BESLUITENLIJST VAN HET COLLEGE BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

 

Gemeente Bertem

 

Zitting van 22 november 2021

Van 15 uur tot 16 uur

 

Aanwezig:

Burgemeester:

Joël Vander Elst

Schepenen:

Marc Morris, Yvette Laes en Tom Philips

Algemeen directeur:

Dirk Stoffelen

 

Verontschuldigd:

Schepen:

Joery Verhoeven

 


Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

ZITTINGEN CBS. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.

 

Juridische grond

  • Artikel 50 van het decreet lokaal bestuur
    De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het college van burgemeester en schepenen.

 

 

Bijlagen

  • Notulen van de zitting van 15 november 2021.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de notulen van de zitting van 15 november 2021 goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

PERSONEEL ONDERWIJS. VASTSTELLING PRESTATIEDAGEN SCHOOLVAKANTIES ADMINISTRATIEVE MEDEWERKERS GBS LEEFDAAL.

 

Voorgeschiedenis

         E-mail directie gemeentelijke basisschool Leefdaal van 8 november 2021.

 

Juridische gronden

  • Artikel 51, eerste lid van het decreet betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding van 27 maart 1991
    Het personeelslid verkrijgt onder de door de Vlaamse regering bepaalde voorwaarden, verlof, gelijkgesteld met dienstactiviteit.
  • Omzendbrief PERS/2011/01 "Vakantieregeling voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel" van 31 maart 2011
    In de collectieve arbeidsovereenkomst voor de jaren 2010-2011 (cao IX) is voor de administratief medewerker in het basis-, secundair en volwassenenonderwijs en bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het secundair onderwijs en het deeltijds kunstonderwijs een nieuwe vakantieregeling opgenomen.
    Vanaf 1 januari 2011 hebben deze personeelsleden een jaarlijkse vakantieregeling die alle schoolvakanties omvat. Binnen die schoolvakanties kan een schoolbestuur weliswaar gedurende maximaal 12 werkdagen, waarvan maximum 10 dagen in de zomervakantie, een beroep doen op deze personeelsleden.
  • Besluit van de Vlaamse regering betreffende de regeling van de jaarlijkse vakantie voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het onderwijs van 27 mei 2011
    Dit besluit regelt de jaarlijkse vakantie en de prestaties tijdens de jaarlijkse vakantie van de administratieve medewerkers in het basisonderwijs.
    De inrichtende macht legt jaarlijks het globale aantal prestatiedagen en de verdeling van die prestatiedagen vast. Ze deelt uiterlijk vóór de kerstvakantie aan de betrokken personeelsleden voor het daaropvolgende kalenderjaar hun prestatiedagen mee en de verdeling ervan.

 

Adviezen

  • Voorstel van de schooldirecteur.
  • Schriftelijk gunstig advies van ACOD op 16 november 2021.
  • Schriftelijk gunstig advies van COV op 16 november 2021.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De administratieve medewerkers van de gemeentelijke basisschool Leefdaal presteren de volgende prestatiedagen tijdens de schoolvakanties in 2022:

  • voltijdse administratieve medewerker: in totaal 12 dagen te presteren:
    1 dag in de kerstvakantie

1 dag in de paasvakantie
10 dagen tijdens de zomervakantie

  • deeltijdse administratieve medewerker (9/36):

3 dagen tijdens de zomervakantie
 

Artikel 2:

De schooldirecteur deelt de prestatiedagen voor 15 december 2021 mee aan de administratieve medewerkers.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

PERSONEEL ONDERWIJS. VASTSTELLING PRESTATIEDAGEN SCHOOLVAKANTIES ADMINISTRATIEVE MEDEWERKER GBS BERTEM.

 

Voorgeschiedenis

         E-mail directie gemeentelijke basisschool Bertem van 12 november 2021.

 

Juridische gronden

  • Artikel 51, eerste lid van het decreet betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding van 27 maart 1991
    Het personeelslid verkrijgt onder de door de Vlaamse regering bepaalde voorwaarden, verlof, gelijkgesteld met dienstactiviteit.
  • Omzendbrief PERS/2011/01 "Vakantieregeling voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel" van 31 maart 2011
    In de collectieve arbeidsovereenkomst voor de jaren 2010-2011 (cao IX) is voor de administratief medewerker in het basis-, secundair en volwassenenonderwijs en bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het secundair onderwijs en het deeltijds kunstonderwijs een nieuwe vakantieregeling opgenomen.
    Vanaf 1 januari 2011 hebben deze personeelsleden een jaarlijkse vakantieregeling die alle schoolvakanties omvat. Binnen die schoolvakanties kan een schoolbestuur weliswaar gedurende maximaal 12 werkdagen, waarvan maximum 10 dagen in de zomervakantie, een beroep doen op deze personeelsleden.
  • Besluit van de Vlaamse regering betreffende de regeling van de jaarlijkse vakantie voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het onderwijs van 27 mei 2011
    Dit besluit regelt de jaarlijkse vakantie en de prestaties tijdens de jaarlijkse vakantie van de administratieve medewerkers in het basisonderwijs.
    De inrichtende macht legt jaarlijks het globale aantal prestatiedagen en de verdeling van die prestatiedagen vast. Ze deelt uiterlijk vóór de kerstvakantie aan de betrokken personeelsleden voor het daaropvolgende kalenderjaar hun prestatiedagen mee en de verdeling ervan.

 

Adviezen

  • Voorstel van de schooldirecteur.
  • Schriftelijk gunstig advies van ACOD op 16 november 2021.
  • Schriftelijk gunstig advies van COV op 16 november 2021.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De deeltijdse administratieve medewerker van de gemeentelijke basisschool Bertem (28/36) presteert de volgende prestatiedagen tijdens de schoolvakanties in 2022:

in totaal 9 dagen te presteren:

         1 dag in de paasvakantie

         3 dagen in het begin van juli

         5 dagen op het einde van augustus.

 

Artikel 2:

De schooldirecteur deelt de prestatiedagen voor 15 december 2021 mee aan de administratieve medewerker.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

COMMUNICATIEBELEID. KENNISNAME COMMUNICATIEPLANNING.

 

Besluit

Motivering

Op 9 november 2021 was er een eerste communicatie-overleg met alle diensten.

Hierop waren aanwezig:

         voor communicatie: Kirsten Cox, Niels Boutsen

         voor de facilitaire dienst: Yoni Pulinckx

         voor HRM: Sarah Tacquet

         voor investeringsprojecten: Marieke Cyffers

         voor inname openbaar domein: Koen Theunissen

         voor middenstand: Sonja Timmermans

waren verontschuldigd:

         voor openbare werken: Bart Vandermosten

         voor vrije tijd: Jelly Van Noppen

         voor omgeving: Marleen Mesmans

         voor burgerzaken: Joke Vanden Eede

         voor zorg en welzijn: Zul Antheunis

 

1. Volgende onderwerpen werden aangebracht en in een communicatieplanning gegoten:

 

externe communicatie

 

Onderwerp

IB

Website

Nieuws-
bericht

Nieuws-
brief

FB

Onthaal

Eindejaarstombola

Nov-dec

x

17.11

25.11

1.12

x

Vacatures

 

x

15.11

18.11

16.11

 

Jubilarissen 20/11

Uitgesteld

Uitgesteld

Uitgesteld

Uitgesteld

Uitgesteld

Uitgesteld

Vrijwilligers cafetaria Verona

Jan-feb?

 

15.11

18.11

16.11

 

Reglement verhuur zalen

Maa-apr

x

Lente

Lente

Lente

 

Betonplaten

vervangen

Maa-apr

 

Bij

Start

Werken

 

Wachtbekken

Verbiststraat

Maa-apr

 

Lente

Lente

Lente

 

Walenpot
Verg februari

Maa-apr

 

Voor werken

Na

werken

Februari

 

Nieuwe keuken

Vlieg-In

Mei-jun

 

Mei

23.6

1.7

 

 

 

interne communicatie

 

Onderwerp

Intranet Nieuwsbericht

Personeelsnieuws

Receptie gepensioneerden

Voorlopig afwachten

Voorlopig afwachten

Smoutebollen

10.11

19.11

Kerstdrink

10.11

19.11

Welzijnsbevraging

November

December

 

 

2. Het volgende nummer van Info Bertem verschijnt in de week van 27 december 2021. De teksten moeten ten laatste op maandag 6 december bij de dienst communicatie aankomen. Op basis van het overleg met de diensten stellen we voor om volgende onderwerpen er in op te nemen:

 

Voorwoord

 

Vrije tijd

Bussen van het eindejaar

Animatoren gezocht voor paasvakantie

Animatorenweekend

Kattestroof Pasen

Sport- en creakampen

 

Zorg

Einde van de tussenkomst in de telefoonkosten

Zorgparkeren 

 

Mens

Wat is de geluksdriehoek + oefening 

Tournee minerale

 

Omgeving

Operatie proper

 

COVID19

Eventuele derde prik?

