 3061 Leefdaal, Dorpstraat 707b, sectie F nr 5s2.

 

Artikel 2:

De meldingsakte wordt overgemaakt aan de aanvrager.

 

Artikel 3:

Deze melding wordt ingeschreven in het vergunningenregister.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG VAN KEVIN SMETS VOOR HET VERVANGEN VAN EEN VERANDA DOOR EEN PERGOLA IN 3061 LEEFDAAL, NEERIJSE STEENWEG 41, SECTIE F NR 180E8.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 15 februari 2021 heeft Kevin Smets een omgevingsaanvraag ingediend voor het vervangen van een veranda door een pergola in 3061 Leefdaal, Neerijse steenweg 41, sectie F nr 180e8.

         Op 24 februari 2021 werd bijkomende informatie gevraagd die werd bekomen op 13 maart 2021.

         Op 15 maart 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.

         De bouwplaats is gelegen in een niet-vervallen verkaveling van 29 april 1963, nr T874-2-L.001c (dossiernummer stedenbouw 159/FL/1).

Het betreft lot 9 van de verkaveling met als algemene bestemming: eengezinswoning.

De aanvraag is hiermee niet in overeenstemming.

De voorschriften van de verkaveling bepalen dat de gebouwen moeten worden ingeplant op 5 m van de zijdelingse perceelsgrenzen.

De aanvraag wijkt hiervan af.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         Het project is gelegen langsheen de Neerijse steenweg. De overheersende bebouwing in de omgeving duidt op vrijstaande eengezinswoningen, volledig vrij ingeplant. De perceelsbezetting is relatief klein. In de omgeving is een duidelijk lage bouwdensiteit vast te stellen.

Op het perceel van de aanvraag is een woning opgericht in open verband.

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

         Het voorstel omvat het vervangen van een bestaande gesloten veranda in de zijtuin door een open pergola.

De nieuwe constructie wordt ingeplant op 3,20 m van de zijdelingse perceelsgrens, is 10,20 m lang en in de zijtuin 3,14 m breed. De pergola loopt door in de achtertuin en heeft daar een breedte van 4 m. De kroonlijsthoogte bedraagt 3 m.

         Watertoets

Het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in het centrale gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanvraag werd van 26 maart 2021 tot 24 april 2021 openbaar gemaakt volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

 

         Externe adviezen

Op 19 maart 2021 heeft De Watergroep een gunstig advies uitgebracht wat betreft de bescherming van de waterwinning.

"Bij de uitvoering van de werken moet er met onderstaande aandachtspunten, opgenomen in het advies, rekening worden gehouden:

º         koolwaterstoffen waarvan het gezamenlijke volume groter is dan 50 liter worden opgesteld in een opvangbak waarvan de inhoud minstens gelijk is aan de inhoud van de gestockeerde recipiënten;

º         het overgieten en/of vullen van recipiënten dient met de nodige omzichtigheid te gebeuren teneinde het morsen te voorkomen;

º         machines met enig verlies van olie of mazout dienen van de werf verwijderd te worden en boven een opvanglade geplaatst.

º         iedere verontreiniging dient onmiddellijk gemeld op het nummer 02/238 96 99 of via milieu@dewatergroep.be."

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

Art. 4.3.1.§2 Vlaamse codex ruimtelijke ordening

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen :

1° het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2° het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook de volgende aspecten in rekening brengen:

a) beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in punt 1° ;

b) de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement voor zover:

1) de rendementsverhoging gebeurt met respect voor de kwaliteit van de woon- en leefomgeving;

2) de rendementsverhoging in de betrokken omgeving verantwoord is;

3° indien het aangevraagde gelegen is in een gebied dat geordend wordt door een ruimtelijk uitvoeringsplan, een gemeentelijk plan van aanleg of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarvan niet op geldige wijze afgeweken wordt, en in zoverre dat plan of die vergunning voorschriften bevat die de aandachtspunten, vermeld in 1°, behandelen en regelen, worden deze voorschriften geacht de criteria van een goede ruimtelijke ordening weer te geven. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan gemotiveerd beslissen dat bepaalde voorschriften van verkavelingen ouder dan vijftien jaar, zoals bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, c), of voorschriften van bijzondere plannen van aanleg ouder dan vijftien jaar, waarvan op grond van artikel 4.4.9/1 op rechtsgeldige wijze kan worden afgeweken, nog steeds de criteria van goede ruimtelijke ordening weergeven.

