Zitting van 8 juli 2019
ZITTINGEN CBS. GOEDKEURING NOTULEN VORIGE ZITTING.
Juridische grond
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt de notulen van de zitting van 1 juli 2019 goed.
Zitting van 8 juli 2019
BESTUURLIJK TOEZICHT KERKFABRIEKEN. KENNISNAME NOTULEN SINT-PIETERS-BANDEN VAN 18 JUNI 2019.
Motivering
Mededeling
Het college neemt kennis van de notulen van de kerkraad van de parochie Sint-Pieters-Banden Bertem van 18 juni 2019.
Zitting van 8 juli 2019
PERSONEEL. GOEDKEURING INZET UITZENDKRACHT VOOR TIJDELIJKE VERSTERKING VAN DE DIENST GROEN.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
Team groen doet momenteel een inhaalbeweging: zaken die jaren snel gedaan zijn, worden nu grondig aangepakt. Bovendien zijn/gaan veel medewerkers met verlof tijdens de maanden juli en augustus.
Er bestaat geen wervingsreserve waaruit het bestuur kan putten. Voor de opstart van een selectieprocedure in eigen beheer is het vrij laat. Daarom gaat het gemeentebestuur dringend op zoek naar 1 medewerker voor de groendienst via interim-opdracht voor de duur van max. 3 maanden.
Financiële gevolgen
De uitgave wordt geraamd op:
Profiel geschoolde arbeider met ervaring: op basis van D1 met 15 jaar anciënniteit:
((brutoloon * coëfficiënt) + kleine kosten) + 21% btw
((2282,98 * 2,02) + 50) + 978,94 = 5640,56 euro / maand
Profiel jobstudent: op basis van E1 met 0 jaar anciënniteit:
((brutoloon * coëfficiënt) + kleine kosten) + 21% btw
((1884,70 * 1,40) + 50) + 564,60 = 3253,19 euro / maand
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Om de dienst openbare werken tijdelijk te versterken tijdens de verlof- en piekperioden geeft het college toestemming om een beroep te doen op een tijdelijke voltijdse uitzendkracht in de graad van technisch assistent (D1-D3), voor de duur van max. 3 maanden.
Artikel 2:
De opdracht wordt gegund aan het interimkantoor dat het snelst het gewenst profiel kan aanleveren.
Artikel 3:
Het college delegeert, binnen het kader van dit besluit, de bevoegdheid tot ondertekening van de arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid aan de algemeen directeur.
Zitting van 8 juli 2019
DIENST OMGEVING. GOEDKEURING PRIJSVOORSTEL PROFLOW VOOR TIJDELIJKE ONDERSTEUNING DIENST OMGEVING.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
De huidige omgevingsambtenaar, Patrick Mommaerts, is langdurig afwezig wegens ziekte. Momenteel neemt de administratief hoofdmedewerker (dossierbehandelaar omgeving), Marleen Mesmans, deze functie tijdelijk over als waarnemend omgevingsambtenaar. Bijkomend wordt de dienst omgeving 1 dag per week ondersteund door Interleuven.
Ondanks alle inspanningen van onze medewerkers wordt vastgesteld dat sommige deadlines niet gehaald worden of dat verkeerde adviezen worden gegeven.
Dit is enerzijds te wijten aan de aanhoudende onderbezettting van de dienst. Anderzijds legt de alsmaar toenemende complexiteit van de materie te hoge verwachtingen bij het kennisniveau van onze medewerkers.
Om deze situatie te remediëren, zijn volgende maatregelen nodig:
1) Uitbreiding van de ondersteuning naar 2 dagen per week door een externe medewerker die zowel dossiers kan voorbereiden/afwerken, als adviezen kan verlenen aan de burgers. De markt voor dergelijk profiel is momenteel bijzonder krap. Momenteel kan alleen ProFlow het gezochte profiel op korte termijn aanleveren (zie bijgevoegde offerte + profiel).
Interleuven kan op korte termijn geen ruimere ondersteuning bieden.
Mon-dea heeft op dit moment geen gepaste profielen. Enkel volgende zijn beschikbaar:
Mon-dea kan op korte termijn de interim manager aanbieden maar slechts 1,25 dagen per week. De begeleiding van de opdracht door een Mon-dea partner wordt boven de effectieve inzet van een omgevingsambtenaar aangerekend.
ProFlow kan vanaf augustus starten. Gezien de verlofperiode is dit zeer aangewezen.
Op voorstel van de dienst HRM zal vanaf september de ondersteuning door Interleuven worden stopgezet.
2) Per 1 september 2019 wordt Marleen Mesmans ontlast van de uitoefening van de functie van waarnemend omgevingsambtenaar en zal de algemeen directeur deze functie uitoefenen, tenzij de omgevingsambtenaar zijn werk hervat. Dit komt tevens tegemoet aan de meerkost van externe ondersteuning.
3) Vanaf 1 september 2019 wordt de bespreking van dossiers stedenbouw (verkavelingen, bouw...) met burgers en architecten verzorgd door de externe medewerker, de huidige omgevingsambtenaar (bij terugkeer) of het afdelingshoofd (indien laatstgenoemde over de juiste competenties inzake ruimtelijke ordening beschikt en in dienst is).
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
61320200/0130 | € 35 000 | € 12 716,16 | € 127,05/uur |
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt het bijgevoegde prijsvoorstel van ProFlow goed.
Zitting van 8 juli 2019
CONTRACTEN. GOEDKEURING BESTELBONS.
Juridische gronden
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Adviezen
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt de volgende bestelbons goed: nr. 2019/00477 en nr. 2019/00484 voor een totaal bedrag van 10 605,06 euro.
Zitting van 8 juli 2019
INKOMENDE FACTUREN. GOEDKEURING FACTUREN.