Be-Alert?

 

Alle activiteiten en evenementen zijn onder voorbehoud van de evolutie van de corona-epidemie.

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

COMMUNICATIEBELEID. KENNISNAME PLANNING INFO BERTEM 2022.

 

Besluit

Motivering

Bij de start van onze Facebookpagina werd een nieuwe procedure voor alle communicatiekanalen afgesproken.

Bijgevolg verandert ook de procedure voor Info Bertem:

         De onderwerpen voor Info Bertem worden vastgelegd door de werkgroep communicatie, waarin elke dienst afgevaardigd is. Die werkgroep vergadert maandelijks en bepaalt per onderwerp wanneer ze op welk kanaal en op welke manier zullen communiceren. Die planning wordt ter kennisgeving aan het college van burgemeester en schepenen voorgelegd.

         Alle diensten leveren tijdig het materiaal aan, zodat het infoblad kan worden samengesteld.

         De uiteindelijke teksten worden ter kennisname aan het college voorgelegd. Iemand van de communicatiedienst is aanwezig tijdens de bespreking van de teksten, zodat hij/zij meteen alle opmerkingen meekrijgt, de correcte aanpassingen kan doen en tijdig alle materiaal aan de drukker kan bezorgen.

         Als het college uitzonderlijk niet vergadert, worden de opmerkingen per e-mail aan de communciatiedienst bezorgd.

         Zoals steeds, stuurt de communicatiedienst de laatste proef ter kennisname naar het college voor het in druk gaat.

 

Mededeling

De timing voor Info Bertem 2022:

 

Onderwerpen vastleggen op college van

deadline

 

Teksten ter kennisname op het college van

Bedeling in de week van

Editie

10 januari '22

4 februari '22

14 februari '22

28 februari '22

maart - april

7 maart '22

1 april '22

11 april '22

2 mei '22

mei - juni

9 mei '22

3 juni '22

13 juni '22

27 juni '22

juli - augustus

12 juli '22

29 juli '22

8 augustus '22

29 augustus '22

september-oktober

12 september '22

7 oktober '22

17 oktober '22

31 oktober '22

november - december

14 november '22

2 december '22

12 december '22

26 december '22

januari- februari '23

 

Deze timing wordt ook op het intranet geplaatst.

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

CONTRACTEN. GOEDKEURING BESTELBONS.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.
    Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst van de bestelbons.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de bestelbons goed van nr. 2021/513 tot en met nr. 2021/522 voor een totaal bedrag van 14 507,83 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

INKOMENDE FACTUREN. GOEDKEURING FACTUREN.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.

Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst facturen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de facturen goed van nr. 2021/4765 tot en met nr. 2021/4830 voor een totaal bedrag van 48 949,69 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

ONTWIKKELINGSSAMENWERKING. GOEDKEURING AANVRAGEN SUBSIDIES.

 

Voorgeschiedenis

  • De aanvraag voor steun voor ontwikkelingssamenwerking van Chris Arron voor Gezondheidsorganisatie Gonoshasthaya Kendra (GK) Bangladesh werd ingediend op 7 januari 2021.
  • De aanvraag voor steun voor ontwikkelingssamenwerking van Winnie Callens voor Zusters van Liefde JM (ZLJM) werd ingediend op 10 mei 2021.
  • De aanvraag voor steun voor ontwikkelingssamenwerking van Paul Quaethoven voor Munnange werd ingediend op 29 mei 2021.
  • Collegebesluit van 28 juni 2021 over de aanduiding van de deskundigen.

 

Feiten en context

  • In Info Bertem van mei/juni 2021 werd een oproep gedaan naar projecten.
  • Van 12 april 2021 tot 25 mei 2021 werd op de gemeentelijke website een nieuwsbericht geplaatst waarin inwoners werden aangespoord hun aanvraag binnen te brengen ten laatste op 1 juni 2021.
  • Nieuwsbericht in de gemeentelijke nieuwsbrief die werd verstuurd op 22 april 2021, 20 mei 2021 en 27 mei 2021.

 

Juridische gronden

  • Raadsbesluit van 19 november 2013 over de goedkeuring van het subsidiereglement voor ontwikkelingssamenwerking en humanitaire hulp, gewijzigd bij raadsbesluit van 17 november 2015 en 19 december 2017.
    In artikel 4 van het subsidiereglement staat vermeld dat alle projectaanvragen jaarlijks voor 1 juni binnen moeten zijn.

 

Adviezen

 

         Advies opgesteld door Erik De Smedt en Koen Warmenbol te Bertem op 26 juli 2021.

 

Zuidwerking:

         Munnange Counseling Centre (MCC) - Oeganda

         Zusters van Liefde JM (ZLJM) - Centrum voor mensen met fysische handicap, Muene-Ditu D.R.Kongo

         Gezondheidsorganisatie Gonoshasthaya Kendra (GK) - Bangladesh

 

Noordwerking:

Geen aanvragen

 

Beoordeling van de aanvragen

 

Twee van de drie projecten, het project Munnange Counseling Centre in Oeganda (1 hierna) en het project gezondheidsorganisatie Gonoshasthaya Kendra (GK) in Bangladesh (2 hierna) dienden voor 2020 ook een subsidieaanvraag in en kregen hiervoor elk een positief advies (op 11 februari 2021).

 

1.Het project Munnange Counseling Centre biedt psychologische zorg en ondersteuning aan mensen in verschillende instellingen (familiale problemen, relatieproblemen, seksuele problemen, tiener-zwangerschappen, alcohol- en drugverslaving, trauma, stress en rouw, financiële problemen, studie problemen, depressie). Het is ingebed in de Nkumba University en er is een uitgebreide samenwerking met opleidingsinstellingen in Vlaanderen. Het initiatief werd opgericht aan de Oegandese universiteit en wordt van daaruit geleid. Dat draagt ertoe bij dat het initiatief in eigen handen van de lokale partner is en dat het inspeelt op de noden die door de lokale partner zijn geïdentificeerd. Door de samenwerking met Vlaamse instellingen wordt expertise uitgewisseld.

De Belgische vzw Munnange publiceert een nieuwsbrief en organiseert jaarlijks een aantal activiteiten i.f.v sensibilisering en fondsenwerving. Door de coronabeperking zijn de voorziene sensibiliseringsactviteiten ook voor deze organisatie (nog) niet kunnen doorgaan in 2020 en 2021.

Voor 2021 is evenwel niet toegelicht welke sensibilisering men voorziet. Dit is een aandachtspunt voor eventuele toekomstige aanvragen. De voorliggende aanvraag is verder voldoende onderbouwd en gedocumenteerd, ten dele doordat het aanvraagdossier van 2020 (behandeld in februari 2021) de nodige basisinformatie bevat.

 

Het project voldoet voldoende aan de criteria van het subsidiereglement voor ondersteuning van ontwikkelingsinitiatieven, al is de omschrijving in het recente aanvraagdossier vrij beperkt.