De Vlaamse Regering kan, thematisch of gebiedsspecifiek, integrale ruimtelijke voorwaarden bepalen, ter beoordeling van de inpassing van welbepaalde handelingstypes, of van handelingen in specifieke gebieden, in een goede ruimtelijke ordening, onverminderd strengere planologische voorschriften of verkavelingsvoorschriften.

 

Het voorgestelde project geeft uitvoering aan de opties die voorzien zijn in de verkaveling van 29 april 1963.

De bestemming, afmetingen en materiaalgebruik zijn in overeenstemming met de bepalingen van deze verkaveling.

De voorschriften van de verkaveling bepalen dat de gebouwen moeten worden ingeplant op 5 m van de zijdelingse perceelsgrens.

De inplanting van de pergola op 3,20 m van de linker zijdelingse perceelsgrens is in de ruimtelijke omgeving van de aanvraag verantwoord.

 

Conclusie:

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig-architecturaal verantwoord.

 

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de verbouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         De aandachtspunten opgenomen in het advies van De Watergroep van 19 maart 2021 moeten worden nageleefd.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Kevin Smets voor het vervangen van een veranda door een pergola in 3061 Leefdaal, Neerijse steenweg 41, sectie F nr 180e8 onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de verbouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         De aandachtspunten opgenomen in het advies van De Watergroep van 19 maart 2021 moeten worden nageleefd.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en De Watergroep.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG DOOR YANA VAN LAER EN SVEN ROEYKENS VOOR HET WIJZIGEN VAN DE VOORGEVEL VAN DE WONING GELEGEN IN 3060 BERTEM, EGENHOVENSTRAAT 31, SECTIE C NR 512L.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 25 maart 2021 hebben Yana Van Laer en Sven Roeykens een omgevingsaanvraag ingediend voor het wijzigen van de gevelopeningen in de voorgevel van de woning gelegen in 3060 Bertem, Egenhovenstraat 31.

         Op 14 april 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.

         Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         De bouwplaats is gelegen langsheen de gemeenteweg Egenhovenstraat. De percelen maken deel uit van het kernweefsel van Bertem met als beeldbepalende factoren vooral woningen in verschillende verschijningsvormen. In het westen ligt de kerk met het kerkhof en het beschermde dorpsgezicht Sint-Pieterskerk en omgeving (dorp). Ten zuiden zijn de gebouwen van het WZC St.-Bernardus beeldbepalend. Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

         Het voorstel omvat het aanpassen van enkele gevelopeningen en daarmee het buitenschrijnwerk.

         Watertoets

Het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in het centrale gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden.

 

         Externe adviezen

///

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Functionele inpasbaarheid

Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven. De woning past in deze overwegend residentiële omgeving.

Mobiliteitsimpact

Het voorstel heeft geen impact op de mobiliteit.

Schaal

Het project heeft geen impact op de schaal van de woning.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De voorgestelde werken wijzigen de bouwdichtheid van het perceel niet.

Visueel-vormelijke elementen

Het nieuwe raam en het verplaatsen van de voordeur zijn een logische voortzetting van de indeling van de gevel, wat het straatbeeld ten goede komt.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing op de aanvraag.

Reliëf

Niet van toepassing op de aanvraag.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Niet van toepassing op de aanvraag.

Conclusie

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de verbouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Yana Van Laer en Sven Roeykens voor het wijzigen van de gevelopeningen in de voorgevel van de woning gelegen in 3060 Bertem, Egenhovenstraat 31 onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de verbouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG DOOR ANN CRABBÉ EN DAVID OSORIO VOOR HET VERBOUWEN VAN EEN EENGEZINSWONING EN HET PLAATSEN VAN EEN CARPORT IN 3060 BERTEM, GRAUWE STEENBERG 16, SECTIE A, NR 148R.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 14 september 2020 leverde het college van burgemeester en schepenen een vergunning af voor het verbouwen van een woning (kenmerk: OMV_2020071503).