Juridische gronden
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Dit besluit legt de bestelprocedures vast conform de wet op de overheidsopdrachten.
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt de facturen goed van nr. 2019/01961 tot en met nr. 2019/02072 voor een totaal bedrag van 151 969,45 euro.
Zitting van 8 juli 2019
VERBOUWING ZONE TECHNISCHE DIENST GEMEENTEHUIS NAAR EEN ONTHAALZONE MET KANTOREN EN SPREEKRUIMTES. GOEDKEURING TERMIJNSVERLENGING INDIENING OFFERTES.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Argumentatie
De gemeente Bertem wenst het deel waar de administratie van de technische dienst gevestigd is te vernieuwen en te verbouwen naar een onthaalzone met spreek- en kantoorruimtes. De indieningstermijn werd vastgelegd op 22 kalenderdagen en de offertes moeten het bestuur uiterlijk op 19 juli 2019 bereiken. De indieningsdatum valt echter in het bouwverlof, wat het onmogelijk maakt voor indieners om een voldoende onderbouwde offerte in te dienen voor deze datum.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
De termijn voor het indienen van de offertes voor de opdracht “Verbouwing onthaalzone gemeentehuis” wordt verlengd. De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 12 augustus 2019 om 14 uur.
Artikel 2:
De aankondiging van de opdracht en de termijnsverlenging worden aangepast en bekendgemaakt op nationaal niveau.
Zitting van 8 juli 2019
EROSIECOÖRDINATOR. VERLENGING CONTRACT VIA EEN IN-HOUSE OPDRACHT.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Een aanbestedende overheid die op een privaat- of publiekrechtelijke rechtspersoon geen controle uitoefent in de zin van paragraaf 1, kan een overheidsopdracht plaatsen bij die rechtspersoon zonder deze wet toe te passen, indien aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan:
IGO voldoet aan al deze voorwaarden.
Adviezen
Argumentatie
De gemeente wenst voor het jaar 2019-2020 gebruik te maken van de diensten van IGO om een erosiecoördinator aan het werk te stellen om de modderoverlast in de gemeente te beperken.
IGO werkt met een forfaitair bedrag van 75 euro/uur excl. btw of 90,75 euro/uur incl. 21% btw. Om de kostprijs van de opdracht binnen de perken van het voorziene budget te houden, wordt het bestelbedrag beperkt tot 4500 euro/jaar incl. btw.
Financiële gevolgen
Registratiesleutel | Budgettair krediet | Beschikbaar | Geraamde uitgave |
1419/001/001/001 0200-61320300 | € 2000/jaar | € 2000/jaar | € 4500/jaar |
Het voorziene budget is gebaseerd op de reële uitgaven van de afgelopen jaren. Wanneer de uitgave op jaarbasis hoger blijkt wordt er budget verschoven. De maximale uitgave wordt geraamd op 4500 euro/jaar
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Op basis van artikel 30 van de wet op de overheidsopdrachten van 17 juni 2016 wordt aan IGO de dienst van erosiecoördinator toegekend voor de periode 2019-2020 aan een uurtarief van 75 euro/uur excl. btw of 90,75 euro/uur incl. 21% btw met een maximum van 4500 euro/jaar incl. 21% btw.
Artikel 2:
De bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst erosiecoördinator en de afsprakennota erosiecoödinator worden goedgekeurd.
Zitting van 8 juli 2019
VERORDENING CONFORMITEITSATTEST. KENNISNAME GOEDKEURING VERORDENING VERPLICHTING CONFORMITEITSATTEST BIJ MINISTERIEEL BESLUIT.
Motivering
De gemeenteraad keurde in zitting van 26 maart 2019 de verordening verplichting conformiteitsattest goed. Deze verordening moest nog worden goedgekeurd door de Vlaamse minister van Wonen.
Mededeling
De verordening verplichting conformiteitsattest werd bij ministerieel besluit goedgekeurd op 24 juni 2019. Agentschap Wonen-Vlaanderen brengt de gemeente op de hoogte van de publicatie in het Belgische Staatsblad. In samenspraak met IGO wordt een plan van aanpak opgemaakt voor uitvoering van de verplichting van conformiteitsattesten.
Zitting van 8 juli 2019
ONROEREND ERFGOED. PRINCIPIËLE GOEDKEURING OPRICHTING INTERGEMEENTELIJKE ONROEREND ERFGOEDDIENST (IOED) VOOR OUD-HEVERLEE, BERTEM EN HULDENBERG.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Argumentatie
In het arrondissement Leuven zijn er momenteel 13 gemeenten die nog geen deel uitmaken van een IOED. Een IOED moet uit minstens drie gemeenten bestaan die kunnen aantonen dat ze over een gemeenschappelijk erfgoedpakket beschikken.
1. Context
2. Voorstel
Gebaseerd op bovenstaande stellen Regionaal Landschap Dijleland en Interleuven voor:
Financiële gevolgen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college van burgemeester en schepenen gaat principieel akkoord met de oprichting van een Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst (IOED), een intergemeentelijk samenwerkingsverband op initiatief van en ondersteund door het Regionaal Landschap Dijleland en Interleuven.
Artikel 2:
Voor deze nieuwe IOED zal een projectvereniging worden opgericht samen met de drie betrokken gemeenten (Oud-Heverlee, Bertem, Huldenberg) onder de vleugels van het Regionaal Landschap Dijleland, aangevuld met een samenwerkingsovereenkomst met Interleuven. En zal ten laatste op 15/01/2020 een erkenningsaanvraag ingediend worden bij het agentschap Onroerend Erfgoed.