 

2. Het project gezondheidsorganisatie Gonoshasthaya Kendra (GK) – Bangladesh verleent gezondheidzorgen en aanverwante diensten aan kwetsbare Bengalezen. GK leidt ook gezondheidswerkers op in een eigen opleidingscentrum, zorgt voor stages, produceert zelf sommige generische geneesmiddelen. De organisatie bereikt jaarlijks 120 000 mensen, mee door zich te verplaatsen naar de dorpen (per fiets en met de brommer). Met focus op kwetsbare vrouwen en jongeren stimuleert GK de opstart van inkomsten genererende activiteiten, ook via kleine leningen. Het is een project dat ondersteund en begeleid wordt vanuit de officieel erkende Belgische NGO WSM, We Social Movements (voorheen WSM). Het project is reeds grondig gescreend op de criteria ontwikkelingsrelevantie, eerst door de betrokken NGO zelf en vervolgens door de federale overheid, met name door de Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD), bij de indiening van het meerjarenprogramma van WSM. Op basis van deze grondige screening is dit programma reeds erkend. Deze leidt ertoe dat de Belgische overheid de werking meefinanciert. Dgl. projecten worden ook jaarlijks opgevolgd door beide instanties. Dit biedt de garantie dat WSM en de organisatie in Bangladesh voldoen aan alle essentiële voorwaarden betreffende de kwaliteit van de initiatieven, de betrokkenheid van de lokale stakeholders en de versterking van de lokale capaciteiten om de dienstverlening in de toekomst in eigen handen te nemen... De verantwoording van de financiële middelen die de partnerorganisatie ontvangen heeft gebeurt ook via de Belgische NGO, volgens strikte boekhoudkundige regels. Dat maakt een opvolging van de besteding van de door de gemeente Bertem toegewezen subsidie daarom overbodig. Door de coronabeperkingen zijn de voorziene sensibiliseringsactviteiten (nog) niet kunnen doorgaan.

 

Deze aanvraag voldoet aan al de vereisten die de gemeente Bertem stelt. Het lijkt ons niet nodig of zinvol om dit project nog eens vanuit de gemeente te beoordelen aangaande de ontwikkelingsrelevantie voor de lokale bevolking. De criteria die de gemeente stelt sluiten zeer sterk aan bij de vele en strenge criteria die DGD vooropstelt.

 

Vorig jaar zijn twee aanvragen evenmin specifiek beoordeeld op de naleving van de criteria van de gemeente, omdat de projecten reeds (uitgebreid) door de federale overheid DGD (positief) werden geëvalueerd.

 

3. Het solidariteitsproject ingediend door de Zusters van Liefde JM (ZLJM) voor het Centrum voor mensen met een fysische handicap ‘N.D. de la Victoire’ in Muene-Ditu in de Democratische Republiek Congo, werkt hoofdzakelijk voor kinderen met een aangeboren/verworven handicap, uit een straal van 100 km rondom het centrum, een regio met weinig vervoer. Onder leiding van de zuster bouwt men het centrum, opgericht in 2015, verder uit. Men volgt de kinderen ook op in de (afgelegen) thuissituatie. De huidige aanvraag slaat op middelen voor de aankoop van bedden en matrassen in een nieuw patiëntenverblijf. In 2017 gaf de gemeente Bertem een subsidie van 500 euro voor afwerking van een kleine nieuwbouw.

Het project wordt zeer resultaatgericht getrokken door zuster M-J. Muleka, die op enkele jaren en ondanks enkele tegenslagen erin geslaagd is zich te laten omringen met enkele medewerkers en om afspraken te maken zodat universiteitsstudenten er komen voor demonstraties en stages. Aldus bereikt het centrum een groeiende groep van vooral kinderen met een fysische beperking.

Wat de sensibilisering in de gemeente Bertem betreft, voorziet de aanvrager het project verder bekend te maken via de Kerstmarkt, zo deze door zal gaan, naast het bekend maken van het project in de jaarlijkse “Solidariteitsbrief Noord-Zuid ZJLM” van de Zusters van Liefde JM.

 

Advies

 

De drie projecten zijn van goede tot zeer goede kwaliteit zijn, maar vermits het project van de vzw Munnanga niet voorziet in (een) sensibiliseringsactiviteit(en) in Bertem stellen we voor om het beschikbare budget Zuidwerking (na aftrek van de institutionele subsidie aan 11.11.11), op de volgende manier te verdelen over de drie projecten:

Conform het subsidiereglement, artikel 4, ontvangt elke aanvrager een basisbedrag van 75 euro.

         Aan de projecten van de Zusters van Liefde JM en van We Social Movements elk een “verhoogde projectsubsidie” toe te kennen van 450 euro, in totaal 525 euro per aanvraag.

         Aan het project van de vzw Munnanga een verhoogde projectsubsidie van 375 euro toe te kennen, in totaal 450 euro voor de aanvraag.

Over de aanvragen voor het jaar 2020 hebben we op 11 februari van dit jaar advies uitgebracht. Daardoor was het voor de aanvragers die ook voor 2020 een subsidieaanvraag indienden (nog) niet mogelijk een afrekening en justificatie over te maken over de besteding van deze middelen. Aan de vereisten van artikel 5 van het reglement kon m.a.w. nog niet voldaan worden.

Wij raden in het bijzonder de aanvragers “Munnange” en “Zusters van Liefde” aan bij de beschrijving van de subsidieaanvraag duidelijk oog te hebben voor de in het subsidiereglement opgenomen voorwaarden, meer specifiek in artikel vier. Daarbij is het in het bijzonder aangewezen oog te hebben voor de aanpak m.b.t. de autofinanciering en zelfredzaamheid door de Zuidpartner. Ook is het aangewezen aan te geven hoe men instaat voor de lokale capaciteitsversterking en een geïntegreerde aanpak (afstemming met o.a. gezondheidspartners en lokale overheid).

 

In lijn met de beslissing van het schepencollege is het advies opgesteld door Erik De Smedt en Koen Warmenbol te Bertem op 26 juli 2021, waarbij Erik De Smedt zich onthouden heeft van beoordeling of advies m.b.t. het aanvraagdossier ingediend door Chris Arron, omwille van een mogelijk niet-onafhankelijkheid, gezien zijn activiteiten als vrijwilliger bij de betrokken NGO, WSM We Social Movements (tot recent Wereldsolidariteit).

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

649600/0160-00

€3000

€3000

€1500

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen beslist om een projectsubsidie voor ontwikkelingssamenwerking toe te kennen aan Zusters van Liefde JM (ZLJM) Centum voor mensen met fysische handicap, Muene-Ditu D.R.Kongo ten bedrage van 525 euro.

 

Artikel 2:

Het college van burgemeester en schepenen beslist om een projectsubsidie voor ontwikkelingssamenwerking toe te kennen aan Gezondheidsorganisatie Gonoshasthaya Kendra (GK) Bangladesh ten bedrage van 525 euro.

 

Artikel 3:

Het college van burgemeester en schepenen beslist om een projectsubsidie voor ontwikkelingssamenwerking toe te kennen aan Munnange Counseling Centre (MCC) - Oeganda ten bedrage van 450 euro.

 

Artikel 4:

Deze beslissing wordt meegedeeld aan de betrokken organisaties samen met de evaluatie van de projecten door de experten.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

VERENIGINGEN. AANVRAAG ERKENNING VERENIGING BELEKO VREDESBEWEGING.

 

Voorgeschiedenis

  • Aanvraag op 17 november 2021 van BeLeKo vredesbeweging om als Bertemse vereniging erkend te worden.

 

Juridische gronden

  • Raadsbesluit van 24 juni 2014 over de goedkeuring van het reglement voor de erkenning van Bertemse verenigingen.
    Dit reglement bepaalt de voorwaarden om erkend te kunnen worden als Bertemse vereniging.

 

Argumentatie

De vereniging voldoet aan de erkenningsvoorwaarden zoals bepaald in hoofdstuk II van het reglement erkenning Bertemse verenigingen:

         Opgericht door een privé-initiatief.

         De vereniging streeft in haar werking volgende doelstelling(en) na in de vrijetijdssfeer: het in stand houden van de nagedachtenis van onze oorlogsslachtoffers door herdenkingen en voorstellingen (scholen) te organiseren met betrekking tot WO I en WO II.

         Een werking ontplooien zonder beroepsdoeleinden of winst- of handelsoogmerken.

         Geleid worden door een bestuur, waarvan de meerderheid van de leden in de gemeente Bertem woont: het bestuur van BeLeKo vredesbeweging bestaat uit 3 personen:

º         Louis Huyberechts, Clement Cleerensstraat 5, 3051 Sint-Joris-Weert

º         Yvette Laes, Kouter 45, 3060 Bertem

º         Hans Neckebrouck, Nijvelsebaan 107, 3060 Korbeek-Dijle

         Haar zetel en hoofdactiviteit hebben op het grondgebied van de gemeente Bertem:
Zetel van BeLoKo vredesbeweging: Kouter 45, 3060 Bertem.