         Op 2 maart 2021 hebben Ann Crabbé en David Osorio een aanvraag ingediend voor het verbouwen van een woning en het plaatsen van een carport in 3060 Bertem, Grauwe Steenberg 16, sectie A nr 148r.

         Op 3 maart 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.

         De bouwplaats is gelegen in een niet-vervallen verkaveling van 12 juni 1986, nr. T874-2-B.050 (dossiernummer stedenbouw 22/V/21).

Deze verkaveling werd gewijzigd op 18 juli 1994, 12 september 1994, 17 februari 1997, 28 juni 1999, 30 juli 2001, 8 oktober 2001, 9 augustus 2004, 30 augustus 2004 en 14 april 2009.

Het betreft lot 63 van de verkaveling met als algemene bestemming: eengezinswoning. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woonuitbreidingsgebied.

De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen). Dit gebied is ontwikkeld in het kader van sociale woningbouw (sociale kavels).

         De bouwplaats is gelegen langsheen de Grauwe Steenberg.

Deze straat maakt deel uit van een groter woonuitbreidingsgebied ten noorden van het centrum van Bertem dat omgeven is door akkers en een aantal boscomplexen. Dit gebied wordt gekenmerkt door de grote niveauverschillen. De woningen zijn hoofdzakelijk in open verband opgericht.

Op het perceel staat een vrijstaande woning.

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

         Het vorige vergunde voorstel omvatte de verbouwing van de woning binnen het bestaande volume. Deze vergunningsaanvraag omvat een nagenoeg gelijke verbouwing binnen het bestaande volume, maar ook de sloop van het huidige tuinhuis en de plaatsing van een carport. Tevens zal het vloerpeil in deze situatie gelijk blijven met de oorspronkelijke situatie.

De aanpassingen t.o.v. de vorige vergunning zijn als volgt:

De bestaande voordeur wordt verplaatst naar de huidige garagepoort. De plek van de oorspronkelijke voordeur wordt verbouwd tot een raam, waarbij de bovenhangende overkapping ook verwijderd zal worden. Tevens wordt de voormalige garagepoort deels dicht gemetst. Op het gelijkvloers wordt de bestaande garage omgevormd tot inkomhal, dressing en badkamer. Hierdoor hebben de bestaande voorziene ruimtes meer plek.

De Velux-dakramen op de zolder zullen 78 cm x 98 cm zijn i.p.v. 134 cm x 98 cm. De eerste verdieping blijft verder gelijk.

Het nieuwe voorstel omvat ook de plaatsing van een tuinhuis met carport, op de plek van het huidige tuinhuis en dus in de zijtuinzone. Het nieuwe tuinhuis met carport wordt voorzien van een groendak en bekleed met hout. De totale constructie heeft een breedte van 3,52 m en een diepte van 11,43 m en heeft daarmee een oppervlakte van in totaal 40,48 m². De constructie is gelegen op 1,96 m van de rechter perceelsgrens en heeft een kroonlijsthoogte van 2,69 m.

         Watertoets

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijke effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd het watertoetsinstrument op internet doorlopen. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Het ontwerp voorziet in een regenwaterput van 10 000 liter en een bijkomende infiltratieinrichting zodat aan de verordening voldaan wordt. Onder deze voorwaarden is het ontwerp verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in het centraal gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

º         Artikel 4.3.1. (30/12/2017- ...)

§ 1. Een vergunning wordt geweigerd:

1° als het aangevraagde onverenigbaar is met:

a) stedenbouwkundige voorschriften, voor zover daarvan niet op geldige wijze is afgeweken;

b) verkavelingsvoorschriften inzake wegenis en openbaar groen;

c) andere verkavelingsvoorschriften dan deze die vermeld zijn onder b), voor zover de verkaveling niet ouder is dan vijftien jaar op het ogenblik van de indiening van de vergunningsaanvraag, en voor zover van die verkavelingsvoorschriften niet op geldige wijze is afgeweken;

d) een goede ruimtelijke ordening;

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanvraag werd van 13 maart 2021 tot 11 april 2021 openbaar gemaakt volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

Er werden geen klachten ingediend.

