BESLUITENLIJST VAN HET COLLEGE BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

 

Gemeente Bertem

 

Zitting van 23 november 2020

Van 15 uur tot 16 uur

 

Aanwezig:

Burgemeester:

Joël Vander Elst

Schepenen:

Marc Morris, Greet Goossens, Joery Verhoeven en Tom Philips

Algemeen directeur:

Dirk Stoffelen

 


Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

ZITTINGEN CBS. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.

 

Juridische grond

  • Artikel 50 van het decreet lokaal bestuur
    De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het college van burgemeester en schepenen.

 

 

Bijlagen

  • Notulen van de zitting van 16 november 2020.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de notulen van de zitting van 16 november 2020 goed.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

REGIOVORMING. STANDPUNTBEPALING INDELING GEMEENTE BERTEM IN REFERENTIEREGIO LEUVEN.

 

Voorgeschiedenis

  • Beslissing van de Vlaamse regering van 9 oktober 2020 over de regiovorming
  • Brief van Jan Spooren, gouverneur van Vlaams-Brabant, van 26 oktober 2020 over de regiovorming

 

Feiten en context

  • De Vlaamse regering zet in op regiovorming. Om tot een grotere coherentie te komen en deze regiovorming te stimuleren, zal de Vlaamse regering, verder bouwend op de reeds uitgevoerde regioscreening, vaste regio’s afbakenen waarbinnen alle vormen van intergemeentelijke samenwerking, zowel de bestaande als nieuwe, moeten plaatsvinden (behoudens zij die op een hogere schaal georganiseerd zijn). Dit moet de huidige verrommeling tegengaan en leiden tot minder mandaten.
  • Op 9 oktober 2020 keurde de Vlaamse Regering een kadernota goed die de visie op regiovorming weergeeft en het kader voor de verdere aanpak deze regeerperiode.
  • De eerste fase van het project om tot meer en betere regiovorming te komen, is de afbakening van de referentieregio’s in Vlaanderen. De Vlaamse regering heeft een eerste ontwerp van afbakening van 13 referentieregio’s opgemaakt, als aanzet en aangegeven richting voor een discussie. Voor wat betreft Vlaams-Brabant heeft men de twee bestaande arrondissementen als uitgangspunt genomen.
  • De gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant vraagt in zijn brief naar het standpunt van het bestuur over het voorstel van toewijzing van de gemeente Bertem aan de referentieregio Oost-Brabant. De gemeente moet uiterlijk 30 november 2020 antwoorden op de volgende vragen:
    • Kan u(w bestuur) zich vinden in de voor uw gemeente voorgestelde referentieregio? Waarom wel? Waarom niet?
    • Indien wel, welke aandachtspunten wil u meegeven? Indien niet, welke wijziging aan of alternatief voor de voorgestelde referentieregio’s zou u dan verkiezen?
  • Er is geen procedure bepaald om te komen tot de standpuntbepaling vanuit de gemeente. De burgemeesters bepalen zelf hoe ze tot dit standpunt komen, al dan niet in overleg met het schepencollege, de gemeenteraad (of een deel ervan)…
  • Begin volgend jaar zullen de referentieregio’s definitief worden vastgelegd.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college verklaart zich akkoord met de voorgestelde indeling van de gemeente Bertem in regio Oost-Brabant.

 

Artikel 2:

Het college formuleert volgende aanbevelingen:

De gemeente Bertem en de gemeenten van de Druivenstreek (Huldenberg, Tervuren, Hoeilaart en Overijse) vormen een natuurlijk en hecht samenwerkingsverband dat bovendien de laatste jaren sterker werd uitgebouwd en aan belang wint. Deze gemeenten werken samen in diverse samenwerkingsverbanden: IGS Vrijetijdsregio Druivenstreek (sport, cultuur, jeugd, toerisme, bibliotheek, erfgoed), de Hulpverleningszone Oost Vlaams-Brabant, de Vervoerregio Leuven, SHM Elk zijn Huis, Toerisme Vlaams-Brabant (Zuid-Dijleland)...

Het college wenst deze waardevolle samenwerkingsverbanden ook op de lange termijn te kunnen behouden. Het gemeentebestuur steunt de vraag van de gemeenten Overijse en Hoeilaart om te worden ingedeeld in de regio Oost-Brabant.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

VORMING WOONMAATSCHAPPIJ. BESPREKING BRIEVEN MINISTER VAN WONEN EN DIRECTEUR ELK ZIJN HUIS.

 

Besluit

Motivering

Tegen 1 januari 2023 moeten sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) en sociale verhuurkantoren (SVK’s) één woonactor vormen met maar één speler per gemeente: de woonmaatschappij. De Vlaamse regering maakte op 17 juli 2020 afspraken over het traject voor de vorming van woonmaatschappijen.

 

Elk lokaal bestuur kan op basis van een aantal richtinggevende criteria ten laatste tegen 31 oktober 2021 een voorstel van werkingsgebied indienen bij de Vlaamse regering. Het werkingsgebied van de nieuwe woonmaatschappij moet vallen binnen de referentieregio's die de Vlaamse regering zal vastleggen.

 

Timing:

         najaar 2020: bepalen van en communicatie over de richtinggevende criteria;

         einde oktober 2021: lokale besturen dienen een voorstel van werkingsgebied in bij de Vlaamse regering;

         voorjaar 2022: de Vlaamse regering keurt de nieuwe werkingsgebieden principieel goed;

         voor zomerreces 2022: de Vlaamse regering legt de werkingsgebieden definitief vast. Hiervoor zal de Vlaamse Regering zich baseren op de door de lokale besturen ingediende voorstellen.

 

Bespreking

Het college neemt kennis van:

         de brief van Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele van 23 oktober 2020

         de brief van Roel Moens, directeur Elk zijn Huis van 12 november 2020

 

Het college is tevreden over de samenwerking met Elk zijn Huis. Het huidige werkingsgebied van Elk zijn Huis mag behouden worden voor zover dit in het kader van de regiovorming mogelijk zou zijn. Indien dat niet mogelijk is, gaat het college akkoord met een nieuwe woonmaatschappij die het SVK Spit en (minimaal) de afgesplitste gemeentevennoten van Elk zijn Huis omvat.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

PERSONEEL ONDERWIJS. VASTSTELLING PRESTATIEDAGEN SCHOOLVAKANTIES ADMINISTRATIEVE MEDEWERKER GBS BERTEM.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail directie gemeentelijke basisschool Bertem van 18 november 2020.

 

Juridische gronden

  • Artikel 51, eerste lid van het decreet betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding van 27 maart 1991
    Het personeelslid verkrijgt onder de door de Vlaamse regering bepaalde voorwaarden, verlof, gelijkgesteld met dienstactiviteit.
  • Omzendbrief PERS/2011/01 "Vakantieregeling voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel" van 31 maart 2011
    In de collectieve arbeidsovereenkomst voor de jaren 2010-2011 (cao IX) is voor de administratief medewerker in het basis-, secundair en volwassenenonderwijs en bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het secundair onderwijs en het deeltijds kunstonderwijs een nieuwe vakantieregeling opgenomen.
    Vanaf 1 januari 2011 hebben deze personeelsleden een jaarlijkse vakantieregeling die alle schoolvakanties omvat. Binnen die schoolvakanties kan een schoolbestuur weliswaar gedurende maximaal 12 werkdagen, waarvan maximum 10 dagen in de zomervakantie, een beroep doen op deze personeelsleden.
  • Besluit van de Vlaamse regering betreffende de regeling van de jaarlijkse vakantie voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het onderwijs van 27 mei 2011
    Dit besluit regelt de jaarlijkse vakantie en de prestaties tijdens de jaarlijkse vakantie van de administratieve medewerkers in het basisonderwijs.
    De inrichtende macht legt jaarlijks het globale aantal prestatiedagen en de verdeling van die prestatiedagen vast. Ze deelt uiterlijk vóór de kerstvakantie aan de betrokken personeelsleden voor het daaropvolgende kalenderjaar hun prestatiedagen mee en de verdeling ervan.

 

Adviezen

  • Voorstel van de schooldirecteur.
  • Schriftelijk gunstig advies van VSOA op 18 november 2020.
  • Schriftelijk gunstig advies van ACOD op 18 november 2020.
  • Schriftelijk gunstig advies van COV op 19 november 2020.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De deeltijdse administratieve medewerker van de gemeentelijke basisschool Bertem (28/36) presteert de volgende prestatiedagen tijdens de schoolvakanties in 2021:

in totaal 9 dagen te presteren:

  • 1 dag in de paasvakantie
  • 3 dagen in het begin van juli
  • 5 dagen op het einde van augustus.

 

Artikel 2:

De schooldirecteur deelt de prestatiedagen voor 15 december 2020 mee aan de administratieve medewerker.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

PERSONEEL ONDERWIJS. VASTSTELLING PRESTATIEDAGEN SCHOOLVAKANTIES ADMINISTRATIEVE MEDEWERKERS GBS LEEFDAAL.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail directie gemeentelijke basisschool Leefdaal van 18 november 2020.

 

Juridische gronden

  • Artikel 51, eerste lid van het decreet betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding van 27 maart 1991
    Het personeelslid verkrijgt onder de door de Vlaamse regering bepaalde voorwaarden, verlof, gelijkgesteld met dienstactiviteit.
  • Omzendbrief PERS/2011/01 "Vakantieregeling voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel" van 31 maart 2011
    In de collectieve arbeidsovereenkomst voor de jaren 2010-2011 (cao IX) is voor de administratief medewerker in het basis-, secundair en volwassenenonderwijs en bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het secundair onderwijs en het deeltijds kunstonderwijs een nieuwe vakantieregeling opgenomen.
    Vanaf 1 januari 2011 hebben deze personeelsleden een jaarlijkse vakantieregeling die alle schoolvakanties omvat. Binnen die schoolvakanties kan een schoolbestuur weliswaar gedurende maximaal 12 werkdagen, waarvan maximum 10 dagen in de zomervakantie, een beroep doen op deze personeelsleden.
  • Besluit van de Vlaamse regering betreffende de regeling van de jaarlijkse vakantie voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel in het onderwijs van 27 mei 2011
    Dit besluit regelt de jaarlijkse vakantie en de prestaties tijdens de jaarlijkse vakantie van de administratieve medewerkers in het basisonderwijs.
    De inrichtende macht legt jaarlijks het globale aantal prestatiedagen en de verdeling van die prestatiedagen vast. Ze deelt uiterlijk vóór de kerstvakantie aan de betrokken personeelsleden voor het daaropvolgende kalenderjaar hun prestatiedagen mee en de verdeling ervan.

 

Adviezen

  • Voorstel van de schooldirecteur.
  • Schriftelijk gunstig advies van VSOA op 18 november 2020.
  • Schriftelijk gunstig advies van ACOD op 18 november 2020.
  • Schriftelijk gunstig advies van COV op 19 november 2020.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De administratieve medewerkers van de gemeentelijke basisschool Leefdaal presteren de volgende prestatiedagen tijdens de schoolvakanties in 2021:

  • voltijdse administratieve medewerker: in totaal 12 dagen te presteren:
    1 dag in de kerstvakantie

1 dag in de paasvakantie
10 dagen tijdens de zomervakantie

  • deeltijdse administratieve medewerker (9/36):

3 dagen tijdens de zomervakantie
 

Artikel 2:

De schooldirecteur deelt de prestatiedagen voor 15 december 2020 mee aan de administratieve medewerkers.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

CONTRACTEN. GOEDKEURING BESTELBONS.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.
    Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

Adviezen

  • De overzichtslijst van de bestelbons werd bezorgd aan de leden van het managementteam. Gunstig advies.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst van de bestelbons.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de bestelbons goed van nr. 2020/396 tot en met nr. 2020/403 voor een totaal bedrag van 17 301,10 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

INKOMENDE FACTUREN. GOEDKEURING FACTUREN.

 

Juridische gronden

  • Artikel 56, §3, 3° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

  • Besluit van de gemeentesecretaris van 15 december 2016 over de aankoopprocessen.

Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.

 

 

Bijlagen

  • Overzichtslijst facturen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college keurt de facturen goed van nr. 2020/4493 tot en met nr. 2020/4603 voor een totaal bedrag van 227 364,93 euro.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

INFO BERTEM. KENNISNAME PLANNING 2021.

 

Besluit

Motivering

Het gemeentelijk infoblad Info Bertem verschijnt om de twee maanden. De editie januari-februari 2021 wordt momenteel voorbereid. De verdere timing voor Info Bertem 2021 werd opgesteld en is ook al besproken met drukkerij Van der Poorten.