         De communicatie met het gemeentebestuur van Bertem en met de bevolking verloopt in de Nederlandse taal.

         Een open vereniging waar iedereen lid van kan worden op voorwaarde dat zij/hij de waarden en normen, reglementen en doelstellingen van de vereniging eerbiedigt.

 

 

Bijlagen

         Digitaal loket_ Erkenning van een vereniging is ingezonden door yvette.laes@telenet.be op 17.11.2021

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen erkent BeLeKo vredesbeweging als nieuwe Bertemse culturele vereniging.

 

Artikel 2:

De contactpersoon van de vereniging is Yvette Laes, Kouter 45 te 3060 Bertem.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

EVENEMENTEN. DEELNAME TRACTORLICHTPARADE MET KERSTMAN.

 

Voorgeschiedenis

  • Organisatie van een rondrit met de Kerstman in 2020.

 

Feiten en context

  • In 2020 organiseerde de dienst evenementen een uittocht van de Kerstman. Met paard en kar reed de Kerstman langs de Dorpstraat van Leefdaal naar Bertem en vervolgens reed hij door het centrum van Korbeek-Dijle. Dit evenement werd door de aanwezige inwoners heel enthousiast onthaald. Daarom stelt de dienst evenementen voor om dit te herhalen.
  • De organisatie van de Kerstmarkt organiseert op 18 december 2021 een tractorlichtparade. De uittocht van de kerstman kan worden gekoppeld aan de tractorlichtparade.
  • De werkmannen van de technische dienst willen deelnemen aan de tractorlichtparade met de kleine Deutz tractor. Aan alle personeelsleden wordt gevraagd wie mee na de werkuren de tractor wil komen versieren. De werkmannen gaan op een aanhangwagen een tuinhuis plaatsen waarin onze kerstman een plaatsje zal krijgen.
  • De kerstman zal voorverpakt snoep verdelen onder de aanwezige kinderen. De Kerstman wordt opnieuw bijgestaan door 4 Kerstelfen. Zowel voor de kerstman als voor de Kerstelfen worden vrijwilligers gezocht.
  • Tijdens de parade zullen 4 werkmannen aanwezig zijn om de tractor te besturen en logistiek te ondersteunen.
  • Het parcours van de tractorlichtparade wordt later meegedeeld maar zal passeren in de 3 deelgemeenten.
  • De dienst evenementen gaat bij de gemeente Tervuren de toiletwagen en het mobiel podium huren voor op de Kerstmarkt. De huurkosten bedragen 600 euro.

 

Argumentatie

De uittocht van de Kerstman en de deelname met een gemeentelijke tractor aan de parade is een zeer mooi initiatief in coronatijden. Mensen kunnen met voldoende afstand genieten van het spektakel.

De dienst evenementen stelt voor om kosten voor de toiletwagen en het mobiel podium op het gemeentelijk budget te nemen, aangezien er minder sponsoring ontvangen is en het in coronatijden voor de organisatie niet zo evident is om een Kerstmarkt te organiseren.

 

Financiële gevolgen

Registratiesleutel

Budgettair krediet

Beschikbaar

Geraamde uitgave

643708

€ 1500

 

De nodige kredieten zullen verzien worden bij de volgende budgetverschuiving.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating aan de dienst evenementen om de uittocht van de Kerstman te organiseren.

 

Artikel 2:

Het college geeft toelating om de kleine Deutz tractor te gebruiken voor de uittocht, deze buiten de werkuren te versieren.

 

Artikel 3:

Het college geeft toelating aan 4 werkmannen om de tractor te besturen en logistiek te ondersteunen.

 

Artikel 4:

Het college gaat akkoord met de uitgaven voor de huur van de toiletwagen en het mobiel podium.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AFWIJKING GELUIDSNORMEN CHIRO DOERITSAN.

 

Voorgeschiedenis

  • Aanvraag van 16 november 2021 voor een uitzondering op de geluidsnormen opgenomen in Vlarem 2 van Luna Van de Velde namens Chiro Doeritsan gelegen Sint-Franciscusberg 5a te 3060 Bertem voor het organiseren van een fuif.

 

Feiten en context

  • De aanvrager vraagt een uitzondering tot 95 dB(A) voor de organisatie van een fuif die zal plaatsvinden in De Cerkel, Tervuursesteenweg 164 te 3060 Bertem van 12 maart 2022 om 19 uur tot 13 maart 2021 om 4 uur.
  • De organisator van de muziekactiviteit kan een geluidsmeter aanvragen bij de provincie Vlaams-Brabant. Hij kan hiervoor een gemeentelijke subsidie aanvragen via de gemeentelijke website.

 

Juridische gronden

  • Besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem 2)

o        Artikel 5.32.2.2bis: het college kan een muziekactiviteit in feestzalen en lokalen toelaten waarbij onder voorwaarden het maximale geluidsniveau van 85 dB(A) overschreden wordt.

o        Artikel 6.7.3.§3: het college kan een muziekactiviteit in een tent, in de openlucht, in bepaalde openbare inrichtingen en in private inrichtingen toelaten waarbij onder voorwaarden het maximale geluidsniveau van 85 dB(A) overschreden wordt.

  • Artikel 6 van het Omgevingsvergunningendecreet van 25 april 2014.
    Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan doen.
  • Koninklijk besluit van 28 oktober 2021 houdende de nodige maatregelen van bestuurlijke politie teneinde de gevolgen voor de volksgezondheid van de afgekondigde epidemische noodsituatie betreffende de coronavirus COVID-19 pandemie te voorkomen of te beperken

 

Argumentatie

In een tent, in de openlucht of in een andere openbare inrichting dan een openbare, ingedeelde inrichting en op private inrichtingen mag het maximaal geluidsniveau, voortgebracht door muziek, LAeq,15min 85dB(A) niet overschrijden tenzij het college hiervoor toelating heeft gegeven.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating aan Luna Van de Velde om het maximale geluidsniveau van 85 dB(A) te overschrijden tijdens een fuif op 12 maart 2021 vanaf 19 uur tot 13 maart 2022 om 04 uur in De Cerkel, Tervuursesteenweg 164 te 3060 Bertem.

 

Artikel 2:

De exploitant dient de voorwaarden opgenomen in artikel 5.32.2.2bis §1 van Vlarem 2 strikt na te leven:

         maximale geluidsniveau: LAeq,15 min =95 dB(A)

         continu meten en zichtbaar maken van LAeq,15 min of LAmax,slow of gebruik geluidsbegrenzer conform Vlarem.

 

Artikel 3:

Deze toelating kan te allen tijde worden ingetrokken als blijkt dat de voorwaarden van de verleende toelating niet worden nageleefd of indien de organisatie van dit evenement niet verenigbaar is met de overheidsmaatregelen in het kader van de bestrijding van het COVID-19 virus.

 

Artikel 4:

De organisator dient uiterlijk 5 dagen voor het evenement een informatiebrief te bedelen bij de bewoners binnen een straal van 200 m van het evenement. Hierin moet een gsm-nummer vermeld zijn waarop omwonenden de organisator tijdens het evenement kunnen contacteren. Een exemplaar van de brief moet op hetzelfde ogenblik bezorgd worden aan het lokaal bestuur.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG VAN HELEEN VAN CLEYNENBREUGEL EN ROBIN AMOURETTE VOOR HET VERBOUWEN VAN EEN WONING IN 3060 BERTEM, GERZENSTRAAT 15, SECTIE C, NR 179Y2.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 13 oktober 2021 hebben Heleen Van Cleynenbreugel en Robin Amourette wonende in 3060 Bertem, Bosstraat 69 een aanvraag ingediend voor het verbouwen van een woning gelegen te 3060 Bertem, Gerzenstraat 15, sectie C nr 179y2.

         Op 19 oktober 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg of gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         De bouwplaats is gelegen langsheen de Gerzenstraat. Het gebouw ligt aan de oostelijke rand van het kernweefsel van Bertem met in de omgeving hoofdzakelijk eengezinswoningen in verschillende verschijningsvormen. De gebouwen variëren in hoogte, inplanting en bouwstijl. Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied gekend.

         Het voorstel omvat het verbouwen van een woning. Het betreft een halfopen eengezinswoning. De woning bestaat uit een gelijkvloers met een verdieping en is afgewerkt met een zadeldak. De woning is ingeplant op 9,58 m uit de as van de voorliggende weg.