Artikel 3:
Om een succesvol subsidiedossier in te dienen, moeten de statuten van de projectvereniging worden goedgekeurd op de eerstvolgende gemeenteraad, alsook de aanstelling van 2 afgevaardigde bestuurders per gemeente. Daarenboven zal ook een omgevingsanalyse en geïntegreerd erfgoedbeleidsplan opgemaakt moeten worden. De gemeente geeft bovengenoemde initiatiefnemers de opdracht om ook hiervoor het initiatief te nemen. De gemeente duidt een verantwoordelijke ambtenaar aan die dit proces vanuit de gemeente mee zal opvolgen en ondersteunen.
Artikel 4:
Bij erkenning van de IOED zal de werking van start gaan in januari 2021. De gemeente gaat akkoord met een jaarlijkse bijdrage aan de IOED; deze bedraagt €2000 + €0,50/ha + €0,125/inwoner, wat neerkomt op 4738 euro/jaar voor Bertem. Dit budget zal worden voorzien in het ontwerp van meerjarenplan 2020-2025.
Zitting van 8 juli 2019
LEEGSTANDSREGISTER. KENNISNAME ACTUALISATIE 2018.
Motivering
• Artikel 2.2.6. van hoofdstuk 3 (monitoring) van het decreet grond- en pandenbeleid van 27 maart 2009
Dit artikel bepaalt dat gemeenten een register van leegstaande gebouwen en woningen kunnen bijhouden ('leegstandsregister'). Een gemeentelijke verordening kan nadere materiële en procedurele regelen bepalen.
Verder bepaalt dit artikel de voorwaarden waaronder een woning of gebouw kan worden geschrapt uit het leegstandsregister.
• Gemeenteraadsbesluit van 27 oktober 2017 voor opname en belasting leegstand.
Dit reglement bepaalt o.m. de procedure voor het beroep tegen de opname in het leegstandsregister en voor de schrapping uit het leegstandsregister.
Mededeling
• Volgende panden worden na ongegrond beroep, maar door een laattijdige behandeling van het beroep niet opgenomen in het leegstandsregister:
º Blankaart 54
º Bosstraat 8
º Bosstraat 10
º Heggestraat 10
º Vossenstraat 20
º Eikendreef 12
• Voor volgende panden werd geen beroep aangetekend. Zij worden aanvullend opgenomen in het leegstandsregister:
º Blokkenstraat 34
º Neerijse steenweg 8
º Bosstraat 194
º Dorpstraat 109
º Grensstraat 14
º Leuvenseweg 4
º Nijvelsebaan 7
º Ormendaal 11
º Tervuursesteenweg 570
• Volgende panden worden na beroep niet opgenomen in het leegstandsregister:
º Dorpstraat 249
º Vernagelstraat 8
º Mezenstraat 62
• Volgende panden worden geschrapt uit het leegstandsregister
º Keistraat 4schrapping 20 februari 2017
º Blankaart 52schrapping 24 oktober 2017
º Fr. Dottermansstraat 4schrapping 19 maart 2018
º Molenstraat 11schrapping 30 juli 2018
Zitting van 8 juli 2019
RECHT VAN VOORKOOP. VOORKOOPRECHT WONING BOSSTRAAT 72 TE 3060 BERTEM.
Feiten en context
Juridische gronden
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college van burgemeester en schepenen wenst zijn voorkooprecht voor de woning Bosstraat 72 te 3060 Bertem, afdeling 1 sectie A nummer 582s3, niet uit te oefenen.
Zitting van 8 juli 2019
RECHT VAN VOORKOOP. VOORKOOPRECHT WONING FR. DOTTERMANSSTRAAT 33 TE 3060 BERTEM.
Feiten en context
Juridische gronden
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college van burgemeester en schepenen wenst zijn voorkooprecht voor Fr. Dottermansstraat 33 te 3060 Bertem, afdeling 1 sectie C nummer 217r (woning) en 217p (bergplaats) niet uit te oefenen.
Zitting van 8 juli 2019
STEDENBOUWKUNDIGE MELDINGEN. AKTENAME MELDING VAN INGRID MACHTENS VOOR HET PLAATSEN VAN EEN VERANDA IN 3061 LEEFDAAL, VELDBLOEMENLAAN 1, SECTIE F NR 180 B13.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Een melding wordt verricht per beveiligde zending.
Het college van burgemeester en schepenen gaat na of de gemelde handelingen meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn.
Als de handelingen meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt het college van burgemeester en schepenen akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.
Als de handelingen verboden of niet meldingsplichtig zijn, stelt het college van burgemeester en schepenen de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.
De handelingen mogen worden uitgevoerd de dag na de datum van de betekening van de meldingsakte.
Het college van burgemeester en schepenen kan in de meldingsakte voorwaarden opleggen. De voorwaarden mogen de melding niet onevenredig beperken of verbieden.
1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd
2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd
3° de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen bedraagt maximaal 40 vierkante meter
4° de gebouwen worden geplaatst in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 2 meter van de perceelsgrenzen
5° de hoogte is beperkt tot 4 meter.
Argumentatie
Niet van toepassing
De aanvraag is volledig en ontvankelijk. Het voorgestelde project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven.
De aanvraag is conform met het meldingsbesluit van 16 juli 2010 nl.
1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd
2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd
3° de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen bedraagt 22,96 m²
4° de veranda wordt geplaatst in de zijtuin op 3 meter van de perceelsgrens
5° de veranda wordt afgewerkt met een hellend dak. De hoogte situeert zich tussen 2,45 m en 2,68 m.
Niet van toepassing
Er worden geen voorwaarden opgelegd.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college neemt akte van de melding van Ingrid Machtens voor het plaatsen van een veranda in 3061 Leefdaal, sectie F nr 180 b13.