 

Mededeling

De timing voor Info Bertem 2021:

 

deadline om onderwerpen voor te stellen

 

Redactie-

raad

Deadline

Teksten klaar voor Redactieraad

Eind-

redactie

Bedeling in de week van

Editie

5 november 2020

09 november 2020

30 november

2020

4 december 2020

7 december 2020

21 december 2020

januari

februari

14 januari 2021

18 januari 2021

8 februari 2021

12 februari 2021

15 februari 2021

1 maart 2021

maart

april

18 maart 2021

22 maart 2021

12 april 2021

16 april 2021

19 april 2021

3 mei 2021

mei

juni

12 mei 2021

17 mei 2021

7 juni 2021

11 juni 2021

14 juni

28 juni 2021

juli

augustus

16 juli 2021

19 juli 2021

9 augustus 2021

13 augustus 2021

16 augustus 2021

30 augustus 2021

september-oktober

16 september 2021

120 september 2021

11 oktober 2021

15 oktober 2021

18 oktober 2021

1 november 2021

november

december

10 november 2021

15 november 2021

6 december 2021

10 december 2021

13 december 2021

27 december 2021

januari februari 2022

 

Deze timing wordt op het intranet geplaatst.

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

EERSTELIJNSZONE LEUVEN-ZUID. GOEDKEURING SAMENWERKINGSOVEREENKOMST POOL HUISBEZOEKERS EN LIAISONARTSEN.

 

Voorgeschiedenis

         E-mails van 28 oktober 2020 en van 12 november 2020 over de ondertekening van een samenwerkingsovereenkomst tussen de lokale besturen en ELZ Leuven Zuid

 

Feiten en context

         Recent besliste de Vlaamse regering tot toekenning van een subsidie aan de zorgraden om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de Covid-19-pandemie te versterken. Voor onze eerstelijnszone bedraagt het subsidiebedrag 93 280 euro. Dit houdt onder meer in dat in de schoot van de zorgraden een pool van huisbezoekers moet opgericht worden waarmee in het besluit de 3 omschreven rollen of taken kunnen uitgevoerd worden:

º         COVID-coaching: het voorbereiden van de burger op een contact vanuit het (centrale) callcenter evenals het ondersteunen van de burger in zelfisolatie,

º         complexe contactopsporing: het inventariseren van de verschillende contacten van een indexpatiënt in een complexe situatie (bv. evenement, horeca),

º         bronopsporing: het leggen van verbanden waardoor ogenschijnlijk ad random besmettingen tot één en dezelfde bron kunnen worden teruggebracht (bv. één bedrijf).

         De eerstelijnszones kregen de opdracht om hiervoor een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten met de lokale besturen binnen de zone.

De overeenkomst richt zich specifiek naar volgende afspraken:

º         De organisatie en coördinatie van de pool huisbezoekers: wie neemt hierbinnen welke rol op en welke aandeel van de voorziene subsidie wordt hiervoor ter beschikking gesteld;

º         De liaison-artsen en lokale besturen: profiel, takenpakket en samenwerking tussen lokale besturen en liaison-artsen.

         De pool huisbezoekers wordt binnen eerstelijnszone (ELZ) Leuven Zuid opgesplitst in drie verschillende hoedanigheden: lokale brontracing (via een lokaal belteam), stoepbezoeken en huisbezoeken. De lokale brontracing en stoepbezoeken worden opgenomen door de lokale besturen. De taak van de fysieke huisbezoeken wordt opgenomen door de fieldagent die aan de ELZ door het consortium ter beschikking wordt gesteld. Indien de workload van deze fieldagent (voor de fysieke huisbezoeken) zodanig hoog wordt, zal er gewerkt worden met lokale huisbezoekers. Verschillende scenario’s worden hiervoor momenteel uitgewerkt (lokale vrijwilligers, Rode Kruis, platform Help de Helpers, lokale professionele zorgverleners…) In dat geval zal een addendum aan deze samenwerkingsovereenkomst worden toegevoegd.

         De pool huisbezoekers wordt ingericht binnen het COVID-19 team van de zorgraad. In het kader van deze samenwerkingsovereenkomst worden de nodige afspraken gemaakt om te bepalen door wie de organisatie en coördinatie van de pool huisbezoekers wordt uitgevoerd. Deze taken kunnen worden opgenomen door medewerkers van de zorgraad, één of meer lokale besturen of een organisatie binnen het werkingsgebied van de ELZ.

         De hierboven genoemde organisatie- en coördinatietaken zullen worden opgenomen door:

º         het rechtstreekse aanspreekpunt van de pool huisbezoekers: Julie Van den Vonder (teamcoördinator COVID-team van ELZ Leuven Zuid en stafmedewerker van ELZ Leuven Zuid).

º         het kern-COVID-team van ELZ Leuven Zuid waar gezamenlijk beslissingen genomen worden omtrent deze taken.

         Lokale besturen verlenen hun medewerking voor het helpen opzetten van een huisbezoekerspool (lokale brontracing via een belteam en stoepbezoekers). Elke gemeente engageert zich om eigen personeel (of indien gewenst vrijwilligers) in te zetten die de rol van lokale brontracer of stoepbezoeker kunnen opnemen. Indien er nood is aan lokale huisbezoekers, naast de huisbezoeken door de fieldagent (eventueel door een te grote nood aan huisbezoeken), zal een addendum aan deze samenwerkingsovereenkomst toegevoegd worden. Dit is per lokaal bestuur afzonderlijk mogelijk.

         De bijgevoegde overeenkomst over de pool van huisbezoekers wordt aangegaan voor bepaalde tijd beginnend bij de ondertekening van deze overeenkomst en uiterlijk eindigend op 31 juli 2021.

         De functie van liaison-artsen werd binnen ELZ Leuven Zuid in het leven geroepen vanuit de nood aan een medisch aanspreekpunt per gemeente en om de medisch expert van de eerstelijnszone te ontladen. Het ‘Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een subsidie aan de zorgraden om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de Covid-19-pandemie te versterken’ voorziet geen budget aan de liaison- artsen.

Elk lokaal bestuur beschikt over 1 liaison-arts.

         Opdracht van de liaison-arts:

º         De liaison-arts is een huisarts met praktijk binnen de gemeente.

º         De liaison-arts kent alle richtlijnen omtrent covid-19.

º         De liaison-arts concentreert zich op die organisaties en verenigingen waarbij er nog geen arts is aangeduid (bv de CRA-arts in een WZC, CLB-arts in een school, arbeidsarts in een bedrijf…) ;

º         De liaison-arts is de medische SPOC voor het lokaal bestuur.

          Lid van het COVID19 crisisteam van het lokaal bestuur.

          Aanwezigheid op schepencollege op vraag van lokaal bestuur.

         De 7 lokale besturen van eerstelijnszone Leuven Zuid beschikken allen over een eigen liaison-arts. Voor het lokaal bestuur Bertem is dr. A. Putseys de liaison-arts.

         Momenteel worden de liaison-artsen niet vergoed. In het besluit is ook geen vergoeding voorzien.

         De zorgraad stelt voor om een vergoeding toe te kennen aan de liaison-arts van €80/uur, met een maximumbedrag van €5000 op jaarbasis. De geschatte tijdsinvestering van een liaison-arts komt op 1,25 uur per week. Alle lokale besturen geven akkoord om de vergoeding van de liaison-arts te laten verlopen aan de hand van een onkostennota die door de liaison-arts kan ingediend worden bij het desbetreffende lokale bestuur.

         De bijgevoegde overeenkomst wordt aangegaan voor bepaalde tijd beginnend bij de ondertekening van deze overeenkomst (met terugwerkende kracht tot 15 oktober 2020 betreffende de werkzaamheden en vergoeding van de liaison-arts) en uiterlijk eindigend op 31 juli 2021 (of eerder indien de werkzaamheden niet meer noodzakelijk zijn).

 

Juridische gronden

         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

         Besluit van de Vlaamse regering van 10 september 2020 tot toekenning van een subsidie aan de zorgraden om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de Covid19-pandemie te versterken.

 

Argumentatie

Door deel te nemen aan de pool huisbezoekers kan het lokaal bestuur zich beter voorbereiden om een heropflakkering van de covid-19 pandemie op te vangen.

Door de lokale verankering van de zorgraden met de verschillende lokale besturen, zorgaanbieders, welzijnsactoren en verenigingen van personen met een zorg- en ondersteuningsvraag hebben de 60 zorgraden een unieke positie om snel te kunnen schakelen en te anticiperen op mogelijke problemen.

De liaison-artsen vervullen een belangrijke rol, die heel wat inzet en engagement vereist. De artsen doen dit momenteel vrijwillig en onbezoldigd.

 

Financiële gevolgen

De vergoeding wordt bepaald op €80 per uur, met een maximum bedrag van €5000 op jaarbasis.

Momenteel zijn er geen middelen voorzien om de liaison-arts te vergoeden.

 

 

Bijlagen

         Samenwerkingsovereenkomst pool huisbezoeken en liasonartsen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college besluit de samenwerkingsovereenkomst "pool huisbezoekers en liaisonarten" af te sluiten met de Eerstelijnszone Leuven-Zuid vzw, Maria-Theresiastraat 63A, 3000 Leuven.

 

Artikel 2:

Het college engageert zich om de middelen te voorzien om de liaison-arts dr. A. Putseys te vergoeden.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

JEUGDRAAD. KENNISNAME ONTSLAG EN VERVANGING LEDEN.

 

Besluit

Motivering

Volgens artikel 7 van de statuten van de jeugdraad wordt het mandaat van de stemgerechtigde leden beëindigd door o.a. het ontslag van de betrokkenen.

Volgens artikel 4 van de statuten van de jeugdraad kunnen nieuwe leden mits afvaardiging van het jeugdwerkinitiatief toetreden.

 

Mededeling

Nemen ontslag uit de jeugdraad:

         Arno Grootjans (Chiro Kadee Korbeek-Dijle)

         Lena Henneco (Chiro Leefdaal)

         Jan Henneco (Jeugdhuis 2Hoog Leefdaal)

         Lander De Hertog (Jeugdhuis 2Hoog Leefdaal)

         Karel Naulaers (Jeugdhuis De Poemp Korbeek-Dijle)

 

Het college neemt kennis van de volgende toetredingen tot de jeugdraad:

         Ben Debontridder voor Chiro Kadee Korbeek-Dijle

         Fleur Sterckx voor Chiro Leefdaal

         Ward Geyssens voor Jeugdhuis 2Hoog Leefdaal

         Tom Verbeken voor Jeugdhuis 2Hoog Leefdaal

         Lucas Hanssens voor Jeugdhuis De Poemp Korbeek-Dijle

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

VERVOERREGIO LEUVEN. BESPREKING NOTA DE LIJN OVER HALTE- EN INFRASTRUCTUURAANPASSINGEN IN BERTEM.

 

Besluit

Motivering

Naar aanleiding van het nieuwe OV-plan in de Vervoerregio Leuven zijn er een aantal halte- en infrastructuuraanpassingen nodig.

De Lijn heeft een eerste oefening gedaan en een nota opgemaakt die lijn per lijn overloopt en een overzicht geeft van deze aanpassingen en mogelijke verbetervoorstellen.

 

De Lijn vraagt schriftelijk feedback/advies op de voorstellen of een akkoord uiterlijk 30 november. Indien noodzakelijk wordt een overlegmoment met de gemeente Bertem georganiseerd.

 

Daarnaast zijn de knelpunten voor het kernnet en aanvullend net opgelijst voor de gemeente.

         Kloppen de knelpunten?

         Ontbreken er knelpunten?

         Wat zijn subjectief de belangrijkste knelpunten?

 

Zie bijlage voor kaartmateriaal, lijsten knelpunten en nota.

 

Bespreking

Het college bespreekt de nota van De Lijn. Hierin zijn reeds de opmerkingen op de voorstellen aangegeven in het rood.

 

Overzicht opmerkingen:

 

- Stadslijn 4 Bertem – Egenhoven – Leuven – Korbeek-Lo, Sint-Kamillus

         Er wordt gesproken dat de stadslijn 1x per uur wordt doorgetrokken. Is dit geen vergissing? Dit is toch om de 30 minuten?

         Akkoord met voorstel om de lijn door te trekken tot de carpoolparking.

         Akkoord om halte Bertem Ginisstraat (804) te schrappen omwille van beperkte afstand tot naastgelegen haltes.