Naast enkele inpandige werken en het aanleggen van een gescheiden riolering zal de bestaande achterliggende veranda worden afgebroken en wordt er een achterbouw voorzien met daarin de eetkamer en de keuken. Deze achterbouw houdt minimaal 3,02 m afstand t.o.v. de rechterperceelsgrens. De maximale bouwdiepte bedraagt 15,68 m, de kroonlijsthoogte van de aanbouw bedraagt 3,30 m, waardoor de aanbouw aansluit bij het overdekte terras van de rechterbuur. Er zullen geen wijzigingen aan de voorgevel/straatzijde worden aangebracht.

         Watertoets

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijke effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd het watertoetsinstrument op internet doorlopen. De resultaten worden als bijlage toegevoegd. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Het ontwerp voorziet in een regenwaterput van 7500 liter en een bijkomende infiltratieinrichting van 3000 liter zodat aan de verordening voldaan wordt. Onder deze voorwaarden is het ontwerp verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in een centraal gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van deze verordening.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanpalende rechter buur werd op basis van artikel 83 van het omgevingsvergunningendecreet op 20 oktober 2021 aangeschreven, aangezien de werken betrekking hebben op de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom.

Er werd geen bezwaarschrift ingediend.

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Functionele inpasbaarheid

Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven.

Het bestaande volume van deze halfopen eengezinswoning wordt beperkt aangepast en het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd. De woning voldoet daarmee aan de basisvoorwaarden en stedenbouwkundige voorschriften.

Gezien de ligging van het goed aan de Gerzenstraat in het centrum van Bertem, in woongebied, is voorliggende aanvraag, het verbouwen van deze halfopen eengezinswoning, functioneel inpasbaar.

Mobiliteitsimpact

Er worden geen bijkomende parkeerplaatsen of inritten nabij het openbaar domein gecreëerd op het voorliggende perceel. De achterliggende tuin heeft toegang door middel van een oprit in klinkerverharding. Voorliggend project betreft enkel een inpandige verbouwing, het slopen van de bestaande veranda en de plaatsing van een achterbouw aan een bestaande woning. De aanvraag heeft daardoor geen impact op de mobiliteit.

Schaal

Het volume van het bestaande gebouw zal worden verkleind. De huidige veranda heeft namelijk een oppervlakte van 48 m2 en de nieuwe aanbouw krijgt een oppervlakte van 43 m2. Op het perceel staan twee bestaande bijgebouwen. Deze zullen worden behouden. Rekening houdend met het terrein en de aanwezige bebouwing in de omgeving sluit het gebouw qua schaal aan op de bebouwingsvorm in de omgeving.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Qua ruimtegebruik wordt de footprint van het goed met 5 m2 verkleind. De reeds in gebruik genomen ruimte wordt efficiënter ingedeeld en zal aansluiten aan de omgeving. De draagkracht naar de omgeving toe wordt niet overschreden. De aanvraag is in overeenstemming met de draagkracht van de omgeving en in overeenstemming met de voorschriften.

Visueel-vormelijke elementen

De nieuwe aanbouw zal worden gemaakt van rode gevelstenen en buitenschrijnwerk in de kleur zwart. De verbouwde woning zal visueel vormelijk integreren met de bestaande woning en de bebouwing in de nabije omgeving.

Cultuurhistorische aspecten

Het goed is niet gelegen in een beschermd dorpsgezicht of ligt niet in de nabijheid van een beschermd monument.

Reliëf

In het voorliggend project worden geen terreinaanlegwerken voorzien, louter en alleen ter hoogte van de bestaande veranda. Reliëfwijzigingen buiten de bouwzone zijn dan ook uitgesloten.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Het is verboden het hemelwater af te leiden naar naastliggende terreinen/percelen.

Hemelwater dat op een verharding valt, moet op het eigen terrein in de bodem infiltreren.

Het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders is van toepassing.

Het project vormt geen bijkomende hinder t.o.v. de omgeving. Geluids- en trillingshinder zal zich enkel manifesteren tijdens de verbouwingswerken. Deze vorm van hinder is beperkt in de tijd.

Conclusie

Het voorgestelde project, het verbouwen van een halfopen eengezinswoning, voldoet aan de algemene stedenbouwkundige voorschriften en de vigerende normen. Bijgevolg is het project verenigbaar met de omgeving en brengt het de goede ordening van de plaats niet in het gedrang.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Heleen Van Cleynenbreugel en Robin Amourette wonende in 3060 Bertem, Bosstraat 69 voor het verbouwen van een woning gelegen te 3060 Bertem, Gerzenstraat 15, sectie C nr 179y2 onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

OMGEVINGSVERGUNNING. AANVRAAG VAN ROEY - VERHELLEN VOOR HET BOUWEN VAN EEN WONING IN 3060 BERTEM, KOMKOMMERSTRAAT 11,  SECTIE C NR 148H.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 9 augustus 2021 hebben Limke Verhellen en Maarten Van Roey wonende te Dorpstraat 3c - 3060 Bertemeen aanvraag ingediend voor het bouwen van een woning in 3060 Bertem, Komkommerstraat 11, sectie C nr 148h.

         Op 30 augustus 2021 werd er bijkomende informatie gevraagd die werd bekomen op 31 augustus 2021.

         Op 28 september 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         De bouwplaats is gelegen in een niet-vervallen verkaveling van Lea Putseys, nr. T874-2-2000.17 (dossiernummer stedenbouw 22/V/225).

Het betreft lot 6 van de verkaveling met als algemene bestemming: wonen.

De aanvraag is hiermee gedeeltelijk in overeenstemming.

Er wordt afgeweken voor wat betreft de inplanting, de dakvorm en het reliëf.

Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg of gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         De bouwplaats is gelegen langsheen de Komkommerstraat, een gemeenteweg.

Het goed is gelegen in een woonstraat waarvan de bebouwing bestaat uit zowel laagbouw als verdiepingswoningen, hoofdzakelijk in open vorm en afgewerkt in materialen met grote verscheidenheid zowel in textuur als in kleur.

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

         De aanvraag omvat het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning met 2 bouwlagen.

De woning wordt ingeplant op 10 m uit de as van de weg met zijdelingse bouwvrije stroken van 3 m. De bouwbreedte bedraagt 11,27 m en de bouwdiepte 15 m op het gelijkvloers en 12,15 m op de verdieping. De kroonlijsthoogte van de woning bedraagt 5,72 m aan de voorgevel ten opzichte van de vloerpas. Het gebouw wordt voorzien van een plat dak. Voor het oprichten van de woning worden geringe en verantwoorde reliëfwijzigingen voorzien. De niveauverschillen worden opgevangen door keermuren.

         Watertoets

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijke effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd het watertoetsinstrument op internet doorlopen. De resultaten worden als bijlage toegevoegd. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Het ontwerp voorziet in een regenwaterput van 10 000 liter en een bijkomende infiltratieinrichting zodat aan de verordening voldaan wordt. Onder deze voorwaarden is het ontwerp verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in een centraal gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid

Dit decreet is niet van toepassing op de aanvraag.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van deze verordening.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst.

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanvraag werd van 2 oktober 2021 tot 31 oktober 2021 openbaar gemaakt volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

Er werden geen klachten ingediend.

 

         Externe adviezen

Op 7 oktober 2021 heeft De Watergroep een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht nl.:

"Advies Waterbronnen en Milieu

Volledig gunstig advies met voorwaarden

Dit is een deeladvies van De Watergroep omtrent de bescherming van de drinkwaterwinning.

Het perceel is gelegen binnen de beschermingszone III van de grondwaterwinning die ondiep grondwater onttrekt voor de drinkwatervoorziening. Dit betekent dat het infiltrerend water ondergronds in de richting van de waterwinning stroomt en ooit zal opgepompt worden. Zuiver hemelwater mag in deze zone geïnfiltreerd worden.

De Watergroep geeft een gunstig advies voor wat betreft de bescherming van de waterwinning aangezien het project geen effect heeft op grondwaterkwaliteit of kwantiteit van de waterwinning.