Artikel 2:
De meldingsakte wordt overgemaakt aan Ingrid Machtens.
Artikel 3:
Deze melding wordt ingeschreven in het vergunningenregister.
Zitting van 8 juli 2019
AANVRAAG SA. AANVRAAG TOT STEDENBOUWKUNDIG ATTEST VOOR HET BOUWEN VAN EEN WONING IN 3060 BERTEM, WEYGENSTRAAT 5, SECTIE A NR 591F.
VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR
Voorgeschiedenis
• Op 8 maart 2019 heeft Johan Roekens, Jozef Ginisstraat 9, 3060 Bertem, een aanvraag ingediend voor een stedenbouwkundig attest voor het bouwen van een woning in 3060 Bertem, Weygenstraat 5, sectie A nr 591f.
Feiten en context
• Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.
Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.
• De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
geval van uitbreiding van bestaande bedrijven (artikel 11 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
• De bouwplaats is gelegen langsheen de Weygenstraat ten noorden van de dorpskern van Bertem. Deze zone van de gemeente wordt gekenmerkt door de ontwikkeling van groepswoningbouw en particuliere woningen in verschillende verschijningsvormen. Dit gebied dat omsloten wordt door de Tervuursesteenweg, Weygenstraat en de John Vanhaerenstraat is in volle ontwikkeling. Op de aangrenzende percelen staan eengezinswoningen in verschillende verschijningsvormen en de vrij omvangrijke gebouwen van een drankencentrale en het gemeentelijke magazijn en opslagplaats.
Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.
• Het voorstel omvat het bouwen van een eengezinswoning in open bebouwing. De bouwlijn ligt op 5 m van de rooilijn van de weg. De woning wordt ingeplant op 3 m van de perceelsgrenzen zoals voorgesteld op het grafisch plan. De maximale bouwdiepte bedraagt 12 m zowel op het gelijkvloers als op de eerste verdieping. De kroonlijsthoogte bedraagt maximum 6 m ter hoogte van de bouwlijn. De woning wordt afgewerkt met een hellend dak eventueel in combinatie met een beperkt gedeelte plat dak met een maximale oversteek van 0,50 m.
• Watertoets
Het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
De watertoets zal worden uitgevoerd bij de omgevingsaanvraag voor het bouwen van de woning.
• Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen
Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in hetcentrale gebied.
Juridische gronden
• Koninklijk besluit van 28 december 1972
Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
• Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven
Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.
• De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen
Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.
• Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.
De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.
• Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.
• Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009
º Artikel 1.1.4.
De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.
º Artikel 5.3.1.
§ 1. Het stedenbouwkundig attest geeft op basis van een plan aan of een overwogen project voor stedenbouwkundige handelingen of voor het verkavelen van gronden in redelijkheid de toets aan de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening zal kunnen doorstaan. Het wordt afgeleverd door de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Het stedenbouwkundig attest kan niet leiden tot de vrijstelling van een vergunningsaanvraag.
§ 2. De bevindingen van het stedenbouwkundig attest kunnen bij het beslissende onderzoek over een aanvraag van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of voor het verkavelen van gronden niet worden gewijzigd of tegengesproken, als:
1° in de periode waarin het stedenbouwkundig attest geldt, geen sprake is van substantiële wijzigingen van het betrokken terrein of wijzigingen van de stedenbouwkundige voorschriften of de eventuele verkavelingsvoorschriften;
2° de verplicht in te winnen adviezen of de tijdens het eventuele openbaar onderzoek ingediende standpunten, opmerkingen en bezwaren geen feiten of overwegingen aan het licht brengen waarmee bij de opmaak van het stedenbouwkundig attest geen rekening is gehouden;
3° het stedenbouwkundig attest niet is aangetast door manifeste materiële fouten.
§ 3. Het stedenbouwkundig attest blijft geldig gedurende twee jaar vanaf het ogenblik van de uitreiking ervan.
§ 4. De Vlaamse Regering kan nadere formele en procedurele regels bepalen voor de toepassing van dit artikel.
• De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.
Deze verordening is niet van toepassing op de aanvraag.
• Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
º artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen
º Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.
• De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014
De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst
• Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.
• Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.
Adviezen
• De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden.
• Externe adviezen
Op 4 juli 2019 heeft De Watergroep, afdeling waterbronnen en milieu, een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht nl.:
"Het betrokken perceel is gelegen binnen de beschermingszone III van de waterwinning van Egenhoven (Oost-West). De ligging binnen de beschermingszone van een waterwinning wil zeggen dat het betrokken perceel gelegen is in het voedingsgebied van een grondwaterwinning bestemd voor de openbare drinkwatervoorziening.
Naast de openbare drinkwatervoorziening is De Watergroep als eigenaar/ exploitant eveneens belast met de bescherming van de grondwaterwinning tegen mogelijke verontreinigingen.
Ter bescherming van de waterwinning geeft De Watergroep een gunstig advies op deze aanvraag indien aan volgende voorwaarden voldaan wordt:
º Alle afbraakmaterialen, afkomstig van de bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden.
º Omdat het betrokken perceel gelegen is binnen beschermingszone III van een waterwinning kunnen er geen afbraakmaterialen gebruikt worden voor het opvullen van de uitgegraven bodem. De vrije ruimte dient opgevuld te worden met niet-verontreinigde grond die volgens de Vlarebo-wetgeving voldoet aan de opgelegde normen vermeld in bijlage V van deze wetgeving.
º Er kunnen, nu of in de toekomst, geen activiteiten toegelaten worden op het betrokken perceel die volgens het Grondwaterdecreet, het Vlarem of andere van toepassing zijnde wetgeving verboden zijn binnen beschermingszone III van een waterwinning.
º Voor de infiltratie van hemelwater dienen de voorwaarden van de hemelwaterverordening te worden gevolgd.