         Niet akkoord om de halte Bertem Sinte Veronica (81) te verschuiven naar de carpoolparking. De carpoolparking is (zeer) interessant voor mensen die daar hun auto achterlaten en dan de bus nemen. Rond de carpoolparking is geen enkele bewoning, zodat de afstanden van deze halte tot de bewoning in de Veronawijk erg groot zijn. De afstand van deze nieuwe halte tot de volgende halte in Leefdaal (Het Bies) is 1,3 km. Tot de Koppelstraat in Bertem 600m. De afstand wordt veel te groot voor inwoners uit Veronawijk die lijn 317 willen nemen.

Voorbeeld: Van Kapper Wim (Dorpstraat 343) tot de voorgestelde haltes:

º         afstand tot carpool = 1,2 km

º         afstand tot Het Bies (op N3) = 900m

Bovendien is de voetgangersroute naar de verplaatste halte bijzonder gevaarlijk omdat zij een op- en afrit moeten oversteken, waar geen enkele vorm van voetgangersbescherming voorzien is en waar de snelheid van de auto's te hoog is. Langs de N3 ontbreekt de nodige voetgangersinfrastructuur om de veiligheid van de voetgangers te garanderen.

Het college heeft geen bezwaar om een bijkomende halte te creëren.

 

- Lijn 317 Kraainem – Tervuren – Bertem – Leuven

- Lijn 672 Nachtbus Tervuren – Leuven – Tienen

- Lijn 555 Schoolbus Leuven – Sint-Pieters-Woluwe

- Lijn 564 Schoolbus Tervuren – Duisburg – Leuven

         Niet akkoord om de halte Bertem Sinte Veronica (81) te verschuiven naar de carpoolparking. Zie opmerkingen stadslijn 4.

 

- Lijn 316 Brussel – Kraainem – Tervuren – Leefdaal – Bertem – Leuven

- Lijn 694 Nachtbus Sterrebeek – Tervuren – Leuven – Blanden

- Lijn 556 Schoolbus Leefdaal – Duisburg – Sint-Pieters-Woluwe

- Lijn 526 Schoolbus Tervuren - Heverlee

         Akkoord om halte Leefdaal Voerhoekstraat (751) te schrappen omwille van halte-afstand.

 

- Lijn 318 Huldenberg – Moorsel – Sterrebeek – Machelen, Cargo

         Akkoord om haltes Kruisstraat (A170) en Woutersstraat (A171) te schrappen omdat deze niet meer bediend worden door deze lijn.

 

- Lijn 558 Schoolbus Leuven – Bertem – Tervuren

         Akkoord om halte Leefdaal Voerhoekstraat (751) te schrappen omwille van halte-afstand.

         Akkoord om halte Bertem Ginisstraat (804) te schrappen omwille van beperkte afstand tot naastgelegen haltes.

 

Knelpunten kernnet:

         N3-A.E. Verbiststraat: verkeerslichten zonder busdetectiesysteem -> zijstraat krijgt veel groen -> probleem naar doorstroming op N3. Mogelijke oplossing: verwijderen van de lichten??
Het college wenst geen aanpassing aan de inrichting van deze kruispunten en oversteekplaatsen tenzij er een evenwaardig veilig equivalent wordt geboden voor zowel de school, voor de bezoekers aan het gemeentehuis en voor de verkeersafwikkeling van de A.E. Verbiststraat en de Fr. Dottermansstraat.

         Blokkenstraat: file aan rotonde door sluipverkeer op Blokkenstraat. Mogelijke oplossing: doseerlicht op de Blokkenstraat. Doorstromingsstudie op N3 lopende.
Voor het college kan het plaatsen van een doseerlicht met proefopstelling overwogen worden, in samenspraak met de gemeente.

Knelpunten aanvullend net:

         Blokkenstraat: file aan rotonde door sluipverkeer op Blokkenstraat. Mogelijke oplossing: doseerlicht op de Blokkenstraat. Doorstromingsstudie op N3 lopende.
Voor het college kan het plaatsen van een doseerlicht met proefopstelling overwogen worden, in samenspraak met de gemeente.

         Dorpstraat Leefdaal: bochtig tracé. Geen oplossing mogelijk/voorzien.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

OPTIMALISATIE OS DORPSTRAAT. BESPREKING MEERKOST AANPASSING VERHARDING VOETPAD.

 

Besluit

Bespreking

Wat de verharding van de voetpaden betreft, voorziet Aquafin een heraanleg van de bestaande toestand. De blauwe vlakken hieronder is steenslagverharding.

Van 2 eigenaars heeft de dienst investeringsprojecten de vraag gekregen of de bestaande steenslagverharding vervangen kan worden door betonstraatstenen. Het voetpad in de Borsstraat stopt aan woning nr. 5. Ter hoogte van Borsstraat 5A wordt in principe terug steenslag aangelegd. Zij vragen een voetpad in betonstraatstenen.

 

 

Ook de eigenaar Dorpstraat 15 vraagt of de zone tussen de betonafsluiting en de rijweg opgevuld kan worden met betonstraatstenen.

 

Wat de binnenbocht Dorpstraat-Borsstraat (Dorpstraat 6) betreft, wordt dit sowieso best in betonstraatstenen voorzien. Deze bocht is openbaar domein.

 

Voor de Borsstraat en het stukje Dorpstraat is de atlas der buurtwegen van toepassing.

Breedte Borsstraat volgens atlas der buurtwegen is 4,3m breed. De rijweg is ca. 2,60m. De berm langs beide zijden valt dus nog (gedeeltelijk) binnen het openbaar domein. De vraag van de inwoners nr. 5A gaat dus wel degelijk over aanleg op openbaar domein.

Ook voor de Dorpstraat aan de antenne geeft de atlas een breedte van 4,8m. De rijweg is ca. 3m. Ook hier is er nog een zone openbaar domein naast de rijweg. De vraag van de inwoners nr. 15 gaat dus ook over aanleg op openbaar domein.

 

Naast de gevraagde aanpassingen door inwoners is er ook nog een stukje steenslag ter hoogte van Borsstraat 2. Dit ligt ook (gedeeltelijk) binnen het openbaar domein en kan dus ook meegenomen worden. Het advies van de dienst investeringsprojecten is om de steenslag ter hoogte van Dorpstraat 11 terug te laten leggen. Aquafin moet in principe terug een haag inplanten volgens de bestaande toestand die deze zone zal overgroeien.

 

Vervanging steenslag naar klinkers Dorpstraat 6 (40m²), Borsstraat 5A (28m²), Borsstraat 2 (27m²) en Dorpstraat 15 (29m²)

Minprijs:

Steenslagverharding (-124m²): €9,25/m² = - €1147

 

Meerprijs:

Gewassen gekleurde betonstraatstenen 22x11x10 (+124m²): €33,92/m² = €4206,08

Bed van granulaatmengsel (+124m²): €3,45/m² : €427,8

Fundering van zandcement (+124m²): €10,50/m²: €1302

TOTAAL: + €5935,88

 

Dit komt dus neer op een meerprijs van €4788,88 t.l.v. de gemeente.

 

Het college gaat akkoord met de aanvragen van de bewoners en met deze aanpassingen in de verharding. Indien ook Aquafin akkoord gaat, zal het studiebureau hiervoor een verrekening opmaken. Deze verrekening dient dan nog voorgelegd te worden aan DSV ter goedkeuring/ondertekening.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

HERAANLEG VOETPADEN KORBEEKSE KERKSTRAAT. GOEDKEURING VOORLOPIGE OPLEVERING.

 

Voorgeschiedenis

         Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 1 juli 2019 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Heraanleg voetpaden in de Korbeekse Kerkstraat” aan Liema bvba, Ambachtenlaan 42 te 3300 Tienen tegen het nagerekende offertebedrag van 139 970,60 euro excl. btw of 169 364,43 euro incl. 21% btw.

         Brief van Liema, ontvangen op 20 oktober 2020 waarbij de voorlopige oplevering wordt aangevraagd.

 

Feiten en context

         De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. TD865.1/424.

         Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 12 oktober 2020 goedkeuring aan de eindstaat.

         De aannemer Liema bvba, Ambachtenlaan 42 te 3300 Tienen heeft aan zijn verplichtingen voldaan.

         De dienst investeringsprojecten stelde een proces-verbaal op van voorlopige oplevering, die plaatsvond op 17 november 2020.

         In het bijgevoegde proces-verbaal van voorlopige oplevering werd volgende opmerking vermeld:

º         Voetpad binnenbocht Korbeekse Kerkstraat aan nr. 6A vertoont al een verzakking door het zwaar verkeer. Toestand te evalueren bij definitieve oplevering.

         Deze opmerking is niet te wijten aan een fout van de aannemer en moet momenteel niet hersteld worden.

         De eerste helft (3500 euro) van borgtocht nr. CRMW020.853 bij Belfius van 7000 euro mag worden vrijgegeven.

         De waarborgtermijn werd in het bestek vastgesteld op 12 maanden.

 

Juridische gronden

         De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen.

         Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.

         De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies.

         De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van 144 000 euro niet).

         Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, meer bepaald artikel 90 1°.

         Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

         Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

         Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

 

Argumentatie

De aannemer Liema bvba, Ambachtenlaan 42 te 3300 Tienen heeft aan zijn verplichtingen voldaan.

 

 

Bijlagen

         PV van voorlopige oplevering

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De opdracht “Heraanleg voetpaden in de Korbeekse Kerkstraat” wordt voorlopig opgeleverd.

 

Artikel 2:

De eerste helft (3500 euro) van borgtocht nr. CRMW020.853 bij Belfius van 7000 euro mag worden vrijgegeven.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

SOCIAAL VERHUURKANTOOR SPIT VZW. BESPREKING VAN HET VOORSTEL VAN DE BEHOEFTEANALYSE VAN HET SVK-SPIT EN EEN EXTRACT UIT HET VERSLAG VAN HET LOKAAL WOONOVERLEG VAN 14 OKTOBER 2020 TE BERTEM.

 

Besluit

Motivering

Op 14 oktober 2020 werd het lokaal woonoverleg georganiseerd. De coördinator van IGS Wonen aan IJse en Voer bezorgde het verslag van de vergadering en een behoefteanalyse van SVK-SPIT.

 

SVK-SPIT heeft momenteel 6 woningen in Bertem.

Tijdens het overleg gaf gemeente Bertem aan dat we voor Bertem en voor Leefdaal willen gaan naar maximum 10 woongelegenheden met een maximum van 5 per gebouw.

 

Bespreking

Het college neemt kennis van het verslag en de behoeftebepaling van SVK-SPIT en wenst geen opmerkingen te formuleren.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

RECHT VAN VOORKOOP. VOORKOOPRECHTEN TUIN KRUISSTRAAT 1 TE 3061 BERTEM, AFD. 3 SECTIE A NUMMER 284M, PERCEEL BOUWLAND TE 3061 BERTEM, AFD. 3 SECTIE A NUMMER 284V EN WONING KRUISSTRAAT 1 TE 3061 BERTEM, AFD. 3 SECTIE A NUMMER 284L.

 

Feiten en context

  • Notariskantoor Alexis Cruysmans & Renaud Verstraete, geassocieerde notarissen, heeft volgende rechten van voorkoop aangeboden:
    • met dossiernummer 128398 voor de tuin Kruisstraat 1 te 3061 Bertem, afdeling 3 sectie A nummer 284m
    • met dossiernummer 128400 voor het perceel bouwland te 3061 Bertem, afdeling 3 sectie A nummer 284v
    • met dossiernummer 128395 voor de woning Kruisstraat 1 te 3061 Bertem, afdeling 3 sectie A nummer 284l.

 

Juridische gronden

  • Artikel 85, §1, tweede lid van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse wooncode
    Het Vlaams Woningfonds, Vlabinvest apb, de sociale huisvestingsmaatschappijen binnen hun werkgebied, en de gemeenten op hun grondgebied, krijgen een recht van voorkoop op:
    1° een woning die opgenomen is in het leegstandsregister, vermeld in artikel 2.2.6 van het decreet Grond- en Pandenbeleid, in het register van verwaarloosde gebouwen en woningen, vermeld in artikel 25, § 1, van het Heffingsdecreet, of in de inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen, vermeld in artikel 26, § 1, van het Heffingsdecreet;
    2° de woning, bedoeld in artikel 19, die niet werd gesloopt binnen de door de Vlaamse regering bepaalde termijn;
    3° een perceel, bestemd voor woningbouw, dat gelegen is in een door de Vlaamse regering te bepalen bijzonder gebied.
  • Artikel 28 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 oktober 1998 over de erkenning van een aantal gebieden als bijzonder gebied.
    De volgende gebieden worden als bijzonder gebied in de zin van artikel 85, §1, tweede lid, 3°, van de Vlaamse Wooncode, beschouwd:
    De woonvernieuwings- en woningbouwgebieden in de volgende 26 gemeenten: (...), Bertem, (...).
  • Decreet van 25 mei 2007 houdende de harmonisering van de procedures van voorkooprechten
    Dit decreet bepaalt o.m. de werking van het e-voorkooprecht. Tevens bevat het de regels over de Vlaamse voorkooprechten en de procedure die moet gevolgd bij verkoop van een perceel dat in aanmerking komt voor voorkooprecht.