 

         Externe adviezen

///

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Art. 4.3.1.§2 Vlaamse codex ruimtelijke ordening

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen :

1° het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2° het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook de volgende aspecten in rekening brengen:

a) beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in punt 1° ;

b) de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement voor zover:

1) de rendementsverhoging gebeurt met respect voor de kwaliteit van de woon- en leefomgeving;

2) de rendementsverhoging in de betrokken omgeving verantwoord is;

3° indien het aangevraagde gelegen is in een gebied dat geordend wordt door een ruimtelijk uitvoeringsplan, een gemeentelijk plan van aanleg of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarvan niet op geldige wijze afgeweken wordt, en in zoverre dat plan of die vergunning voorschriften bevat die de aandachtspunten, vermeld in 1°, behandelen en regelen, worden deze voorschriften geacht de criteria van een goede ruimtelijke ordening weer te geven. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan gemotiveerd beslissen dat bepaalde voorschriften van verkavelingen ouder dan vijftien jaar, zoals bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, c), of voorschriften van bijzondere plannen van aanleg ouder dan vijftien jaar, waarvan op grond van artikel 4.4.9/1 op rechtsgeldige wijze kan worden afgeweken, nog steeds de criteria van goede ruimtelijke ordening weergeven.

 

De verkaveling is echter ouder dan 15 jaar waardoor deze voorschriften geen weigeringsgrond meer kunnen vormen.

 

Functionele inpasbaarheid

Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven. Het verbouwen van de woning en het oprichten van een carport is complementair aan de woning en past in deze overwegend residentiële omgeving.

Mobiliteitsimpact

Het project heeft een positieve invloed op de mobiliteit in de omgeving. De voertuigen worden op het eigen terrein opgevangen.

Schaal

De schaal van de gebouwen in de omgeving is zeer ruim. Het goed is gelegen in een verkaveling van ruime eengezinswoningen. Een uitbreiding met een carport heeft geen impact op de schaal van de volledige woning of tot de gebouwen in de directe omgeving.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De carport wordt ingeplant in de zijtuin. Er blijft nog voldoende open ruimte op het perceel aanwezig om het open karakter van de omgeving te garanderen.

Visueel-vormelijke elementen

De plaatsing van de carport beïnvloedt nauwelijks het straatbeeld. Het nieuwe raam en het verplaatsen van de voordeur zijn een logische voortzetting van de indeling van de gevel, wat het straatbeeld ten goede komt.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing op de aanvraag.

Reliëf

Niet van toepassing op de aanvraag.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Niet van toepassing op de aanvraag.

Conclusie

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de verbouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Ann Crabbé en David Osorio voor het verbouwen van een woning en het plaatsen van een carport in 3060 Bertem, Grauwe Steenberg 16, sectie A nr 148r onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de verbouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

OMV-2021069148 (2021 43). AANVRAAG AUTOCROSS LANGS DE CORNELISBERG DOOR ROBERT HEYLEN.

 

Voorgeschiedenis

         Omgevingsvergunningsaanvraag melding milieu OMV_2021069148 (2021 43), ingediend via het omgevingsloket op 17 april 2021 door Robert Heylen, voor Autocross Team Leefdaal vzw, Blankaart 2 te 3061 Bertem voor de exploitatie van de tijdelijke ingedeelde inrichting of activiteit gelegen langs de Cornelisberg.

 

Feiten en context

         Locatie: Cornelisberg te 3061 Bertem kadastraal gekend als 24061 D 239N / 256 / 257B / 239F / 241 / 253 / 254 / 239P / 239M / 239R / 243 / 239K / 239L / 255 / 239C / 239D / 244 / 240.

         Het perceel is volgens het gewestplan Leuven, vastgesteld bij KB van 7 april 1977, gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

         Het betreft een melding van een tijdelijke ingedeelde inrichting of activiteit met als hoofdactiviteit 'autocross' voor volgende rubriek:

rubriek 32.9.1°c): Omloop voor wedstrijden, test- en oefenritten, of test- en oefenvaarten, met motorvoertuigen of motorvaartuigen, met verbrandingsmotor, met inbegrip van recreatief gebruik, alsook van waterskiën andere dan vermeld in rubriek 32.8.2, in andere zones dan zeebadzones, niet volledig gelegen op de openbare weg of op openbare waterwegen: omlopen voor motorvoertuigen waarop per jaar hoogstens één wedstrijd en aansluitende oefenritten plaatsvinden: een wedstrijd kan gespreid zijn over maximaal twee aaneensluitende kalenderdagen, en de bijbehorende oefenritten op andere dagen dan de wedstrijddagen zijn gespreid over maximaal drie dagen en ze vallen binnen de periode 3 dagen voor de wedstrijd en de dag na de wedstrijd: 1 wedstrijd autocross per jaar namelijk op 21 en 22 augustus 2021 (op 21 augustus: endurance en op 22 augustus: wedstrijddag) (klasse 3);

         De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project. Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

         Het parcours ligt op 990 m van het Habitatrichtlijngebied ‘Valleien van de Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- en moerasgebieden’.