º De nodige voorzorgsmaatregelen dienen genomen te worden tijdens de werken, teneinde elk risico op verontreiniging van bodem en/of grondwater te voorkomen. Hiertoe zullen eventuele gevaarlijke producten op de werf altijd opgeslagen worden in een waterdichte en lekvrije inkuiping. Bovendien dient het overgieten en/of vullen van recipiënten met de nodige omzichtigheid te gebeuren teneinde het morsen te voorkomen. Machines met enig verlies van olie of brandstof dienen onmiddellijk van de werf verwijderd te worden en boven een opvanglade geplaatst te worden.
º Mochten er zich tijdens de werkzaamheden calamiteiten of verontreinigingen voordoen, dient De Watergroep hiervan onmiddellijk op de hoogte te worden gebracht (02/238 96 99 en op milieu@dewatergroep.be)."
Argumentatie
Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.
Functionele inpasbaarheid
Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven. Het oprichten van een woning in deze overwegend residentiële omgeving is verantwoord. Gelet op de omliggende bebouwing is een vrijstaande woning een stedenbouwkundig verantwoorde invulling van het perceel.
Mobiliteitsimpact
De impact op de mobiliteit is zeer beperkt.
Schaal
De schaal van de woning zal de schaal van de woningen in de omgeving niet overschrijden.
Ruimtegebruik en bouwdichtheid
Een perceel met een oppervlakte van 5,79 are is volgens de huidige normen nog steeds ruim. Het open karakter kan versterkt worden door de zijdelingse bouwvrije stroken vrij te houden van elke bebouwing.
Visueel-vormelijke elementen
Het straatbeeld wordt gekenmerkt door gebouwen in verschillende verschijningsvormen. De woning zal inpassen in het heterogene straatbeeld.
Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing op de aanvraag.
Reliëf
Geringe reliëfwijzigingen, in relatie tot het ontwerp en de omgeving, zijn toegelaten.
Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
Niet van toepassing.
Conclusie
Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.
Advies en voorwaarden
De waarnemende gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:
• de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep, afdeling waterbronnen en milieu van 4 juli 2019 moeten strikt worden nageleefd
• de woning kan worden afgewerkt met een hellend of plat dak.
• de voorschriften wat betreft dakvlakramen, bijgebouwen en afsluitingen gevoegd bij het dossier worden vervangen door het besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is
• Bij de omgevingsaanvraag voor het bouwen van een woning moet worden voldaan aan de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemende gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.
Artikel 2:
Het college levert een gunstig stedenbouwkundig attest af aan Johan Roekens voor het bouwen van een woning in 3060 Bertem, Weygenstraat 5, sectie A nr 591f onder volgende voorwaarden:
• de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep, afdeling waterbronnen en milieu van 4 juli 2019 moeten strikt worden nageleefd
• de woning kan worden afgewerkt met een hellend of plat dak.
• de voorschriften wat betreft dakvlakramen, bijgebouwen en afsluitingen gevoegd bij het dossier worden vervangen door het besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is
• Bij de omgevingsaanvraag voor het bouwen van een woning moet worden voldaan aan de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en De Watergroep.
Zitting van 8 juli 2019
OMGEVINGSVERGUNNING EGENHOVENSTRAAT 19. AANVRAAG VAN JOKE DOEZIE EN NIKO VERBELEN VOOR HET AFBREKEN VAN 2 BESTAANDE GARAGEBOXEN EN HET BOUWEN VAN EEN NIEUWE GARAGE IN 3060 BERTEM, EGENHOVENSTRAAT 19, SECTIE C NR 473Y.
VERSLAG OMGEVINGSAMBTENAAR
Voorgeschiedenis
• Op 26 april 2019 hebben Joke Doezie en Niko Verbelen een aanvraag ingediend voor het afbreken van 2 bestaande garageboxen en het bouwen van een nieuwe garage in 3060 Bertem, Egenhovenstraat 19, sectie C nr 473y.
• Op 24 mei 2019 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.
Feiten en context
• Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd gemeentelijk plan van aanleg, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet-vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg van de plaats, gebaseerd op de voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.
Het goed is gelegen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Meergezinswoningen', definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2018.
• De aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
• De bouwplaats is gelegen langsheen de Egenhovenstraat.
Deze zone ten zuidoosten van het centrum van Bertem maakt deel uit van het kernweefsel. De omgeving wordt gekenmerkt door een gemengde bestemming zoals school en RVT, kinderopvang, bedrijvigheid vermengd met zuiver residentiële woningen. De woningen en gebouwen in de omgeving verschillen in bouwstijl, inplanting en materiaalgebruik.
Door de aanwezige bebouwing en de aanwezige infrastructuur is de ordening van het gebied bekend.
• Het voorstel omvat het vervangen van een bestaande dubbele garagebox van 5,30 m breed en 5,30 m diep. De bestaande garage staat ingeplant op 4,40 m van de achterste perceelsgrens en 2,90 m van de rechterperceelsgrens.
De nieuwe garage heeft een breedte van 8,10 m en is 6,30 m diep. Ze wordt ingeplant op 3,40 m van de achterste perceelsgrens en tegen de rechterperceelsgrens.
• Watertoets
Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijke effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd het watertoetsinstrument op internet doorlopen. De resultaten worden als bijlage toegevoegd. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Het ontwerp voorziet in een regenwaterput van 5000 liter zodat aan de verordening voldaan wordt. Onder deze voorwaarden is het ontwerp verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.
• Bestemming volgens de rioleringsinfrastructuur zoneringsplannen
Het perceel ligt volgens het zoneringsplan van de Vlaamse Milieumaatschappij in het centrale gebied.