 

 

Bijlagen

  • voorkooprecht 24061A0284-00M000 INBRTM202901
  • voorkooprecht_24061A0284-00V000_INBRTM202903
  • voorkooprecht_Kruisstraat_1_INBRTM202900

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen wenst zijn voorkooprecht voor

  • de tuin Kruisstraat 1 te 3061 Bertem, afdeling 3 sectie A nummer 284m
  • het perceel bouwland te 3061 Bertem, afdeling 3 sectie A nummer 284v
  • de woning Kruisstraat 1 te 3061 Bertem, afdeling 3 sectie A nummer 284l

niet uit te oefenen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

OMGEVINGSVERGUNNING KRUISSTRAAT 21. AANVRAAG GERRIT HERMANS VOOR HET UITBREIDEN VAN EEN MANOEUVREERRUIMTE IN 3061 LEEFDAAL, KRUISSTRAAT 21, SECTIE A NR 326Y EN 354H.

 

VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR

 

Voorgeschiedenis

         Op 3 augustus 2020 heeft Gerrit Hermans een aanvraag ingediend voor het uitbreiden van een manoeuvreerruimte in 3061 Leefdaal, Kruisstraat 21, sectie A nr 326y en 354h.

         Op 31 augustus 2020 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.

 

Feiten en context

         Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg of gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.

         De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in agrarisch gebied.

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin; behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven; gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft; de afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven (artikel 11 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

         De bouwplaats is gelegen langsheen de Kruisstraat.

De Kruisstraat ligt in het noordwesten van de deelgemeente Leefdaal en is één van de verbindingswegen vanaf de Tervuursesteenweg met de aangrenzende gemeenten Tervuren en Kortenberg via het gehucht Coige.

De hoeve is gelegen in een vrij homogeen agrarisch gebied met in de directe omgeving enkele zonevreemde woningen. Aan de overzijde van de weg is een woongebied met landelijk karakter gelegen dat bebouwd is met eengezinswoningen en het vroegere labo voor diergeneeskunde, nu omgevormd tot woningen. Dit gebied werd geordend door verschillende verkavelingen.

Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.

         Het voorstel omvat het uitbreiden van de manoeuvreerruimte van ongeveer 1800 m² ten oosten van de bestaande manoeuvreerruimte en de landbouwloodsen.

De uitbreiding van de verharding kadert in het tijdelijk opslaan van allerlei eigen teelten zoals aardappelen, bieten en industriegroenten in combinatie met het gebruik van een mobiele cleanloader.

         Watertoets

Voorwaardelijk gunstig wateradvies van de provinciale dienst waterlopen van 16 oktober 2020.

"Wij verwijzen naar uw adviesaanvraag van 31 augustus 2020 op naam van Gerrit Hermans voor de uitbreiding van verharding voor meer manoeuvreerruimte. De aanvraag heeft betrekking op percelen gelegen Kruisstraat 21, Bertem, kadastraal gekend als 24061A0326/00Y000, 24061A0354/00H000.

Het voorwerp van de aanvraag omvat de uitvoering van volgende handelingen:

Aanleg verharding (1800 m²) voor het vergroten van de manoeuvreerruimte.

Overeenkomstig artikel 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, wordt volgend wateradvies verstrekt.

Het oppervlaktewater van het voorwerp van de aanvraag wordt verzameld in de waterloop van tweede categorie B2142 Vloetgracht. Volgens de overstromingskaart van Vlaanderen is het voorwerp van de aanvraag deels gelegen in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Het risico op overstroming is afkomstig van oppervlakkig afstromend hemelwater.

Voor zover de dienst waterlopen kan opmaken uit de documenten die bij de aanvraag gevoegd zijn, kan het voorwerp van de aanvraag een effect hebben op de bescherming tegen wateroverlast en overstromingen en/of op het behoud van de watergebonden natuurwaarden.

Hemelwaterverordeningen

º         Niet-verontreinigd hemelwater van de eventuele vertraagde afvoer of de overloop van hemelwatervoorzieningen wordt aangesloten op de waterloop onder de voorwaarden vermeld in de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013, Belgisch Staatsblad van 8 oktober 2013).

º         Overeenkomstig de provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen (besluit van de provincieraad van Vlaams-Brabant van 24 juni 2014, goedgekeurd bij Ministerieel Besluit van12 september 2014, Belgisch Staatsblad van 20 oktober 2014), moet het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

Het huidige ontwerp voldoet niet aan bovenstaande hemelwaterverordeningen. Aanvrager stelt voor om i.p.v. een infiltratievoorziening een volume van 50.000l aan hemelwaterputten te plaatsen en het water te hergebruiken in de landbouwactiviteiten. Er wordt echter geen inschatting gemaakt van het hergebruik, nochtans zijn er volgens de plannen al 4 andere hemelwatertanks aanwezig op het terrein. Er is ook geen informatie voorzien over het hergebruik uit deze tanks, noch over de aansluiting van de overloop van de nieuwe en bestaande tanks. Volgens onze dienst is een infiltratievoorziening toch noodzakelijk om geen schadelijke effecten te veroorzaken door de grote te verharden oppervlakte. Deze infiltratievoorziening moet een infiltrerend oppervlak hebben van minstens 72m² conform de verordeningen.

Mits aan deze voorwaarden voldaan is, kan het voorwerp van de aanvraag als verenigbaar met het watersysteem beschouwd worden.

Aangevuld met bovenvermelde opgelegde voorwaarden en maatregelen is het voorwerp van de aanvraag in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen, bepaald in artikel 1.2.2. en 1.2.3. van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018."

         Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen

Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in een collectief te optimaliseren buitengebied.

 

Juridische gronden

         Koninklijk besluit van 28 december 1972

Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

         Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven

Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.

         Artikel 6.2.2.3.1, §2 Vlarem II van 1 juni 1995

In collectief te optimaliseren buitengebied worden lozingsvoorwaarden opgelegd. Het afvalwater moet worden gezuiverd door middel van een individuele voorbehandelingsinstallatie conform de code van goede praktijk.

         De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen

Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is van toepassing op de aanvraag.

         Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.

De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.

         Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004

Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.

         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009

º         Artikel 1.1.4.

De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

         De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.

De aangepaste aanvraag (zie voorwaarden watertoets) is in overeenstemming met de bepalingen van deze verordening.

         Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

º         artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen

º         Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.

         De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014

De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst

         Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.

 

Adviezen

         Openbaar onderzoek

De aanvraag werd van 10 september 2020 tot 9 oktober 2020 openbaar gemaakt volgens de regels vermeld in het besluit tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning.

Er werden 4 bezwaarschriften ingediend.

Dezelfde opmerkingen uit verschillende bezwaarschriften worden samengevoegd en gelijktijdig behandeld en beoordeeld.

Bespreking van de klachten

º         Verkeersveiligheid

          Het verkeer wordt steeds drukker (meer personenwagens, lijnbussen, zware agro-industriële voertuigen en vrachtwagens) en bestuurders gedragen zich steeds agressiever

          Gevaar voor spelende kinderen - steeds minder wandelaars

          Merendeel van zwaar agrarisch verkeer is afkomstig van het bedrijf in deze woonstraat

          Welke acties zal de gemeente nemen (verbetering, sluipverkeer, controle, infrastructuur, enz....................)

          Zwaar verkeer zal nog toenemen

          Landbouwvoertuigen houden zich niet aan maximumsnelheid van 50km/u.

          Verkeersremmers worden niet vervangen

          Er is geen fietspad

Bespreking

De Kruisstraat heeft niet alleen een lokale functie maar ook een beperkte verbindingsfunctie naar het gehucht Coige en de buurgemeenten Tervuren en Kortenberg (zie ook busverbinding). De huidige aanvraag kadert eerder in de behandeling van de landbouwgewassen en het aanpassen aan de geldende normen voor deze gewassen dan een uitbreiding van de landbouwactiviteiten. De verkeerstoename zal dus zeer beperkt zijn. Gelet op de circulatieruimte die voorzien wordt, zullen het overgrote deel van de bewegingen uitgevoerd worden op het bedrijfsterrein zelf. Enkel het normale af- en aanrijden gebeurt via de openbare weg.

De algemene toename van het verkeer en de gedragingen van de weggebruikers kan men niet toeschrijven aan de exploitant van het landbouwbedrijf. Hetzelfde moet gezegd worden over de toestand van het wegdek en de herstelling van bv. de verkeersremmers, of de aanwezigheid van een fietspad. Ook kan de landbouwer niet aansprakelijk gesteld worden voor het niet naleven van de verkeersregels door weggebruikers of het gebrek aan controle.

Landbouwvoertuigen hebben wegens hun omvang wel de perceptie tegen. Bij het overgrote deel van de tractoren is de snelheid beperkt tot 40 km/uur. Zeer recent (2018) zijn er ook die op 60 km/uur begrensd zijn maar deze zullen nog zeer beperkt zijn in (landbouw)gebruik.

Tenslotte wordt verwezen naar de planologische bestemmingen in de omgeving waaruit blijkt dat het bedrijf zone-eigen is en evenveel of meer rechten kan laten gelden in agrarische gebieden of woongebieden met landelijk karakter dan particuliere woningen.

Gelet op het voorgaande kan men aannemen dat bijkomende verkeershinder van het bedrijf beperkt zal blijven tot het normaal te verwachten niveau in deze omgeving.

Besluit

Deze opmerkingen worden niet aanvaard.

º         Trillingsoverlast door zwaar verkeer

          Overlast door het toenemend zwaar verkeer met onaangepaste snelheid en gewicht waardoor trillingen en schade aan de woningen. Dit zal nog meer toenemen omdat de uitbreiding gericht is op distributie- en transportactiviteiten.

          Zal de gemeente de kwaliteit van het wegdek aanpassen, andere ingrepen uitvoeren, zwaar verkeer ontmoedigen, maximumsnelheden aanpassen. Bij wie moeten wij ons aanbieden bij schade.

          Betonplaten daveren.

          Wie zal opdraaien voor de kosten.

Bespreking

Zie hiervoor bespreking verkeersveiligheid.

Het oprichten van een distributie- en transportbedrijf zit niet vervat in de aanvraag.

Ook hier moet men vaststellen dat de landbouwer niet aansprakelijk kan gesteld worden voor de toestand van het openbaar domein zolang niet vastgesteld werd dat hij ontegensprekelijk verantwoordelijk gesteld is voor het ontstaan van deze gebreken.

Besluit

Deze opmerkingen worden niet aanvaard.

º         Geluidsoverlast

          Aard van de activiteiten levert ook geluidsoverlast op overdag en 's nachts

          Welke maatregelen zullen genomen worden om geluidsoverlast te beperken

          Slapeloze nachten

Bespreking

Deze materie wordt in principe geregeld in de Vlarem-milieuwetgeving waar voor bepaalde activiteiten beperkingen en voorwaarden worden opgelegd. Het is echter zo dat de wetgever geoordeeld heeft dat landbouwactiviteiten in agrarisch gebied omwille van het feit van deze bestemmingen op zich al als minder hinderlijk moeten worden beschouwd. Met andere woorden worden in de milieuwetgeving deze zones ook minder streng gereglementeerd als het om landbouwactiviteiten gaat als gevolg van de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij de gewestplannen.

Besluit

Deze opmerkingen worden niet aanvaard.

º         Aard bedrijf & “fit” met omgeving

          Dit familiaal bedrijf is uitgegroeid tot een agro-industrieel distributiebedrijf dat nog wil uitbreiden

          Verbaasd dat dit INDUSTRIEEL LANDBOUWBEDRIJF (in een woongebied met landelijk karakter) uitbreidingsplannen heeft

          Past dit bedrijf nog in een straat met familiaal karakter en in een woongebied

          Welke oplossing biedt het Bestuur bij impactgevolgen door uitbreidingen in schaal en/of activiteiten. Wat zijn de grenzen.

          Hoe kan een burger op de hoogte blijven van de geplande intenties van het bedrijf en de consequenties van deze opties.

          Welke acties neemt de gemeente op het vlak van informatieverstrekking, inlichten kopers, wat is het kader

          Verbazing over uitbreiding van het bedrijf in groen woongebied

          Wordt er een nieuwe loods opgericht in de toekomst

Bespreking

Het bedrijf is volgens het gewestplan Leuven gelegen in agrarisch gebied.