Wel dient er met volgende zaken rekening gehouden te worden tijdens werken op het perceel:

º         koolwaterstoffen waarvan het gezamenlijke volume groter is dan 50 liter worden opgesteld in een opvangbak waarvan de inhoud minstens gelijk is aan de inhoud van de gestockeerde recipiënten

º         het overgieten en/of vullen van recipiënten dient met de nodige omzichtigheid te gebeuren teneinde het morsen te voorkomen

º         machines met enig verlies van olie of mazout dienen van de werf verwijderd te worden en boven een opvanglade geplaatst

º         iedere verontreiniging dient onmiddellijk gemeld op het nummer 02/238 96 99 of via milieu@dewatergroep.be

Advies Aftakkingen en Aansluitingen

Gedeeltelijk gunstig advies met voorwaarden

Voor hogervermeld perceel is geen uitbreiding van het waterleidingnet nodig.

Iedere wooneenheid dient over een afzonderlijke watermeter te beschikken.

De plaats van de watermeter dient te beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep.

Bij het plaatsen van de muurdoorgang dient rekening gehouden te worden met de afmetingen van de drinkwateraftakking.

Elke aftakking moet in rechte lijn, haaks op de rijweg kunnen uitgevoerd worden.

De kosten van de nieuwe aftakking(en) zijn ten laste van de aanvrager(s)."

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Art. 4.3.1.§2 Vlaamse codex ruimtelijke ordening

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen :

1° het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2° het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook de volgende aspecten in rekening brengen:

a) beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in punt 1° ;

b) de bijdrage van het aangevraagde aan de verhoging van het ruimtelijk rendement voor zover:

1) de rendementsverhoging gebeurt met respect voor de kwaliteit van de woon- en leefomgeving;

2) de rendementsverhoging in de betrokken omgeving verantwoord is;

3° indien het aangevraagde gelegen is in een gebied dat geordend wordt door een ruimtelijk uitvoeringsplan, een gemeentelijk plan van aanleg of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarvan niet op geldige wijze afgeweken wordt, en in zoverre dat plan of die vergunning voorschriften bevat die de aandachtspunten, vermeld in 1°, behandelen en regelen, worden deze voorschriften geacht de criteria van een goede ruimtelijke ordening weer te geven. Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan gemotiveerd beslissen dat bepaalde voorschriften van verkavelingen ouder dan vijftien jaar, zoals bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, c), of voorschriften van bijzondere plannen van aanleg ouder dan vijftien jaar, waarvan op grond van artikel 4.4.9/1 op rechtsgeldige wijze kan worden afgeweken, nog steeds de criteria van goede ruimtelijke ordening weergeven.

De Vlaamse Regering kan, thematisch of gebiedsspecifiek, integrale ruimtelijke voorwaarden bepalen, ter beoordeling van de inpassing van welbepaalde handelingstypes, of van handelingen in specifieke gebieden, in een goede ruimtelijke ordening, onverminderd strengere planologische voorschriften of verkavelingsvoorschriften.

 

Het voorgestelde project geeft uitvoering aan de opties die voorzien zijn in de verkaveling.

Er wordt afgeweken voor wat betreft de inplanting, de dakvorm en de reliëfwijzigingen.

Inplanting:

De voorgestelde inplanting wijkt beperkt af door een oversteek van 0,15 m ter hoogte van de voorgevel en dit enkel op de eerste verdieping.

Dakvorm:

Het gebouw op het aanpalende perceel Komkommerstraat 15 werd ook voorzien met platte daken. Deze dakvorm is gebruikelijk in het straatbeeld.

Reliëfwijzigingen:

Voor het oprichten van de woning worden geringe en verantwoorde reliëfwijzigingen voorzien. Deze niveauverschillen worden opgevangen door keermuurtjes.

Uit het voorgaande mag worden aangenomen dat deze afwijkingen aanvaardbaar zijn en dat de architectuur en gebruikte materialen harmoniëren met de bestaande omliggende bebouwing en dat het project de goede ruimtelijke ordening van het gebied niet in het gedrang brengt.

 

Conclusie:

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig-architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep van 7 oktober 2021 moeten strikt worden nageleefd.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Limke Verhellen en Maarten Van Roey voor het bouwen van een woning in de Komkommerstraat 11, 3060 Bertem, sectie C nr 148h onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep van 7 oktober 2021 moeten strikt worden nageleefd.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en De Watergroep.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 november 2021

 

OMGEVINGSVERGUNNING KORBEEKSE KERKSTRAAT 34. AANVRAAG JOHAN CRABBÉ VOOR HET HERINRICHTEN VAN DE BINNENKOER, DE BESTAANDE ZONE ACHTERAAN AFDICHTEN MET EEN GROENDAK EN HET INRICHTEN VAN KANTOOR IN DE BESTAANDE GARAGE BIJ DE INRICHTING GELEGEN IN 3060 KORBEEK-DIJLE, KORBEEKSE KERKSTRAAT 34, SECTIE B NRS. 269H, 269K, 269L EN 271F2.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 12 oktober 2020 heeft het college een omgevingsvergunning afgeleverd aan Johan Crabbé voor het oprichten van een hal met onderliggende kelder en groendak in 3060 Korbeek-Dijle, Korbeekse Kerkstraat 32A, sectie B nr 268e, 269k,l en 274d2.

Tegen deze beslissing werd beroep aangetekend bij de deputatie. Op 4 februari 2021 heeft de aanvrager de omgevingsaanvraag ingetrokken.

         Op 8 juli 2021 heeft Johan Crabbé een nieuwe aanvraag ingediend voor het herinrichten van de binnenkoer, het afdichten van de bestaande zone achteraan met een groendak en het inrichten van een kantoor in de bestaande garage gelegen in 3060 Korbeek-Dijle, Korbeekse Kerkstraat 34, sectie B nrs. 269h, 269k, 269l en 271f2.

         Op 10 augustus 2021 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg, een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied met landelijk karakter.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

De woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven (artikel 6 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         De bouwplaats is gelegen langsheen de Korbeekse Kerkstraat. De bouwplaats maakt deel uit van het centrum van Korbeek-Dijle met in de omgeving hoofdzakelijk woningen in halfopen en gesloten bouworde.

In het zuiden ligt de waardevolle Dijlevallei en in het noorden de gewestweg Nijvelsebaan.

De gebouwen, loodsen en koer worden gebruikt voor het uitbaten van de garage.

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

         Het voorstel omvat:

º         Het herinrichten van de binnenkoer:

          de bijgebouwen ingeplant achteraan tegen de garage en de bestaande carport's worden gesloopt

º         Er wordt een kantoor ondergebracht in de bestaande garage.

º         Achteraan het perceel wordt een gebouw voorzien voor het stallen van voertuigen. De totale grondoppervlakte van het gebouw bedraagt 281,6 m². Het gebouw wordt afgewerkt met een plat groendak met een kroonlijsthoogte van 3,50 m.

Het overige gedeelte van het bedrijf blijft behouden.

         Watertoets

Gezien de aanvraag een overkapping van een parkeerruimte inhoudt, kan er een vermindering van de infiltratiecapaciteit van de bodem plaatsvinden. In deze omstandigheden dient overgegaan te worden tot afkoppeling van het hemelwater, overeenkomstig de geldende stedenbouwkundige verordeningen.

Het hemelwaterformulier werd foutief ingevuld, aangezien er aangevinkt werd dat het niet gaat om de bouw van een overdekte constructie van meer dan 40 m².

Door de aanleg van een groendak op de gehele constructie is er strikt gezien volgens de gewestelijke verordening hemelwater geen hemelwaterput nodig.

Een infiltratievoorziening is echter wel verplicht. De afwaterende oppervlakte voor de dimensionering van de infiltratievoorziening is de som van:

º         de verharde grondoppervlakten die nieuw aangelegd of heraangelegd worden (A);

º         een deel van of in voorkomend geval de volledige bestaande verharde grondoppervlakte voor zover deze nog niet is aangesloten op een hemelwaterput, infiltratievoorziening of buffervoorziening (B)

º         de horizontale dakoppervlakten van de nieuw te bouwen of te herbouwen overdekte constructies (C)

º         een deel van of in voorkomend geval de volledige horizontale dakoppervlakte van de bestaande constructie waar tegenaan gebouwd wordt voor zover deze nog niet is aangesloten op een hemelwaterput, infiltratievoorziening of buffervoorziening (D).