Juridische gronden
• Koninklijk besluit van 28 december 1972
Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
• Koninklijk besluit van 7 april 1977 - Gewestplan Leuven
Het project situeert zich in het gewestplan 'Leuven'.
• De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen
Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2003
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect. Dit besluit is niet van toepassing op de aanvraag.
• Artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integrale waterbeleid.
De vergunningverlenende overheid moet steeds de resultaten van de watertoets vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde handelingen geen enkele invloed op de waterhuishouding hebben. De vergunningverlenende overheid moet steeds hiermee rekening houden in haar uiteindelijke beslissing.
• Besluit van de Vlaamse regering van 28 mei 2004
Dit uitvoeringsbesluit bepaalt de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning.
• Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 8 mei 2009
º Artikel 1.1.4.
De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.
• De gewestelijke verordening van 5 juli 2013 inzake de afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken en verharde oppervlakten.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van deze verordening.
• Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
º artikel 6: Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning of meldingsakte een project dat bij of krachtens de decreten, vermeld in artikel 5, is onderworpen aan vergunningsplicht of meldingsplicht uitvoeren, exploiteren, verkavelen of een vergunnings- of meldingsplichtige verandering eraan te doen
º Artikel 13 bepaalt waarop een vereenvoudigde vergunningsprocedure van toepassing is.
• De provinciale stedenbouwkundige verordening met betrekking tot verhardingen van 12 september 2014
De verordening bepaalt dat het hemelwater dat op een verharding terechtkomt, op natuurlijke wijze doorheen of naast die verharding op het eigen terrein in de bodem moet infiltreren. Het mag niet van het eigen terrein afgevoerd worden door middel van afvoergoten of vergelijkbare voorzieningen.
• Besluit van de Vlaamse regering van 13 februari 2015 tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten in uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met als bijlage 1 de Vlaamse lijst en als bijlage 2 de provinciale lijst
• Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Dit besluit bevat de verdere uitwerking van de procedure en de nodige bijlagen.
• Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 25 oktober 2016 betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.
Adviezen
• De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden.
De nieuwe garage wordt ingeplant op de perceelsgrens. Op 4 juni 2019 werd het standpunt gevraagd aan de aanpalende buur. Hierop kwam geen reactie.
• Externe adviezen
Op 19 juni 2019 heeft De Watergroep, afdeling waterbronnen en milieu een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht nl.:
"Het betrokken perceel is gelegen binnen de beschermingszone III van de waterwinning van Egenhoven (Oost-West). De ligging binnen de beschermingszone van een waterwinning wil zeggen dat het betrokken perceel gelegen is in het voedingsgebied van een grondwaterwinning bestemd voor de openbare drinkwatervoorziening.
Naast de openbare drinkwatervoorziening is De Watergroep als eigenaar/exploitant eveneens belast met de bescherming van de grondwaterwinning tegen mogelijke verontreinigingen.
Ter bescherming van de waterwinning geeft De Watergroep een gunstig advies op deze aanvraag indien aan volgende voorwaarden voldaan wordt:
º Alle afbraakmaterialen, afkomstig van bestaande constructies, dienen conform de van toepassing zijnde wetgeving afgevoerd te worden.
º Omdat het betrokken perceel gelegen is binnen beschermingszone III van een waterwinning kunnen er geen afbraakmaterialen gebruikt worden voor het opvullen van de uitgegraven bodem. De vrije ruimte dient opgevuld te worden met niet-verontreinigde grond die volgens de Vlarebo-wetgeving voldoet aan de opgelegde normen vermeld in bijlage V van deze wetgeving.
º Er kunnen, nu of in de toekomst, geen activiteiten toegelaten worden op het betrokken perceel die volgens het Grondwaterdecreet, het Vlarem of andere van toepassing zijnde wetgeving verboden zijn binnen beschermingszone III van een waterwinning.
º De nodige voorzorgsmaatregelen dienen genomen te worden tijdens de werken, teneinde elk risico op verontreiniging van bodem en/of grondwater te voorkomen. Hiertoe zullen eventuele gevaarlijke producten op de werf altijd opgeslagen worden in een waterdichte en lekvrije inkuiping. Bovendien dient het overgieten en/of vullen van recipiënten met de nodige omzichtigheid te gebeuren teneinde het morsen te voorkomen. Machines met enig verlies van olie of brandstof dienen onmiddellijk van de werf verwijderd te worden en boven een opvanglade geplaatst te worden.
º Mochten er zich tijdens de werkzaamheden calamiteiten of verontreinigingen voordoen, dient De Watergroep hiervan onmiddellijk op de hoogte te worden gebracht (02/238 96 99 en op milieu@dewatergroep.be)."
Argumentatie
Deze beoordeling, als uitvoering van artikel 1.1.4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, houdt rekening met de volgende criteria volgens artikel 4.3.1 van deze codex.
Functionele inpasbaarheid
Het project is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften gevoegd bij het gewestplan Leuven. Het oprichten van een garage is complementair aan de woning en past in deze overwegend residentiële omgeving.
Mobiliteitsimpact
Het project heeft geen impact op de mobiliteit in de omgeving. De wagens werden reeds opgevangen op eigen terrein. De garageboxen worden vervangen door een grotere garage waardoor ook fietsen beter gestald kunnen worden.
Schaal
De schaal van de gebouwen in de omgeving verschilt nogal sterk. Een garage in de achtertuin heeft geen impact op de schaal van de woning.
Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De garage wordt ingeplant achteraan het perceel. Er blijft nog voldoende open ruimte op het perceel aanwezig.
Visueel-vormelijke elementen
De plaatsing van de garage beïnvloedt nauwelijks het straatbeeld.
Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing op de aanvraag.