In de omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25 oktober 2002 staan o.a. volgende bepalingen.

Agrarische gebieden zijn bestemd voor landbouw in de ruime zin. Het gebruik van de term landbouw in de « ruime zin » betekent dat het begrip « landbouw » niet restrictief, doch ruim dient te worden opgevat. In die zin worden met landbouw dan ook niet enkel deze activiteiten bedoeld die bestaan in het bewerken van het land om er de veldvruchten van te plukken, doch eveneens tuinbouw, veeteelt en visteelt. Zelfs gebouwen die zijn bestemd voor tuinbouw onder glas met hydrocultuur, kunnen onder het toepassingsgebied van artikel 11.4.1. vallen.

Bij de beoordeling van de bouwaanvragen komen verschillende aspecten aan de orde. Het inhoudelijke-landbouwkundige aspect is vaak buiten de appreciatiemogelijkheden van de ambtenaar gelegen. Het advies van de administratie bevoegd voor landbouw is richtinggevend voor de beoordeling van dit inhoudelijke-landbouwkundige aspect.

Wat het "woongebied" aan de overzijde van de Kruisstraat betreft, wordt verwezen naar de volgende bepalingen van deze omzendbrief.

Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke voet.

* Uit de voorgaande bepalingen blijkt dat volgens de bestemmingsvoorschriften een landbouwbedrijf op de voorgestelde inplantingsplaats minstens evenveel of zelfs meer recht van bestaan heeft dan een particuliere woning. Het bedrijf is op z'n minst zone-eigen.

De omvang van het bedrijf is, gelet op de huidige schaalvergroting in de landbouw en de steeds strenger wordende reglementeringen, niet overdreven groot voor een landbouwbedrijf. Deze stelling wordt bijgetreden in het gunstige advies van het Departement Landbouw en Visserij.

De aanvraag wordt beoordeeld op basis van de gegevens die zich in het dossier bevinden en volgens de regelgeving die terzake voorzien is.

Voor de volledigheid wordt verwezen naar de volgende bepalingen voor de agrarische gebieden.

Para-agrarische ondernemingen zijn die ondernemingen waarvan de activiteit onmiddellijk bij de landbouw aansluit en erop afgestemd is.

Bij de beoordeling kunnen volgende criteria een rol spelen:

1. Het grondgebonden karakter van het bedrijf, in aansluiting op of vergelijkbaar met agrarisch grondgebruik (bv. Schoolhoeve).

2. De nauwe relatie met het landbouwproductieproces (bv. landbouwloonwerkers).

3. De strikte relatie met de voortgebrachte landbouwproducten (met uitsluiting van loutere handel). Het betreft dus de onmiddellijke behandeling van de landbouwproducten, welke onontbeerlijk is vooraleer deze producten aan de commercialisatiesector toevertrouwd worden.

Besluit

Deze opmerkingen worden niet aanvaard.

º         Natuur & Milieu

          Dieren zijn veelvuldig aanwezig in het gebied

          De verharding moet in waterdoorlatende materialen uitgevoerd worden

          Wordt het water voldoende opgevangen, welke initiatieven neemt het Bestuur om de negatieve milieu-impact van deze verharding te voorkomen, wat is het beleid in dit ten opzichte van de eigenaar

Bespreking

Het is de landbouwexploitatie die in grote mate bijgedragen heeft tot het ontstaan van het landschap en de fauna en flora in het gebied. De huidige aanvraag doet geen afbreuk aan deze vaststelling.

Het bedrijf heeft een ruime verharde oppervlakte en dakoppervlakte. Het is echter zo dat alle stedenbouwkundige aanvragen moeten voldoen aan de gewestelijke en provinciale (waterdoorlatende verharding - zie ook bepalingen watertoets) stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. Ook voor huidige inrichting is dit het geval. Zo wordt er bijvoorbeeld een regenwateropvang met hergebruik voorzien en wordt een bijkomende infiltratie opgelegd. Het aangepaste voorstel is in overeenstemming met de geldende reglementering (zie voorwaarden).

Besluit

Deze opmerkingen worden niet aanvaard.

º         Visie Gemeente rond leefomgeving, levenskwaliteit en veiligheid, inplanting KMO’s, semi-industriële bedrijven, agro-industrie, transport en distributiebedrijven …

          In welke publicaties vinden wij de algemene bestuursvisie en -prioriteiten terug in verband met deze thema’s

Bespreking

Structuurplannen hebben geen plaats binnen het legaliteitsluik van de beoordeling van een omgevingsvergunningsaanvraag.

Ook andere beleidsdocumenten hebben geen verordenende kracht. Ze hebben dus evenmin een rechtsbasis in de vergunningverlening

Besluit

Deze opmerking wordt niet aanvaard.

º         Bezorgdheid reactie op bezwaren en opmerkingen aanvrager

          Anonimiteit van de klachtindieners moet gerespecteerd worden

Bespreking

De behandeling van het dossier is onderworpen aan de privacy-wetgeving.

Besluit

Deze opmerking wordt niet aanvaard.

         Externe adviezen

Op 31 augustus 2020 heeft het departement Landbouw en Visserij een gunstig advies uitgebracht.

"Het Departement Landbouw en Visserij heeft uw in het onderwerp vermelde adviesaanvraag vanuit landbouwkundig standpunt onderzocht en formuleert er om de volgende redenen een gunstig advies bij.

De aanvraag is gelegen in agrarisch gebied. De aanvrager baat ter plekke een omvangrijk akkerbouwbedrijf uit.

Het gevraagde betreft de aanleg van een verharding (1800m²) met regenwatertanks (2x 25000l) en aansluitende infiltratievoorziening. Deze infrastructuur is voorzien in aansluiting met de bestaande bedrijfsgebouwenconfiguratie en vormt er zodoende één geheel mee.

Het gevraagde past in het kader van de bedrijfsvoering, waarbij er enerzijds tegemoet komt aan de toenemende vraag voor de tijdelijke opslag van eigen aardappelen, bieten en industriegroenten en anderzijds de ruimtebehoeftige toepassing van een cleanloader, waarbij er een zuiverder product wordt afgevoerd met minder tarra gewichten.

De gevraagde uitbreiding van de bedrijfsinfrastructuur zal de aanvrager toelaten het bedrijf op een duurzame manier verder uit te bouwen. Het Departement Landbouw en Visserij brengt bijgevolg een gunstig advies uit voor deze aanvraag."

Intern advies

Advies openbare werken OMV202088 opgemaakt 15 oktober 2020

"1. Keerwand langs toegangsweg achteruit plaatsen zodat de hoogstammen in de volle grond staan. De bomen hebben zo meer groeikansen, vooral in droge periodes, en er kan onderbeplanting worden voorzien. In plaats van geleide lindebomen kan er gebruik gemaakt worden van smalle haagbeuken (zie voorbeeld hieronder).

2. Keerwanden meer achteruit plaatsen ten opzichte van de weg om een groenzone te creëren zoals de naastgelegen percelen. Beplanting dient inheems te zijn.

Zie schetsen."

 

Argumentatie

Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.

 

Functionele inpasbaarheid

Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven. Het betreft een verantwoorde uitbreiding van een volwaardig akkerbouwbedrijf die bijdraagt tot een verbeterde bedrijfsvoering.

Mobiliteitsimpact

De uitbreiding zal weinig of geen bijkomend verantwoord verkeer in deze omgeving teweegbrengen en de bewegingen zullen voor het overgrote deel op het erf zelf plaatsvinden. De achterliggende voetweg/losweg is niet geschikt als toegangsweg tot het bedrijf.

Schaal

De aanvraag past in het kader van een verantwoorde bedrijfsvoering. De schaalvergroting in de landbouw is een algemeen aanvaarde evolutie.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De bijkomende verharding sluit aan bij het bedrijf en vormt er één geheel mee.

Visueel-vormelijke elementen

De nieuwe verharding kan beter geïntegreerd worden in het landschap en de omgeving (zie voorwaarden).

Het straatbeeld wordt, gelet op het reliëf en de afstand tot de Kruisstraat, niet gewijzigd.

Ten opzichte van de achterliggende voetweg/losweg moet het project aangepast worden volgens het advies van de gemeentelijke dienst openbare werken.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing op de aanvraag.

Reliëf

De voorziene reliëfwijzigingen staan in relatie tot het ontwerp en de omgeving. In de voorwaarden worden bijkomende voorwaarden opgelegd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Zie bespreking en beoordeling ingekomen klachten.

 

Conclusie

Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.

 

Advies en voorwaarden

De gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         de voorwaarden opgelegd in het advies van de gemeentelijke dienst openbare werken van 15 oktober 2020 moeten worden nageleefd. Het groenscherm ten oosten van de verharding moet wel uitgevoerd worden met een minimale breedte van 2 m.

De aanplantingen moeten gebeuren in het eerstvolgende plantseizoen volgend op de beëindiging van de werken.

         de voetweg/losweg aan de achterzijde van het bedrijf mag niet gebruikt worden als toegangsweg tot het bedrijf.

         de voorwaarden opgelegd in het advies van de provinciale dienst waterlopen van 16 oktober 2020 moeten strikt worden nageleefd.

Bijzonder aandacht wordt gevestigd op de volgende bepalingen.

Het huidige ontwerp voldoet niet aan bovenstaande hemelwaterverordeningen. Aanvrager stelt voor om i.p.v. een infiltratievoorziening een volume van 50.000l aan hemelwaterputten te plaatsen en het water te hergebruiken in de landbouwactiviteiten. Er wordt echter geen inschatting gemaakt van het hergebruik, nochtans zijn er volgens de plannen al 4 andere hemelwatertanks aanwezig op het terrein. Er is ook geen informatie voorzien over het hergebruik uit deze tanks, noch over de aansluiting van de overloop van de nieuwe en bestaande tanks. Volgens onze dienst is een infiltratievoorziening toch noodzakelijk om geen schadelijke effecten te veroorzaken door de grote te verharden oppervlakte. Deze infiltratievoorziening moet een infiltrerend oppervlak hebben van minstens 72m² conform de verordeningen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

 

Artikel 2:

Het college levert een vergunning af aan Gerrit Hermans voor het uitbreiden van een manoeuvreerruimte in 3061 Leefdaal, Kruisstraat 21, sectie A nr 326y en 354h onder volgende voorwaarden:

         De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.

         de voorwaarden opgelegd in het advies van de gemeentelijke dienst openbare werken van 15 oktober 2020 moeten worden nageleefd. Het groenscherm ten oosten van de verharding moet wel uitgevoerd worden met een minimale breedte van 2 m.

De aanplantingen moeten gebeuren in het eerstvolgende plantseizoen volgend op de beëindiging van de werken.

         de voetweg/losweg aan de achterzijde van het bedrijf mag niet gebruikt worden als toegangsweg tot het bedrijf.

         de voorwaarden opgelegd in het advies van de provinciale dienst waterlopen van 16 oktober 2020 moeten strikt worden nageleefd.

Bijzondere aandacht wordt gevestigd op de volgende bepalingen.

         Het huidige ontwerp voldoet niet aan bovenstaande hemelwaterverordeningen. Aanvrager stelt voor om i.p.v. een infiltratievoorziening een volume van 50.000l aan hemelwaterputten te plaatsen en het water te hergebruiken in de landbouwactiviteiten. Er wordt echter geen inschatting gemaakt van het hergebruik, nochtans zijn er volgens de plannen al 4 andere hemelwatertanks aanwezig op het terrein. Er is ook geen informatie voorzien over het hergebruik uit deze tanks, noch over de aansluiting van de overloop van de nieuwe en bestaande tanks. Volgens de dienst omgeving is een infiltratievoorziening toch noodzakelijk om geen schadelijke effecten te veroorzaken door de grote te verharden oppervlakte. Deze infiltratievoorziening moet een infiltrerend oppervlak hebben van minstens 72m² conform de verordeningen.

 

Artikel 3:

Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en de adviesinstanties.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

OMV2020126732 (OMV 2020 110). EXPLOITATIE VAN VERTICALE BORINGEN VOOR WARMTEPOMP - FRANK GIJBELS ST.-FRANCISCUSBERG 21.

 

Voorgeschiedenis

         De aanvraag ingediend door Frank Gijbels, werd per beveiligde zending verzonden op 24 september 2020. Deze aanvraag werd ontvangen op 24 september 2020.

         De aanvraag werd ontvankelijk en volledig verklaard op 2 oktober 2020.

 

Feiten en context

         De aanvraag heeft betrekking op een terrein gelegen te St.-Franciscusberg 21, kadastraal gekend als afdeling 1 sectie C nr. 194B4.