Omdat groendaken van nature de regen vasthouden, mag men bij deze berekening de oppervlakte van de groendaken delen door twee.

Er is overigens ook geen duidelijkheid over de exacte samenstelling van het groendak of de dikte van de substraat- of teellaag.

Een aangepast inplantingsplan met de aanduiding van de infiltratievoorziening en een gedetailleerde beschrijving van de exacte samenstelling van het groendak zal voor de start van de werken worden voorgelegd aan het college ter goedkeuring.

Dit wordt als voorwaarde opgelegd in de vergunning.

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in het centraal gebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

Deze verordening is van toepassing op de aanvraag.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanvraag werd van 20 augustus 2021 tot 18 september 2021 openbaar gemaakt volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

Er werden 3 klachten ingediend. Twee klachten zijn identiek.

 

De klachten kunnen als volgt gebundeld worden:

1. Voorafgaandelijk aan de start van de werken dient een plaatsbeschrijving van de aanpalende woning te worden opgemaakt door een erkend expert.

De eigenaars van de aanpalende woning willen ook inzage in het uitvoeringsdossier en de studie stabiliteit voor de zone van de tuin die wordt afgegraven naast de gemene muur en wensen geïnformeerd te worden over de timing van de werken.

Er wordt gevreesd voor vochtinfiltratie in de gemene muur door ophoging van het grondpeil. Er wordt gevraagd om een sleuf te maken naast de gemene muur en te voorzien in een noppenfolie. Bovendien dient er een drainagebuis omhuld met kiezels + geotextiel te worden voorzien naast de gemene muur om voorkomend insijpelend water in de bodem afdoende te draineren en af te voeren.

Bespreking:

Het is uiteraard belangrijk dat de nodige voorzorgsmaatregelen worden genomen om schade aan de aanpalende eigendommen zowel tijdens als na de bouwwerken te vermijden. Dit aandachtspunt wordt ook opgenomen bij de opmerkingen van deze vergunning. Het (laten) opmaken van een tegensprekelijke plaatsbeschrijving is een goed instrument om eventuele schade nadien duidelijk te kunnen aantonen.

Door ophoging van het grondpeil is de bezorgdheid van de aanpalende eigenaar voor vochtinfiltratie in de gemene muur gegrond.

Dergelijke maatregelen kunnen echter niet via deze omgevingsvergunning worden opgelegd en vallen onder de verantwoordelijkheid van de bouwheer. Ook de timing van de uitvoering ligt in handen van de aanvrager

Besluit:

De klacht is ontvankelijk en zal als opmerking worden opgenomen in de vergunning.

 

2. De reliëfwijzigingen door het af- en uitgraven van de oorspronkelijke grond (weide en tuin) creëert een gevaar voor de stabiliteit van de omliggende hoger gelegen terreinen en woningen en verkeersinfrastructuur. Ze veroorzaken ook een vermindering van de infiltratiecapaciteit van de bodem.

Bespreking:

Het nieuwe parkeerterrein wordt uitgegraven in de helling en de bestaande keerwand wordt achteruit geschoven. Op het hoogste punt bedraagt de dikte van de uitgegraven laag 3 m. De reliëfwijzigingen noodzakelijk voor de uitvoering van de werken worden opgevangen door keermuren.

Door deze bebouwing en het groendak wordt de relatie van de woningen met de achterliggende tuin (weide) hersteld. De binnenkoer wordt gesaneerd en er wordt verharding uitgebroken.

De binnenkoer en dus de verharde oppervlakte wordt kleiner (van 500 m² naar 344 m²), in vergelijking met de huidige toestand.

Het dak van de garage wordt afgewerkt met een groendak.

Gelet op bovenstaande zijn de voorziene reliëfwijzigingen te verantwoorden om de overdekte autostaanplaats in het talud te schuiven en door het groendak, de vermindering van de verharde oppervlakte van de binnenkoer en de voorwaarden die opgelegd worden in deze vergunning om een infiltratie te voorzien zal er geen bijkomende wateroverlast ontstaan.

Besluit:

De klacht is ontvankelijk maar wordt niet aanvaard.

 

3. De bedrijfsvoering moet beperkt blijven tot het perceel waarop de milieuvergunning van toepassing is. De eigendom van de aanvrager gelegen Nijvelsebaan 175 mag niet geannexeerd worden aan de garage en er mogen geen garage activiteiten uitgevoerd worden in de tuinzone van deze woning.

Bespreking:

De aanvraag omvat het creëren van een kantoor binnen het volume van de bestaande garage, het reorganiseren van de binnenkoer en het overdekken van een parkeerruimte met een groendak. De aanvraag omvat geen uitbreiding van de inrichting.

Besluit:

De bestaande garage en de huidige verharding maken deel uit van een vergunde inrichting. Deze inrichting blijft ongewijzigd. De aanvraag impliceert geen hogere dynamiek van het bestaand bedrijf.

Deze klacht is ontvankelijk maar wordt niet aanvaard.

 

4. Voorwaarden uit eerdere beslissingen van het college worden niet nageleefd. In de vergunning van 2010 voor de uitbreiding van de garage was één van de voorwaarden het behoud van een minimum breedte van de weide van 12,20 m.

Bespreking:

In de voorwaarden opgelegd in de vergunning van 18 oktober 2010 werd als voorwaarden opgelegd dat de toegangsweg naar de weide uit de vergunning werd gesloten. De weide is niet bereikbaar voor gemotoriseerde voertuigen en dit moet in de toekomst zo blijven. De weide moet haar huidige bestemming, karakter en uitzicht behouden.

In de aanvraag behoudt de weide haar huidige bestemming, karakter en uitzicht en is de weide niet bereikbaar voor gemotoriseerde voertuigen. Het groendak en de weide zijn uitsluitend toegankelijk via een trap.

De parkeerruimte wordt iets dieper in het talud ingeschoven waardoor er een beperkte oppervlakte van de weide wordt opgeofferd. Door het groendak van het gebouw zal voor de hoger gelegen woningen op de Nijvelsebaan, die met hun tuin aan het goed grenzen, deze ingreep betekenen dat ze enkel op groen uitkijken en dat de binnenkoer zelf aan het zicht onttrokken wordt.

De beperkte opoffering van de weide en de reliëfwijzigingen die hiermee gepaard gaan, zijn te verantwoorden.

Besluit:

Deze klacht is ontvankelijk maar wordt niet weerhouden.

 

5. De aanvraag houdt een onaanvaardbare verdere uitbreiding in van een professionele autogarage in een dichtbevolkte dorpskern.

Door de uitbreiding wordt de overlast op de omgeving vergroot:

º         veel geluidshinder van de activiteiten van de garage

º         de overdekte parkeervoorziening veroorzaakt een opoffering van stukken natuur

Bespreking:

De aanvraag omvat het creëren van een kantoor binnen het volume van de bestaande garage, het reorganiseren van de binnenkoer en het overdekken van een parkeerruimte met een groendak. De aanvraag omvat geen uitbreiding van de inrichting. De aanvraag veroorzaakt geen extra geluidshinder.

De parkeerruimte wordt iets dieper in het talud ingeschoven waardoor er een beperkte oppervlakte van de weide wordt opgeofferd. Door de aanleg van een groendak boven de parkeerruimte is deze opoffering te verantwoorden.

Besluit:

De bestaande garage en de huidige verharding maken deel uit van een vergunde inrichting. Deze inrichting blijft ongewijzigd. De aanvraag impliceert geen hogere dynamiek van het bestaande bedrijf.

Deze klacht is ontvankelijk maar wordt niet aanvaard.

 

6. De garage is gehuisvest in een vroegere boerderij en is zonevreemd. De aanvraag dient gevestigd te zijn binnen een voorziene industriële zone.

Bespreking

De aanvraag is gelegen in woongebied met landelijk karakter. Het herinrichten van een binnenkoer, het creëren van een kantoor binnen het volume van de bestaande garage en het creëren van een overdekte standplaats voor auto's is principieel niet in strijd met de planologische bestemmingsvoorschriften van het woongebied met landelijk karakter. De woongebieden zijn naast wonen ook bestemd voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf, alsook voor groene ruimte, sociaal-culturele inrichtingen... voor zover die taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied afgezonderd moeten worden. Een complementaire bedrijvigheid is bijgevolg niet zonder meer uitgesloten in een landelijk woongebied.