Reliëf
Niet van toepassing op de aanvraag.
Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De garage wordt ingeplant tegen de rechterperceelsgrens. De aanpalende buur heeft niet gereageerd op de vraag naar zijn standpunt.
Conclusie
Het voorgestelde project is planologisch en stedenbouwkundig architecturaal verantwoord.
Advies en voorwaarden
De waarnemende gemeentelijke omgevingsambtenaar stelt voor om de vergunning te verlenen onder volgende voorwaarden:
• De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.
• de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep van 19 juni 2019 moeten strikt worden nageleefd
• de verhardingen moeten worden beperkt tot de noodzakelijke toegang van de garage.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hun uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de waarnemende gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.
Artikel 2:
Het college levert een vergunning af aan Joke Doezie en Niko Verbelen voor het afbreken van 2 bestaande garageboxen en het bouwen van een nieuwe garage in 3060 Bertem, Egenhovenstraat 19, sectie C nr 473y onder volgende voorwaarden:
• De verkrijger van de huidige vergunning moet de beschadigingen aan het openbaar domein, als gevolg van de uitvoering van de vergunde bouwwerken, herstellen binnen de 30 dagen na het beëindigen van de (ver)bouwwerken. Er wordt aangeraden om een voorafgaande plaatsbeschrijving op te maken. Bij het ontbreken van een plaatsbeschrijving wordt aangenomen dat het openbaar domein geen gebreken vertoonde voor aanvang van de werken.
• de voorwaarden opgelegd in het advies van De Watergroep van 19 juni 2019 moeten strikt worden nageleefd
• de verhardingen moeten worden beperkt tot de noodzakelijke toegang van de garage.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt overgemaakt aan de aanvrager en De Watergroep.
Zitting van 8 juli 2019
AFVAL. AFSLUITEN AANGEVULD CONTRACT BEDRIJFSAFVAL.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
• De bedrijven, inclusief de gemeentelijke diensten, moeten de 18 bedrijfsafvalstoffen die vermeld staan in artikel 4.3.2 van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA) selectief aanbieden aan hun afvalinzamelaar. De andere fracties kunnen aangeboden worden als restafval. In het geval van bedrijven wordt dit het gemengd bedrijfsafval genoemd. Voor dit gemengd bedrijfsafval moeten de bedrijven en dus ook de gemeente een contract afsluiten met hun afvalinzamelaar.
• Vanaf 5 maart 2018, tenzij anders vermeld in het wijzigingsbesluit, is het verplicht voor bedrijven en gemeenten om 3 nieuwe fracties selectief in te zamelen: recycleerbare harde kunststoffen, piepschuim en folies. Zij zijn verplicht om een contract af te sluiten met hun afvalinzamelaar waarin deze fracties en hun inzamelwijze duidelijk vermeld staan.
• Ecowerf sluit met de niet-particuliere klanten die een restafvalcontainer hebben die groter is dan 240 l, een contract af waarin de sorteerregels zijn opgenomen.
Juridische gronden
Bijlagen
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Het college keurt het bijgevoegde contract voor de inzameling van gemengd bedrijfsafval met Ecowerf goed voor de bijgevoegde lijst van aansluitpunten. Dit contract en lijst vervangen deze die goedgekeurd zijn door het college op 24 juni 2013.
Zitting van 8 juli 2019
TIJDELIJKE POLITIEVERORDENING OP HET WEGVERKEER. GOEDKEURING MAATREGELEN IN VERBAND MET DE ORGANISATIE VAN EEN WIELERWEDSTRIJD "TIJDRIT VAN DE RONDE VLAAMS-BRABANT" IN LEEFDAAL OP 26 JULI 2019.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Juridische gronden
Adviezen
Argumentatie
Deze organisatie brengt, behoudens onvoorziene omstandigheden, de openbare veiligheid niet in gevaar, maar kan niet worden uitgevoerd zonder het treffen van speciale verkeersmaatregelen.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Aan de aanvrager / organisator wordt toelating verleend om op vrijdag 26 juli 2019 een wielerwedstrijd "tijdrit Ronde Vlaams-Brabant" in te richten.
Artikel 2:
Om de wielerwedstrijd vlot en veilig te laten verlopen:
Op de Tervuursesteenweg (Mezenstraat en Boskee), Dorpstraat en de Neerijse steenweg dient er voorsignalisatie te worden geplaatst met de vermelding: "Vossem bereikbaar via de Tervuursesteenweg (N3), Dorpstraat afgesloten".
Indien er op het parcours bloembakken en / of verwijderbare paaltjes opgesteld zijn, zullen deze door de technische dienst van de gemeente Bertem tijdig verwijderd worden om de veiligheid van de renners te verzekeren.
Artikel 3:
De weggebruikers zullen van deze regeling op de hoogte worden gebracht door middel van de verkeersborden:
voorgeschreven bij KB van 1 december 1975, gewijzigd door het KB van 27 april 1976 e.v. inzake het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer.
Zij zullen door de technische dienst van de gemeente Bertem geplaatst en onderhouden worden zoals bepaald in het MB van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg.
Dit geldt evenzo voor de in dit MB vernoemde verlichtingstoestellen.
Artikel 4:
§1. Op alle kruispunten en in- en uitritten van openbare parkings moet de organisatie een signaalgever voorzien. Bij de wielerwedstrijd zijn dit 39 signaalgevers. Daarnaast zullen er politieagenten voorzien worden op cruciale punten.
§2. De signaalgevers moeten zich minimum 30 minuten voor aanvang van de wedstrijd/doortocht(en) op hun voorziene plaats bevinden, zodat een degelijk nazicht door de lokale politie mogelijk is. Dit is zowel voor de veiligheid van de deelnemers aan de wedstrijd, als voor de andere weggebruikers.