         Het betreft een nieuwe inrichting waardoor de afstands- en verbodsbepalingen wel van toepassing zijn.

         Het betreft boringen voor de installatie van een warmtepomp voor een eengezinswoning.

         Deze aanvraag heeft betrekking op een nieuwe ingedeelde inrichting of activiteit van klasse 2. Volgende rubriek is vermeld in de huidige aanvraag:

º         Rubriek 55.1.2°: andere verticale boringen dan de boringen, vermeld in rubriek 53, 54 en 55.3: dieper dan het dieptecriterium, zoals weergegeven op de kaart in bijlage 2quinquies bij dit besluit, of die gelegen zijn binnen een beschermingszone type III, met een diepte van minder dan 500 meter ten opzichte van het maaiveld: 3 geothermische boringen van 67 m diepte elk (klasse 2).

         Op betreffende locatie bedraagt het dieptecriterium 150 m. De plaats is wel gelegen in grondwaterbeschermingszone type III.

         Deze aanvraag heeft betrekking op noch een Vlaams project, noch een provinciaal project, noch een onderdeel ervan.

         De bevoegde overheid voor de behandeling van de aanvraag is het college van burgemeester en schepenen.

         Het openbaar onderzoek is georganiseerd van 12 oktober tot en met 10 november 2020 volgens de gewone procedure. Er werd 1 bezwaar ingediend over het betreffende dossier.

 

Juridische gronden

         Artikel 6. Omgevingsvergunningsdecreet

Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunningsplichtige verandering eraan doen.

         Artikel 7. Omgevingsvergunningsdecreet

Als het project elementen bevat die onderworpen zijn aan meerdere vergunnings- of meldingsplichten, bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, en die aspecten onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn, omvat de vergunningsaanvraag de betrokken aspecten op straffe van onontvankelijkheid als minstens één element van de aanvraag vergunningsplichtig is.

 

Adviezen

         Op 2 oktober 2020 is advies gevraagd aan VMM, afdeling grondwater omwille van rubriek 55.1.2°. Er werd geen advies uitgebracht binnen de termijn van het openbaar onderzoek.

 

Argumentatie

Stedenbouwkundige en landschappelijke aspecten

Het betreft een nieuwe inrichting gesitueerd in woongebied volgens het gewestplan Leuven.

Het is gelegen in een gebied waarvoor een RUP is opgemaakt, namelijk binnen het gemeentelijk RUP ‘Zonevreemde woningen’ en het gemeentelijk RUP ‘Centrum’.

De aangevraagde activiteit is niet strijdig met de voorschriften van de gemeentelijke RUP’s.

Er is mogelijk voldoende afstand t.o.v. potentieel gehinderden, waardoor het risico op hinder voor de omgeving, veroorzaakt door de aangevraagde inrichtingen, klein is.

Er is voldaan aan de verbods- en afstandsregels.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar beoordeelt of de inrichting beschikt over alle vereiste stedenbouwkundige vergunningen voor de gebouwen, constructies en verhardingen.

Landschappelijke integratie is niet van toepassing voor het milieuluik van dit project.

Er is geen groenscherm aanwezig rond de inrichting en deze afscherming is ook niet vereist.

Project-MER-screening

Volgens het MER-besluit valt de hoofdactiviteit van de omgevingsvergunningsaanvraag onder de categorie 2c) diepteboringen van de bijhorende bijlage III zodat de opmaak van een project-MER-screening noodzakelijk is.

Rekening houdend met de kenmerken van het project, de omgeving en de bovenstaande analyse blijkt dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. Er dienen geen bijkomende specifieke maatregelen opgelegd te worden.

Natuur

Gezien de ligging van de inrichting t.o.v. waardevolle natuur, de aard en de beperkte omvang van de inrichtingen/activiteiten, voorwerp van deze aanvraag, hebben deze normaal geen betekenisvolle invloed op de nabije natuur.

Uit het gegenereerd rapport van de voortoets door de adviesverlener blijkt dat er geen betekenisvolle aantasting van de actuele en mogelijke toekomstige habitats verwacht wordt, waardoor een passende beoordeling niet nodig is.

Een bijkomend advies van ANB (Agentschap voor Natuur en Bos) en een bijkomende passende beoordeling (klein onderzoek inzake effecten op natuur) is dan ook niet nodig.

Hemelwater/watertoets

De aangevraagde inrichting heeft geen invloed op het hemelwater en er worden geen bijkomende verhardingen aangelegd in het kader van de boringen.

Er is dan ook geen risico op vervuiling van het hemelwater.

Omdat de aanvraag (de boringen) niet zal leiden tot wijziging van het opvang- en afvoersysteem en er dus geen mogelijke impact is op het (lokale) watersysteem, dient een omgevingsvergunningsaanvraag niet onderworpen te worden aan een watertoets.

Afvalwater

Er is geen lozing van huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater en dus geen milieu-impact.

Grondwater

De inrichting is gelegen in een grondwaterbeschermingszone of waterwingebied, hierdoor gelden met betrekking tot deze aanvraag specifieke beperkende maatregelen.

Vermits de aanvraag handelingen betreft in beschermingszone type III die niet verboden zijn, is voorafgaand advies vereist van:

         Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), Operationeel Waterbeheer, afd. bevoegd voor grondwater, omwille van rubriek 55.1.2°.

         De exploitant van de grondwaterwinning (De Watergroep) waarrond de beschermingszone is afgebakend, omwille van rubriek 55.1.2°.

Vermits de inrichting niet in een infiltratiegevoelig gebied is gelegen, is er geen risico dat de verandering van de infiltratie invloed zal hebben op de (ondiepe) grondwatertafel in de omgeving.

Vermits er naar aanleiding van de aanvraag geen wijziging of een uitbreiding van verharding zal worden gerealiseerd door de boringen zullen de mogelijkheden tot hemelwaterinfiltratie niet veranderen, maar in het kader van de nieuwbouw zijn er wel bijkomende verhardingen. Deze maakt geen deel uit van deze aanvraag.

Afval

Er wordt geen afval van derden opgeslagen.

Er wordt geen noemenswaardige hoeveelheid afval geproduceerd, een groot deel van de uitgeboorde grond wordt hergebruikt.

Emissies

Er is geen opslag en/of overslag van droge bulkgoederen waardoor de wettelijke beheermaatregelen voor niet-geleide stofemissie niet van toepassing zijn.

De aangevraagde inrichting/activiteit veroorzaakt slechts zeer beperkte emissies, waardoor de aanvraag niet zal leiden tot hinder wat dit aspect betreft.

Geluid en trillingen

Gezien de ligging van de exploitatie, namelijk in woongebied, is er een specifiek risico op lawaaihinder voor derden.

Omdat de aangevraagde inrichting/activiteit lawaai veroorzaakt, kan de aanvraag leiden tot hinder wat dit aspect betreft.

De geluidsoverlast is echter beperkt tot de duur van het boren, wat normaliter enkele dagen in beslag neemt.

Er zijn beperkende maatregelen genomen, namelijk de machines zijn geluidsgedempt en de trillingen zijn zeer beperkt.

Bodem

Omdat de aangevraagde inrichting/activiteit niet valt onder een Vlarebo-categorie, moet er geen oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd worden.

Energie

Het energieverbruik is beperkt waardoor de inrichting niet onderworpen is aan de specifieke bepalingen inzake energiebeheer.

Er zijn geen energiebesparende maatregelen genomen. Echter zijn de boringen wel in functie van geothermische energie wat een voorbeeld is van duurzame energie met een zeer beperkte CO2-uitstoot.

Mobiliteit

Het bedrijf is gelegen langs de rustige gemeenteweg St.-Franciscusberg.

Het transport is beperkt, meer bepaald werfverkeer in functie van de boringen.

Veiligheid

Er zijn geen aanzienlijke veiligheidsrisico’s.

Gezondheid

Er zijn geen gezondheidsrisico’s.

Stralingen

Er wordt geen lichthinder of andere straling veroorzaakt.

Best Beschikbare Technieken (BBT)

Er is geen specifieke Vlaamse BBT-studie beschikbaar voor de aangevraagde activiteit.

Bijstellen van milieuvoorwaarden

Er wordt geen bijstelling aangevraagd van de bijzondere milieuvoorwaarden.

Gewenste vergunningstermijn

De omgevingsvergunning wordt aangevraagd voor onbepaalde duur.

Bespreking bezwaarschrift

Er werd 1 bezwaar ingediend over het betreffende dossier.

De bezwaarindieners vermelden 2 zaken namelijk

         Onduidelijkheid over het huisnummer

         Onduidelijkheid waar de boring zullen plaatsvinden op het perceel.

Bespreking:

Via bijkomende informatie aangeleverd door de aanvrager op 1 oktober 2020 werd duidelijk aangeven dat het project betrekking heeft op het adres St.-Franciscusberg 21. De bijkomende informatie is niet zichtbaar tijdens het openbaar onderzoek op het publiek loket.

Het uitvoeringsplan in pdf-format is inderdaad niet zichtbaar tijdens het openbaar onderzoek op het publiek loket. Welke informatie wel zichtbaar is op het publieke loket wordt bepaald door de Vlaamse overheid.

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek kan iedereen die meer informatie wenst over een project terecht bij de dienst omgeving.

 

 

Bijlagen

         inplanting boringen

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

De omgevingsaanvraag (OMV_2020126732), ingediend door Frank Gijbels en per beveiligde zending verzonden op 24 september 2020, inzake de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit namelijk de exploitatie van 3 verticale boringen voor de warmtepomp, gelegen te St.-Franciscusberg 21 te 3060 Bertem, kadastraal bekend: afdeling 1, sectie C, nr. 194B4 wordt vergund voor

         Rubriek 55.1.2°: andere verticale boringen dan de boringen, vermeld in rubriek 53, 54 en 55.3: dieper dan het dieptecriterium, zoals weergegeven op de kaart in bijlage 2quinquies bij dit besluit, of die gelegen zijn binnen een beschermingszone type III, met een diepte van minder dan 500 meter ten opzichte van het maaiveld: 3 geothermische boringen van 67 m diepte elk (klasse 2).

 

Artikel 2:

De plannen en het aanvraagdossier waarop deze beslissing gebaseerd is, maken integraal deel uit van het besluit van college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 3:

1. De algemene en sectorale milieuvoorwaarden van titel II van het VLAREM:

 

Hoofdstuk 4.1.

Algemene milieuvoorwaarden - algemeen

Hoofdstuk 4.2 met bijhorende bijlagen

Algemene milieuvoorwaarden - oppervlaktewater

Hoofdstuk 4.3 met bijhorende bijlagen

Algemene milieuvoorwaarden – bodem- en grondwaterverontreiniging

Hoofdstukken 4.4.

Algemene milieuvoorwaarden - lucht

Hoofdstuk 4.5 met bijlagen 2.2.1, 2.2.2, 4.5.1, 4.5.2, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5 en 4.5.6

Algemene milieuvoorwaarden - geluid

Hoofdstuk 4.6.

Algemene milieuvoorwaarden - licht

Hoofdstuk 4.10 met bijhorende bijlagen

Algemene milieuvoorwaarden – emissies van broeikasgassen

Hoofdstuk 5.55

Sectorale milieuvoorwaarden - boringen

 

2. De volgende bijzondere milieuvoorwaarde voor milieu: /

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

NUTSMAATSCHAPPIJEN. AANVRAAG FLUVIUS VOOR HET AANLEGGEN VAN NUTSLEIDINGEN N.A.V. EEN VERKAVELING LANGS DE NIJVELSEBAAN, PUTSTRAAT EN VEEWEIDE TE KORBEEK-DIJLE.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail van Fluvius van 5 oktober 2020: vergunningsaanvraag HNW 246531 voor het aanleggen van nutsleidingen MS, LS, OV en gas n.a.v. een verkaveling langs de Nijvelsebaan, de Putstraat en de Veeweide te Korbeek-Dijle.

 

Feiten en context

  • Fluvius wenst te starten met het aanleggen van nutsleidingen MS, LS, OV en gas n.a.v. een verkaveling langs de Nijvelsebaan, de Putstraat en de Veeweide te Korbeek-Dijle.
  • Gedurende de werkzaamheden kan een gedeelte van de rijweg ingenomen worden als mobiele werfzone. Dit kan voor beperkte verkeershinder zorgen.
  • Het signalisatieplan van de werf zal aan de dienst inname openbaar domein ter goedkeuring worden voorgelegd.
  • De leidingen zullen de straat een aantal keer dwarsen (zie bijgevoegd plan).
  • De vermoedelijke duur van het grondwerk is +/- 4 dagen. Fluvius wenst de werken op korte termijn uit te voeren.
  • Er is een synergieaanvraag 8618006 in GIPOD gedaan.