 

Juridische gronden

         Artikel 6 Omgevingsdecreet

Niemand mag zonder voorafgaande meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan meldingsplicht uitvoeren, exploiteren of een meldingsplichtige verandering eraan doen.

         Artikel 136 Omgevingsbesluit

De melding gebeurt via het formulier en de in het formulier aangewezen addenda uit het addendabibliotheek.

         Artikel 137 Omgevingsbesluit

De melding van een meldingsplichtige exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die onlosmakelijk verbonden is met stedenbouwkundige handelingen van een onroerend goed.

 

Adviezen

         Er dienen geen externe adviezen te worden gevraagd.

 

Argumentatie

Inplantingsplaats:

Het betreft hier een melding klasse 3, niet verbonden aan een inrichting klasse 2 of 1. Conform art. 4.1.1.1. van Vlarem II moet de inplantingsplaats verenigbaar zijn met de algemene en aanvullende stedenbouwkundige voorschriften zoals vastgesteld in het goedgekeurde gewestplan of een ruimtelijk uitvoeringsplan of in een ander plan van aanleg.

De inrichting is gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied volgens het gewestplan Leuven.

Voor de aangevraagde activiteit/inrichting zijn er in Vlarem-II specifieke verbods- en afstandsregels t.o.v. bepaalde zones of gebieden opgenomen namelijk art. 5.32.10.2 maar aan deze bepalingen is voldaan.

 

Onlosmakelijke verbondenheid:

Het project omvat enkel de exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten en geen meldings- of vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen.

 

Op zaterdag 21 augustus 2021 wordt er een endurance wedstrijd gereden van verschillende klassen tussen 9.00 en 20.00 uur. Op zondag 22 augustus 2021 wordt er een N.V.A.C.T. wedstrijd (Nieuwe Vlaamse Autocross Teams) gereden tussen 9.00 en 19.00 uur.

Het parcours wordt aangelegd vanaf dinsdag 17 augustus en het terrein zal in de oorspronkelijke staat worden hersteld op maandag 23 augustus 2021.

De organisatie heeft een bijzondere verzekering afgesloten voor de N.V.A.C.T. autocrosswedstrijden bij de provincie Vlaams-Brabant.

Alle deelnemers van de wedstrijden moeten zich aan het wedstrijdreglement houden.

 

Op basis van de gewenste tijden voor de activiteit zal er wel een bijstelling van art. 5.32.10.4 moeten gevraagd worden namelijk:

Tenzij anders vermeld in de omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit en onverminderd de bepalingen van hoofdstuk 4.5. is het gebruik van de omloop met motorvoertuigen die beantwoorden aan de geluidsnormen, vastgesteld in het algemeen reglement op de technische eisen waaraan motorvoertuigen moeten voldoen om in het verkeer te worden gebracht, verboden:

1)     op zon- en feestdagen: van 20 uur tot 9 uur;

2)     op de niet in onder 1° bedoelde dagen: van 19 uur tot 7 uur

3)     op de dagen voor bijhorende oefenritten in functie van één wedstrijd, maar op andere dagen dan de wedstrijddagen, van 18 uur tot 13 uur.

De aanvrager wenst op zaterdag 21 augustus 2021 de cross te kunnen laten plaatsvinden tussen 9.00 en 20.00 uur.