Artikel 5:
De organisatoren moeten deze activiteit 48 uur op voorhand kenbaar maken met (informatie)borden en de buurtbewoners 48 uur vooraf inlichten met een (nieuws)brief.
Aan de bewoners op het parcours dient een persoonlijke brief te worden bezorgd.
Deze brief dient tevens aan de gemeente Bertem en de lokale politie Voer en Dijle te worden bezorgd.
Artikel 6:
Dit besluit wordt van kracht op vrijdag 26 juli 2019 om 15.30 uur en het blijft van kracht tot vrijdag 26 juli 2019 om 22.30 uur.
Zitting van 8 juli 2019
TIJDELIJKE POLITIEVERORDENING OP HET WEGVERKEER. GOEDKEURING MAATREGELEN IN VERBAND MET DE ORGANISATIE VAN EEN WIELERWEDSTRIJD VAN DE RONDE VLAAMS-BRABANT IN LEEFDAAL OP 27 JULI 2019.
Voorgeschiedenis
Feiten en context
Vervolgens komende van Everberg via de Diepestraat - Kruisstraat
Coige-steenweg richting Tervuren (Vossem)
Vervolgens komende van Tervuren (Vossem) via de Hondsbergenstraat
Dorpstraat richting Bertem.
Juridische gronden
Adviezen
• De adviesaanvraag aan de beheerder van de gewestweg N3 (Tervuursesteenweg) is gebeurd door de aanvrager.
• De gemeente Huldenberg sluit de Langestraat af en voorziet de nodige wegomlegging.
Argumentatie
Deze organisatie brengt, behoudens onvoorziene omstandigheden, de openbare veiligheid niet in gevaar, maar kan niet worden uitgevoerd zonder het treffen van speciale verkeersmaatregelen.
Besluit
eenparig
Artikel 1:
Aan de aanvrager / organisator wordt toelating verleend om op zaterdag 27 juli 2019 een wielerwedstrijd "rit Ronde Vlaams-Brabant" in te richten.
Artikel 2:
Om de wielerwedstrijd vlot en veilig te laten verlopen:
• wordt op zaterdag 27 juli 2019 tussen 12 uur en 19 uur parkeerverbod ingesteld in volgende straten en / of delen van straten:
º Dorpstraat, deel tussen de grens met Vossem en de Neerijse steenweg
º Neerijse steenweg, deel tussen de Dorpstraat en de Brede Weg
º Brede Weg
º Blokkenstraat, deel tussen de Delle en de Dorpstraat
º Dorpstraat, deel tussen de Blokkenstraat en de Blokkenstraat
º Blokkenstraat, deel tussen de Dorpstraat en de Tervuursesteenweg
º Meerbeeksesteenweg
º Diepestraat
º Kruisstraat, deel tussen Diepestraat en Coige-steenweg
º Coige-steenweg, deel tussen Kruisstraat en de Tervuursesteenweg
• wordt op zaterdag 27 juli 2019 tussen 12.45 uur en 19 uur eenrichtingsverkeer ingesteld in volgende straten en / of delen van straten met verbod te rijden tegen de richting van de wielerwedstrijd / koers in:
º Dorpstraat, deel tussen de grens met Vossem en de Neerijse steenweg
º Neerijse steenweg.
Een wegomlegging wordt voorzien:
• via de Dorpstraat / Boskee en de Tervuursesteenweg.
Indien er op het parcours bloembakken en / of verwijderbare paaltjes opgesteld zijn, zullen deze door de technische dienst van de gemeente Bertem tijdig verwijderd worden om de veiligheid van de renners te verzekeren.
Artikel 3:
De weggebruikers zullen van deze regeling op de hoogte worden gebracht door middel van de verkeersborden:
• C1
• nadars op de zijwegen van de Brede Weg
• F19
• wegomleggingsborden L + R
• C31 a en b
• E1 met onderborden type Xa en Xb
• voorsignalisatie plaatsen op:
º kruispunt Boskee - Tervuursesteenweg: "Leefdaal centrum afgesloten"
º kruispunt Mezenstraat - Tervuursesteenweg: "Vossem bereikbaar via Tervuursesteenweg"
voorgeschreven bij KB van 1 december 1975, gewijzigd door het KB van 27 april 1976 e.v. inzake het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer.
Zij zullen door de technische dienst van de gemeente Bertem geplaatst en onderhouden worden zoals bepaald in het MB van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg.
Dit geldt evenzo voor de in dit MB vernoemde verlichtingstoestellen.
Artikel 4:
§1. Op alle kruispunten en in- en uitritten van openbare parkings moet de organisatie een signaalgever voorzien. Bij de wielerwedstrijd zijn dit 68 signaalgevers. Daarnaast zullen er politieagenten voorzien worden op cruciale punten.
§2. De signaalgevers moeten zich minimum 30 minuten voor aanvang van de wedstrijd/doortocht(en) op hun voorziene plaats bevinden, zodat een degelijk nazicht door de lokale politie mogelijk is. Dit is zowel voor de veiligheid van de deelnemers aan de wedstrijd, als voor de andere weggebruikers.
Artikel 5:
De organisatoren moeten deze activiteit 48 uur op voorhand kenbaar maken met (informatie)borden en de buurtbewoners 48 uur vooraf inlichten met een (nieuws)brief.
Aan de bewoners op het parcours dient er een persoonlijke brief te worden bezorgd.
Deze brief dient tevens aan de gemeente Bertem en de lokale politie Voer en Dijle te worden bezorgd.
Artikel 6:
Dit besluit wordt van kracht op zaterdag 27 juli 2019 om 12 uur en het blijft van kracht tot zaterdag 27 juli 2019 om 19 uur.
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.