Besluit:

De bedrijvigheid is niet zonevreemd.

De bestaande garage en de huidige verharding maken deel uit van een vergunde inrichting. Deze inrichting blijft ongewijzigd. De aanvraag impliceert geen hogere dynamiek van het bestaande bedrijf.

Deze klacht is ontvankelijk maar wordt niet aanvaard.

 

7. De beschrijvende nota en plannen zijn vaag en onvolledig:

          worden er 1 of 2 gebouwen achteraan de weide geplaatst?

          geen melding van sloping van gebouwen

          onduidelijk waar het kantoor wordt ingericht

Bespreking:

De aanvraag voorziet in één nieuwe constructie achteraan de weide die wordt ingericht als een overdekte parkeerruimte. Bovendien wordt er een kantoor in de garage voorzien en wordt de binnenkoer gereorganiseerd door het slopen van bestaande carports, het verwijderen van verharding en het aanleggen van onoverdekte parkeerplaatsen.

In de eerste projectversie ontbraken een aantal gegevens op de plannen zoals aanduiding van de te slopen gebouwen (al kon men wel afleiden uit het bestaand en nieuw inplantingsplan welke gebouwen werden gesloopt), duidelijke locatie van het kantoor en aanduiding van bepaalde afmeting o.a. van de achterliggende weide.

Op 3 november 2021 heeft de architect naar aanleiding van de opmerkingen tijdens het openbaar onderzoek een nieuwe projectversie ingediend met verduidelijking van de te slopen gebouwen, het kantoor en ontbrekende afmetingen.

Besluit:

Deze klacht is ontvankelijk en wordt aanvaard.

In de projectversie van 3 november 2021 werd tegemoet gekomen aan bovenvermelde opmerkingen.

 

         Externe adviezen

Op 18 augustus 2021 heeft De Watergroep een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht nl.:

"Advies Aftakkingen en Aansluitingen

Geen advies.

Advies Waterbronnen en Milieu

Volledig gunstig advies met voorwaarden

Dit is een deeladvies van De Watergroep omtrent de bescherming van de drinkwaterwinning.

Het perceel is gelegen binnen de beschermingszone III van de grondwaterwinning die ondiep grondwater onttrekt voor de drinkwatervoorziening. Dit betekent dat het infiltrerend water ondergronds in de richting van de waterwinning stroomt en ooit zal opgepompt worden. Zuiver hemelwater mag in deze zone geïnfiltreerd worden.

De Watergroep geeft een gunstig advies voor wat betreft de bescherming van de waterwinning aangezien het project geen effect heeft op grondwaterkwaliteit of kwantiteit van de waterwinning.

Wel dient er met volgende zaken rekening gehouden te worden tijdens werken op het perceel:

º         koolwaterstoffen waarvan het gezamenlijke volume groter is dan 50 liter worden opgesteld in een opvangbak waarvan de inhoud minstens gelijk is aan de inhoud van de gestockeerde recipiënten

º         het overgieten en/of vullen van recipiënten dient met de nodige omzichtigheid te gebeuren teneinde het morsen te voorkomen

º         machines met enig verlies van olie of mazout dienen van de werf verwijderd te worden en boven een opvanglade geplaatst

º         iedere verontreiniging dient onmiddellijk gemeld op het nummer 02/238 96 99 of via milieu@dewatergroep.be"

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Functionele inpasbaarheid

Het voorgestelde project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven.

Het herinrichten van de binnenkoer, het inrichten van een kantoor in de bestaande garage en het creëren van een overdekte standplaats met groendak voor auto's is principieel niet in strijd met de planologische bestemmingsvoorschriften van het woongebied met landelijk karakter. De woongebieden zijn naast wonen ook bestemd voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf, alsook voor groene ruimte, sociaal-culturele inrichtingen... voor zover die taken om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied afgezonderd moeten worden. Een complementaire bedrijvigheid is bijgevolg niet zonder meer uitgesloten in een landelijk woongebied, maar de inpasbaarheid moet concreet beoordeeld worden, rekening houdend met de gecreëerde hinder en de specifieke context waarbinnen de activiteit ontplooid wordt.

De voorgestelde werken dragen bij tot een verbeterde bedrijfsvoering.

Mobiliteitsimpact

De gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg bepaalt dat voor autoherstelplaatsen en garages 1 parkeerplaats per begonnen schijf van 25 m² bedrijfsoppervlakte moet voorzien worden.

De bestaande inrichting heeft een oppervlakte van +/- 300 m². Er worden 16 parkeerplaatsen voorzien waardoor er voldaan wordt voor zowel de inrichting als de privéwoning.

Schaal

Door het inschuiven van de nieuwe parkeerruimte in het bestaande talud en door het bestaande grasveld van de weide door te trekken met een groendak is de schaal van het gebouw verantwoord. De schaal van de gebouwen in de omgeving wordt niet overschreden.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Door het slopen van de bestaande bijgebouwen is de toename van de bouwdichtheid op het perceel te verwaarlozen en verantwoord in deze vrij dens bebouwde omgeving.

Visueel-vormelijke elementen

De oppervlakte van de verharde binnenkoer wordt kleiner. Tussen de buren en de binnenkoer komt nu een volledig groene zone wat de integratie van het geheel danig verbetert tegenover de bestaande situatie. Voor de buren zal de binnenkoer met wagens haast volledig aan het zicht onttrokken worden.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing op de aanvraag.

Reliëf

Achteraan wordt de binnenkoer overdekt met een groendak wat dienst zal doen als een garage waar 10 wagens kunnen gestald worden. Het nieuwe parkeerterrein wordt uitgegraven in de helling en de bestaande keerwand wordt achteruit geschoven. Op het hoogste punt bedraagt de dikte van de uitgegraven laag 3m. De reliëfwijzigingen noodzakelijk voor de uitvoering van de aanvaag worden opgevangen door keermuren.

Door deze bebouwing en het groendak wordt de relatie van de woningen met de achterliggende tuin (weide) hersteld. De binnenkoer wordt gesaneerd en er wordt verharding uitgebroken. Voor de woningen gelegen aan de Nijvelsebaan, die met hun tuin aan het goed grenzen en die hoger gelegen zijn gezien de helling van het terrein zullen, na de uitvoering van de werken, enkel uitkijken op groen en de binnenkoer wordt aan hun zicht onttrokken.

Gelet op bovenstaande zijn de voorziene reliëfwijzigingen verantwoord om de overdekte autostaanplaats in het talud te schuiven.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De bestaande binnenkoer is verhard met een vloeistofdichte vloer, aangesloten op een lekdicht afwateringssysteem dat voorzien is van een koolwaterstofafscheider en slibvangput (VLAREM titel II). Omdat de afwaterende oppervlakte niet wijzigt, kan dit systeem onveranderd behouden blijven.

Het is belangrijk dat de nodige voorzorgsmaatregelen worden genomen om schade aan de aanpalende eigendommen zowel tijdens als na de bouwwerken te vermijden. Het risico van vochtinfiltratie in de gemene muur door ophoging van het grondpeil moet door de bouwheer vermeden worden.

 

Conclusie

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         De voorschriften opgelegd in het advies van De Watergroep van 18 augustus 2021 moeten strikt worden nageleefd.

         Een aangepast inplantingsplan met de aanduiding van de infiltratievoorziening en een gedetailleerde beschrijving van de exacte samenstelling van het groendak zal voor de start van de werken ter goedkeuring worden voorgelegd aan het college.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemend gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Johan Crabbé voor het herinrichten van de binnenkoer, het afdichten van de zone achteraan met een groendak en het inrichten van een kantoor in de bestaande garage bij de inrichting gelegen in 3060 Korbeek-Dijle, Korbeekse Kerkstraat 34, sectie B nrs. 269h, 269k, 269l en 271f2 onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         De voorschriften opgelegd in het advies van De Watergroep van 18 augustus 2021 moeten strikt worden nageleefd.

         Een aangepast inplantingsplan met de aanduiding van de infiltratievoorziening en een gedetailleerde beschrijving van de exacte samenstelling van het groendak zal voor de start van de werken ter goedkeuring worden voorgelegd aan het college.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en De Watergroep.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 29/11/2021
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.