 

 

Bijlagen

         situeringsplan

         perceelnummers van autocrossparcours

         draaiboek organisatie

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen stelt vast dat het aanvraagdossier OMV_2021069148 (2021 43) volledig en ontvankelijk is en neemt dus akte van de aanvraag van de omgevingsvergunningsmelding voor een ingedeelde inrichting of activiteit milieu, ingediend door Robert Heylen voor vzw Autocross Team Leefdaal, Blankaart 2 te 3061 Bertem, voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit gelegen langs de Cornelisberg, kadastraal gekend als 24061 D 239N / 256 / 257B / 239F / 241 / 253 / 254 / 239P / 239M / 239R / 243 / 239K / 239L / 255 / 239C / 239D / 244 / 240, voor

         rubriek 32.9.1°c): Omloop voor wedstrijden, test- en oefenritten, of test- en oefenvaarten, met motorvoertuigen of motorvaartuigen, met verbrandingsmotor, met inbegrip van recreatief gebruik, alsook van waterskiën andere dan vermeld in rubriek 32.8.2, in andere zones dan zeebadzones, niet volledig gelegen op de openbare weg of op openbare waterwegen: omlopen voor motorvoertuigen waarop per jaar hoogstens één wedstrijd en aansluitende oefenritten plaatsvinden: een wedstrijd kan gespreid zijn over maximaal twee aaneensluitende kalenderdagen, en de bijbehorende oefenritten op andere dagen dan de wedstrijddagen zijn gespreid over maximaal drie dagen en ze vallen binnen de periode 3 dagen voor de wedstrijd en de dag na de wedstrijd: 1 wedstrijd autocross per jaar namelijk op 21 en 22 augustus 2021 (op 21 augustus: endurance en op 22 augustus: wedstrijddag) (klasse 3)

 

Artikel 2:

Het schepencollege gaat akkoord met de bijstelling van art. 5.32.10.4. om op zaterdag 21 augustus 2021 de cross te kunnen laten plaatsvinden tussen 9.00 en 20.00 uur.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Overzicht punten

Zitting van 3 mei 2021

 

RISICOGRONDEN. VERZOEK SCHRAPPEN ALS RISICOGROND GROENENDAAL 21 - VERJAUW.

 

Voorgeschiedenis

         E-mails van 15 januari 2020, 21 februari 2020, 15 mei 2020, 29 juni 2020, 22 februari 2021 en 26 maart 2021 van Zoë Gils namens Abesco in het kader van het schrappen van de risicogrond Groenendaal 21.

 

Feiten en context

         Locatie: Groenendaal 21 te 3060 Bertem

         Kadastraal gekend als Bertem, 1e afdeling, sectie C, nrs. 401D en 402D

         Eigenaars van het perceel zijn de heer Verjauw en mevrouw Laes.

         Doel van deze opdracht is om uit te zoeken of dit perceel al dan niet een risicogrond is door Abesco.

         Aangezien de gemeente de inventarisplicht heeft en verantwoordelijk is voor de volledigheid en de kwaliteit van de gemeentelijke inventaris, dient het schepencollege te beslissen om akkoord te gaan om over te gaan tot het schrappen van een onterecht aangeduide risicogrond.

 

Juridische gronden

         Bodemdecreet: artikel 2,13°, 2,14° en 6

         VLAREBO: artikel 21 en bijlage I (lijst van risico-inrichtingen waarvan de exploitatie is aangevat voor 1 juni 2015)

         VLAREM II: bijlage 1 (indelingslijst)

 

Adviezen

         Er zijn geen externe adviezen vereist.

 

Argumentatie

Motivatie:

Voor de betreffende locatie werd in het webloket van OVAM de rubriek 6.2.2°a): opslag van vaste brandstof weergegeven. Dit is een Vlarebo-plichtige activiteit – categorie B.

In de gemeentelijke inventaris werd deze rubriek en dus ook de Vlarebo-plichtige activiteit – categorie B niet teruggevonden.

 

Volgende vergunningen en meldingen werden in het gemeentelijk archief bewaard:

1)       ARAB-vergunning van 12 oktober 1977 verleend door het college van burgemeester en schepenen van Bertem aan de heer Jean Verjauw voor het houden van 50 kippen, 20 varkens, 65 runderen en 7 paarden.

2)       ARAB-melding van 20 september 1990 verleend door het college van burgemeester en schepenen van Bertem aan de heer Jean Verjauw voor de opslag van 80 m³ mest.