 

Juridische gronden

  • Artikel 98, §1 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.
    Voor het aanleggen van leidingen onder de openbare weg dient elke operator een vergunning te krijgen van de bevoegde overheid.
  • Artikel 56, §3, 1° van het decreet lokaal bestuur.
    Het college van burgemeester en schepenen is belast met het beheer van de eigendommen van de gemeente en de vrijwaring van haar rechten.
  • Raadsbesluit van 28 maart 2017 over de goedkeuring van de nieuwe code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen.
    Deze code legt eenvormige duidelijke afspraken vast bij werken op het openbaar domein met een nutsbedrijf, leidingenbeheerder of derde als opdrachtgever en bij gemeentelijke infrastructuurwerken, waarvoor de gemeente optreedt als opdrachtgever met onder andere noodzakelijke aanpassings- en verplaatsingswerken aan de nutsleidingen en/of aan infrastructuur van derden. Deze code legt de door alle partijen te respecteren technische en administratieve regels vast.

 

Argumentatie

Het is belangrijk om de goede kwaliteit van het openbaar domein in stand te houden.

Werken aan nutsleidingen, hoe noodzakelijk die ook zijn, vormen altijd een bedreiging voor die kwaliteit. Het is aangewezen om goede afspraken te maken met de nutsmaatschappijen om de kwaliteit van het openbaar domein te waarborgen en om de hinder voor de buurtbewoners tot een minimum te beperken.

 

Daarom moeten bij uitvoering van werken van nutsmaatschappijen een aantal voorwaarden van de gemeente worden nageleefd.

 

 

Bijlagen

  • Aanvraag akkoord gemeente HNW246531
  • 246531_MS01_Bandje A1-0840
  • 246531_MS02_Bandje A1-0840
  • 246531_OV01_Bandje A1-0840
  • 246531_OV02_Bandje A1-0840
  • 246531_GAS01_Bandje A1-0840
  • 246531_GAS02_Bandje A1-0840
  • 246531_LS01_Bandje A1-0840
  • 246531_LS02_Bandje A1-0840

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating aan Fluvius, Aarschotsesteenweg 58 te 3012 Leuven, om de werken overeenkomstig de bijgevoegde plannen en onder de volgende voorwaarden uit te voeren:

  • De cabine dient op de correcte plaats geplaatst te worden conform de verkavelingsvergunning.
  • De sleuven mogen slechts in beperkte mate opengetrokken worden (het equivalent van een dagoperatie). De eigendommen moeten binnen de 48 uur opnieuw toegankelijk zijn.
  • De eigenaars dienen 2 werkdagen vooraf verwittigd te worden van de geplande werken. De gemeente moet 4 werkdagen vooraf een kopie krijgen van de brief van de aannemer.
  • Alle eventuele beschadigingen, zowel in het openbaar domein als in privaat domein, zullen door de nutsmaatschappij of op haar kosten in de oorspronkelijke toestand hersteld worden.
  • Een voorafgaandelijke en tegensprekelijke plaatsbeschrijving is nodig. Hiervoor moet contact worden opgenomen met de technische dienst van de gemeente.
  • Voor de aanvang van de werken moet het gemeentebestuur verwittigd worden.
  • Voor de aanvang van de werken moet van het gemeentebestuur een toelating bekomen worden voor het plaatsen van signalisatie.
  • Na afloop van de werken moet een voorlopige oplevering gebeuren met een waarborgperiode van minstens 2 jaar. Deze moet door de nutsmaatschappij schriftelijk aan het gemeentebestuur aangevraagd worden.
  • De aannemer moet ervoor zorgen dat de ophaling van het huisvuil normaal kan verlopen.
  • De kruising van wegen zal zoveel mogelijk door middel van doorboringen gebeuren.
  • Ingeval bij de uitvoering blijkt dat deze werken niet kunnen uitgevoerd worden in het voetpad zoals voorzien, moet men opnieuw contact opnemen met de gemeente alvorens de rijweg op te breken.
  • De vlotte doorgang van het verkeer moet te allen tijde gewaarborgd worden.
  • Herstellingen moeten uitgevoerd worden volgens het standaardbestek 250.
  • De signalisatie- en informatieborden mogen uitsluitend in het Nederlands zijn.
  • Er dient tevens advies gevraagd te worden aan AWV district Leuven, Tervuursesteenweg 308, 3060 Bertem.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

NUTSMAATSCHAPPIJEN. AANVRAAG FLUVIUS VOOR DE UITBREIDING VAN LS EN HET SANEREN VAN EEN CABINE LANGS DE BOSSTRAAT, DE HOOGVELDBAAN, DE OUDE BAAN, DE STREEKLAAN EN DE VUIKELAAN TE BERTEM.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail van Fluvius van 18 september 2020: vergunningsaanvraag HNW 330980 voor uitbreiding LS-net + het saneren van een cabine.

 

Feiten en context

  • Fluvius wenst te starten met het saneren van een cabine en met de uitbreiding van het LS-net, met bijhorende grondwerken, met een totale sleuflengte van 490m, langs de Bosstraat, de Hoogveldbaan, de Oude Baan, de Streeklaan en de Vuikelaan op grondgebied van de gemeente Bertem.
  • Gedurende de werkzaamheden kan een gedeelte van de rijweg ingenomen worden als mobiele werfzone. Dit kan voor beperkte verkeershinder zorgen.
  • Het signalisatieplan van de werf zal aan de dienst inname openbaar domein ter goedkeuring worden voorgelegd.
  • De leidingen zullen de straat een aantal keer dwarsen (zie bijgevoegde plannen).
  • De vermoedelijke duur van het grondwerk is +/- 4 dagen. Fluvius wenst de werken op korte termijn uit te voeren.
  • Er is een synergieaanvraag 5722227 in GIPOD gedaan.

 

Juridische gronden

  • Artikel 98, §1 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.
    Voor het aanleggen van leidingen onder de openbare weg dient elke operator een vergunning te krijgen van de bevoegde overheid.
  • Artikel 56, §3, 1° van het decreet lokaal bestuur.
    Het college van burgemeester en schepenen is belast met het beheer van de eigendommen van de gemeente en de vrijwaring van haar rechten.
  • Raadsbesluit van 28 maart 2017 over de goedkeuring van de nieuwe code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen.
    Deze code legt eenvormige duidelijke afspraken vast bij werken op het openbaar domein met een nutsbedrijf, leidingenbeheerder of derde als opdrachtgever en bij gemeentelijke infrastructuurwerken, waarvoor de gemeente optreedt als opdrachtgever met onder andere noodzakelijke aanpassings- en verplaatsingswerken aan de nutsleidingen en/of aan infrastructuur van derden. Deze code legt de door alle partijen te respecteren technische en administratieve regels vast.

 

Argumentatie

Het is belangrijk om de goede kwaliteit van het openbaar domein in stand te houden.

Werken aan nutsleidingen, hoe noodzakelijk die ook zijn, vormen altijd een bedreiging voor die kwaliteit. Het is aangewezen om goede afspraken te maken met de nutsmaatschappijen om de kwaliteit van het openbaar domein te waarborgen en om de hinder voor de buurtbewoners tot een minimum te beperken.

 

Daarom moeten bij uitvoering van werken van nutsmaatschappijen een aantal voorwaarden van de gemeente worden nageleefd.

 

 

Bijlagen

  • Aanvraag akkoord gemeente HNW330980
  • 330980_LS04_Bandje A1-0840
  • 330980_MS04_Bandje A0-0840
  • 330980_MS04_Bandje A1-0840
  • 330980_OV01_Bandje A1-0840
  • 330980_OV02_Bandje A0-0840
  • 330980_LS01_Bandje A1-0840
  • 330980_LS02_Bandje A1-0840
  • 330980_LS03_Bandje A1-0840

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating aan Fluvius, Aarschotsesteenweg 58 te 3012 Leuven, om de werken overeenkomstig de bijgevoegde plannen en onder de volgende voorwaarden uit te voeren:

  • De sleuven mogen slechts in beperkte mate opengetrokken worden (het equivalent van een dagoperatie). De eigendommen moeten binnen de 48 uur opnieuw toegankelijk zijn.
  • De eigenaars dienen 2 werkdagen vooraf verwittigd te worden van de geplande werken. De gemeente moet 4 werkdagen vooraf een kopie krijgen van de brief van de aannemer.
  • Alle eventuele beschadigingen, zowel in het openbaar domein als in privaat domein, zullen door de nutsmaatschappij of op haar kosten in de oorspronkelijke toestand hersteld worden.
  • Een voorafgaandelijke en tegensprekelijke plaatsbeschrijving is nodig. Hiervoor moet contact worden opgenomen met de technische dienst van de gemeente.
  • Voor de aanvang van de werken moet het gemeentebestuur verwittigd worden.
  • Voor de aanvang van de werken moet van het gemeentebestuur een toelating bekomen worden voor het plaatsen van signalisatie.
  • Na afloop van de werken moet een voorlopige oplevering gebeuren met een waarborgperiode van minstens 2 jaar. Deze moet door de nutsmaatschappij schriftelijk aan het gemeentebestuur aangevraagd worden.
  • De aannemer moet ervoor zorgen dat de ophaling van het huisvuil normaal kan verlopen.
  • De kruising van wegen zal zoveel mogelijk door middel van doorboringen gebeuren.
  • Ingeval bij de uitvoering blijkt dat deze werken niet kunnen uitgevoerd worden in het voetpad zoals voorzien, moet men opnieuw contact opnemen met de gemeente alvorens de rijweg op te breken.
  • De vlotte doorgang van het verkeer moet te allen tijde gewaarborgd worden.
  • Herstellingen moeten uitgevoerd worden volgens het standaardbestek 250.
  • De signalisatie- en informatieborden mogen uitsluitend in het Nederlands zijn.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

NUTSMAATSCHAPPIJEN. AANVRAAG FLUVIUS VOOR HET UITBREIDEN VAN HET GASNETWERK IN HET HAMMEVELD TE LEEFDAAL.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail van Fluvius van 17 november 2020: vergunningsaanvraag HNW 347399 voor de uitbreiding van het gasnetwerk in het Hammeveld 24-26 te Leefdaal

 

Feiten en context

  • Fluvius wenst te starten met het uitbreiden van het gasnetwerk en het aansluiten van een woning op gas, met bijhorende grondwerken, langs het Hammeveld 24-26.
  • Gedurende de werkzaamheden kan een gedeelte van de rijweg ingenomen worden als mobiele werfzone. Dit kan voor beperkte verkeershinder zorgen.
  • Het signalisatieplan van de werf zal aan de dienst inname openbaar domein ter goedkeuring worden voorgelegd.
  • De vermoedelijke duur van het grondwerk is +/- 2 dagen. Fluvius wenst de werken op korte termijn uit te voeren.

 

Juridische gronden

  • Artikel 98, §1 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.
    Voor het aanleggen van leidingen onder de openbare weg dient elke operator een vergunning te krijgen van de bevoegde overheid.
  • Artikel 56, §3, 1° van het decreet lokaal bestuur.
    Het college van burgemeester en schepenen is belast met het beheer van de eigendommen van de gemeente en de vrijwaring van haar rechten.
  • Raadsbesluit van 28 maart 2017 over de goedkeuring van de nieuwe code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen.
    Deze code legt eenvormige duidelijke afspraken vast bij werken op het openbaar domein met een nutsbedrijf, leidingenbeheerder of derde als opdrachtgever en bij gemeentelijke infrastructuurwerken, waarvoor de gemeente optreedt als opdrachtgever met onder andere noodzakelijke aanpassings- en verplaatsingswerken aan de nutsleidingen en/of aan infrastructuur van derden. Deze code legt de door alle partijen te respecteren technische en administratieve regels vast.

 

Argumentatie

Het is belangrijk om de goede kwaliteit van het openbaar domein in stand te houden.

Werken aan nutsleidingen, hoe noodzakelijk die ook zijn, vormen altijd een bedreiging voor die kwaliteit. Het is aangewezen om goede afspraken te maken met de nutsmaatschappijen om de kwaliteit van het openbaar domein te waarborgen en om de hinder voor de buurtbewoners tot een minimum te beperken.

 

Daarom moeten bij uitvoering van werken van nutsmaatschappijen een aantal voorwaarden van de gemeente worden nageleefd.

 

 

Bijlagen

  • 347399_LD02_Bandje A4-0630 plan
  • 347399_LD01_Bandje A4-0630 plan
  • aanvraag akkoord gemeente HNW347399

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating aan Fluvius, Aarschotsesteenweg 58 te 3012 Leuven, om de werken overeenkomstig de bijgevoegde plannen en onder de volgende voorwaarden uit te voeren:

  • De sleuven mogen slechts in beperkte mate opengetrokken worden (het equivalent van een dagoperatie). De eigendommen moeten binnen de 48 uur opnieuw toegankelijk zijn.
  • De eigenaars dienen 2 werkdagen vooraf verwittigd te worden van de geplande werken. De gemeente moet 4 werkdagen vooraf een kopie krijgen van de brief van de aannemer.
  • Alle eventuele beschadigingen, zowel in het openbaar domein als in privaat domein, zullen door de nutsmaatschappij of op haar kosten in de oorspronkelijke toestand hersteld worden.
  • Een voorafgaandelijke en tegensprekelijke plaatsbeschrijving is nodig. Hiervoor moet contact worden opgenomen met de technische dienst van de gemeente.
  • Voor de aanvang van de werken moet het gemeentebestuur verwittigd worden.
  • Voor de aanvang van de werken moet van het gemeentebestuur een toelating bekomen worden voor het plaatsen van signalisatie.
  • Na afloop van de werken moet een voorlopige oplevering gebeuren met een waarborgperiode van minstens 2 jaar. Deze moet door de nutsmaatschappij schriftelijk aan het gemeentebestuur aangevraagd worden.
  • De aannemer moet ervoor zorgen dat de ophaling van het huisvuil normaal kan verlopen.
  • De kruising van wegen zal zoveel mogelijk door middel van doorboringen gebeuren.
  • Ingeval bij de uitvoering blijkt dat deze werken niet kunnen uitgevoerd worden in het voetpad zoals voorzien, moet men opnieuw contact opnemen met de gemeente alvorens de rijweg op te breken.
  • De vlotte doorgang van het verkeer moet te allen tijde gewaarborgd worden.
  • Herstellingen moeten uitgevoerd worden volgens de meest actuele versie van standaardbestek 250.
  • De signalisatie- en informatieborden mogen uitsluitend in het Nederlands zijn.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

NUTSMAATSCHAPPIJEN. AANVRAAG FLUVIUS VOOR HET UITBREIDEN VAN GAS EN LS LANGS DE NIJVELSEBAAN EN RUWAALSTRAAT.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail van Fluvius van 18 november 2020: vergunningsaanvraag HNW 330708 voor het uitbreiden van het gas- en LS-net langs de Nijvelsebaan en Ruwaalstraat te Korbeek-Dijle.

 

Feiten en context

  • Fluvius wenst te starten met het uitbreiden van het gas- en LS-net, met bijhorende grondwerken, met een totale sleuflengte van 67m, langs de Nijvelsebaan en Ruwaalstraat op grondgebied van Korbeek-Dijle.
  • Gedurende de werkzaamheden kan een gedeelte van de rijweg ingenomen worden als mobiele werfzone. Dit kan voor beperkte verkeershinder zorgen.
  • Het signalisatieplan van de werf zal aan de dienst inname openbaar domein ter goedkeuring worden voorgelegd.
  • De leidingen zullen de straat een aantal keer dwarsen (zie bijgevoegd plan).
  • De vermoedelijke duur van het grondwerk is +/- 1 dag. Fluvius wenst de werken op korte termijn uit te voeren.

 

Juridische gronden

  • Artikel 98, §1 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.
    Voor het aanleggen van leidingen onder de openbare weg dient elke operator een vergunning te krijgen van de bevoegde overheid.
  • Artikel 56, §3, 1° van het decreet lokaal bestuur.
    Het college van burgemeester en schepenen is belast met het beheer van de eigendommen van de gemeente en de vrijwaring van haar rechten.
  • Aangezien de Nijvelsebaan N253 een gewestweg is dient er eveneens advies gevraagd worden aan AWV district Leuven, Tervuursesteenweg 308, 3060 Bertem.
  • Raadsbesluit van 28 maart 2017 over de goedkeuring van de nieuwe code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen.
    Deze code legt eenvormige duidelijke afspraken vast bij werken op het openbaar domein met een nutsbedrijf, leidingenbeheerder of derde als opdrachtgever en bij gemeentelijke infrastructuurwerken, waarvoor de gemeente optreedt als opdrachtgever met onder andere noodzakelijke aanpassings- en verplaatsingswerken aan de nutsleidingen en/of aan infrastructuur van derden. Deze code legt de door alle partijen te respecteren technische en administratieve regels vast.

 

Adviezen

  • Agentschap Wegen en Verkeer Dienstkring Leuven verleende op 20 november 2020 vergunning voor uitvoering van deze werken onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat de gemeente eveneens een vergunning verleent.

(vergunning van AWV met kenmerk AV/213/2020/0080 in bijlage)

 

Argumentatie

Het is belangrijk om de goede kwaliteit van het openbaar domein in stand te houden.

Werken aan nutsleidingen, hoe noodzakelijk die ook zijn, vormen altijd een bedreiging voor die kwaliteit. Het is aangewezen om goede afspraken te maken met de nutsmaatschappijen om de kwaliteit van het openbaar domein te waarborgen en om de hinder voor de buurtbewoners tot een minimum te beperken.

 

Daarom moeten bij uitvoering van werken van nutsmaatschappijen een aantal voorwaarden van de gemeente worden nageleefd.

 

 

Bijlagen

  • 33408_LS01_Bandje A4-0840 plan
  • 33408_MD01_Bandje A4-0630 plan
  • Aanvraag akkoord gemeente HNW344708

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating aan Fluvius, Aarschotsesteenweg 58 te 3012 Leuven, om de werken overeenkomstig de bijgevoegde plannen en onder de volgende voorwaarden uit te voeren:

  • De sleuven mogen slechts in beperkte mate opengetrokken worden (het equivalent van een dagoperatie). De eigendommen moeten binnen de 48 uur opnieuw toegankelijk zijn.
  • De eigenaars dienen 2 werkdagen vooraf verwittigd te worden van de geplande werken. De gemeente moet 4 werkdagen vooraf een kopie krijgen van de brief van de aannemer.
  • Alle eventuele beschadigingen, zowel in het openbaar domein als in privaat domein, zullen door de nutsmaatschappij of op haar kosten in de oorspronkelijke toestand hersteld worden.
  • Een voorafgaandelijke en tegensprekelijke plaatsbeschrijving is nodig. Hiervoor moet contact worden opgenomen met de technische dienst van de gemeente.
  • Voor de aanvang van de werken moet het gemeentebestuur verwittigd worden.
  • Voor de aanvang van de werken moet van het gemeentebestuur een toelating bekomen worden voor het plaatsen van signalisatie.
  • Na afloop van de werken moet een voorlopige oplevering gebeuren met een waarborgperiode van minstens 2 jaar. Deze moet door de nutsmaatschappij schriftelijk aan het gemeentebestuur aangevraagd worden.
  • De aannemer moet ervoor zorgen dat de ophaling van het huisvuil normaal kan verlopen.
  • De kruising van wegen zal zoveel mogelijk door middel van doorboringen gebeuren.
  • Ingeval bij de uitvoering blijkt dat deze werken niet kunnen uitgevoerd worden in het voetpad zoals voorzien, moet men opnieuw contact opnemen met de gemeente alvorens de rijweg op te breken.
  • De vlotte doorgang van het verkeer moet te allen tijde gewaarborgd worden.
  • Herstellingen moeten uitgevoerd worden volgens het standaardbestek 250.
  • De vergunning van AWV district Leuven, Tervuursesteenweg 308, 3060 Bertem sluit aan en is eveneens van toepassing deze vergunning.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020
Overzicht punten

Zitting van 23 november 2020

 

NUTSMAATSCHAPPIJEN. AANVRAAG FLUVIUS VOOR HET UITBREIDEN VAN HET GASNETWERK IN DE ROZENLAAN TE LEEFDAAL.

 

Voorgeschiedenis

  • E-mail van Fluvius van 18 november 2020: vergunningsaanvraag HNW 346151 voor de uitbreiding van het gasnetwerk in de Rozenlaan 3 te Leefdaal

 

Feiten en context

  • Fluvius wenst te starten met de uitbreiding van het gasnetwerk en het aansluiten van een woning op gas, met bijhorende grondwerken, langs de Rozenlaan 3 te Leefdaal.
  • Gedurende de werkzaamheden kan een gedeelte van de rijweg ingenomen worden als mobiele werfzone. Dit kan voor beperkte verkeershinder zorgen.
  • Het signalisatieplan van de werf zal aan de dienst inname openbaar domein ter goedkeuring worden voorgelegd.
  • De vermoedelijke duur van het grondwerk is +/- 1 dag. Fluvius wenst de werken op korte termijn uit te voeren.

 

Juridische gronden

  • Artikel 98, §1 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.
    Voor het aanleggen van leidingen onder de openbare weg dient elke operator een vergunning te krijgen van de bevoegde overheid.
  • Artikel 56, §3, 1° van het decreet lokaal bestuur.
    Het college van burgemeester en schepenen is belast met het beheer van de eigendommen van de gemeente en de vrijwaring van haar rechten.
  • Raadsbesluit van 28 maart 2017 over de goedkeuring van de nieuwe code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen.
    Deze code legt eenvormige duidelijke afspraken vast bij werken op het openbaar domein met een nutsbedrijf, leidingenbeheerder of derde als opdrachtgever en bij gemeentelijke infrastructuurwerken, waarvoor de gemeente optreedt als opdrachtgever met onder andere noodzakelijke aanpassings- en verplaatsingswerken aan de nutsleidingen en/of aan infrastructuur van derden. Deze code legt de door alle partijen te respecteren technische en administratieve regels vast.

 

Argumentatie

Het is belangrijk om de goede kwaliteit van het openbaar domein in stand te houden.

Werken aan nutsleidingen, hoe noodzakelijk die ook zijn, vormen altijd een bedreiging voor die kwaliteit. Het is aangewezen om goede afspraken te maken met de nutsmaatschappijen om de kwaliteit van het openbaar domein te waarborgen en om de hinder voor de buurtbewoners tot een minimum te beperken.

 

Daarom moeten bij uitvoering van werken van nutsmaatschappijen een aantal voorwaarden van de gemeente worden nageleefd.

 

 

Bijlagen

  • 346151_MD02_Bandje A4-0630 plan
  • 346151_MD01_Bandje A4-0630 plan
  • aanvraag akkoord gemeente HNW346151

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1:

Het college geeft toelating aan Fluvius, Aarschotsesteenweg 58 te 3012 Leuven, om de werken overeenkomstig de bijgevoegde plannen en onder de volgende voorwaarden uit te voeren:

  • De sleuven mogen slechts in beperkte mate opengetrokken worden (het equivalent van een dagoperatie). De eigendommen moeten binnen de 48 uur opnieuw toegankelijk zijn.
  • De eigenaars dienen 2 werkdagen vooraf verwittigd te worden van de geplande werken. De gemeente moet 4 werkdagen vooraf een kopie krijgen van de brief van de aannemer.
  • Alle eventuele beschadigingen, zowel in het openbaar domein als in privaat domein, zullen door de nutsmaatschappij of op haar kosten in de oorspronkelijke toestand hersteld worden.
  • Een voorafgaandelijke en tegensprekelijke plaatsbeschrijving is nodig. Hiervoor moet contact worden opgenomen met de technische dienst van de gemeente.
  • Voor de aanvang van de werken moet het gemeentebestuur verwittigd worden.
  • Voor de aanvang van de werken moet van het gemeentebestuur een toelating bekomen worden voor het plaatsen van signalisatie.
  • Na afloop van de werken moet een voorlopige oplevering gebeuren met een waarborgperiode van minstens 2 jaar. Deze moet door de nutsmaatschappij schriftelijk aan het gemeentebestuur aangevraagd worden.
  • De aannemer moet ervoor zorgen dat de ophaling van het huisvuil normaal kan verlopen.
  • De kruising van wegen zal zoveel mogelijk door middel van doorboringen gebeuren.
  • Ingeval bij de uitvoering blijkt dat deze werken niet kunnen uitgevoerd worden in het voetpad zoals voorzien, moet men opnieuw contact opnemen met de gemeente alvorens de rijweg op te breken.
  • De vlotte doorgang van het verkeer moet te allen tijde gewaarborgd worden.
  • Herstellingen moeten uitgevoerd worden volgens de meest actuele versie van standaardbestek 250.
  • De signalisatie- en informatieborden mogen uitsluitend in het Nederlands zijn.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 01/12/2020