3)       Vlarem melding van overname van 26 maart 2007 verleend door het college van burgemeester en schepenen van Bertem aan de heer Jos Verjauw namelijk overname van de vergunning van Hubert Vander Elst voor de rubriek 9.4.3.b.1): stallen van inheemse grote zoogdieren met 10 tot 200 dieren in woongebied met landelijk karakter namelijk 45 runderen met eindtermijn 1 september 2011.

4)       Vlarem melding van overname van 25 juni 2007 verleend door het college van burgemeester en schepenen van Bertem aan de heer Jos Verjauw namelijk overname van de vergunning van Jean Verjauw voor de rubriek 28.2.a) 2°: opslagplaats voor dierlijk mest namelijk opslag van 80 m³ mest met eindtermijn 1 september 2011.

5)       Vlarem vergunning klasse 2 van 13 augustus 2007 verleend door het college van burgemeester en schepenen van Bertem aan de heer Jos Verjauw voor de

a)       Rubriek 9.4.3.a)1°: stallen van inheemse grote zoogdieren in een gebied ander dan woongebieden met landelijk karkater en agrarische gebieden: 69 runderen waarvan 12 runderen jonger dan 1 jaar, 26 runderen van 1 tot 2 jaar en 31 zoogkoeien;

b)       Rubriek 15.1.1: al dan niet overdekte ruimte waarin gestald wordt 3 tot en met 25 autovoertuigen en/of aanhangwagens andere dan personenwagens: stallen van 15 voertuigen;

c)        Rubriek 17.3.6.1°b): opslagplaatsen voor vloeistoffen met een ontvlammingspunt hoger dan 55°C maar dat 100°C niet overtreft, met een totaal inhoudsvermogen van 100 l tot en met 20 000 l voor andere dan sub a) bedoelde inrichtingen: opslag van 2500 l mazout;

d)       Rubriek 17.3.9.1°: brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen zijnde installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motoren: inrichtingen voor de verdeling van de in rubriek 17.3.6.1° bedoelde vloeistoffen met max. 1 verdeelslang: 1 verdeelslang;

e)       Rubriek 19.6.2°a): Opslagplaatsen van hout e.d., met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48 en rubriek 19.8, met een capaciteit van, wanneer de inrichting gelegen is in een gebied ander dan industriegebied, meer dan 20 ton tot en met 100 ton of meer dan 40 m³ tot en met 200 m³ in een lokaal: opslag van 30 ton stro in een lokaal;

f)         Rubriek 28.2.a)2°: Opslagplaats van dierlijke mest in een gebied ander dan woongebieden met landelijk karakter en agrarische gebieden van meer dan 10 m³ tot en met 100 m³: opslag van 100 m³ dierlijke mest, waarvan 50 m³ gier en 50 m³ vaste mest.

Deze vergunningen en meldingen werden overgemaakt aan Abesco die hierover een overleg had op 26 maart met OVAM.

Het resultaat van het overleg: rubriek 6.2.2. komt volgens het dossier van OVAM uit de vergunning van 13 augustus 2007. Gezien de vergunning zelf nergens rubriek 6.2.2. vermeld, noch een van de andere vergunningen, kan deze rubriek geschrapt worden van het perceel.

 

Conclusie:

Uit het samenbrengen van de meldingen en vergunningen van de betreffende locatie en het overleg met OVAM, wordt aangetoond dat de percelen kadastraal gekend als Bertem, 1e afdeling, sectie C, nr. 401D en 402D (Groenendaal 21) geen risicogrond betreft. Bijgevolg kunnen de betrokken percelen geschrapt worden uit de Gemeentelijke inventaris en het Grondeninformatieregister als risicogrond.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het schepencollege neemt kennis van de vergunningstoestand van de risicogrond gelegen aan Groenendaal 21 te 3060 Bertem (kadastraal gekend als Bertem, 1e afdeling, sectie C, nr. 401D en 402D) en van de afwezigheid van rubriek 6.2.2°a) als Vlarebo-plichtige activiteit.

 

Artikel 2:

Het schepencollege beslist over te gaan tot de schrapping van de betreffende risicogrond namelijk Groenendaal 21 te 3060 Bertem (kadastraal gekend als Bertem, 1e afdeling, sectie C, nr. 401D en 402D) in de Gemeentelijke Inventaris en in het webloket bodem van OVAM.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 10/05/2021
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.